De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 22 april pagina 6

22 april 1894 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER. WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 878 Uit Dr. GANNEF's Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Be held van den Hongaarschen onafhankelijkheidsoorlog. LOUIS KOSSUTH Vier Brieven. i. Aan : Hooggeboren Vrouwe douairière gravinne van Palmyra. Waarde gravin! De heer Zoetebier, de Afrikareiziger en zendeling, een oud vriend van m\jn man, zal Woensdag 16 Mei bij ons komen eten. Wetend, hoeveel belang u stelt in het liefde ? werk dat wij in die streken trachten tot stand te brengen, zou ik gaarne den heer Zoetebier aan u voorstellen ; uw hulp en invloed zouden zeker hem en de goede zaak tot veel voordeel kunnen strekken. Mocht u tegen den 16den vrij zijn, dan zou het Murkels en mij groot genoegen doen, als u dien dag bjj ons wildet komen dineeren. Geloof mij, lieve gravin, als steeds Geheel de uwe, ELEONORE MUKKELS. (Alleenspraak van de gravin van Palmyra: »Dat is dat nare drukke mensch, dat ik op de fancyf'air voor de Centrale Verzorging van Weezen van Landloopers gezien heb. 't Kan toch geen kwaad om aan te nemen. Eten voor niet, en dien Zoetebier kan ik haar wel afhandig maken voor het geval dat ik hem zelf noodig heb." Zy neemt dus aan.) II. Den Weieerwaarden heer Obadja Zoetebier. Weieerwaarde Heer! Mocht u mij vergeten hebben, mag ik u dan in herinnering brengen, dat w\j heel wat jaren geleden in denzelfden coup van Versailles naar Parijs reisden ? Een heel goede oude vriendin van mij, gravin Elise van Palmyra, zou gaarne met u kennis maken; zij voelt veel belangstelling voor den zendingsaibeid die u zoo ter harte gaat. De gravin komt den loden Mei bjj ons dineeren, en mijn man en ik hopen dat u dien dag ook onze gast zult willen zijn. Ik maak van de gelegenheid gebruik om u geluk te wenschen met uw grootsch succes in de binnen landen van Afrika. Tienduizend inboorlingen gedood, twee gedoopt, een gehypnotiseerd! Het is inderdaad prachtig. Ga zoo voort en het christendom moet wel in het land der duisternis triomfeeren. Ik sluit mijn bescheiden pennikske, ? 100.?(honderd gulden) in, als bijdrage voor de zending in Midden-Afrika. Met vriendelijken groet uwe ELEOXORE MUHKKLS. (Alleenspraak van Obadja Zoetebier: »Eleonore Murkels? Nooit van het mensch gehoord. Toch is het mooi aan. een gravin te worden voorgesteld. Negers bekeeren is niet kwaad, vooral wanneer de conversie geschiedt in gravinnen en briefjes van KW gulden." Hij neemt aan.) Een lief land. (Forain in den Fig-iro.) III. (Alleenspraak van Eleonore Murkels: »Ik moet ook Betsy Parelvink met haar man vragen. Ze zullen helsch zijn, als ze zien dat ik een gravin en een Afrikareiziger aan den haak geslagen heb.") Aan Mevrouw Parelvisch. Liefste Betsy! ... Of neen: wispelturige on deugd! Je hebt zeker nu zooveel groot-scheepsche kennissen, dat je aan de oude vriendinnen niet meer hecht. Toch houd ik te veel van je om me zoo te laten afdanken. De gravin van Palmyra (Elise), die je natuurlijk al kent, heeft zich tegen den loden by mij ten eten gevraagd, en ze brengt den beroemden Afrika-reiziger Zoetebier mee, met wien ze ons in kennis wil brengen. Nu zijn Jan en ik eenvoudige stille menschen, in 't geheel niet gewend aan den om gang met gravinnen en beroemdheden; willen jelui nu komen en ons door de beproeving heen helpen? Ik heb een gevoel als of ik eelt kies getrokken moet worden! Bedenk wel dat je niet moogt weigeren. Als altijd je liefhebbende ELEONORE MCKKELS. P.S. Trek niet weer dat rose japonnetje aan, dat je vier jaar geleden droeg; mijn lieve Betsy werd er absoluut door mismaakt. (Betsy Parelvink: »Zoo'n kat! Hoe heeft z'j een gravin te pakken gekregen? En alsof ik in al dien tijd maar n japon had gehad!") Aan Mevrouw Murkels. Lieveling! altijd het oude zottinnetje ! Na tuurlijk zullen Piet en ik j e komen helpen, stak kerd! Wat hebben we gelachen, toen je zoo je zelf en je man beschreeft als hulpeloos dwarrelend Een consult op het medisch congrea te Rome. (U/k.) Dr. CBISPI (aan het ziekbed der Italiaansche schrtkist); »En uw advies heeren ?" Prof. VIRCUOW (uit aller naam): »Ge moet uw best doen, dat ze meer binnen krijgt." tusschen gravinnen en beroemdheden. liet is wreede spotternij tegenover nederige menschen. Nu, wij wereldlingen zullen je dan komen helpen ! Was het niet de gravin van Palmyra, die een jaar of wat geleden in dat vreeselijk schandaal gemengd was? zoo iets loopt wel meer op zen delingen uit. Ik hoor dat ze heel weinig menschen meer ziet; en haar familie in 't geheel niet meer. Neen liefste, ik zal dat japonnetje niet meer dragen; welk het was kan ik mij op zulk een afstand niet meer herinneren. Je steeds toegenegen BETSÏPARF.I.YINK. P.S. O, nu weet ik het toch! L>, mémoire est une bonne chose. liet was dat goedkoopertje dat ik liet maken voor die partij, toen jelui uit de zaak gingt om de villa te betrekken. De MINISTER. »Die papieren zijn het werk van een falsaris .... Wat vraagt hij er voor V' Het Testament. JBen Amerikaunsclt naai' W. TlSCIIK.ÜT. liet prachtige paleis in do Avenue '\"2, met een voordeur als een triomf booji; was in diepen rouw. Een beroerte had den bankier Hobby Smitson, den Croesus der Amerikaansche miilionairs, weg gerukt. De portier stond in zwarte livrei in zijn loge; voor hem lag op eene tafel een ellenlange lijst, waarop namen en nog eens namen inkwamen ; in dit boek hadden zich de rijkste eigenaars van New-York, afgevaardigden, generaals, senatoren. kortom de grootste namen van Amerika inge schreven; om den jongen Arthur Smitson, die door de stoutheid van zijne operaties zoo veel tot den glans van het bankiershuis Smitson en Xoon'' had bijgedragen, hun deelneming te betuigen. Daar boven in de groote slaapkamer, die door twee brandende kaarsen slechts met een matte schemering verlicht werd, bad de weduwe in naamloozc smart naast het lijk, dat koud en stijf op het doodsbed lag. Aan de schrijftafel zat Arthur en wachtte op het oogenblik dat het lijk op de baar gezet zou j worden; hij zag brieven door en bracht reke ningen in orde. In het midden van deze treurige stilte, slechts door het zachte geruisch der knetterende vlammen en het verkreukelde papier afgebroken, kwamen de weduwe droomerige herinneringen voor den geest, en zij doorleefde in gedachte nog eens het verleden. l Met tienduizend dollars hadden zij beide hun j huishouden opgericht, in hoopvol vertrouwen op J de toekomst. Hobby Smitson had een schip op j den Hudson gekocht, toen was het hem door voorzichtig zaken doen gelukt, langzamerhand zich een kleine flottille te verschaffen en ten laatste was hij eigenaar van de meeste Ferry-boats ge worden, die tegenwoordig in schier ontelbare menigte in de bocht van New-York rondvaren. Sedert dien tijd was het geld hun toegestroomd. Hoevele kloeke en steeds met goed gevolg be kroonde speculaties ! Geweldige vermogens gingen verloren, groote concurreerende huizen vielen; Smitson bleef zijne ou Ie Amerikaansche spreuk »Go ahead" getrouw en het bankiershuis verhief zich. boven al deze zinkende firma's, steeds rijker, steeds grooter, steeds machtiger. Te midden van deze ongehoorde rijkdommen had Smitson senior eene zekere weekheid van hart, een trek van sentimentaliteit bewaard, waar zijn zoon slechts zijn schouders voor ophaalde; in eene kleine cassette bewaarde de oude in zijne werkkamer in rollen van goud stukken de eerste tienduizend dollars, waarmee hij zijn geluk begonnen had. Dit kistje was hem als een fetisch, dat het huis geluk moest aanbrengen, en nooit besloot de bankier tot eene onderneming, zonder van te voren Minister Harcourt en de Engelsche belastingschuldigen. (Punch.) een vriendelijken blik op de cassette geworpen te hebben, waarin de goudrollen rustten. Dat renteloos liggen van tienduizend dollars beviel den jongen Arthur in 't geheel niet; zij waren in zijn oog even nutteloos als de steen, dien de wijsgeer in de fabel den gierigaard raadde op de plaats van zijn gestolen schat te leggen. Ook Arthur droomde van alles, terwijl hij de papieren in orde legde. De scepter van liet huis ging heden in zijne hand over, hij was de nieuwe machthebber. Want koning Dollar regeert onbe perkt. De in de kamer heerschende stilte brak de weduwe af met de woorden: «Arthur, wij moeten niet vergeten, de cassette met de tien duizend dollars in de kist van uwen vader te leggen. Gij weet dat dat een van do eerste bepa lingen van het testament is." ».la ja," bromde de zoon. inderdaad een zon derling idee van vader!" «liet is zijn uitdrukkelijke wil, mijn kind, en wij moeten hem nakomen." Intusschen waren de aansprekers binnengekomen on hadden hun droevig werk begonnen ;/ij hadden den doode in de driedubbele kist gelegd en lieten in den haard eene kroes lood smelten, om de kist dicht te soldeeren. .Nu is het oogenblik gekomen," zeide madame Smitson, terwijl zij naar de cassette wenkte. Arthur stond op met een zucht. Eigenlijk was, wat hij nu ging doen toch onzinnig, vond hij. Deze tienduizend dollars, die sedert twintig jaar niet waren gebruikt, vertegenwoordigden wellicht met hun interest op interest een zuiver verlies van honderd duizend dollars, en men wilde ze nu ook verder zonder waarde laten, men wilde ze in eene kist gaan begraven l En waarom dat alles, waarom ? Om den scntimenteelen wensch van een doode te vervullen, die aan deze tien kleine rollen met een of ander bijgeloovig begrip verbonden had. Was dit de daad van een hel derziend man, van een vrijen burger, van een verlichte, intelligente natie, die zich reeds lang van al deze kinderachtige ouderwetsche gedachten bevrijd had ? >-Wanneer papa nog hier was," dacht Arthur, ?en ik hem mijne redenen kon uiteen zetten, »Lemon-squash." ben ik zeker, dat hij de eerste zou zijn om mij gelijk te geven, volkomen gelijk. Maar hoe het mama aan het verstand te brengen?!" Inderdaad had mevrouw Smitson dezen strijd op het gezicht van haren zoon gelezen, want zij zeide met vaste stem: »Snel, Arthur! Laat ons den wil van uwen vader vervullen." Nu was aan tegenspreken niet meer te denken de jonge man nam het kistje van het pluche voetstuk, waarop het reeds sedert zoovele jaren als op een piedestal gerust had, en legde het aan de voeten van den doode neder. »Goed," zeide de weduwe, »nu zal ik mij klaar maken tot dezen treurigen gang." Zij ging in hare slaapkamer, en de man, die het deksel van de kist moest vastsoldeeren, trad met het lood op hem toe. «Halt!" klonk het plotseling van Arthur's lippen, »wacht even!" »Wenscht mijnheer het gezicht van den doode nog eenmaal voor het laatst te beschouwen? ' ».lawel, ik moet nog eenmaal zijne trekken zien." Eerbiedig verwijderde zich de man eenoogerblik, terwijl Arthur murmelde: »Neen! liet zcu toch werkelijk te gek zijn!" Hij opende snel de cassette en greep de tiert goudrollen, welke hij in de schrijftafel schoof:. toen kreeg hij plotseling een idee, hij zette zich aan zijn schrijftafel, scheurde uit het chequeboek eene cheque, een van die papieren waar de firma op stond, die op de geldmarkt tegen goud op wogen, en schreef: S.M1TSOX KX ZOOS B. B. F. No. ?2:!<.l',l New-York 4 December 180;;. Gelieve te betalen tegen deze cheque aan order van den heer .... of aan toonder de som van tienduizend dollars. AitmrK SMITSON. »0p deze wijze, arme papa, zult gij er niets bij verliezen," overlegde hij, »de cheque is goed, gij; weet het beter dan iemand anders." En weder rustig, nadat hij zijn belang met zijn geweten in overeenstemming had gebracht, legde hij de cheque in de cassette en wendde zich daarna tot den bediende, die nog altijd wachtte. -Het is klaar. Nu is alles in orde, en gij kunt de kist sluiten." Op l April te Friedrichsruh. (Der Floh) lle, ik verlang zoo naar mijn tachtigstcn verjaardag, vrouw !" s M aar Otto, waarom heb je zoo'n haast?" Wel, ik heb nu een overjas en een kuras, maar de laarzen ontbreken nog:'

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl