De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1893 1 oktober pagina 6

1 oktober 1893 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 849 Uit Dr. GrAISHSTEFs Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Eentf les voor den arbeid. (Punch.) Mars: »Hoor eens, broeder Vulkaan, als tïzelfs mij aan een scheidsgerecht onderwerp, <Jan zou jij het toch ook wel kunnen probeeren !' lllllllllMluiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiimiiiiiiiiiiiiniu GUtvdri. pullllllltnmiHllllliliiuiii iiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiuimiimiiiiiiimiiiiuH Curiositeiten der Engelsche post. Onder de brieven, die kort geleden bij de Londensche post aïs onbestelbaar terugkwamen, was ook een uit Duitschland, die aan »Jacob Stainer Es(j. violenfabrikant," geadresseerd was.De schrijver van den brief verzoekt den beroemden violenmaker om zijne prijslijst, maar kreeg den brief terug met de opmerking, dat de geadresseerde »al 200 jaar dood" was. Waarmee de post zich soms te bemoeien heeft, toont de volgende brief die voor korten tijd door eene dame uit Xebraska ge zonden werd: »For the London General postmaster, City of London, Old England. Dear Sir! Ik woon in Noord-Amerika en heb iedere relatie met m\jne ouders opgegeven. Ik voeg bij dit schrijven een portret van een jongen man, die bij de post in betrekking is en die mijne zuster drie jaar geleden dacht te trouwen. Wilt gij den jon gen man laten opzoeken en hem opdragen mij te schreven waar mijne zuster, broeders, moeder en vader zich bevinden!" Twee eigen aardige voorstellen werden onlangs aan de post gedaan. Het eene strekte daartoe, dat de post op ieder kantoor een vergrootglas tot het gebruik van de verzienden er op na zou houden, voor het geval dat zij hunne brillen vergeten. Het andere voorstel wilde dat de post op ieder tramwagen een brievenbus aanbrengt.?Dezeeischen zijn heel eigenaardig, en de laatste zal zeker wel in de toekomst verwezenlijkt worden, maar toch niet zoo als de volgende: Een dame trad onlangs in het postkantoor te Ventnor, op het eiland Wight, en verlangde van den beambte dat hij haar schoothondjezoubewaren, terwijl zij een dienst ging bijwonen in de naburige kerk. Toen de beambte zulk een voorstel beleefd afwees, verliet de dame toornig het postkantoor met de woorden, dat het zeer onbescheiden was van een dienaar van het publiek, zulk een beleefdheid aan een dame te weigeren. Een predikant werd door babbelende en giebe lende toehoorders telkens gestoord. Hij hield nu even op, zag de lastige toehoorders aan, en zeide: «Benige jaren geleden gebeurde het mij onder de preek, dat een jongman, die vlak voor mij zat, voortdurend zat te lachen, te babbelen en gezichten te trekken. Ik brak mijn preek af en diende den jongen man een strenge terechtwij zing toe. Xa het eind der godsdienstoefening kwam een heer op mij af, en zeide: »sir, ge hebt een groote vergissing begaan, de jonge man is een idioot". Sedert dien tijd waag ik het niet meer, menschen die zich in de kerk ongepast gedragen, terecht te wijzen; ik vrees altijd mijn dwaling te herhalen en nogmaals een idioot iets te verwijten." Gedurende het overige van de preek heerschte volmaakte rust. Miquel's nieuwe dukatenmannetje. (Lustige Bldtter.') Erwtensoep met varkensooren. Keizer Karel IV kwam eens hongerig en dorstig terug van de jacht en bezocht het klooster Lehnin in de verwachting van een goeden maaltijd. Xu waren de monniken in groote verlegenheid, hun voorraad was gering; iets buitengewoons, den keizer waardig, was niet te verschaften. Slechts een van hen verloor de tegenwoordigheid van Een moderne toren van Babel. (Judge.) it -s »Ende zij verstonden eikanderen niet meer." Miguel: -Als ik maar goed bovenop druk, komen er nog een hoop dukaten uit." geest niet; hij stelde den broeder keukenmeester voor, de kloostervarkens de ooren af te snijden en deze in erwtensoep te koken. Daarmee was een nieuw gerecht gevonden ; vroeger toch had men de varkensooren als oneetbaar weggegooid. De uitvinder, Dietrich Kogelwid, kwam daardoor bij den keizer in groote gunst. Zooals Willibald Alexis in zijn «Weerwolf" vertelt, was Kogelwid de zoon van een linnenwever te Stendal, hij werd Cellarius te Lehnin en had de financiën van het klooster voortreft'elijk geregeld. De keizer nam hem mee naar zijn hof; hij werd bisschop in partibus infidelium, daarna stadhouder en schatmeester van den kei zer in Bohemen en kreeg de bisdommen Sleeswijk en Minden, de proostdij van Wischerod, werd kanselier in Bohemen en eindelijk aartsbisschop van Maagdenburg. Hij liet ziekenhuizen bouwen, den Giebichenstein bij Ilalle, en de groote brug over de Saaie te Ilalle, verbeterde het schoolonderwijs, vermeerderde de inkomsten en wijdde met groote pracht den door hem voltooiden Dom te Maagdenburg in. Deze «historische herinne ring" is zeker van bijzonder belang voor de tal rijke vereerders van deze smakelijke soep die tegenwoordig te Berlijn 's winters na midder nacht vooral in de Pilsener bierhuizen opgedischt wordt. iiliiiiliiiiiiniiiiHtiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiittiiB Op de Worlds Fair. Air house Allais verhaalt, in ecu bijblad van Figaro, van een aantal merkwaardige nieuwe uit vindingen, die te Chicago zijn tentoongesteld, ouderauderen van eene reeks toestellen tot automatische verzorging en opvoeding van kindereu. //Sedert vijftien jaren heeft doctor Blagsmith ge werkt aan zijn wonderbare uitvinding, het mecha nisch opkweeken van kinderen. Zijn inzending, de //automatic pedagogy" trekt niet weinig de aandacht. Voortaan geen huismoeders meer noodig, geen bakers, minnen, kindermeiden, kinderjuffrouwen, bonnes, gouvernantes. .... Doctor Blagsmith neemt den baby bij diens komst op de wereld in ontvangst en legt hem in een wieg, die hij uitgevonden heeft, in een kamer, nnin, [die hij ook uitgevonden heeft. [s de baby daar eenmaal behoorlijk geïnstalleerd, dan hoeft men er iu geen tien of twaalf jaar naar om te kijken. Toch is het natuurlijk voorzichtig, zoo om*_de maand of drie vier, eens even naar den zuigeling te komen zien. Het wicht wordt mechanisch gevoed, mecha nisch onderwezen. Een zeer gevoelige bascule, waarop de wieg be rust, regelt zelf de hoeveelheid te leveren voedsel. Drie maal daags maakt zich een stel borstels en sponsen, vernuftig ineengezet, van het kind meester, wasclit het en maakt het in orde, en legt het weer zachtjes in de wieg, zooals de zorgvolstc moeder het niet boter doen kan. Als het kind schreit, dient zijn eigen gekrijt, door den dynamophoon in bewecgkracht omgezet, om hem weer in slaap te wiegen. Is de bati\ vat grooter geworden, dau moet hij leercn lezen. Deze opvoeding gaat als volgt: Aan den wand. vlak tegenover hem, verschijnt mechanisch ceue letter, A bijvoorbeeld. Op het zelfde oogcublik spreekt de phonograaf den klank A uit. Dan wordt het de beurt van letter 13 en zoo vervolgeus. Het duurt maar heel kort of het kind kent zijn letters en vindt het aardig, ze te noemen vóórdat de phonograaf ze zegt. De opvoeding wordt even rationeel voortgezet als iu de beste scholen. Ook op luiheid of onwil heeft de voorzichtige Ur. Blagsmith gerekend. Zegt het kind zijn les slecht of in 't geheel niet op. dan ontstaat er uit dien toestand een klein ge mis aan harmonie, dat ook al een electrische stroom van geringe kracht te voorschijn roept, liet kind voelt dau oen gering maar zeer onaangenaam geprikkel op de billen. Aldus gewaarschuwd, legt het zich met mcci ijver op de lessen toe. De moreele opvoeding is natuurlijk door Dr. lilagsmith niet veronachtzaamd. leder uur schreeuwt de phonograaf het kind al lerlei goede beginselen en wijze lessen in de ooren. ]n de toekomst zal moeten blijken hoe deze nieuwe methode van pue-ricultuur werkt en welke resultaten zij oplevert.. Voor het tegenwoordige zou het onbillijk zijn, tegen te spreken dut zij vee! gemak geelt, vooral in gezinnen waar meu vee! te doen heeft of een beetje onverschillig is."

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl