De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 25 maart pagina 6

25 maart 1894 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 874 Uit Dr. Gr^NNEF's Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Mrs. Tates. I)e eerste vrouwelijke burgemeester in Australië. ?MiumntmiiiiiiuiiiiiuiiimiiiiiiiiimiiiiiiiiiiitiniiiiiiiiiitiiiiuiiiniiniiM iiiiuiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiuiHiiiiiiiiiiiitiiiiiitiiiH Commensalen te koop. In een Australische courant komt een berichtje voor, dat de afschaffers der slavernij ergeren moet. Te Sydney wordt in den Morning Herald gead verteerd: *Te koop, een huis van zes kamers, gemeubeld, met huurders en commensaals: een schitterende gelegenheid voor twee dames." Vaderlijke bezorgdheid. Een Zwitsersch blad vertelt hoe te Amrisweil in den vorigen herfst eenige netgekleede dames uit St. Gallen door jongens met appelen gegooid werden. Verontwaardigd beklaagden zij zich bij den vader van de moedwillige bengels. »Het komt er niet op aan." luidde het antwoord, »mer hand jo hier gottlob Obst gnueg." Dwaze maagden. Te Bradford in Massachusetts is het praatje van de stad een niet zeer stichtelijk incident dat in een beroemde meisjes kostschool even buiten het plaatsje is voorgevallen. JBradfords-Academy bestaat al sedert jaren en telt meisjes uit de beste familiën onder haar leerlingen. Onlangs op een avond kwamen de leden van de koorvereeniging der studenten van Tuft's College van een uitvoering terug, die zij in een stadje in den omtrek waren gaan geven. Zij zagen het kostschool-gebouw in den maneschijn blinken, en dachten dat het aardig zou zijn, de jonge dames een serenade te brengen. Zij wisten de rivier de Merrimac over te komen, posteerden zich voor het gebouw, en begonnen zacht hun lied te zingen. Langzamerhand kwamen er teekenen van leven; eindelijk werd eene benedenkamer, door een der meisjes bewoond, hel verlicht, en een zeventiental jongedochters, in zeer licht costuum, vereenigden zich daar. De studenten hieven een danskoor aan en de dwaze maagden begonnen een dollen serpentinedans, die door de jongelieden met geestdrift werd aan gezien en met gezang begeleid. De danseressen bemerkten eerst toen het te laat was, dat een der juffrouwen ook was binnengekomen en bedaard de namen stond op te schrijven der schuldigen. Verschrikt vlogen allen naar haar kamers; den volgenden morgen werden een drietal, wier dans het meest beteekenisvol geweest was, weggestuurd, en de veertien anderen kregen drie weken ge dwongen vacantie. Maar de overige leerlingen vonden de straf aan de zeventien schuldigen opgelegd, te erg; zij be gonnen aan eene strike en de juffrouwen hebben nog eenige moeielijke dagen te wachten. Over Hunnengraven die bij Bonyhad in Hongarije ontdekt werden, bericht Pastoor Wozinski uit Apar aan het »N. Wiener Abendbl." het volgende: »De uitgravingen geschieden onder mijne leiding te Cziko, Komitat Tolna, bij Bonyhad, in een zeer uitgestrekt gravenveld der Hunnen, waar ik tot heden 500 graven ge opend heb. De skeletten zijn in lijnrecht gehouden rijen te vinden. Zij liggen op den rug met uitge strekte handen en voeten; de voeten oostwaarts en het hoofd in westelijke richting. Het zijn meestal skeletten van vrouwen, kinderen en oude lieden. Dikwijls liggen man en vrouw vlak naast elkander in hetzelfde graf; dikwijls ook de moeder met haar kind schuin over de borst gelegd. De lijken werden in de smalle maar zeer (meest 2?S M.) diepe kuilen zonder doodkist gelegd. Aanzien lijken werden met paarden begraven. Ook in deze gevallen ligt het menschelijk skelet in de genoemde ligging en richting, dicht naast hem, in volle uit rusting opgetuigd, het geslachte ros. Bij het paard zijn altijd stijgbeugels, ijzergebit, aan beide einden met zeer mooi versierde stukken van hertenge weien voorzien, gespen en uit zilver en brons vervaardigd hoefbeslag te vinden. Onder de 500 dooden vond men tot heden slechts zeven met een paard begraven. Bij de mannenskeletten vindt men wapenen, en wel messen, pijipunten, driekantige werpsperen, lanspunten en bijlen. De gordelbeslagen zijn van zilver en brons, zeer mooi gewerkt en versierd. Zeer dikwijls hebben zij in de linkerhand oud-Romeinsche munten van het einde der vierde eeuw, vuursteenen (Silex en Jaspis) en staal. De vrouwen hebben meest bij zich oorringen, dikwijls tot de grootte van tegen woordige armbanden, halssieraden, fibulae (gespen of veiligheidsspelden) en armbanden die uit goud, zilver, barnsteen, brons en glas vervaardigd zijn. Ook ontbreekt er zelden bij de vrouwen een klein mes, een spinrokken, en met gegolfd ornament, dat tot heden ten onrechte voor een Slavisch motief gehouden werd versierd vaatwerk voor het eten. Onder de rest'n van spijzen komen veel eieren voor, waarvan de schalen nog behou den zijn. Ik heb in deze graven der Hunnen, die wij tot heden als een onbeschaafd barbaarsch volk Gladstone-portretten en caricaturen. (Moonshine.) Grladstone's aftreden. (Judy.) De ex-premier van zijn vijftiende tot zijn vijt'-en-tachtigste jaar. Het overgeven der teugels. beschouwd hebben,reeds in drie gevallen een stylus of schrijfstift gevonden, zooals hij bij de Romei nen in gebruik was, die met dezen stylus op met was overtrokken tafeltjes schreven. Ja zelfs eene vrouw, die met massief gouden oorringen getooid was, had een zilveren prachtig versierden stylus in de hand. Werkdagen. Het aantal werkdagen verschilt aanmerkelijk bij het eene volk en het andere. Volgens een algemeene statistiek, onlangs in Duitschland bekend gemaakt, werken de Russen 2G7 dagen per jaar, de Engelschen 278, de Spanjaarden 200, de Oostenrijkers 295, de Italianen 298, de Beieren en de Belgen 300, de Saksers en de Franschen 302, de Zwitsers, de Denen, de Noren 303, de Pruisen 305, de Hollanders en de NoordAmerikanen 308. De Hongaren komen bovenaan met 312 werkdagen van de 3G5. »Deze statistiek bewijst, dat het aantal werkdagen in 't geheel geen invloed heeft op de werkzaamheid, noch op de welvaart van een natie. Engeland toch staat naast Rusland aan het eene einde van de lijst, Nederland en de Vereenigde Staten naast Hon garije aan het andere," zegt de Dèbats. »llet komt er alleen op aan, hoe en wat er op de werkdagen gewerkt wordt." Een lief land." (Forain in den Figaro.) Ax-VunnsT {tot ivachtliebbend sol(lant): «Kijk me maar niet zoo aan; ik ben mogelijk al lang minister voor dat jij brigadier bent!" Hyacinthen-pronkbakken bij Haarlem. Naar men verneemt zijn in het afgeloopen na jaar in de tuinbouwinrichting der heeren K. H. Krelage A Zoon, aan den Zijlweg onder Overveen bij Haarlem, weder als vroeger meermalen in de inrichting aan den Kleinen Houtweg het geval was, hyacinthen-pronkbakken geplant, die in den bloeitijd ter bezichtiging zullen worden gesteld. De hyacinthen-pronkbakken werden het eerst aangelegd in den eersten bloeitijd van den hyacinthenhandel, anderhalve eeuw geleden. In de werken van George Voorhelm (1752) enden Marquis de Saint Simon (l7i>S) vindt men ze be schreven en afgebeeld. Nog in de eerste helft dezer eeuw vond men ze in alle voorname Ilaurlemsche bloemisterijen, later hield men langza merhand op ze te planten. In 187<S was dit het geval bij de firma E. II Krelage & Zoon, die deze wijze van tentoonstellen het langst had volgehou den. Toen echter later weer een proef werd ge nomen zulke hyacinthenbakken te planten, richtte zich ook de firma Krelage er weer op in en heeft in de jaren 1880?1884 geregeld dergelijke ten toonstellingen op de bloemisterij »Bloemhof" aan den Kleinen Houtweg gehouden, daarna ook nog in 1889 en in 1892. Deze bakken bestaan uit twee groote bedden, op elk van welke ruim 600 hyacinthen zijn geplant, allen van de fraaiste, nieuwste en meest uiteenloopende soorten, zoodat het geheel een zeer goed overzicht geeft van het beste wat er op dit gebied voorhanden is en daardoor niet alleen een uitmuntende staalkaart vormt, om den liefhebber bij de keuze der soor ten tot leiddraad te strekken, maar ook voor demannen van het vak eene gewaardeerde leerschool is. Vóór den bloeitijd worden de op die wijze ge plante hyacinthen door buitengewone middelen tegen de wisselvalligheden van het wed er beschermd en als ze in bloei staan wordt er een zeer ruime tent overgespannen, waardoor de kleuren goed en langer bewaard blijven en het bezichtigen wordt gemakkelijk gemaakt. Er wordt op die wijze eene tentoonstelling gevormd, die aan velen een genot verschaft, althans in 1892 werd die door duizen den bezocht. De nu in 181(4 te openen tentoonstelling zal in April, den gewonen bloeitijd der hyacinthen, gehouden worden. Daar het nu reeds gebleken is, dat, tengevolge van de gunstige weersgesteldheid van het jaar 1893, ' de bloei der hyacinthen in het algemeen zeer fraai genoemd mag worden, kan men ook op deze tentoonstelling buitengewoon schoone bloemen verwachten. Vreemdelingen, die in den bloeitijd de hya cinthen in de omstreken van Haarlem gaan zien, zullen zeker ook gaarne een bezoek aan deze tentoonstelling brengen. Senator Wilson. De vader der nieuwe Amerikaansche tariefwet. In den Verkiezingstijd. Waar is mijn gekleede jas en mijn lage vost? vroeg mijnheer Welters, terwijl hij zijn bretels wat hoogcr ophaalde en naar zijn bottines keek, om ts zien of zijn broek wel netjes over den voet viel. In de kast natuurlijk, antwoordde zijn eega min of meer kort-af, want ze begreep dat haar echtyriend wilde uitgaan, zonder haar en Josefientje, hun eenige zestienjarige dochter mede te nemen, en knorrig voegde zij er bij: Je gaat zeker van avond weer allén uit ? Weer? 't is waarachtig of ik er een ge woonte van maak om zonder jullie uit te gaan. Ik kan jullie toch niet mee nemen naar de Vergadering van Burgerplicht. O. Heere! is 't weer om dien tijd, dan begrijp ik er alles van, dan zulli-n Ficutje en ik je maar niet met een boterham wach ten en liever naar bed gaan ; vóór twaalven kom jij nooit van zoo'n kiezersvergadering 'thuis. Ja, zoo laat ongeveer zal 't worden" zei Welters, dood lakoniek, zijn das voor den spiegel buitengewoon zorgvuldig strikkend. Heb je geen schoone manchetten voor me ?

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl