De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1893 3 december pagina 2

3 december 1893 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

".Sf'f l-""" DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 858 keeide, beeft Disraëli hart en geweten zijner etand^enooten willen treffen maar tevens zijne opvatting willen verkondigen omtrent de wjjze waarop dat volk moest worden geholpen, namelijk niet door eigen kracht maar door de leiding van een machtige, zichzelf verlooche nende aristocratie. Ddarom, betoogt Mej. Mercier, koos Disraëli tot achtergrond van zqn verhaal de mislukte Chartistenbeweging, daarom laat hij den edelman Egremont op treden voor het volk, daarom moest de leider der werklieden Walter Gerard sterven zonder iets bepaalds voor het volk te hebben tot stand gebracht, daarom vooral moest de hoofd persoon Sybil haar wantrouwen jegens de hoogere standen laten varen en de vrouw worden van Egremont, evenwel niet als kind des volks maar eerst nadat gebleken was dat het kind van den angelsakeischen boerenzoon tot den oudsten adel van Engeland behoort, want de afgrond die hoog en laag scheidt mocht door haar huwelijk in de oogen des - volks zelfs niet.worden overbrugd. De uiteenzetting dezer beide romans en de beschouwingen die mej Mercier er aan vast knoopt, vormen zeker wel het interessantste gedeelte van haar bundeltje. Zeer lezenswaard is echter ook haar opstel over Le Play en %yn werk (Les Ouvriers européens) den man die de eerste arbeidersbudgets de wereld heeft ingezonden en een om vangrijk onderzoek heeft ingesteld naar de levensverhoudingen van de millioenen die den vierden stand uitmaken. A an het_ werk van dezen behoudsman eenige beschouwingen vast geknoopt te vinden over een artikel van den anarchist Kropotkin in de Nineteenth Century, zal misschien menigeen verwonderen, maar in derdaad kan men ook hier zeggen que les extrêmes se touchent en dat er menig punt van overeenkomst bestaat in de weiiscnen door Le Play_ in zijn Ourriers européens en door Kropotkin in zijn Industrial Village geuit aangaande den band die tusschen landbouw .en nijverheid behoort te bestaan. Nieuw Christendom en Rel Moderne Bewustzijn zijn twee artikelen, gewijd aan twee zeer bekende mannen. In het eene wordt de le vensopvatting besproken van den genialen romanschrijver graaf Leo Tolstoi, die toen hij het toppunt van zjjn roem had bereikt, af stand deed van zijn rang en aanzienlijke vrienden om op zijn landgoed te gaan leven, arbeidende als de arbeiders, en in het andere wordt aan de hand van den Deehschen schrijver Brandes de oorzaak na gegaan van den machtigen invloed door Ibsen uitgeoefend op het Duitsche volk. In Een Dichterdroom laat Mej. Mercier hare lezers kennis maken met een sociale droom, die, wat helaas van maar weinige droomen kan worden gezegd I tot een socialedaad heeft geleid. Wij bedoelen den roman van Walter Besant: All sorts and conditions of men" 1), die den eersten stoot heeft gegeven aan de stichting van het grootsche Volkspakis, dat koningin Victoria m Mei 1887 in Londen's beruchte buurt Whitechapel heeft ingewijd. Van Whitecbapel sprekende, treden onwil lekeurig ook de namen te voorschijn van Samuel en Henrietta Barnett, de anglikaansche geestelijke en zijn vrouw, het werkzaam echtpaar", van wier arbeid in het hart van Oost Londen mej. Mercier ons mede een korte schets geeft, gevolgd door eene bespreking hunner geschriften, die zich kenmerken door een scherpte en bitterheid jegens de gegoeden, welke men bij een Engelsch predikant en zijn gade niet zou verwachten, maar die niettemin verklaarbaar zijn uit de diepe ellende waar van zij onder het volk achttien jaar lang ge tuigen waren. De sociale daad van Paul Göhre, den candidaat in de theologie, die drie maanden fa brieksarbeider werd om het volksleven door eigen ondervinding te leeren kennen, mocht natuurlijk in Mej. Mercier's bundeltje niet nimiitiiHiiitiinntiitiitiiiiiiiiiiiiiiiiuiiniiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiniitiiiimutiiiiu »Ik heb u toch niet van uw werk afge houden ?'' »Neen, ik heb in lang niet gewerkt. Goe den dag." De jongste ging heen, en de oudste knielde naast den stoel nederi, schreiend als een kind, wanneer het geslagen is en niet luid schreien durft. Een jaar later; wederom was het vroeg in de lente. De vrouw zat aan haar schrijftafel; achter haar brandde een vroolijk vuurtje. Zij schreef een hoofdartikel over de oorzaken, welke bij verschillende volkeren leiden tot het aanne men van het Vrijhandelstelsel of het Pro tectionisme. De vrouw schreef zonder ophouden voort. Na eenigen tijd kwam de meid binnen en legde een stapeltje brieven op de tafel. »Zeg den jongen, dat ik over een kwartier klaar ben." Zij schreef door. Op eens viel haar oog op het schrift van een der adressen. Zij legde de pen neer en opende den brief. Hij luidde aldus: »Lieve Vriendin! »Ik wil u even schrijven, want ik weet, dat gij u in mijn groot geluk zult verheu gen. Herinnert gij u, hoe gij mij dien dag, bij den haard staande, zeidet te wachten, en dat na lange, lange jaren alles zich ten beste keeren zou ? Die tijd is vroeger geko men dan ik heb durven hopen. Verleden week ben ik, in Rome, getrouwd met den besten, edelsten, grootmoedigsten aller man nen. Wij zjjn nu met ons beiden in Florence. Gij weet niet hoe schoon het leven voor mij is. Ik weet nu ook dat de oude liefde enkel onvermeld worden gelaten, evenmin als de instellingen ten bate der volksklasse door Ernest Gilon te Verviers tot stand gebracht, en diens interessante geschrift getiteld: Mi sères soeiales. La lutte ppur Ie bienêtre", een boek, waaraan de prijs van frs. 10,000 te beurt viel, door de Belgische regeering uitge loofd voor het beste werk of de beste uitvin ding ter verbetering van den toestand der arbeidende klasse. Met nog enkele kleinere opstellen en een kort woord over Bellamy's Looking backward 2), de bekende nieuwe staatsroman, vormen de boven besproken schetsen te zamen een keurige bloemlezing, waarvan de waarde nog wordt ver hoogd door hetgeen mej. Mercier er uit eigen geeet aan heeft toegevoegd. Zij gaf hare ver zameling uit om liefde voor de volkszaak te helpen wekken, ook nog buiten den kring van lezers die het Sociaal Weekblad zich heeft mogen verwerven. Ter bevordering van dit nobele doel kan haar arbeid ongetwijfeld goede diensten bewijzen, want de lectuur er van wekt deernis met de l'jdenden om ons heen, bewondering voor de heroïke pogingen om zich aan hun lijden te ontworstelen, lust om hen in dien zwaren strijd naar ons beste weten en vermogen ter zijde te staan Daarom hopen wij, dat haar boek ruim moge worden verspreid en gelezen. Socius. .1) In 't Hollandsch vertaald door Jeanne Huygens. 2) Onder den titel In het jaar 3000 in het Hollandsch vertaald door F. v. d. Goes. IHIimillHIIIHHIIHIIIUmtHltflIIIIIIUIIHItllllllllllUtlUKIIIlUaillllllllllllllll Waarde Heer Socius! Gaarne maak ik van het aanbod van de redactie gebruik, om nog een en ander in het midden te brengen omtrent de zaak die ons bezighoudt: het verband tuaschen de maatschappelijke toe standen en het alcoholisme. Dat opstel was onnoodig geweest, indien het u gelukt was, inder daad het u toegezonden stuk van mij tot zijn recht te laten komen. Z^ker, wij staan veel nader bij elkaar, dan u na eerste lezing dacht. En waar die wetenschap vrucht was van een tweede lezing, daar durf ik hopen, dat dit artikel u zal bewijzen, dat ons slechts zeer weinig scheidt. De vraag is, welk verband bestaat er tusschen allerlei zedelijke misstanden en de maatschappelijke toestanden ? Uw antwoord is gereed: n wordt door twee veroorzaakt. (U merkt op, dat u niet zoo absoluut schreef, als ik schijn te meenen. Ja, enkele woorden nemen van het volstrekte van uw uit spraak iets af, manr uit den zin van uw artikel blijkt, dunkt me, glashelder, dat u dit verband en geen ander aanneemt!) Beweer ik gelijk u meende het tegendeel ? Volstrekt niet. Alleen houd ik het er voor, dat u eenzijdig is in uw beschouwing. Geldt dit voor andere, dït is in zeer hooge mate waar voor n zedelijken misstand: het alcoholisme, een kwaal waaraan ons sociale lichaam zoozeer krank gaat. Waarom ik deze uitzondering maak ? Omdat de grens tusschen onzedelijk (in den ruimen zin des woords) en ziek in deze vaak onmerkbaar is. Daar zyn duizenden drinkers, die zedelpgrïn dan u en ik misschien, maar die in het gebrui ken van alcohol jammerlijk zwak zijn. Hoe komt dat? De alcohol is een vergif; niemand, der zake kundig, die het ontkent, en wel voornamelijk een hersenvergif. Gevolgen van het z.g. »matig" gebruik, verlamming van de wilskracht, waardoor de strijd tegen het kwaad steeds moeielijker wordt en de eenling zich zoo vaak genoodzaakt ziet den kamp op te geven; dan is hij onmatig en bezorgt zich een vroegtijdigen ouderdom en dood. Lichamelijk en geestelijk lijdt hij dus schade; in welstand gaat hij achteruit. En hij niet alleen : »een volk uit vele dergelijke verslaafde individuen bestaande, (en dat is de Nederlandsche natie) is als groot lichaam zelf ziek en gaat zijn ondergang te ge miiniiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiltilHiiiiiiiiiiiiiiimiiuiiiimtutiiimiiiiiiwMi een dwaze jonge-meisjes-droom was. Mijn echtgenoot is de eerste man, dien ik werkelijk bemind heb. Hij heeft mij lief, en begrijpt mij, zooals geen andere man mij ooit begrij pen kon. Ik ben er dankbaar voor, dat mijn droom vervlogen is; God had beter voor mij weggelegd. Ik haat die vrouw niet meer; ik heb iedereen lief! En hoe gaat het u? Zoo dra wij in Engeland zijn, komen wij u be zoeken. Ik denk dikwijls aan u, zoo geluk kig in uw groot, heerlijk werk en in hot helpen van anderen. Ik vind het nu niet meer vreeselijk eene vrouw te zijn; het is heerlijk! »Ik hoop, dat gij veel geniet van dit ver rukkelijk lenteweer. «Altijd van ganscher harte uw dankbare en liefhebbende E..." De vrouw las den brief; toen stond zij op en liep naar het vuur. Zij herlas den brief niet, maar hield hem geopend in de hand en keek in den gloed. Hare lippen waren stijf op elkander geklemd. Op eens scheurde zij den brief langzaam aan stukken, en zag de snippers n voor n in het vuur vallen. Toen ging zij naar haar schrijftafel terug, en begon opnieuw te schrijven, nog altijd met op elkaar geklemde lippen. Een poos later legde zij den arm op het papier en het, hoofd op den arm en scheen in slaap te vallen. Kort daarna klopte de meid; de jongen stond te wachten. >:Zeg hem nog tien minu ten geduld te hebben. Zij nam de pen op »De Staatkunde van de Australische Koloniën te i gunste van het Proteclitionisme is gemakkelijk te verklaren " Zij wachtte «wanneer men bedenkt. . ."; toen eindigde zij het artikel. moet, wanneer het niet begrijpt, dat de oorzaken gezocht, bestreden moeten worden." (P. F. Spaint, over alcoholismus). Voegt u daarbij nu nog de zoo zeer verzwa rende werking van de erfelijkheid (waarover ik elders een uitvoerige toelichting gaf) en de ont zaglijke verleiding tot drinken in onze maatschappy en onze gezinnen (drinkgewoonten!) dan moet u het, dunkt me, nu reeds toegeven, dat een maatschappelijk hervormer, van welke kleur ook, rekening dient te houden met het z. g. alcoholisme. Het alcoholisme is te beschouwen als een comp'icatie van de ziekte, waaraan ons sociale lichaam lijdende is: de maatschappelijke ellende. Zal nu de arts zich uitsluitend met de ziekte bemoeien en de complicatie laten voort woekeren ? Geenszins : hij zal gelijktijdig, aller eerst de complicatie bestrijden, wil hij kans hebben op genezing. Naast de verbetering der stoffelijke positie der menschen, stel ik daarom als geneesmiddel strijd, aanhoudende, hardnekkige strijd tegen de drink gewoonten; verbanning van den alcohol naar de vergif kas der apothekers, waar hij behoort, tus schen morphine en chloroform: verbods-ieeMen (leest u goed !) dus, zooals bestaan in 7 Amerikaansche staten. De leuze in dien kamp is: Sluit Schiedam. * * Op mij rust de bewijsplicht (door feiten !), dat er inderdaad behoefte is aan dezen stryd. Als u, geef ik dus cijfers, (of conclusie's uit mij ten dienste staande en steeds te produceeren statistieken !) Levensduur. Zwitserland, ons in zoo vele dingen vooruit, bezit sinds 1889 eene uitstekende sterfte-statistiek over de 15 grootste steden, waarbij zonder schending van het ambtsgeheim door den dokter de oorzaak van den dood wordt opge geven. Welnu, van elke 10 mannen sterft er daar l middellijk of onmid lellijk door alcohol; tusschen de 30 en 50 jaar is de verhouding zelfs als 7 : 1. De Engelsche levensverzekering-maatschappijen bewijzen, voor zooverre ze uit een sectie van geheel-onthouders en een algemeene afdeeling bestaan, dat de gemiddelde levensduur veel hooger is bij de eersten dan bij de laatsten, zoodat de total-abstainers van 8?lOpCt. minder premie betalen dan matigen (onmatigen en drankverkoopers worden geweerd). Verder spreekt U van de «Friendly Societies". Waarom ook niet van die, welke geheel uit to tal-abstainers bestaan, zooals de «Independent Order of Rechabites" en de »Sons of Temperania". Gemiddeld aantal ziekte-weken voor de laatsten 7, 48, voor de »Foresters" (geen specifieke geheel onthouders vereeniging) 27, 66. Bij de laatste zijn vele leden toch total-abstainers en die krij gen aan ziektegeld gemiddeld slechts '-','5 van het bedrag aan de anderen uitgekeerd. (1) Rekening is hierbij gehouden met de verhouding van het aantal teetotallers en matigen! Ook zijn er maatschappijen, die vermindering van premie bij verzekering tegen ongelukken geven aan geheel-onthouders onder de werklieden; die schepen voor lager prys verzekeren, zoo ze geen alcohol aan boord hebben, Wat nu uw bewering over de zelfmoorden aangaat, verbaast het me bovenmate, dat u niet op n gunstige uitzondering in Europa wees, op Noorwegen. Cijfers geef ik niet om ruimte te sparen , slechts de conclusie uit de mededeelingen van het »Centralbureau": in Noorwegen was het aantal zelfmoorden het grootst, toen daar het meest alcohol gebruikt werd; met de afneming daarvan (dank zij vereeniging en wetgeving]) houdt voortdurende en geregelde vermindering van de zelfmoorden gelijken tred. Eindelijk de misd'id n: K. Kautsky, de emi nente redacteur van het bekende socialistische tydschrift »Die neue Zeit", berekende, dat het aantal diefstallen door de algemeene verbeteringen in de economische verhoudingen (ik cursiveer!) van 1882?1887 met 20.5 pCt. verminderde, ter wijl dat der misdrijven »tegen de persoon" (waarbij volgens alle autoriteiten de alcohol een zoo be langrijke rol speelt!) met 40 pCt. toenam. Cijfers over krankzinnigheid, over landverhui zing »dien barometer voor den sociaal-politieken toestand of juister voor de sociaal-politieke ellende van een land" (K. Kautsky) milg ik tot mijn spijt niet geven. Toch vlei ik mij, u thans beter dan eerst overtuigd te hebben, dat men naast maatschappe lijk hervormer zijn moet radicaal drankbestrvjder, wil men zijn streven niet met onmacht geslagen zien. Help ons dus mee met de vele krachten, waar over u beschikt, in de verwezenlijking van ons ideaal, »sluit Schiedam"; wij zullen u evenmin alleen laten staan. Aanvaard de betuiging mijner hoogachting, A., '29,11 '93. P. Uitgebreider vindt de Lezer deze zaak behan deld in het jongste nummer van »Sluit Schiedam", Uitgave; Achter de Ilove 80, Leeuwarden. anmimmnuiinniiiuitiiiniiiiiiiitiiHiiuiiitiiiiiintiiiiiiitttmiiiiiiimmm Brieven uit Utrecht door GIKSE VAX DEX Doir. De wereld raakt waarachtig op zijn end ! Een scheuring in de //liberale" partij en dat nog wel te . . . Utrecht! Neen, maar wie dat ooit had kunnen denken! zeker niet jlir. de Muralt, zaliger gedachtenis, die zooveel jiren met zijn wijkmeesters en zijn mannen v au de brandspuit, de stad regeerde, eu aan wiens liberalen'' invloed we onder meer de verkiezing tof, gemeenteraadslid vanjlir. van Wecdc van Dijckveldt ook al zaliger, ja, nog zaligcnder gedach tenis hadden te danken. Eu die liberale partij, waarin ruimte was voor iedereen, en welke partij haar voornaamste uiting vond in de Ltrcchtseho, Kie/.ersvereem^ii.g die liberale parlij is thans gescheurd", l lorribilc dictu, zei mijn apotheker toen liij 't. hoorde. Hel is dan ook verschrikkelijk! \\ e waren tot nog toe zoo eensgezind, zoo liberaal, dat \vc er trotse.ii o]i waren on dat allen in den lnudo met yerba/.inü; naar het middelpunt van Nederland staarden met de vraag op de lippen: wat drom mel, waar halen die stijve lui toch d i e liberaliteit van daan! En nu gescheurd, meneer, in tweeën l En dat hebben we allemaal te danken aan dien meneer Tak in den Haag, dien meneer Tuk van Poortvliet met zijn kieswet! Daar kan nu het tegenwoordige hoofd van de Utrechtsche Kiesvereeniging dat wil, nauwkeu riger uitgedrukt zeggen: de Voorzitter in 't geheel niet tegen. Professor Meester Baron d'Aulnis de Bourrouil heeft uitgecijferd, geloof ik, dat als die kieswet van meneer Tak, in al haar uitgebreidheid wordt aangenomen, dat dan de bakker en de kleermaker van professor meester baron ook al mede zullen gaan kiezen ook al mee de wereld zullen gaan regeeren! En nu vraag ik U?! Ik ben het niet, maar als ik het was, als ik professor meester baron was .... neen, maar, dan moesten mijn bakker en kleermaker het eens wagen om een stem uit te brengen! Ik liet mijn brood halen in de fabriek en mijn jas in een confectiemagazijn! Ik zou //ze" ?wel krijgen! Maar enfin! Ik ben nu eenmaal geen Pr. Mr. Br. en mij voegt dus berusting. Ik kan niet doen als onze achtenswaardige voorzitter der Utrechtsche kiesvereeniging en aan de besluiten, die deze ver eeniging neemt, als zij mij niet behagen, een uit legging te geven, welke deze besluiten in de schatting vau anderen eene gansch andere beteekenis geven, dan de vereeniging er in gelegd wilde hebben. Dat kan EU een gewoon burgerman, als ik ben, niet. Maar Professor Meester Baron d'Aulnis kan het wel, en die kan het niet alleen, maar hij heeft het gedaan ook! Daar konden evenwel ouze Utrechtsche liberalen niet tegen ! Het moet, dunkt mij, den voorzitter onaange naam tegengevallen zijn, zoo op te merken dat hij er nu eigenlijk volstrekt de mail niet naar is om de heeren hier naar zijn band te zetten. Dat kunstje verstond de Muralt en dat hebben nog meer anderen verstaan; maar die deden dat en dat is een eerste vereischte, o professor, meester, baron'. ? zonder dat de menschen er erg in had den. En dat houd het mij ten goede, Hoog geleerde Heer dat leert U Hooggel. nooit! Professor wil zelf te veel op den voorgrond staan ! Professor voeltf zich en wil hebben dat ook anderen hem voelen ! Van Brinkgreve, den man die de kaart van Utrecht kent of hij haar zelf geteekend had, en andere journalisten, die u aanvielen, hebt ge ge poogd u met een soort medelijdend schouderophalen af te maken. Maar toen die heeren werden onder steund door een twintig andere leden van de kiesvereeniging, met mr. G. van Bolhuis aan het hoofd, met van Lier, van Beuningen, Duijvis, Vink en zoovele anderen in de gelederen, toen zijt ge toch wel een weinig in de klem gekomen. En al is n\i de motie door al die heeren voor gesteld, waarbij des voorzitters beleid ten eenenmale werd afgekeurd, eenigszins verzacht na uwe ver klaring dat de door u gebezigde uitdrukking door u werd betreurd, het was al erg genoeg dat zoo'n talrijk bezochte vergadering getuige moest zijn van uwe nederlaag en dat men zich alleen. vergenoegde met bij acclamatie uw gedrag af te keu ren en op uw verzet de verwachting niet uitsprak dat u //het nooit meer zoudt doen", dat deed uwe ondeugende'-jongensaclitige houding nog meer in het oog springen dan anders het geval lOü. zijn geweest. Jntusschen, er is scheuring in de liberale partij. De beide helften hebben1 elk eenen naam gekregen dien ze verafschuwen. De helft de zeer kleine met den heer d'Aulnis aan 't hoofd heet conservatief-liberale; de andere helft: rScticale partij. Beiden maken zij aanspraak op den sclioonen titel van: //ware liberalen." Als mr. Troelstra, die zich hier metterwoon is komen vestigen, nu de gelegenheid waarneemt, dan kan hij met zijn //Baanbreker" die met, December gaat verschijnen, hier zeker wel propaganda maken. In troebel water zal liet ook hier wel goed visschen blijken. HnuimimHitiiiirtiiiininiiiiiiiiiitiiiiininiiitimiiHiHiiimiiiiiiiniiiiiHiMi Aanteekeningen Tooneel. Germinal en Ie Rêve, die Weber en Hannele, men is geneigd van deze dubbele opeenvolging een dieper liggende oorzaak te zoeken eu te vragen of wij l lier te doen hebben met twee pleister plaatsen, door de natuur zelve aan twee verwante geesten op Imu ontwikkelingsweg aangewezen. Moge intusschen deze vraag ons niet afleiden van de overweging, dat telkenmale beide drama's, beide romans elkander op bemoedigende wijze aanvullen en voltooien. Dat er voor de verdrukten en de misdeelden naar deze wereld vaak een vergoeding, een ver troosting is weggelegd waarvan het verstand niet gedroomd heeft, dat is een van die waarheden waar rijk eu arm eu jong cu oud gewillig het hoofd voor buigt en (ierhard Hauptmann komt de eer toe ze met vernieuwden aandrang iu het hel derste licht te hebben gesteld. Is, nu //das Eiapopeia vom llimmel" als rustbewaarder heeft uit gediend, een armeluis-poë/.ie aaii de beurt geko men? Neen, er zijn ouzienlijke machten die geplaagden en gejaagden mi en dan opheffen in ecu hemel vau gelukzaligheid en over de in het, stof gebogen hoofden vau Maheu en den ouden Baumsrt heen reiken Angéliquc en liauuele elkander blij moedig de hand. Vreugdeloos gaat Hanueles jeugd voorbij, in het verleden de liefde, van haar moeder die nu ge storven is, iu liet heden de mishandelingen van haar vader, een onmcnscli eu een dronkaard, en in de toekomst .... zij heeft, de veerkracht, verloren om in een gelukkiger toekomst te uelooveu. /ij hoopt niets meer en verwacht niets meer cu, teil ten einde raad, zoekt /ij den dood in het wat/er. Maar ecu vrachtrijder redt, haar cu de schoolmeester brengt haar naar het armenhuis van het dorp. Zoomin de zorgen van wie haar verplegen, als haar eigen jt'uad zijn bij machte haar gebroken

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl