De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 11 februari pagina 6

11 februari 1894 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 868 Uit Dr. GrAJSnSTEF's Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Cleveland en de Hawaï-quaestie. (Judge.) Zou zwart winnen oi wit ? (N.B. Zwart heeft gewonnen.) iiimuiuiiutiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii ?tniiltttramitiHiiiuiiiuiii iMiiimmuJintiiiiiiiiiiniiiitiH Ricbard Wagner als lekkerbek. Uit Luzern wordt geschreven, van wege den eigenaar van het hotel du Lac aldaar: Onder de vele gasten die geregeld terugkwamen, behoorde ook Richard Wagner. Zoo had ik eens weer het ge noegen, den maestro met eenige van zijne vrienden op de doorreis te herbergen. De heeren kozen hun kamers, Wagner bestelde een fijn diner, en daarbij een Charlotte Ilusse, (gelijk men weet, uit biscuit, geklutste eieren en geslagen room in \js bestaande). Ik gaf mij alle moeite om het diner zoo goed mogelijk in orde te brengen, maar ofschoon ik toch in Rusland gewoond had, eene Charlotte Russe kende ik niet. Ook mijne zuster en de kok wisten er geen raad op. Wat te doen? We besloten maar den een of andere fijnen pudding op te disschen, en dachten dat dat wel ervoor doorgaan kon. Hei diner werd op den bepaalden tijd opgedischt, en toen ik na afloop ervan kwam vragen, hoe het gesmaakt had, zeide Wagner tot my : »Het diner was uitstekend," maar heel zacht voegde hij erbij : «Waar blijft dan toch mijn Charlotte Russe?" Toen bedacht ik een voorwendsel en verontschuldigde mij daar mede, dat de kok het gerecht had laten ver branden! Tableau. Dezer dagen had vóórdat de Czarina ziek ?werd, in het paleis te Gatchina een vreemde receptie plaats. Keizer Alexander II en de Czarina verleenden gehoor aan een eenvoudig moujick. Het was een boer uit het gouvernement Samara, genaamd Andreas Evanowitsch Spitzin en hon derd en tien jaar oud, de oudste bewoner van Rusland, voor zoover bekend. Tot zijn 90ste jaar had hij gewoon als boer gewerkt, de volgende 15 jaren hield hij zich nog alleen met bijenteelt bezig, en eerst sedert vijf jaren geniet hij de welverdiende rust. Dit lang leven is te meer opmerkelijk, omdat Andreas Evanowitsch gedurende zijn lang leven, naar hij zelf vertelt, zich in 't geheel niet onthouden heeft van al de dronkemanspartijen en dergelijke buitensporigheden, waarmede Russische boeren gewoon zijn hun feesten te vieren; ook heeft hij zich natuurlijk niet onthouden van al hetmoeielijke en dikwijls ongezonde werk. dat de bebou wing van het land meebrengt. Hij is maar eens getrouwd geweest en is eerst sedert tien jaar weduwnaar; zijn oudste zoon is 85 en niet zoo kras als hij ; zijn jongste is in den Russisch-Turk schen oorlog gevallen; hij heeft 70 kinderen en kleinkinderen. De zieke man te Bornemouth. (Forain, in den Figaro.) Bediende: «Meneer, er zijn twee Franschen om u te spreken." Dr. Cornelius Herz: >;Laat ze even wachten, en breng mij mijn kamerjapon en mijn krukken.'' Een geval gelijk onlangs te Brussel heeft plaats gehad, waar eene leerlinge in een meisjeskost school allerlei onbehoorlijke anonieme brieven schreef in oen taal. zooals men niet kon begrijpen dat meisjes ooit te weten kwamen, heeft zich nu te Weenen voorgedaan. Sedert drie maanden heerschte in een der aanzienlijkste meisjeskostscholen een verklaarbare onrust. De directrice was slapeloos; leeraren en leerlingen zagen in alle hoeken spoken en verschijningen. Friiulein K., leerlinge van een der hoogere klassen, was jaloersch op hare vriendin, fraulein G , omdat deze een beter cijfer in de Duitsche taalles had. Eenige dagen na het rapport vond men vóór de directiekamer een spotdicht op den leeraar in het Duitsch, onderteekend met den naam van de leerlinge G Deze werd ter verantwoording geroepen, maar sprak met kracht de beschuldiging tegen. Sedert dien tijd kwamen iedere week dreigbrieven aan de verschillende leeraren en enkele leerlingen, inhoudend dat het instituut in de lucht zou vliegen. Eene leerlinge werdbe-dreigd, dat men haar mooie oogen met zwavelzuur blind zou branden. Alle brieven waren in rondschrift geschreven. Men liet nu alle meisjes een proef van rondschrift geven ; maar de schuldige was zoo slim en liet nu alle eigenaardige krullen weg. Merkwaardig genoeg leek het schrüt van frilulein G. het meest op dat van de dreigbrieven en men zag ar haar op aan. Het meisje trok zich dat zeer aan, en haar vader drong aan op een gestreng onderzoek. Terstond daarop vindt men den lessenaar van fraulein K. en hare buurvrouw opengebroken; haar werk en haar mutsje waren weg. Friiulein K. eischt vergoeding voor haar mutsje en kreeg dat ook. Den volgenden dagwas het verdwenen handwerk weer in de lade terug, maar geheel stuk gesneden. Toch verdach ten de meisjes fniulein K steeds, en deze zeide: »Het meisje dat zooveel last en onaangenaamheid veroorzaakt, moest voorbeeldig gestraft worden." Nu werd er voortdurend verhoord, bespied ; het gansche instituut was in spanning; de ge regelde loop van het onderwijs leed er onder. Toen men een beetje tot rust kwam. zorgde de schuldige voor een nieuwe emotie. Ze kwam vol angst en verontwaardiging naar de directrice, en zeide, dat iemand haar iets op het hoofd moest gegoten hebben; want dat plotseling haar haren sterk begonnen uittevallen. De directrice kapte zelf het meisje, en zag dat zij gelijk had; de huisdokter werd geroepen, maar verklaarde, dat een gedeelte van het haar eenvoudig afgeknipt was. Het meisje beweerde er niets van te weten. Eindelijk besloot de directrice, hoe ongaarne ook, de hulp der politie in te roepen. Maar juist vóór dat deze kwam, gebeurde er weer iets, en dit leidde tot de ontdekking. Toen de meisjes 's morgens om acht uur over eene galerij naar de leerkamer gingen, bleef friiulein K. met opzet een weinig achter. Plotseling gat'ze een schreeuw: »God, wat brandt dat !'' en hield zich alsof ze flauw viel. De huisknecht kwam aanloopen en droeg haar in de kamer. De eene wang was open gekrabt en ontstoken. Toen zij uit de schijnbare onmacht ontwaakte, riep zij : «Hemel, mijn gezicht is voor altijd geschonden!' Zij vertelde, dat ze op de tweede verdieping een arm had zien uitsteden, en toen was er een ileschje gevallen, zeker met zwavelzuur gevuld. De huisknecht had echter juist toevallig gezien wat er gebeurd was, en zeide haar nu in 't gezicht, dat zij zelf van de eerste verdieping het tlesche naar beneden had gegooid. Inderdaad vond men op den grond, onder do galerij een gebroken llesclije, dat zwavel zuur had bevat; maar de huisdokter constateerde, dat de verwonding op friiulein K's gezicht on schadelijk was, en niet van zwavelzuur afkomstig. De zaak was nu spoedig uit. Toen de politie beambte juist daarop kwam, bekende het meisje alles. Zij had al die dreigbrieven geschreven, liet handwerk stuk gesneden, haar haar afgeknipt, haar gezicht opengekrabt, alles alleen om de schuld op fraulein G. te schuiven. De zaak is eenvoudig een geval voor Dr. Charcot. In den loop van dit jaar zullen te Milaan eenige tentoonstellingen plaats hebben, onder den naam «Vereenigde Tentoonstellingen'" gegroepeerd. Er behoorcn onder : eene nationale Tentoonstelling van schoone kunsten, eene van olijfolie, eene van tooneclspeelkunst, eene van arbeid, van sport, van photographie, van geographie en ethnographie, van posterijen en postzegels, van graphische kunsten, van tuinbouw, eindelijk ook eene van publiciteit, en voor deze laatste heeft het Italiaansche handelsagentschap »Agenzia Commerciale Italiana", Oude Waal 30, de zorg op zich geno men. De tentoonstellingen zullen van Mei tot October geopend zijn. liet programma van de publiciteitatentoonstelling bevat acht klassen: 1. Geschiedenis der reclame. Historische ver zamelingen van annonces en andere middelen publiciteit. '2. Voortdurende publiciteit. Materiaal. ',}. Annoncen-reclames. Uithangteekens. Aan plakbiljetten. 4. Advertentie- en reclamebladen. 5. Jaarboekjes en gidsen; adresboeken en catalogi; informatieboeken enz. <>. Typen en clichés. 7. Andere middelen van publiciteit. Spoor wegboekjes, almanakken, pakpapier, doozen, kisten, etiketten. 8. Gemengde tentoonstelling. Illustraties, prijscouranten enz. Het is zeker een vernuftig idee, en wel een reclame-tentoonstelling waard, al deze expo sities te vereenigen; de exposanten, belangheb benden en belangstellenden voor de eene groep vormen het publiek voor de andere; en al waren er niet zooveel groepen, Milaan, in handel en nijverheid toch ongetwijfeld Italië's hoofdstad, is zeker een bezoek overwaard. De honderdste voorstelling van Madame SansGêne is maar heel kalm gevierd: een glas cham pagne na de eerste acte, omdat daarin al de actrices in groot toilet zijn, een geestig speechje van Sardou en wat felicitaties. Het eigenlijke feest stelt men drie maanden uit, tot de twee honderdste. In vroeger tijd, na Les vieux (jargons en La familie Benoiton, maakte men meer werk van de centièmes, ze waren zeldzamer. De artisten van de naburige theaters kwamen dan, dikwijls in het costuum van hun rol, na het bal en souper, dat dan gegeven werd. Xa NOS bins villa fftois was er gecoxtumeerd bal; Léonide Leblanc kwam als bruid, in 't wit satijn, met sluier en oranjebloesem; Sardou zelf, toen nog een bleeke jonge man met lange haren, verscheen als letterzetter in een grijze blouse met leeren riem en een papieren muts op, van een nummer van Figaro gemaakt; men herkende hem niet in 't eerst en hij had veel succes. Aurclien Scholl maakte een fantastisch menu van het souper op, alles met toespelingen: l'otage aux l'attes de mouehe Hors-d'ii-uvre a l'Ecureuil Boudin au Journal de Modes l Sol! Morue aux Femmes fortes Tête de veau a l'Kdgar l'o Picds de mouton ?i la Drjazet lienard sauce Rougemont l'etits fours a la Taverne. V i n s. Vieux Suresnes Argenteuil première Coco frappe pour les Gens nerveux Meer dan twintig stukken van Sardou hebben hun centiöme beleefd. Vóór NOS bons rillaqeois waren gekomen: NOS intimes, Les Ganaches, Les Pattes de mouehe, La Familie Benoiton, Les Vieux Garrons; daarna kwamen Patrie. Fornande, l'Oncle Sam, Les Prós Saint-Gervais, Ie Roi Carotte, Uabagas, Sóraphine, Bourgeois de Pont-Arcy, Odette, Divorrons, Dora, Ft'dora. Théodora, Le Crocodile, la Tosca, Bellc-Maman en ten slotte Madame Sans-Gëne. Van (UHijtutre werd de honderste niet bereikt omdat Sarah Bernhardt naar Amerika moest ; andere, als L'i Pojnllonne, l'\rn'(il. Maison-neuve, Aiulri-ti, werden in het buitenland meer genoten dan in Frankrijk. Generaal Mcllinet, die dezer dagen te Parijs overleed, had indertijd heel wat campagnes mee gemaakt, en was ook bij het hof te Compiègne in hooge gunst. In isijüword er voor de keizer lijke familie comedie gespeeld: Les Commentaires de (!ésar, van den hertog de Massa. In het stuk traden prinses Metternich, de markiezin de Gallifet, mevrouw de Pourtalès, benevens een aantal heeren en de keizerlijke prins op. Generaal Mcllinet speelde voor een invalide. In deze rol moest de keizerlijke prins de volgende verzen tot hem richten : A des lauriers si je ne puis prétendre Et demander a vos mains d'applaudir, C'est iiu'aujourd'lnii mon nom me dit d'attendre, Car vous savez qu'on m'appelle Avenir; Mais en voyant Ie si noble visage Du vieux soldat et son front sillonné. J'aimo a penser aussi qu'ii mon courage Pareu honneur un jour sera donné. De -:oude soldaat"' vergat zijn rol. de etiquette en alles; in plaats van te antwoorden, veegde hij een traan weg en gat' het kind een kus. In Duitschland veroordeelt men de kooplieden die annonce- \VxirbiIdeiv doen plaatsen, tegen woordig wegens het houden van loterijen zonder vergunning. Een koopman Rusehler. fabriekant van een zecpwaschpoeder, had Jen vorigen zomer advertentiën niet een gemakkelijk op te lossen vexir-prontje doen plaatsen, en aan de eerste inzenders van de oplossing binnen een zekeren termijn (als zij ook waschpoeder bestelden) eene ( premie beloofd. Aangeklaagd, beweerde hij, alleen l den verkoop te willen bevorderen ; hij had de eerste veertien inzenders mot nuttige cadeaux, naaimachines, enz. bedacht, rekende maar een mark' voor hot waschpooder. on zaïr er zelf geen ] loterij in. Toch word hij vcroordoeld tot 40 mark l lioctc. Palermo, op Sicilië, waar nu socialisme en anarchisme de overhand hebben, maakte tot voor korten tijd op den vreemdeling den indruk van de meest aristocratische stad ter wereld. Ieder fatsoenlijk Palermitaan is prins; de bescheidenste zijn maar markies. Op geen Europeesche wandel plaats vindt men zulk een weelde van equipages als er iederen dag op het bepaalde uur in de straat Macqueda detileeren. Eene familie, die geen koetsier of paarden meer heeft, telt niet meer mee in de Siciliaansche society. Om zulk een verval te ontgaan, leggen de arme edelen botje bij botje, om er een rijtuig gezamenlijk op na te houden. Door een vernuftig mecanisme kan men de wapenborden op de por tieren der rijtuigen verwisselen, al naar den dag der week die aan ieder der gezamenlijke eigenaars van het rijtuig is aangewezen. Nooit zal eene elegante dame te Palermo uit haar landauer stappen om in de winkels wat te gaan koopen; de bedienden moeten haar al de stoften om er uit te kiezen op het trottoir komen brengen. Vergeefs heeft koningin Margherita geprobeerd tegen deze gewoonte te werken, welke in de overige steden van Europa onbekend is; vergeefs is zij de magazijnen binnengewandeld als een klant van geringen stand en heeft op de toonbank de toiletbenoodigdheden bekeken die zij koopen wou. Haar voorbeeld heeft geen navol ging gevonden. Mad. W. Cadi-Scotti, die drie jaren op Sicili heeft doorgebracht, vertelt dat deze gehechtheid aan het decorum op alle sporten van de maat schappelijke ladder in Palermo voorkomt. De min zou zich schamen om over straat te loopen met haar zuigeling op de armen; een kamenier, die voor haar mevrouw een boodschap in de stad moet doen, wil niet uitgaan, als haar niet een groom of een lakei vergezelt; de kleine ambtenaar. die zelf zijn levensmiddelen moet gaan opdoen, zorgt zich te voorzien van eon reistaschje, om er uit te zien als een reiziger die van het station komt. De timmerman en metselaar trekken hun Zondagspak aan en hun schoonste linnengoed om van en naar hun werkplaats te wandelen. maar zorgen wel, dat ze daar hun werkpak j e aantrekken. Met het verbranden van operagebouwen is verschillende malen de naam van den componist Ambroise Thomas verbonden geweest. De Groote Opera in de Rue Lepeletier verbrandde na eene voorstelling van Hamlei, de Opóra-comique ge durende de voorstelling van Mignon. Onder Mic/no)i was ook de schouwburg te Rouaan ver brand. Op het Conservatoire heeft men den directeur dan ook al -E'mkrase-Thomas genoemd. De Khedive en het Engelsche bezettingsleger. (Punch.) De A'hedie thuis bent! ' ?Je schijnt te denken, dat je hier De Engelsciie beschermer Khedive. (3-toonsJiiiie.) en de Lord Croiner : «Alleen loopen? Neen ventje. dat zal nog niet gaan !"

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl