Historisch Archief 1877-1940
AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 840
Uit Dr. GAJXTNEF's Studeerkamer.
(Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124).
Miquel-Diogenes aan het zoeken naar belastingen.
(Ulk).
l«t*
fe?V
Heureka! Een reisbelasting, die is er nog niet!
Mevrouw Kervel's krijgslist.
Kervel was een vrij goed echtgenoot, over het
geheel, maar hij liad ontegenzeggelijk neiging tot
gezelligheid. Hij kwam niet zoo vroeg thuis als
wel wenschelijk was; als hij thuis kwam was er
wel eens een blosje op zijn mannelijke wang en
het licht van zachte verheugina in zij u oog. liet
kleine mevrouwtje Kervel dacht over deze ver
schijnselen na, en maakte zich een beetje ongerust.
»Het zou een vreeselijke ramp zijn", zeide ze
tot zichzelf. /,als Willem langzamerhand aan den
alcohol ve-rslaafd werd. Ik kan niet zeggen dat
hij zich nu nog te buiten gaat. maar men kan
niet weten of hij niet op het gladde pad is, on
als dat zoo is, is het mij a plicht hem tegen te
houden voor het te laat is."
Den volgenden morgen, aan het ontbijt, sprak
haar man toevallig over een kennis van hem, een
zekere Grokman, die zooals hij opmerkte, den
laatsten tijd erg op den slechten weg -was en dat dit
was toe te schrijven aan een verderfelijkeu smaak
voor spiritualia.
»Maar Willem", riep zijn vrouw, terwijl ze in
haar agitatie een sardientje in plaats van een
klontje suiker in zijn koffie litt vallen, //vind je
"Uncle Sam en de zilvercrisis.
(Judgt).
vriendelijk willen wezen om je vermaningen voor
je zelf te houden, want ze brengen mij uit mijn
humeur."
Daarop schoof hij zijn stoel wild achteruit,
schopte de kat in den kolenbak, en ging naar de
stad, terwijl hij bij wijze van uitdaging nog even
te kennen gaf, dat hij op een rookpartijtje was
gevraagd, en dat hij daarom waarschijnlijk wel
later dan gewoonlijk zou terugzijn aan den
huiselijken haard.
Dien zelfden middag ging mevrouw Kervel,
met een vastberaden uitdrukking in haar ronde
blauwe oogeu, uit om boodschappen te doen. Ze
nam een van haar vriendinnen, mevrouw Romer,
mee, eu samen hadden ze een prettigen middag.
*
?x- *
Toen Kervel dien dag naar zijn kantoor ging,
voelde hij zich niet bijzonder opgewekt. Hij was
een erg zenuwachtig man en de waarschuwing van
zijn vrouw Maar je zult ook zulke dingen zien
als je niet oppast," schoot hem telkens weer
binnen, op een hatelijke;' ergerlijke aanhoudende
wijze, die hij niet kou verklaren.
Misschien, zoo was de slotsom van zijne over
peinzingen, was zijn leven een beetje in de war.
Maar figuurlijk gesproken, strooide hij zijn leven
naar alle windstreken toen hij door de portalen
van zijn club liep. Het was een heel gezellig
//rookpartijtje" en Kervel genoot er zeer van, even
als van de t'i/-r grogjes, ofschoon hij aan zijn vrouw
had gezegd dat hij het getal twee nooit te boven
gms.
Hij voelde zich niet weemoedig meer, toen hij
vroolijk een van de rooker"koren neuriede op zijn
weg naar zijn woning, en hij zong nog steeds,
toen hij de voordeur van zijn huis opende en de
gang intrad, waar het neergedraaide gas flauw
brandde.
niet dat het vreeselijke lot van dien mijnheer
Hoe-heet-hij-ook-weer wel een waarschuwing voor
jou mocht zijn?"
//Wat bedoel je daarmee, liever" zei Kervel met
groote waardigheid en een soort van geraakthcid.
Ik hoop toch dat je je man niet vergelijkt niet
dat zwakke wezen Grokman, die de beteekenis van
liet woord matigheid niet kent. Gelukkig ken ik
die wel. Een bescheiden glaasje rumgrog of op
zijn hoogst t\vee, is mijn maximum, bij wijze van j
avondverfrissclmig. Ik ben volstrekt niet afkecrig
van een hartig ontbijt en ik zie ook geen akelige
dingou zooals Grokman, als ik's avouds thuis kom.''
Wat voor dingen ziet die Grokman dan r" vroeg
mevrouw Kervel peinzend.
, spinnen, en ratelslangen, en roode hagedissen
en blauwe vleermuizen en allerlei afsclmwelijkheden
van dat soort," antwoordde Kervel achteloos. Ik
zie daar nooit iets van.''
Maar je zult ook zulke dingen zien, als je niet
oppast,rzei mevrouw Kervel op een toon van ver
maning.
//Als dat gebeurt vrouw," begon Kervel weer
met snijdend sarcasme. zal het tijd worden voor
mijn welzijn je in een afschafïerstractaatje te veran
deren, maur tot zoolans zal ie misschien wel zoo
Maar hij staakte zijn gekweel, toen hij bemerkte
hoe stil alles was. Zijn vrouw en hunne eenige
dienstbode waren zeker reeds lang ter ruste. Hij
keek op zijn horloge en bespeurde, dat de wijzers
aanduidden, dat de nieuwe dag een half uur oud
was. Toen hij zijn uurwerk weer in den zak stak
deed hij twee pas achteruit op de mat. Vlak voor
zijn voeten zag hij een groote zwarte spin, afschu
welijk harig, en met uitpuilende oogen, die hard
er over heen scheen te willen loopeu. Een volgend
oogenblik zou het walgelijke insect misschien op
zijn been springen, peinsde Kervel, en vaag nam
hij een woesten sprong voorwaarts, die hem recht
naast den parapluiestaiidaard deed neerkomen.
Maar nog een schrik wachtte hem. Ofschoon het
licht flauw was, kon hij toch zonder moeite den
reusachtigen vorm waarnemen van een volwassen
brilslang, die zich i.m zijn beste parapluie had
gestrengeld en die haar vergiftigen kop uitstak als
gereed om op den bevenden indringer toe te schie
ten. Om zijn positie nog erger te maken zag
Kervel nog een kruipdier van dezelfde soort,
dat, aan een der l aken van den porte-manteau
hing, waaraan het zich met zijn staart vasthechtte.
//Is de slangengalerij in Artis losgebroken, of
word ik gek," mompelde Kervel, en deed een stap
achteruit. Toen viel zijn blik plotseling op een
reusachtige vleermuis, zeker van het
vampvraeslacht, die zich met opengcsprcide vleugels 'vlak
boven zijn hoofd in evenwicht hield. Met een
gesmoorden uitroep van schrik, nam de vervolgde
nachtbraker een sprong naar de trap, maar hij
hield zijn adem in toen hij op de benedenste trede
een grasgroene krokodil zag, met kaken, die zich
voor zijn koortsachtige verbeelding schenen te ver
wijden tot een griezeïigen grijns toen hij nader tiad..
De krokodil was niet het eenige monster dat hij
tegenkwam. Toen hij zijn oog verschrikt naar boven
Cricket in de toekomst.
(Judy).
Dan zullen de contusies ten minste ook iets te beteekonen hebben.
liet gaan langs de trap, zag hij, dat die om zoo te
zeggen levend was van krnipdiereu en insecten.
wezens van een bloeddorstig, dreigend uitzicht eu
overdreven afmetingen.
Bij dezen aanblik schoot ecu bloedstollende ge
dachte door zijn hoofd, zijn knieën knikten eu hij
ging op de mat zitten met een schok die het huis
deed dreunen tot in den kolenkelder toe.
Mevrouw Kervel, in een morgcnjapon gekleed,
verscheen op het eerste poitaal.
'?V>ru jij ht;t, Willem'r" vroeg ze zacht.
-Ja" bromde haar liggende echtgenoot, en ik
voel mij niet heel wel op het oogenblik, maar
zeg eens Anna, zie je ook een tor, van zoowat
zes duim lanu', met roode oogeu, op de derde
trede van waar je nu staal r"
"Och," zei ze, je droomt''.
,,Dan is het. zooals ik dacht," antwoordde
Ivcrvcl op dollen toon. -liet zijn de uitwerkingen
van een verwan! brein, en ik vol»' de voetstappen
van (irukman, x.oouls je zridc dat ik «m doen.
heb gedaan:' Jk verwachtte ze hier wel in je salon
te zien, als versiering, maar je schijnt ze niet
gebruikt te hebben."
Mijnheer Kervcl's stap was hoorbaar in de gang.
Hij had gemaakt op thcetijd thuis te /ijn.
Stil!" riep mevrouw Kervel. «Spreek nitt over
die monsters, terwijl mijn man er bij is. Ilij vindt
het cia'cnlijk niet pleizicrig om dingen van die soort
in huis te zien.''
licrusting.
(ülk\
//? //??///',
,/. Hel bed is blijkbaar de
vloog tiisM'heu de lakens, en trok de dekens over
zijn hoohl. Mevrouw Kervel kwam. en maakte
een kalmecreiul drankje voor hem klaar, en \ijf
minuten later sliep hij den .slaap des rechtvaardi
gen, des rechtvaardigen Voldoende met broumkali
\ oor/iei:.
Toen sloop zijn vrouw zacht naar beneden, /e
bleet' ongevcir ecu kwartier wc»' en toen zij de
siaapkanur weer inkwam, steeg er een lucht van
verbrand eartou eu wol ueater haar op, die van
beneden kwam.
\ liói'dat Kervel den volgenden morden naar
zijii kantoor gun.11, zwak en afgema', zwoer hij
piechli»' ;iile »TOL ji s \<>or <ie toekomst af, als
onli'esehik! voor een man vau een z\\ak en
zcnuwM'btig gestel. i-:i daarop ginu' hij naai' zijne zaken
in een buiienü'i woon zuiveren u'cmoedstoesiaiul.
Alle wiss.e'ir.a is geen vcrbeteriiür.
IS.M \i;< K : Ik arme. oude Atlas! Kemnaal
droeg ik de gar.sche wereld, en nu waag ik
me nog maar aan l.ippe!"