Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 835
landnaticnalisateur, enrljj zekere verkiezing
te Haarlem heb ik dat ondubbelzinnig doen
blaken maar ik ben het geheel eens met een
shderen oeconomist, dien ik met vertrouwen durf
inroepen in tegenwoordigheid van den Minister
ran Financiën, ik bedoel John Stuart Mill. Toen
ik bflna 40 jaren geleden in Amsterdam het
voorrecht had bekend te worden met den »grooten
oeconomischen denker" mr. W. C. Mees, den
toenmaligen Secretaris der Nederlandsche Bank,
vroeg/ ik heni wat zyns inziens het beste boek
was voor staathuishoudkunde, en hij noemde mij
toen het boek van Mill. In dit boek ligt de
grondgedachte, dat de eigendom van land is een
eigendom, die moet gerespecteerd worden, maar
die niet is een eigendom als andere eigendom,
juist omdat, wanneer men tot de oorspronkelijke
gronden wil opklimmen, de aardbodem behoort
aan het menschelijk geslacht en niet aan de
individuen. Welnu, ik respecteer dien eigendom
ten volle, ik wensch er niet aan te raken; maar
de landeigenaren moeten niet vergeten, dat zij
eigenlijk in het bezit z\jn van een monopolie
en dat het daarom niet meer dan billijk is dat
zjj voor dat monopolie betalen, even goed als
een aandeelhouder van de Bank betaalt voor het
monopolie van de Bank."
Beze leer te weerspreken of liever er een
hatelijkheid over te debiteeren dat was weg
gelegd voor den heer Rutgers van Rozenburg,
die in dezelfde zitting 'tnoodig achtte zich te
verzetten tegen het epitheton »agrariër", door
den heer Mees voor hem uitgezocht.
«Voorzeker een nieuwe leer!" riep de heer
Rutgers uit.
»Ja, Mjjnheer de Voorzitter, wanneer ik let op
de voorspoedige ontwikkeling, welke de denk
beelden van dien Haarlemschen afgevaardigde in
zekere richting reeds hebben ondergaan, sedert
hfl hier is opgetreden, dan verwondert mij die
redeneering van zijn kant niet. Wellicht zal hij
er dan iets vroeger of later ook wel toe komen, te
eischen dat werkelijk 30 pet. (als van de Bank)
van den landbouw worde geheven; ik wanhoop
zelfs niet er aan, hem eenmaal nog met anderen
hier te hooren verkondigen, dat eigendom, althans
grondeigendom, is diefstal."
Dus Farncombe Sanders op weg naar het soci
alisme volgens Rutgers. Borgesius idem vol
gens van Houten. Wat 'n »rooie" onder de libe
rale Kamerleden volgens andere liberale
Kamerleden.
De woorden van den heer Sanders gaven ook
den heer Levy aanleiding tot het uitspreken van
een rede ten betooge dat Sanders zich ten on
rechte had beroepen op Mill, iets wat «gevolgen
hebben kan, welke men niet kan overzien." Een
rede, die Nederland heeft bewaard voor ijselijk
heden, welke men niet kan overzien, zulk een
rede behoort in alle gemeenten van ons land te
worden aangeplakt; ik kan dus nalaten ze over
te nemen.
Z. VAN DEN BEKOII.
miniiii immimiiiH niiiiii l i minimi»
TOO-NLLKÏMVZIEK
Het Tooneel..
Bij »Het Nederland sch Tooneel" een reprise
van De demi-monde. Dumas' tooneelspel dateert
van 1855; het draagt zijn jaren met eere en
waardigheid Het is een van die kourwerken der
Fransche dramatiek uit de tweede helft dezer
eeuw, waarvoor men niet onverschillig kan blijven,
die men bekibbelt en beknibbelt, wanneer inen
ze niet bewondert, die hoofd en hart in beweging
brengen en houden, die nawerken en bijblijven,
de arbeid van mannen, die iets te zeggen hadden
en dit met klem en overtuiging zeiden, die het
leven van vele kanten hadden bekeken en den
indruk, dien zij daarvan ontvingen, zoo juist en
zuiver mogelijk in beeld brachten. I>e demi-monde
is voor het tegenwoordige geslacht niet meer wat
het voor een vroeger was; het is voor ons Hol
landers bovendien nooit dat geweest wat het voor
de Franschen, wat het in het bijzonder voor
de Parijzenaars heeft kunnen zijn. Den
demiIIIIIIII1IIIHIIIHII1IIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIMU
Dus maar verder. De boekhandelaar was
ook heel vriendelijk, maar zei lachend:
»Mijn neef stelt zich dat gemakkelijker
voor dan het is. Wij hebben wel de meest
verschillende Columbuspostzegels in het land,
maar alleen op het postkantoor, niet in het
verkeer. Brieven, die een dollar of meer port
kosten, zijn er eenvoudig niet, althans niet
in het binnenlandsch verkeer. Zoogenoemde
pakketten, drukwerken, worden maar tot een
gewicht van vier pond door de post ge
xpedieerd, en dat kost hoogstens 64 cents. Met
andere woorden : onze slimme
generaal-postinspecteur heeft de dollarspostzegels eenvoudig
als speculatie op de liefhebberij van de post
zegelverzamelaars laten vervaardigen. In
zijn jaarverslag aan den president zegt hij
het woordelijk: ik reken er op, dat de re
geering der Unie door de
Coiumbuspostzegels een extra-ontvangst van 2 a 3 mini
oen dollars zal genieten. En ik geloof dat
de man zich niet vergist heeft.''
»Ik denk het ook; maar zeg eens, mijn
heer Hopkins ; u ontvangt dus nooit postze
gels van 50 cents ?"
»Ja wel, maar wij hebben met een groote
firma in postzegels hier een contract geslo
ten, waardoor ze ons alle afgestempelde
Columbus-postzegels tegen een derde van de
waarde afkoopt."
»Donnerwetter. Pardon dan. Maar
zooiets had ik nooit kunnen denken."
»Pardon ook," zei de boekhandelaar heel
beminnelijk ; »in Amerika gebeurt veel
waarmonde, zooals Dumas dien heeft geschilderd, ken
nen wij niet. Wat voor de Parijzenaars van 1855
(en ook alleen voor dezen, want de demi-monde
bestaat niet meer als een nle flottante qui vogue
sur l'océan parisien," vormt niet meer een we
reldje op zich zelf) een stukje leven van hun
leven was, is voor ons een curiositeit, van wier
juiste beteekenis wij ons geen te best denk
beeld kunnen vormen, waarvan wij de geestige
beschrijving waardeeren en bewonderen, zonder
dat wij over het min of meer juiste daarvan
een oordeel kunnen vellen. Voor ons is Dumas'
tooneelspel geen van gloed en leven tintelende
zedenschildering, voor ons is het eigenlijk in
het geheel geen zedenschildering. Ons boeit het
als tooneelspel, door een der geestigste mannen
en meest begaafde dramaturgen dezer eeuw ge
schreven, voor ons is het een intrigekomedie,
of nog liever en nog juister een intrigetragedie.
Wie het op zijn juiste waarde wil schatten, dient
het als zoodanig te beschouwen. liet geheel bij
zondere er van is, dat het komisch van vorm en
tragisch van inhoud is, dat het als blijspel be
handelt, wat eigenlijk geen oogenblik komisch is.
Onder zijn vroolijkheid bergt het namelooze ellende,
onder zijn opschik diepe verwording, de
bloemengeuren trachten te vergeefs de graf- en
knekelhuislucht te verstikken.
De demi-monde mist, als alle werken uit
Dumas' tweede periode, het volle, warme, echte
leven; in de karakterteekening zijn oneffen
heden en onzekerheden; van de personen zien wij
er bijna geen een zooals de dichter wilde, dat wij
dat zouden doen, zijn helden niet zoo groot, zijn
boozen en onreinen van harte niet zoo klein
als hij deze bedoelden. Reeds jaren geleden wezen
de Fransche critici op het eenzijdige en
gewrongene van Dumas' moraal en vonden de verkla
ring hiervoor eensdeels in zijn onwettige geboorte
en verwaarloosde opvoeding, anderdeels in zijn af
stamming; zijn overgrootmoeder van vaderszijde
was een negerin. Dumas heeft in vele werelden ver
keerd, bij voorkeur echter in de hoogste en laagste.
In den middelstand, in de fatsoenlijke burger
kringen bleef hij steeds een vreemdeling. n
van zijn meest kenmerkende eigenaardighe
den, zijn bijna stuitend zinnelijke vereering van
het sexueel reine jonge meisje kan alleen uit
deze omstandigheden worden verklaard. Een waar
achtig kuische, een eenvoudig onschuldige jonge
vrouw heeft hij nooit kunnen schilderen. Mar
cello in De demi-monde, die daarvoor moet door
gaan, is bijna een caricatuur ervan. Zij blijft rein,
omdat zij weet welke rampzaligegevolgen de val van
een vrouw na zich sleept, omdat zij vroeg wijs en
vroeg oud is; zij blijft rein uit overleg, langs den weg
der redeneering, uit berekening, en slimheid zou
men bijna zeggen. Haar reinheid schijnt een truc
om den geblaseerden Olivier te boeien en te
vangen. Als Raymond baar tegen liet slot toe
voegt : »U trouwt met den braafsten man, dien ik
ken," gunt men haar dit buitenkansje van harte,
omdat men het op den juisten prijs weet te stel
len, omdat men onwillekeurig aan Agnès en
Arnolphe uit Molière's »Ecole des femmes" denkt
en bijna hoopt, dat Olivier met zijn zelf ge
kweekt onschuldjo evenveel geluk zal hebben
als de oude heer van Molière. Olivier, die zich in het
geheele stuk gedraagt als een ploert en een vlegel,
die de vrouwen, wier gunsten hij genoot, bespot en
bedriegt, die, even verdorven als deze, zich ver boven
haar verheven denkt, wiens eenige verdienste het
is, dat hij een man is, terwijl zij vrouwen zijn,
wiens mooie woorden en leelijke daden bijna
meer weerzin wekken dan de listen en lagen
van Suzanne. Dumas wilde, dat wij do vrouwen
der demi-monde zouden verachten. Zijn tooneel
spel brengt er ons voor alles toe ze te beklagen.
AVel benijdenswaardig het lot van de vicomtcsse
de Vernières en Valentine de Santis, wol benij
denswaardig dat van Suzanno, wier leven n
lange worsteling was en zal blijven, die in den
wanhopigen strijd om een naam en positie
steeds opnieuw zal Lopen on waarschijnlijk
steeds opnieuw teleurgesteld zal worden. Kn
stel, dat zij haar doel bereikt, dat een fatsoen
lijk man haar tot vrouw neemt. Vroeg of laat
zal hij de waarheid omtrent haar verleden ont
dekken on haar dooden, zooals Raymond zegt,
of verstouten. Marcello heeft wel gelijk, dat zij
een fatsoenlijke vrouw wil blijven, ^'iet iedere
vrouw vindt echter een leerschool en bescher
mers als zij.
De vertooning als geheel liet in twee opzichten
te wenschen over. In de eerste plaats werd het
tempo veel te langzaam genomen. Vervolgens was
het met de dictie van bijna allen meer dan eens
allesbehalve in den haak. Blykbaar had men
zich niet genoeg overtuigd, dat De demi-monde
een stuk is van de oude school, indien men dat
wil, een stuk, dat voor alles is geschreven, waar
van ieder woord beteekenis heeft, waarvan geen
geheele volzinnen mogen worden geradbraakt of
ingeslikt. Het minst schuldig in dit opzicht waren
mevrouw Frenkel (Suzanne) en de heer Clous
(Olivier), die vooral, wanneer zij tegenover
elkander stonden, wedijverden in juist en geestig
zeggen. Beider creaties waren het lichtpunt
van den avond. De Suzanne van mevrouw Fren
kel was voortreffelijk zonder voorbehoud, een
mengeling van naïeve verdorvenheid, slimheid,
wilskracht en overmoed, genoeg courtisane om
niet te sympathiek, genoeg vrouw en groote dame
om niet te afstootend te schijnen. Haar eerste
gesprek met Olivier was reeds dadelijk een mees
terstukje, niet minder fraai waren het groote
tooneel dor afrekening in het derde en de ijzige
kalmte en beslistneid tegenover Marcello in het
laatste bedrijf. In het eerste gesprek met de
Thonnerins had nog duidelijker kunnen uit
komen of zij voor den markies werkelijk iets
gevoelt of ook tegenover hem huichelt. Van baar
toiletten scheen mij vooral dat in het vierde be
drijf een meesterstuk. Als Olivier heeft de heer
Clous bewezen dat hij voor het emplooi van
raisonneur geheel bijzondere eigenschappen bezit.
In enkele gedeelten had de toon nog iets luch
tiger, voornamer, sarcastischer kunnen zijn, overi
gens valt zijn creatie slechts te loven en te prijzen
en zal zij hem door niet velen worden verbeterd.
Den Raymond van den heer de Jong ontbrak
het voor alles aan hartstocht. Op het naïeve, een
beetje domme en onnoozele in liet karakter viel
te veel de nadruk. De figuur was niet sympathiek
genoeg, boezemde geen belangstelling in. Deze
Raymond scheen een slachtoffer, Suzanne's geniale
geslepcnheid niet waard. Juffrouw Lorjéwas als
Valentine guitig, dartel, petillant. liet brutale in
toon on uiterlijk, dat de rol vereischt, bezit zij
niet. Ook mevrouw Iloltrop (Marcolle), boe fraai zij
enkele volzinnen zeide, bewees op nieuw, dat zij
geen ingénue is. Mevr. Pauwels (de vicomtesse de
Vernières) speelde en zoide haar partij wel een
beetje erg kleurloos. De heer Spoor (de Thon
nerins) bad iets correcter, de heer Van Schoon
hoven (Richond) iets minder correct kunnen zijn.
De vertaling liet zeer veel te wenschen over.
II. J. MKÜI.KR.
Minimum i n mi iiiiiiiimmmmiiiiimtmmiimiiiiiiimmiii IIP
Muziek in de hoofdstad.
De criticus wikt en de coiicertbestumi be
schikken. Hij moge het muzikale wiiitcrsaisoeii
j als geëindigd beschouwen, (hetgeen m de
Junimaand toch waarlijk geen buitensporige opvatting
kan genoemd worden) altijd komen er nog lenige
laatste eii onherroepelijk laatste concerten. Ik zal
dan ook maar niet meer beweren, dat het nu wel
gedaan zal zijn tot September. Met kan nooit we
ten! Hoe het ook zij, ik heb thans uog melding
te maken van enkele uitvoeringen die iu de loep
van de maand J uiii hebben plaats gehad.
De liedertafel Kuterpe'', (directeur de lieer Joh.
; M. Messchaert) kon haar laatste wintercoueert
! niet eerder geven, omdat de heer Alesschaert als
| solist zoodanig in beslag was genomen, il.it hij er
niet aan deuken kou eciie uitvoering te leiden,
alvorens alle groote concerten hier cu elders waren
! afgeloopen.
| Gelukkig bezit echter Euterpe onder de werkende
leden iemand die de rrpetiticèu kau leiden wan
neer het noodig is, zoodat, deze vrreenigüig toch
| geregeld eu met, vrucht kan oefenen.
Op deze uitvoering werden twee koren zonder
j begeleiding van Ma\ rueli en ISrambach (naar
l ik ineen \roeger reeds uitgevoerd) eu ecu
nitge; breid werk: /A-/,//vV/i /A-,- /:'/'?/.;'<?,? van \Vullucr teil
gelioore gebracht.
Vooral het koor van I! aiiibach word zeer schoon
voorgedragen, doch ook iu de werken van ijiuch eu
! \Vulliicr kou men de uitstekende eigenschappen
! van En/rfjic dikwijls opmerken. Toch kon mij de
i voordracht, vootal van het, laatste werk niet
ge| heel bevredigen. -Men moet, eu mag aan l'.ii/ci'pe
', mi eenmaal zeer hooge eisclicu stellen en afge
scheiden van het feit, dat deze compositie veel
verliest door klavierbegeleiding, inplaats van orkest
(hoe uitstekend die partij ook door een lid van
Euterpe werd vervuld) werd zij .niet met de ze
kerheid en gemakkeiijkheid vertolkt, die wij van
Euterpe geweud zijn.
Toch bood deze avond weer veel schoons, waartoe
de solisten ook het hunne zeer bijdroegen.
De lieer van Duinen droeg de moeielijke en
afmattende partij van Heinrich (die over het
geI heel voor zijne stem wat hoog ligt) met veel
inj tentie eu goede declamatie voor; hij toonde
Mes! schaert's wenken met zorg te hebbeu behartigd.
1 Ook de kleinere partijen door de heeren Wessing
: (een dilettant die ik voor het eerst hoorde en die
, blijk gaf van goede voordracht en oef'eniug) en de
| heer jVltlippeau verleenden relief aan dit werk.
j De heeren van Adelberg (viool) en Parnever
(piano) vverkteu eveneens op dit concert mede."
j De heer vati Adelberg maakte door muzikale
i voordracht en technische zekerheid een zeer
goe! den indruk iu de aantrekkelijke Schmedhche IVeisen
'? vuil 'Füiize van Amauda eu Julius Röntgeu. Met de
l'aust-ïiintasie vau Wieiiiawski had deze solist
l geeu gelukkige keuze gedaan, want hij staat m.i.
j als musicus liooger dau a's virtuoos.
l De heer Pameyer (oud-leerlmg van het Conser
vatorium) toonde (Jat hij aan zelfbeheersching en
zekerheid gewonnen heeft. Hoewel de keuze vau
Schumaüii's Faschiugscliicaak niet gelukkig was,
omdat de groote zaal vau het Concertgebouw voor
zulke stukken niet erg geschikt is, kan ik toch
van de wijze waarop hij deze compositie voordroeg
zeer veel goeds zeggen. Er is iu zijne wijze vau
optreden nog iets onvrijmocdigs, doch dit zal wel
van zelf verdwijnen.
Met groote ingenomenheid heb ik echter zijn
spel gevolgd.
De liedertafel Apollo, directeur de heer Ph.
Loots, vierde haar veertigjarig bestaau en gaf bij
die gelegenheid aan de kuustlievende leden een
feestcoueert met medewerking vau het orkest vau
het Concertgebouw en de solisten : de heereu
Rogmans, relio en van Duinen.
Men ziet het, iu beide concerten verscheen geen
enkele dame op het podium. Hoezeer ik ook waar
deer wat er geboden werd, speet mij dit toch,
want nog meer dan anders werkt een vrouwenstem
weldadig op een maiiiieiuaugvereeiiiging-concert.
Doch in de werken die op beide uitvoeringen wer
den ten gelioore gebracht, kwameu alleen teuor eii
bas-soli voor; dit kan dus als excuus gelden.
Apollo had aan Ned. eompositiën een ruime
plaats gegeven. Behalve ecu LnJ'zang van den di
recteur werden Nicolai's Jlnini/ceit eau Gelder,
Hol's Lci'Je/i untzet eu een soldateukoor uit diens
jleiligerlife-Cdittiite uitgevoerd. Over deze uitvoe
ring wil ik kort ziju, want liever bespreek ik de
eigenschappen van dat koor eens bij eeu gewoon
concert, wanneer deze kleiue vereeuigiiig zonder
orkest zingt. Daartegen toch bleek zij niet
opjej wassen, (het soldateu-koor marcheerde echter
volI doende), althans niet 111 de eerste ai'deeliug die ik
j alleen bijwoonde. Iii koren zonder begeleiding of
met pianobegeleiding zal zij zich ongetwijfeld
gunstiger doen kennen.
l Let publiek toonde door een krachtig applaus
zijn sympathie voor deze vereeniging.
Apollo zij in het volgende veertigtal jaren krach
tige ontwikkeling eu bloei toegewenseiit! De l Leer
van Duinen droeg vooral deu klemeu solo iu
HitiisSicn. n'ii lïtdnt'i' zeer goed voor.
De Heer Rogmaus zong van ditzelfde werk de
hoofdpartij. \\aiiueer ik met eeu van de nieuwste
werkwoorden die de l'raiiseiie critici met zekere
voorliefde gebruiken, wilde spreken,/.ou ik zeggen :
J/. YiV////,v/A- a tii/iiïcti lj,'ulf<,<ii<itfi/tL ik geloof uier.
dat liet, werkwoord: unfitimer ook rcads bestaat;
anders zou ik dit gebruiken voor deu zaug vau
den i [eer Orelto, die een drietal Aed. liederen
met veel uitdrukking voordroeg.
j
j De einduitvoering van het Conservatorium voor
nui/.iek alhier [schooljaar JVJi?IS'Jo) had
gister.I avond plaats. Leerhu^en vau de klassen Voor piano,
i zang, viool eu violoneel deden zich iu eeu zeer
uitgebreid programma hooren.
! Diuirdoar kreeg men een blik op het onderwijs
; in de klassen van den heer iioiitgen (pianoi, -Vlij.
U'jdduigius en de lieer Messchaert (zang;, Cnimer
1 (viool), IJübiuaus (viuloucel) eu de Lange
(soiicgela.>.~(J.
Hen hoorde hier sommige leerlingen wier spel
ntmiliililiiiiiilimimmMiiiiliiilllllllllllliiiiiiimmmimmiMimiiiiiiiurau
van men in ander land zelfs niet droomen
kan. Eigenlijk is geheel Chicago een on
mogelijkheid, Voor vijftig jaren jaagden de
Indianen hier nog op buffels en scalpeerden
lederen blanke, die zich vertoonde."
»Zeker, zeker. En nu scalpceren do blan
ken hier elkaar bij het jagen op den dollar.
Maar daarvan afgezien, kunt u mij niet een
paar postzegels afstaan tegen denzelfden
prijs, dien de postzegelhandeïu geeft ?"
»Het spijt mij zeer. Ik zou dan een boete
van 10000 dollars er aan wagen. Dat staat
namelijk in mijn contract. Nu ken ik u im
mers niet, mijn beste heer: ik heb dus geen
idee ervan, of u niet misschien een agent
van de firma in postzegels zijt, die mij op
heeterdaad betrappen wilt. Niet waar. dat
zou een aanlig buitenkansje zijn, 5000 dol
lars voor u en 5000 voor uw firma 'f
Tk werd oprecht verontwaardigd, dat hij
mij van zulk een genieenen streek verdacht;
ik gaf den boekhandelaar een kort overzicht
van mijn levensloop en familieomstandig
heden, ik liet hem credietbrief. pas en visite
kaartje zien en wilde toen vertrekken. Maar
hij liet mij niet zoo boos heengaan ; hij viel
van de eene lachbui in de andere, en kwam
slechts met. moeite zoover bij, dat hij tot mij
kon zeggen :
»Och, wat bent u toch goddelijk! Wat
bent u groen . . . ! Denkt u dan dat hier
iemand u dat kwalijk zou nemen 'i In tegen
deel men zou u heel smart vinden, u zcttdt
hier stellig uw fortuin maken, ''t Zou een
iiiiiiiiiiiiumm
iiiimiMiMiiiiiiiMimmimiiiil
heel aardig zaakje zijn. Nu ik zie wel, j
dat u werkelijk van overzee en nog niet lang;
,. ...., - . ~ l
! hier ztjt, ik zal u een kaarlje voor mijn post- i
' zegelhandelaar meegeven."
i »Is dat ver van hier ?"
»Ver ? Neen, vlak bij! Zes blokken weste
lijk ; u behoeft niet eens een <-ar te nemen;
l u wandelt er in een kwartiertje heen. '
Na een half uurtje otnzwervons de
Chicagoer had blijkbaar hut oponthoud aan de !
hoeken der straten, waar men altoos tusschen l
de treinen en rijtuigen eeu vrij oogenblik
voor het oversteken moet afwachten, niet i
1 meegerekend was ik bij den
postzegelhan' delaar aangekomen. Life i 1de verdieping,
groote zaak, twee kassiers, vijftien bedienden,
negen meisjes aan de schrijfmachine, zeven
telephonen. Ik zeide wat ik \venschte.
i ;>lk dunk u, neen,''/.ei de chef..De vraag naar
' Colunibuspostzegels is zooveel grooter dan
liet aanbod, dat ik mijn heelen voorraad tot |
na afloop van het Columbusjaar wil bewa
ren. Mijn groeten aan Ilopkins-Fellow.
! Adieu!"
:|: :;;
Ik wilde nu aan (..'hristiaan Furchtegott
! Muller schrijven en hem dit onbevredigend
( resultaat van mijn pogingen meedeelen, maar
! 's nachts in den droom ver.seheeii mij mijn
;>oude trouwe schoolkameraad'1 en beweerde
niet 7.00 droevig gezicht, dat al zijn zieleheil
van het bezit der C'olumbiis-postzegels afhing,
dat ik besloot, den bijl er nog niet bij neer
te leggen. Ik schreef dus aan een
postzegelzaak te New-York, die in de bladen fiad
geadverteerd en alle postzegels ter wereld,
gestempeld en ongestempeld, wilde leveren.
»YVij zijn bereid," antwoordde mij de
NewYorksche iiniia, ,>u al de (Jolumbus-zegels,
tegen l ',.; der nominale waarde te leveren.
Gelieve op te geven welke u wenscht, en ons
het bedrag op te zenden ; levering volgt dan
terstond !:'
»Zijn de lui dan allen krankzinnig," vroeg
ik in een opwelling van wanhoop, ergernis
en ongeloof. »0ude postzegels duurder dan
nieuwe ; en dan nog met moeite te k r ij gou !
Daar heef'i mijn vriend Cltristiaan Furclitegot
Muller in JDuitschland tocii geen idee van.
Als ik het hem schrijf, gelooft hij het niet
eens ! Kn toch is het waar. I)e eenvoudigste
en gemakkelijkste manier om zieli in Ame
rika oude postzegels ie verschaften, is dunkt
mij, dan, dat men nieuwe koopt, op 't
postkantoor, en ze door een vriendelijk
postumbt.enaar laat alstempelen. JJus naar het
postkantoor \"
»(leef mij alstublieft een stel postzegels
en eert stel couverten."
«Zestien dollars .'j l- ets voor de postzegels
en een dollar -'.> ets voor de enveloppen."
Dus ongeveer 75 mark Duitsch, (45 gul
den Hollandsen)! Canstiaan Fürclitegott
Muller had wel gelijk, toen hij beweerde,
dat ik als Amerikaan hem zonder bezwaar
de gewenschte postzegels zou kunnen ba'
zorgen !"