De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 11 maart pagina 6

11 maart 1894 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

BE AMSTERDAMMER, WEEEBLAD VOOR NEDERLAND. No. 872 Uit Dr. GANJSTEF's Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Henarik Ibaen. iniinuiiiiitiiiiiiiiiiiinniiiii iiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiininuinui imiiimmuiimiimiiimmiiHiUH Jeckyll's Memoirs. Bij Murray te Londen is de correspondentie uitgekomen van een vasten »diner-out", die de twijfelachtige eer had, juridisch zaakwaarnemer van den prins-regent en later Koning George IV te zijn. In deze qualiteit en als lid van het Parlement, zoowel als vriend van Lord Landsdowne, kwam Jeckyll veel in de wereld, en vooral kreeg hij veel invitaties omdat hij geestig en een goed verteller was. In het pas verschenen deel vindt men een aantal anecdoten, die Jeckyll aan tafel ten beste gaf en dan aan zijne zuster schreef. Een Engelschman, die lang te Parys woonde, had de gewoonte, iedere week eenige avonden door te brengen bij de markiezin X. op hare villa in den omtrek van de stad. Eens vroeg de markiezin den Engelschman: »Hoe komt het toch, dat ge altoos met n lakei komt, en met twee vertrekt?" De Engelschman beweerde, dat hij maar n bediende bezat, en vroeg dezen den volgenden dag om eene verklaring. Onder be dreiging met politieonderzoek bekende de be diende, dat hij sinds lang door eenige Parijsche dokters betaald werd, om hun lijken voor de snijkamer mee te brengen uit de omstreken van Parijs. Eenige personen brachten hem die lijken, van een kerkhof in de buurt van de villa der markiezin, en om alle vragen bij het aankomen te Parijs te middernacht te ontgaan, kleedde hij het lyk altoos in een van zijn oude livreien en hield het rechtop naast zich achter op het rijtuig. Tooneelanecdoten zijn er heel wat in het boek. Een lersch acteur, die met zijn troep door het land zwierf, zou in een schuur Othello spelen. Hij keek door een reet in de ;>zaal", en telde maar acht personen. Tot deze riep hij : >de duivel haal me, als ik me voor acht personen zwart verf; van avond speel ik den neger wit!" Toen Kean Hamlet speelde, kreeg de geest een aanval van niezen, en niesde zoo krachtig en aanhoudend, dat hij niet aan het woord kon komen. De toeschouwers, die nog nooit een verkoudheid, in de andere wereld opgedaan, bijgewoond had den, riepen : bis .' encore .'" Jeckyll's oordeel over George IV staat natuur lijk lijnrecht tegenover de bittere satire, die Thackeray over den »eersten gentleman van Europa" heeft ten beste gegeven, Daarentegen is Jeckyll jegens koning Willem IV in 't geheel niet gun stig geatemd: »De koning houdt redevoeringen van 's morgens tot 's avonds; een gemoedelijk wezen, dat het goed meent, wanneer hij althans wat meent. De koningin maakt zich verdienstelijk: zoodra zijne tiraden de gewone maat van onzin nigheid te buiten gaan, valt zij hem in rede of praat over tafel, om den nonsens te beteugelen en het gesprek een andere wending te geven." Krankzinnigenbal. In de Salpêtrière te Parijs is voor de mi-carême een gemaskerd bal gegeven, in twee gedeelten, een voor de volwassen krankzinnige en hysteri sche vrouwen; een voor de idioten, epileptische, enz. De doctoren, internes en oppassers doen dan een paar uur hun best om de arme patiënten wat vroolijkheid te bezorgen; voor een oninge wijde moet het een vreeselijk gezicht zijn. Oude kennissen. Op 93 jarigen leeftijd overleed te Londen sir Harry Varney, wiens avonturen en reizen inder tijd veel besproken werden. Een zijner tochten was, dat hij te paard de Argentijnsche Ilepubliek van het eene tot het andere einde doorreisde. Op eenige mijlen van Santiago zag hij aan den kant van den weg, onder een dak van bladeren en takken een lichaam leggen, hij hield stil en zag dat het een priester was, die in hevige koorts lag, en wel zou sterven. Varney haalde hulp, en deed den priester naarde stad vervoeren, waar hij hem zes weken oppaste. De priester was ontwikkeld en geestig, een helder denker, en de mannen werden zeer goede vrienden, tot zij afscheid namen, meenende elkaar nooit te zullen weerzien. Jaren verliepen. De priester was paus geworden, onder den naam van Pius IX. Sir Harry Varney kwam op zijne reizen te Rome en besloot eene audiëntie aan te vragen. Hij werd tot den l'aus toegelaten, die hem genadig eenige woorden toe voegde en toen hoffelijk met de hand wenkte, dat hij kon heengaan. Tot nog toe was het ge sprek slechts van n kant gevoerd; Sir Harry Varney meende, nu ook wel iets te mogen zeggen. >;U herkent mij niet, Heilige Vader'', zeide hij. Xeen", zeide de Paus, hem oplettend beschouEen conservatieve afscheidsgroet aan (Hadstone. (Moonshine.) De verdwijning van den geest des kwaads. wend. »l' herinnert u niet den jongen Engelschen officier, die u veertig jaren geleden, op den weg naar Santiago ontmoette ''" Xu herinnerde I'ius IX het zich heel goed; hij stond van zijn zetel op, schudde zijn ouden gezel hartelijk de hand en nam hem mee naar zijne kamer, waar zij een paar uren bleven praten. Ontwerpen voor een monument voor Bismarck. (UIL) [In Pruisen brengt de usantie mede. dat alleen voor leden van regerrende huizen ruiterstandbeelden mo^en worden opgericht, l Carnot op de dansles. (Eene Franseh-Bussisch-Duitsche polka.) (Lustige BJatter'). / Een moeielijk geval. Te Miïnchen werd dezer dagen door eene vereeniging een feest georganiseerd, waartoe onder anderen de prinsen en ook de afgevaardigden voor den Landdag genoodigd werden. Maar groot was de schrik van het bestuur, toen men op merkte, dat ook een sociaal-democratisch afge vaardigde van zijn recht gebruik maakte en zijne kaart liet afhalen! Er werd beraadslaagd ; het ging toch niet, een prins en een sociaal-democraat in een zelfde gezellig lokaal te ontvangen. Men kwam intusschen tot de bedroevende conclusie, dat men den afgevaardigde, nu hij eenmaal uitgenoodigd was, niet den toegang koa weigeren. en zag dus maar gelaten de gevolgen tegemoet. De sociaal-democraat, een zeer beschaafd man van zeer goede manieren, verscheen met zijne vrouw, eene beschaafde dame, en toevallig kregen zij plaatsen in de buurt van een der prinsen. Voor zoover men echter weet, is het genot van geen van beiden door de nabuurschap gestoord geworden, en van vreeselijke gevolgen heeft men ook niet gehoord. Elementen van beschaving Naar aanleiding van eene bestelling, door de kolonisten van Buluwayo gedaan, van een aantal benoodigdheden voor liet tbotballspel, geeft de Westmuifter tiusettit de volgende reeks van de elementen van beschaving, die in alle koloniui door de Engelschen worden ingevoerd: I.Xendelingen; ?_'. Ithum en l'alealo; !>. Maxim kanonnen; 1. Dagbladen: ">. Footballbenoodigdheden. Hij schijnt niet heel veel energie te hebben. Xeen : toch heeft hij zich in den laat>teu oorlog zeer verdienstelijk gemaakt voor zijn land. Hoe dan V Hij is toch geen soldaat geworden V ? Juist. Hij lieert die menscheu die vechten wilden, niet in den weg ge.loopen. /ij. En toen die man nu met je gewezen meisje trouwde, hoe voelde je je toen wel tegenover hem V Jlij. Kon beetje beschaamd. Xooals iemand zich voelt, dunkt me, tegenover zijn remplacant, als die dooelge.schoten wordt. De vereeniging Thugatêr" houdt Xatordag 17 Maart des avonds te N uur eene buitengewone vergadering in het Paviljoen (ingang Vondelstraat), waar de heer Ary lielinfante, leeraar aan de Orkest^chool te Amsterdam oenc lezing zal houden over 't onderworp: Muziek, hare taak bij de opvoeding, hare roeping in 't leven van den beschaafden mo.nsch.'' Xa de inleiding zal er gelegenheid zijn tot debat en tot het stellen van vrager.. Voor belangstellenden zijn introducties tegen betaling van "J."i ets. verkrijgbaar bij de peiiüingiMPestercs nipj. 10. A. Ilaighton. Kei/.ersuraeht Mo en bij de boekhandelaar Ulivier. Kokiu 7i'. De nieuwe Eagelsche premier, Lord Rosebery. LORD ROSEBERY. iiimiiuimiiu De leggende hennen. (llifilül'lscll.) Waehtelmau was pas getrouwd en had een allerliefst vrouwtje; omdat in Amsterdam de belastingen te hoog werden, en ook omdat Wachtelman een liefhebber was van het bttitenleven. \vas bij van Amsterdam naar Hil versum verhuisd. Daar bad hij een aardig huisje met een aardig tuintje, een waar nestje voor jonggetrouwden. ! Keu zaak verlangde Wachtelman nog, dan i \vas zijn geluk volmaakt?een kippenl.iop niet j eierleggeLde kippen. Hij timmerde zeif een loop, wat hem een tiental geschaalde en ge kwetste vingers bezorgde omdat hij er geen elf' had en ging er daarna op uit, om kippen te knopen Hij bad zich ie voren ren lioek aangeschaft over boenderlo<-lt. had ijverig gelezen in boe met, 2(10',, kippen te houden" en was, naar bij meende, uu genoeg theoretisch ontwikkeld om met. succes zelf' eenige legheiinen ie koopen. Jlij moest ze heblien met. groote, rooile kammen, levendig en elegant voorkomen en dunne snavels. IS'adat hij eenige Zondagen de boerderijen bad nfgeloopen, vond bij eindelijk hij een boer drie kippen, die volkomen aan de dooi' hem ge stelde uiterHjl-'lieden beantwoordden. Wel bad zijn vrouwtje hem aangeraden liever een kippen-deskundige te raadplegen, maar \Vuchteiman bad boog opgegeven van zijn lluoivli>ebe kippenkennis en toen hij dan ook thuis kwam met /,'ijn drie praehtexeniplaren. eischte j hij van zijn vrouwtje op hoogen toon, dal zij, ; zijn kennis zou waardeeren.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl