Historisch Archief 1877-1940
No. 806
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Het bestuur van Toonkunst alhier begreep
echter terecht, dat men den medewerkers en toe
hoorders een groot genoegen doet door werken,
die allen van vroeger kenden en liefhadden, van
t\jd tot tijd op het programma te plaatsen.
Menigeen zal zich weer herinnerd hebben met
hoeveel voorliefde hij zulke werken onder Ver
huist zong, die, als er sprake was van zijne
drie idealen, Beethoven, Mendelssohn en
Schumann, allen wist te bezielen. Wie nu echter
zou meenen dat zulke reprises altijd vlotter
marcheeren dan nieuw ingestudeerde werken,
zal zich dikwijls bedrogen zien. De ondervinding
leert integendeel dat bij overbekende werken
spoediger onnauwkeurigheden of matheden inslui
pen dan bij nieuwe.
Stond deze uitvoering als geheel dan ook niet
boven die van het vorige jaar (toen nog niet
alhier uitgevoerde compositiën werden vertolkt)
ik schrijf dit wel degelijk hieraan toe.
Er was door den dirigent, den heer Röntgen,
zeer veel werk gemaakt van zacht zingen en men
weet dat zooiets bij een koor, dat o. a. naar mijn
gissing 200 dames telt, lang niet gemakkelijk is.
Het was dan ook niet gelukt overal de klip van
onduidelijkheid of klankloosheid te vermijden.
Er zijn te veel leden in zulk een koor die geen
aandacht aan gearticuleerde uitspraak wijden en
daardoor alleen verkrijgt men een pianissimo
dat klank behoudt. Het bleek toch nu weer dat
de groote koormassa niet overal te gebruiken
is; met een kleinere kern (uit de beste krachten
samengesteld) ware bepaald een lieter resultaat
verkregen, terwijl o. a. bij de slotkoren van het
Ie en 3e deel het groote koor juist weer veel
indruk maakte.
Zooals ik reeds deed uitkomen; er was met
veel toewijding gestudeerd en alles zat er goed
in, zoodat sommige momenten een zeer goeden
indruk maakten, doch ook andere door klank
loosheid niet tot hun recht kwamen. (Waarom
sloeg de heer Röntgen het kwartet: Denn in
der Thran' ist Zaubermac kt en het koor: Hervnr
aus den Waisern grfchwind niet in tweeën ? Bij
het laatste maken de triolen-kwarten reeds een
4/4 maat onmogelijk en bij het eerste geven het
voor- en naspel besliste aanwijzingen.
Ik zou (vooral bij lyrische werken) wel eens
een proef willen voorstellen met het beste ge
deelte van het koor voor sommige nummers,
want men moge verschil van opinie omtrent
min of meer geslaagde gedeelten hebben, toch
kan niet weersproken worden, dat door de ver
houdingen de uitslag soms anders was dan men
had gehoopt en verwacht. Bij het koor: O Heilige
Thrcine kwam de weinige klank van het koor
den indruk echter ten goede, omdat daardoor het
solokwartet op den voorgrond bleef en niet werd
overstemd. Dit nommer moest gebisseerd worden.
De tweede maal zette de heer Röntgen het tempo
sneller in, hetgeen mij ook juister voorkwam.
Spreekt men over de muzikale opvatting, dan
bespeurde men overal dat een buitengewoon
kunstenaar aan het hoofd stond. Er zijn toch
weinig kunstenaars die ik als zoodanig zoo hoog
stel als Röntgen, doch dit mag nij niet doen ver
zwijgen dat de onrust en ongelijkheden in het
orkest dikwijls door een minder duidelijke wijze
van dirigeeren niet werden vermeden.
Als Peri hoorden wij mej. Pia voor Sicherer.
Nu dat hoort ook zoo in de laatste jaren. Eene
groote uitvoering van een onzer groote
afdeelingen van Toonkunst zonder Mej. Pia is in den
laatsten tijd weinig voorgekomen.
Wanneer er een Bestuursvergadering plaats heeft
om de regeling voor een concert vast te stellen,
verbeeld ik mij, dat wanneer de president vraagt:
Wie zal voor de sopraan-soli uitgenoodigd wor
den ? allen in koor uitroepen : Wel ! natuurlijk:
Pia. Het is toch gewoonte geworden mej. Von
Sicherer voor de meestuiteenloopende genres uit
te noodigen en waarlijk men zal weinig zange
ressen vinden die zooveel technische vaardigheid
aan zoo goede muzikale opvatting verbinden. Al
heeft ook alleen het hooge register nog den glans
behouden van vroeger, toch weet deze zangeres nog
altijd in de hoofdmomenten (ik noem hier vooral
het slotgedeelte) veel indruk te maken. Wel vie
len sommige gedeelten mij tegen, doch
dejuichzang van de Peri maakte dit alles weer goed.
Mej. Reddingius gaf van den solo van de Ju»)/;/1/«M
eene verrassende schoone vertolking en hierin
viel ook volstrekt niet het soms keelachtige van
enkele hooge tonen op te merken, dat ik nu en
dan in solokwartetten waarnam. Waarlijk mej.
Reddingius bezit reeds zeer veel en belooft in
de toekomst nog meer. Het door en door gezonde
van hare voordracht en de reine schoone stem
die zoo oordeelkundig is ontwikkeld, zijn zoovele
redenen onze stad met deze zangeres (die ik nog
niet in een oratorisch werk als soliste hoorde)
geluk te wenschen.
Mej. Reijnders declameerde de EngeJpartij met
zeer veel intentie on goede uitdrukking en toonde
zich weer de goed geschoolde zangeres. Ter
wille der waarheid mag ik niet verzwijgen dat
in no. 14 en 15 -2e deel de intonatie te wen
schen overliet. Deze nummers schijnen mij dan
ook minder goed in hare stom te liggen.
De heer Litzinger was een zeer consencicus
en zorgvuldig vertolker van de uitgebreide tenor
partij, wiens orgaan echter te teer bleek voor
deze groote zaal en die ook de eentonigheid
niet v. ist te vermijden, terwijl de heer Messchaert
weer zong zooals hij dit kan : treffend, vol edele
expressie.
Voeg ik hier nog bij dat mej. Cateau Loman
en mevr. F. II. in het derde deel zeer veel tot
het welslagen van de solo-kwartetten (waaronder
n uiterst moeielijk) bijbrachten, dan heb ik
deze uitvoering m.i. geheel besproken.
In het Abonneinents-Concert van het Concert
gebouw heeft de zangeres mej. Alice Barhi in
een aria van Handel hare schoone stem en afge
ronde coloratuur doen bewonderen, doch mij
in de liederen niet kunnen bevredigen (vooral
in die van Schubert en Sdiumann niet) terwijl
de solo-violist de heer Leopold Kramer zijne zeer
ontwikkelde techniek en eenvoudige (wel eens
te eenvoudige) voordracht weer op nieuw kon
toonen. (Wat de reden was dat alle solo-nummers
met klavierbegeleiding werden uitgevoerd, weet
ik niet, doch spreek den wensch uit dat die proef
niet meer herhaald worde). Met groot genoegen
hoorde ik de schoone vertolking van de Venus
bergscène (nagecomponeerd) uit Tannhauser, doch
wat de Preludium-Koraal en Fuga van
BachAbert betreft, hoor ik liever Bach ongeprepareerd
dan op deze wijze; al is ook nog zoo kunstvaar
dig eene koraal melodie met de Fuga verwerkt.
In de Fransche opera hoorde ik "Romeo et,
Juliette van Gounod. De ruimte verbiedt mij
deze opvoering geheel te bespreken. Ook nu was
de bezetting van de hoofdpartijen zeer gopd naast
veel onvolkomens in andere gedeelten. Bij eene
opera in ons land verwacht men echter dat er
rekening met de draagkracht gehouden wordt.
Eene zangeres als mad. Cognault is echter alleen
een gang naar de opera waard.
Was zij tevens eene goede actrice, doch . . . dan
zou zij niet in Holland gekomen zijn, maar het
voornaamste theater in liet buitenland tot sieraad
verstrekken. Wie dus van schoonen geacheveerden
zang houdt, verzuime niet deze dame te gaan
hooren. Zelden hoort men in de opera zóó zin
gen. Ook de heer Sanaty (al zong hij in de
tweede acte te laag) gaat steeds vooruit en vol
deed mij zeer.
Het orkest werd thans gedirigeerd door den
heer Mertens. VAN MILLIOEN.
De tooneelvereeniging »Varia" te Vlaai-dingen is
voornemens den ]0 Januari 189B, ter gelegenheid
van het 20-jarig bestaan der Vereeniging, een
wedstrijd te houden in uiterlijke welsprekendheid
in ernst en luim, naar een verguld-zilveren, een
zilveren medaille en een diploma voor beide
afdeelingen. benevens een diploma als prijs van
uitnemendheid voor den besten declamator voor
beide genres. Voor dit laatste zal gekozen worden :
voor ernst de voordracht »Xeen" van P. A. de
Génestet, en voor luim »Paardengang" van dr.
E. Laurillard.
Vincent d'Indv en Julien Tiersot (ook de laatste
is een componist van de jong-Frnnsche school)
hebben een bundel volksliederen uitgedreven,
opgeteekend gedurende hun verblijf in Vivarais en
Vercois. Deze bundel bevat behalve tekst en
commentaar f>2 melodieën. Dit is voor het eerst
dat de volksliederen uit de streken van J)nuphin
en de Cfwn'ne* zijn bewerkt en in druk verschenen.
De Franschen zelfs kenden (leze karakteristieke
volksliederen bijna niet.
D'Indy bezoekt in zijne vacantie met voor
liefde deze streken. Eene opera waaraan hij werkt
speelt ook in de Cévennes en moet een zeer
locale kleur hebben.
A santa Lucia. Deze opera in 2 acten naar
Oognetti's Napolitaanscho volkssagen door Enrico
Golisciani gedicht, is door den jongen Italiaan
Pierantonio Tasca gecomponeerd.
De directeur van het Krolltheater te lierlijn,
Joseph Engel,zet thans ook in de wintermaanden de
voorstellingen van zijn zomertheater in den
Thiergarten voort. Deze opvoeringen hebben een eigen
aardig karakter. Het orkest is uitstekend doch
het koor tot de bescheidensto verhoudingen terug
gebracht. Ook is het solo-personeel lang niet altijd
van den eersten rang. doch in bijna iedere voor
stelling treden een of twee sterren op, voor wie
in onbegrijpelijk korten tijd nieuwe opera's worden
in elkaar gezet. Er zijn dan ook altijd voortref
felijke kapelmeesters aan dat theater verbonden.
Met Frau Mora,n-01den werd dezer dagen Oberon
opgevoerd ; met vier Fransche artisten gaf men
Ph.ilfmon et Jtniicin van Gounod, in .Trilmn ran
Tjothrinrien (Chmalier Jean} van Joncières trad
Emil Götze op en thans werd A anntn- Lucia
gegeven, waarna Mrda mta van Giordano zal volgen
(onlangs te Weenen met zooveel succes opgevoerd).
De muziek van A sn-ntn Lucia wordt ais me
lodieus en goed gekarakteriseerend geroemd. Wel
toont de behandeling van het orkest nu en dan
nog onervarenheid, doch men ontdekte in dezen
componist een beduidend en zeer dramatisch
talent. Met de bescheiden middelen waren in dit
theater wonderen verricht. Allen zongen in het
Italiaanse!) (ook het koor) terwijl de in Weenen
zoo gevierde zangeres Bellinciona de hoofdpartij
zong.
Deze zangeres zal binnenkort het publiek van
het Krolltheater verrassen met do opvoering van
eene door haar gecomponeerde opera.
Gemeenschapskunst.
privatdocent an der k. k.
(Slot}.
De meeste werken van Dickcns, die als
dagbladreporter jaren, lang de ellende van liet Londensehe
proletariaat had loeren kennen, wekken medelijden
met den toestand der laagste volksklassen. Ook
drijft hij een enk«-le maal den spot met de
gezaghehbcndi! ((economische leci-. Waar hij b.v. vertelt
van Sissy Jupe, Je dochter van den kunstrijder,
een zoo ontzettend dom meisje, dat, haar op school
maar niet aan 't verstand kon gebracht worden
hoc rijk zij wel was, daar zij toch behoorde tot
een volk met een zoo groot nationaal vermogen,
persifleert hij het leugenpraatje van de weten
schap, die liet nationaal vermogen door middel
van de statistiek berekent, zonder er op te letten
hoc dat kapitaal over de individns verdeeld is.
Nog bij het leven vau Uickens verschenen ver
schillende sociale romans vau Charlcs Kingslev en
George Elliot; in onzen tijd kan gewezen worden
op de lyrische verzen van den sociaal-democraat
William Morris, en op de novellen van Hubert
Bland en Bernard Shaw, beiden leden der
FabianSociety.
In Frankrijk heeft Béranger door sommige zijner
chansons het eerst dichterlijken vorm gegeven aan
de politieke en maatschappelijke denkbeelden van
zijn tijd; b.v. in Le vieux vagabond". //Les quatre
ages historiques" en //Le Déluge", een gedicht
van het jaar 1839, welks refrein //Ces pauvres rois,
ils seront tous noyés" een profetie van het jaar
1848 schijnt te zijn.
Minder gemoedelijk dan Bcranger, geeselde
Auguste Barbier de bourgeois-regeemig van Louis
Philippe, de //net gebandschoende heeren, die op
hun gemak uit, huu raam naar de bloedige gevech
ten op straat hadden gekeken en later den
politieken roof ouder elkaar verdeelden". Beroemd is
zijne beschrijving der vrijheid :
//C'est que la Libertén'est, pas une comtesse
Du noble faubourg Saiiit-Germain.
Une (emrne qu'iui cri fait tomber en faiblesse,
Qui met du blauc et du carmin;
C'est une forte femme aux puissantes mamelies,
A la voix lauque, aux durs appas,
Qui, du brun sur la peau, du feu daus les prunelles
Agile et marchant u grands pas
Se plaït aux cris da penpie, aux sanglantes
mêlées,
Aux longs roulements des tambours,
A l'odeur de la poudre, aux loiutaines volées
Des cloehes et des canons sourds".
Met hare romans, //Le compagnon du tour de
Franee" en Horace", stelde George Sand zicli
openlijk aan de zijde van het volk vau het volk,
zooals Richard Waguer in zijn brochure Das
Kunstwerk der Zukunft" het omschrijft, als hij
het noemt: //den Inubegrift' all derjenigen, welche
eine geineiusame Not empfinden." De Revue des
deux mondes had, siuds Saud beroemd begon te
worden, al hare verhalen gepubliceerd, maar wei
gerde //Horace" op te nemen, omdat de daarin
verkondigde denkbeelden haar aboimés te onaan
genaam zouden aandoen. Zooals bekend is, heeft
dit de schrijfster op haar ontwikkelingsweg tot
het socialisme niet doen stilstaan.
Tot de sociale litteratuur kunnen ook gerekend
worden //Les Contemplations" vau Victor Hugo
eu zijn roman //Les Misérables", al moge de tech
niek daarvan ons ouderwetse!), eu de hoofdfiguur,
de ontslagen galeiboef Jean Valjean, onmogelijk
voorkomen; //Les mystères do Paris" van Eugcne
Sue, die eerlijk genoeg bekende dat deze roman
geen kunstwerk was, maar zich troostte met de
gedachte, dat, de strekking althans goed was. Doch
de Jievelingsschrijvers van het publiek bleven
Scribe en de oude Dumas, wier uitsluitend doel
was te aiiiusceren, eu de litteratuur vau het
tweede keizerrijk stelde haar wit niet hooger.
Eerst de derde Republiek bracht Zola's
//L'Assommoir" en //Germinal". Rij de verschijning van
//L'Assommoir" beschuldigden de socialisten den
schrijver, dat hij iu de kaart vau de reactie
fppclde door alle proletariërs als dronkaards voor
te stellen, doch reeds iu do voorrede bad Zola
zich hiertegen verdedigd met de woorden : //De
personen in dit, boek zijn niet slecht, m;iar onwe
tend eu bedorven, omdat hun leven bestaat uit de
afwisseling vau harden arbeid en betreurenswaar
dige ellende.'1 -Met Germinal" was de echte
sociale roman geboren. Onvergetelijk is de scène,
waar de woedende arbeiders voor het huis vau
den directeur om //Brood! Brood!'' schreeuwen,
terwijl deze nog verlamd is door de ontdekking,
dat zijne vrouw hem bedriegt, /ulk ecu tooneel
was symbolisch voor den tijd: daar buiten de volks
massa, half waanzinnig vau honger, tot iedere
gruweldaad bereid, als slechts de nood vau het
oogenblik eu de haat tegen de rijkelni bevredigd
worden , daar binnen de rijken, door weelde
bedorven, voor wie niets meer heilig is, die elkaar
bedriegen en l» liegen, slechts hierin eensgezind
om liet verschanste huis tegen het gepeupel te
verdedigen. ,/L Argent" behoort ook in deze rij,
omdat het onwillekeurig leidt tot de vergelijking
vau de manier, waarop bij het, beursspel millioeueu
worden gewonnen, met de manier, waarop de
enkele francs zuur worden verdiend. Vau de
jongeren worden genoemd Iluysmaus' Socurs
Vatard" en Malheur aux Pauvres" vau Alexis
Bouvier. De grondgedachte vau den laatsten roman
is, dat het Vae victis .' ' (Wee den overwonnenen !),
de minachtende- uitroep vau den Galliër, die de
Romeinen had bedwongen, ook voor onzen tijd
toepasselijk is, mits het vertaald worde : //Malheur
aux pauvres!"
Ouder de dichters gaf Fraucois Coppée herhaal
delijk ui drukking aan zijne sympathie voor het,
volk, dat hij voor goed eu edel vau nature houdt;
hij wil niet gelooveu aan de gemeenheid, die met
ontbering en nood gepaard gaat. Worden anderen
tot sociale dichters ait, liiiat tegen rfe maatschappij,
of omdat huu rechtsgevoel gekwetst wordt, Coppée
is het uit medelijden.
De overgang van Frankrijk op Rusland kan
tegenwoordig niet vreemd schijnen. Het sehrijveu
vau sociale romans heeft, daar zijne bedenkelijke
zijde. De schepper van den modernen roman met
socialist iselie ueiguigcii. Tsehernvschewsky, eindigde
zijn leven in Siberië, waar ook Dostojcwski
zeven jaren heeft doorgebracht; Ivorolcnko eu
Garschin maakten herhaaldelijk met Russische en
Siberische gevangenissen kennis. Tscheruyschcvvsky's
iu l S (j 3 verschenen roman //Wat te doen r" ver
tolkte de wereldbeschouwing vau liet, jonge Rus
land. De student Rachmetow, die al zijne bezittingen
wegschenkt, eu, iu Vi ij willige armoede levend, van
allerlei martelingen de proef neemt, opdat, hij er
in voorkomende gevallen tegen bestand /.ij, is ceu
type vau den fanatiekcn nihilist, of socialist.
Tschernyschevvfky behoort, nog tot de utopisten eu het
slothoofdstuk van zijn roman is ecu visioen vau
den nieuwen tijd. Waarom die tijd nog VCITC ligt,
blijkt uit, Turgenjew's //Die ueue Generation'.
Tegenover Neshdanow, vicns ongeduld alleen in
revolutie heil ziet, staat, daar de liguur var.
Solomin, die, naar hetzelfde doel strevend, zich bewust
is dat groote maatschappelijke veranderingen bij
een onrijp volk niet door ecu revolutie tot stand
komen, maar alleen doordat vele geslachten voort
werken aaii de verbetering van den geestelijken
eu uiatcriëclcu toestand der lagere klussen. Over
Tolstoi spreekt Dr. Reich slechts terloops, daar
deze de sociale vraagstukken minder in zijne
romans, dan wel in afzonderlijke brochures be
handelde.
Van de Noorsche schrijvers wordt Ibsen slechts
even genoemd, daar hij, ondanks zijne heftige aan
vallen op de maatschappij, tegenover het
arbeidersvraagstuk geen vaste houding heeft aangenomen.
Zijn groote mededinger daarentegen, Björnsterne
Björnson, sprak openlijk zijne sympathie voor het
socialisme uit, gelijk ook in ItaliëEdmondo de
Amicis heeft gedaan, in zijne redevoering tot de,
studenten van Turijn. Van de jongere Noorsche
schrijvers is Alexauder Kielland, vooral door zijne
novellen eu novelle! ten, de welsprekende advocaat
der lagere klassen.
In Duitschland heeft Adalbert von Chamisso
zich het, eerst een vriend der bedrukten getoond.
Ook Ileine heeft zijne socialistische neigingen, die
vooral sinds zijn verblijf te Parijs sterker werdeu,
herhaaldelijk geuit; zoo in Jammerthal", //die
Weber" en iu //Erinnering an Hammonia", het
eerste vers uit den cyclus //Deutschlaud, ein
Winternarchen", waar hij tegenover het lied van
de kleine harpspeelster :
//Sie sang das alte Eutsagungslied,
Das Eiapopeia vom Himmel,
Womit man einluüt, weun es greint,
Das Volk, den grossen Lümmel",
het lied der toekomst laat klinken :
//Wir wollen auf Erden glüeklich sein
Uud wollen nicht melir darben;
Verschle>:imeu soll nicht der faulc Bauch
Was fleissige liiude erwarben."
En na hem hebben Freiligrath en Georg Herwegh
in enthousiaste verzen hunne revolutionaire denk
beelden uitgesproken.
In onzen tijd wordt het aantal soc'ale romans
in Duitschland met den dag grooter. Als type van
deze soort, kunnen de romans van Max Kretzer
gelden, den auteur vau //Meister Timpe" en van
//Die Verkommeueu", het Berirjnsehe pendant van
//l'Assommoir'.
Ook op liet tooueel heeft de sociale kunst haar
intrede gehouden. Dat zij, ook buiten
Duitschlaiid, zoo lang daarvan geweerd werd, verklaart
Dr. Heicli door er op te wijzen dat liet theater
publiek voor het mccrendeel bestaat uit weige
stelden, die hunne plaatsen iu deu schouwburg
niet weuschen te betalen om zicli onaangenaam
heden te laten zeggen. De oprichting van //die frcie
Bühne" te Berlijn heeft daarin verandering ge
bracht,; liet eerste stuk, dat daar gespeeld werd,
was Hauptmanu's sociaal drama //Vóór zonsop
gang". Naast Haupt.mauii is Sudermann de talent
volle vertegenwoordiger der sociale dramatiek.
In het laatste hoofdstuk gaat de schrijver na, wat
reeds gedaan is om het volk te doen deelen in kunst
genot, w,-it, nog gedaan moet worden. Daar het on
derzoek naar het, eerste spoedig is afgeioopcu, vindt
hij gelegenheid de laatste vraag uitvoerig te bespre
ken. Ook de aest.beticus dus redeneert hij
rnoct ijveren voor deu normalen arbeidsdag vau
acht uren, want slech's een volk, dat den noodi
gen tijd tot ontspanning heeft, k:iu vau kuust
genieten. 7,ij, die altijd roepen dat de lagere klassen
iu huu vrijen tijd slechts materieel genot zoeken,
dienen zich af te vragen of de schuld daarvan
misschien niet ligt, bij de hoogere standen, die
weinig of niets hebbeu gedaan om liet, volk vat
baar te maken voor hoogere genietingen. Achter
eenvolgens komen dan ter sprake: het openstellen
vau musea op voor werklieden geschikte uren;
het, geven van tooneelvoorstellingen en muziek
uitvoeringen, voor geringe pi-ijzen of gratis;
Univcrsity-Extension, Toynbeewcrk kortom
alle middelen, die kunnen strekken om het peil
j van liet geestelijk leven der lagere klassen te
verhoogen. Schilderijen te bezien eu naar muziek te
luisteren zoo zeggen de gasten van den groot
handelaar Werle iu Ibsen's //De Wilde Eend" .
is, ua het, diner, een uitstekende zaak, want het
bevordert de spijsvertering. Na deu maaltijd ook
kunstgenot,! Ook voor hen, die niet bij groot
handelaars te dineereu gaan, moge deze leus aan
geheven worden : panem et circeiises !
Het t'oek, waarvan ik den inhoud heb samen
gevat, schenkt, deu lezer ook deze voldoening, iïat
hij het, niet altijd met den auteur behoeft, eeus te
zijn. Een enkele maal haalt Dr, Reich zelf voor
zijne bestrijders de wapenen van het, rek. Zóó,
waar hij beweert, dat de uieuwe kunst, wier ge
schiedenis hij beschrijft, het eerst iu de beeldende
kunsten zichtbaar is geworden. Als bewijs daar
voor dient het feit, dat reeds iu 1S31 Delacroix
zijne //La barricade" schilderde ; doch een
oogeublik later vernemen wij, dat de k u u s t en aar tot
dit werk geïnspireerd werd door ecu gedicht van
Auguste Barbier //La curée." Ook bleef Delacroix
voorloopig alleen staan; eerst na J SIS kan er
sprake zijn van een naturalistische schilderschool.
Daar er nu, vóór het genoemde jaar, zoowel iu
de Fraiisehe, als in de Eugclschc en Duitsche
litteratuur, uitingen van gemeenschapskunst zijn
geweest, had de letterkunde de primeur van. liet
onderzoek naai' die kunst verdiend.
Zwaarder treft den auteur het verwijt, dat hij
den invloed vau de Scandinavische litteratuur,
met name vau Ibscu, onderschat. Voor hem is
de arbcidersquacstie //de" sociale quaestie; ouder
sociale kunst, verstaat hij slechts de kunst, die
zich het, lot der proletariërs auutiekt, niet de kunst,
die de maatschappelijke nooden vau de hoogere
klassen tot haar onderwerp koos.
Ook speelt de liefde voor het, proletariaat hem
vaak parten eu doet hem vergoelijken, wat slechts
te betreuren is. 'Wanneer hij spreekt, over den
Doniinikaiier monnik Savouarola, over de volks
beweging, door hem te Florence gewekt, over liet
vernielen vau zoovele kunstwerken, die de be
scherming der Medicis' te voorschijn had geroe
pen, laat hij het, voorkomen alsof deze haat, tegen
de kunst, niets anders was dun de vurige latente
kuustliefde van een volk. dat vernielde, waarvan
het niet mocht, genieten! Het. is zeker wel geoor
loofd achter deze beschouwing een vraagteckeii
te zetten en den wensch te uiten, dat de kunst
voor dergelijke apenliefde gespaard moge blijven.
Trouwens, de historie leert ook dat hier wel
degelijk haat tegen de kuust aan het, werk was:
de boetpredikiiig van Savonarola had liet volk er
aan gewend de kunst als ecu lokaas van den