Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTEBDAMMEB, WEEKBLAD VOOB NEDEBLAND.
No. 879
Uit Dr. GANNEF's Studeerkamer.
(Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124).
Bndolf Loman.
De redacteur onzer schaakrubriek.
Het testament van mijn oom.
Mijn oom Sam, een excentrieke en rijke oude
jo-ngenheer, stierf den 21sten November 18...,
op den dag dat ik meerderjarig werd. Ik was de
jongste van zijn vier neven, en ofschoon ik ver
wachtingen had gekoesterd omtrent een klein
gedeelte van dien heer's bezittingen, was ik in
het geheel niet voorbereid op de vreemde con
dities van zijn testament. Ik ben de juiste
woorden vergeten van »de laatste wilsbeschikking
van Samuel Kort, de overledene," maar behalve
de wettelijke uitdrukkingen, liep het als volgt:
»Ik vermaak mijn geheele bezitting en huis aan
dengene van mijn neven Thomas Kort, of Jacob
Hendrik Kort, Willem Marius Kort, of Pi eter
Prijs , die blijkt de moedigste der vier te wezen,
onder de volgende omstandigheden en voorwaarden:
1. Dat de vier genoemde neven ieder
afzon]\jk, en geheel alleen naar mijn landgoed »Huize
Zwartepoel" zullen gaan, op de volgende wijze:
2. De neef die dit doet, zal mijn portier aan
het hek van het park bekend maken met zijn
plan, van dien portier den sleutel van den Huize
Zwartepoel in ontvangst nemen en alleen het
huis binnen gaan.
3. Dan zal hij naar de kamer (aan het eind
van de lange gang op de eerste verdieping) waarin
ik den laatsten adem uitblies, de grendels van
de deur schuiven, de kamer binnengaan en daar
bleven alleen en onvergezeld, van negen uur
's avonds, tot vier uur 's morgens.
4. De devir van genoemd vertrek staat in
electrische verbinding met het portiershuisje, en
als de neef die de proef doorstaat zou trachten
de kamer te verlaten vóór den bepaalden tijd,
zal hij alle aanspraak verliezen op mijn bezit
tingen of ieder part of deel er van.
5. Van iedere proef moet kennis worden ge
geven aan mijn zaakwaarnemers, de heeren P.
en Co., W straat 340; een der firmanten
zal in het portiershuisje wachten gedurende bo
vengenoemde proef.
6. Mocht elk der genoemde neven in de ka
mer blijven, gedurende den bepaalden tijd, dan
zal de neef, die, volgens de meening van mijn
zaakwaarnemer, het minst verschrikt schijnt te
zijn, door de proef die hij heeft doorstaan, aan
gesteld worden tot mijn eenig en universeel erf
genaam.
7. Mocht ieder van mijn neven besluiten de
Toor den Prix de Bome.
(Triboulet.)
proef niet te wagen of het opgeven, wanneer hij
bezig was, dan zal mijn gansche vermogen en
eigendom worden verbruikt voor het stichten,
bouwen en onderhouden van een krankzinnigen
gesticht voor de minvermogende idioten en
gekken van deze streek.
Codicil: Indien een van mijn neven mocht
sterven op het terrein van den Huize Zwartepoel,
jedurend den tijd, in mijn testament genoemd,
dan zal hij, of zullen zij begraven worden op
costen van mijn nalatenschap. En indien een
van mijn neven hopeloos en voor altijd krank
zinnig mocht worden gedurende of tengevolge
van de proef, dan zal hij, of zullen zij een kaart
crijgen voor hun leven lang, om opgenomen te
worden in bovengenoemd krankzinnigengesticht,
als dit krankzinnigengesticht opgericht wordt,
volgens meergemelde voorwaarden.
*
* *
Eenige dagen na het lezen van dit buitenge
wone testament, kwamen Thomas Kort, Jacob
Hendrik, Willem Marius, en ik, Peter Prijs, bij
elkander in het kantoor der heeren P. en D.,
de zaakwaarnemers van mijn oom, om te spreken
over de proef, bepaald in bet testament van onzen
excentrieken bloedverwant.
>Zouden wij niet samen kunnen gaan en het
vermogen tusschen ons verdeelen V" vroeg Jacob
Hendrik zenuwachtig.
»Het testament verbiedt zulk een middel na
drukkelijk," zei de hoer l', met een glimlach.
Maar indien een van u allen sterke zenuwen
heeft, zou ik u stellig aanraden een bezoek af
te leggen op den huize Zwartepoel volgens de
genoemde voorwaarden ; de belooning is het ver
dienen wel waard, ?'!() duizend gulden is de grootte
van het vermogen. De oude heer was electricien,
zooals u weet, en stellig heeft hij een electrisch
toestel gemaakt om uw zenuwen op de proef to
stellen; of misschien zult ge per slot van rekening
niets zien of hooren."
»Ik denk dat het een duivelachtig plan
van den ouden man is om ons allemaal te
vermoorden en ik zou het gevaar niet willen
loo.pen voor tweemaal zooveel geld", zei Willem
Marius Kort beslist. »Ik ook niet" verklaarden
Thomas en Jacob Hendrik Kort, gelijktijdig.
»En wat hebt n te zeggen, mijnheer I'iijs V"
vroeg de zaakwaarnemer terwijl hij mij verlangend
aankeek.
Een oogenblik aarzelde ik. Toen verscheen
er voor mijn geest een visioen van het meisje
dat ik liefhad, omlijst door zakken goud en met
een paleis van een huis op den achtergrond en
ik antwoordde eenvoudig: »Ik zal gaan, mijn
heer P."
»Idioot", uitte Willem Marius vinnig.
»Dwaas ', riep Thomas woest.
»Gek", huilde de andere Kort.
»Bravo, mijnheer Prijs! Gij zijt een man!" riep
de zaakwaarnemer enthousiast. >Kunnen wij elkaar
in het portiershsis op den huize Zwartepoel vin
den Donderdagavond aanstaande, om kwart voor
negen?"
»Ik zal er zijn, mijnheer", antwoordde ik vast
besloten.
* *
Zwartepoel is een griezelige en spookachtige
plaats, zelfs bij klaarlichten dag. Maar 's avonds,
als de nachtwind huilt, en giert en klaagt om hot
verlaten gebouw en snikt door de dorre boomen,
die het omringen, dan schijnt do plaats een oord,
geschikt voor al wat slecht en ongeoorloofd is.
Ik hield mij aan mijn afspraak met mr. P., en
de oude tuinman aan het huisje reikte mij den
sleutel van het Huis niet een angstig gezicht.
»De Hemel beware u, mijnheer !" riep hij harte
lijk uit, toen ik in de richting van het sombere en
verlaten gebouw keek. »Twee heeren bezochten
de plaats een paar dagen nadat mijnheer Kort be
graven was, maar niemand is er sedert in geweest."
»Dat waren zeker de electriciens", zei mr. P. met
nadruk. >;Wees maar niet bang voor iets dat gij
zult zien of hooren, mijn jongen. Goeden nacht."
Terwijl mij het hart in de schoenen zonk, wan
delde ik langzaam naar het Huis ; terwijl do wind
hoven mij in de boo.nen huilde, en de afgevallen
bladeren in akelige figuren deed opdwarrelen, die
spottend in de richting van het eenzame gebouw
schenen te wijzen. Wat kraste de sleutel toen
De Zwarte Baby.
(Punch.)
De heer Carnot, de kunst willende aanmoe
digen en te gelijkertijd zijne sympathie voor de
Fransch-Italiaansche alliantie willende uitdruk- j
ken, biedt zich den candidaten voor de afdeeling i
schilderkunst als model aan.
ik hem in het roestige slot omdraaide en hoe
snel sloeg de groote eikenhouten deur dicht, toen
ik angstig in de donkere gang was gestapt.
Ik stak mijn lamp aan, en liep de krakende
trap op, bleef' een oogenblik voor de deur van
de vreeselijke kamer staan en terwijl ik al mijn
moed bij elkaar raapte, trad ik de kamer binnen.
XauweHjks had ik den drempel overschreden,
of de deur sloeg toe, van zelf, en ik wist dat ik
niet weg kon zonder de erfenis van mijn over
leden bloedverwant te verliezen.
Een zacht spottend gelach begroette mijn bin
nenkomen, en op datzelfde oogenblik werd mijn
kaars uitgeblazen.
«Sluit het raam, neof. Het is koud, zelfs voor
doode menschen bij dit weer ! '
liet was mijn oom die deze vreeselijke woorden
sprak, welke, ofschoon zacht geuit, zeer duidelijk
en helder klonken.
»Ik, ik.. . dacht. . . dat u d.. . dood was !'' sta
melde ik on mijn tanden klapperden ; mijn haar
rees te berge.
»Wees niet bang, neef. Kom dichter bij mijn
bed en laten wij eens praten.'' ging de stem op
vertrouwelijken toon voort.
Mat een wanhopig gebaar streek ik een lucifer
af en eng mijn oom's i/eiuat, rustend <jj> de kus
sens van een ouderwtlucli bed. Toen ging het
licht uit on de stem ging voort:
»/ijt gij \Viilem Maiïus, of Thomas, of Jacob
Hendrik of I'ieter '?''
Ik trachtte te antwoorden, maar de woorden
bestierven mij op de lippen.
»Wie gij ook wezen moogt, nader mij on wees
niet bang, wi'tit ik ben maar ten wassen pop en
de ftem die (jij hoort w maar ei n nu maaksel tan
mijn eigen stem, en een herhaling van woorden,
oeaproken in cltnphonograaf, tot.ii 'ik nut] leefde.
Toen je de deur opende, werd daardoor een
eloctrische Aroom teweeggebracht die het mechanisme
van de phonograaf in beweging bracht.
Ha ! h a ! wees maar blij mijn jongen, want ge
hebt de erfenis eerlijk verdiend".
En de stem stierf weg mot een zacht gegrinnik.
Er is niet veel meer te vertellen. Ik stak mijn
lamp weer aan, sloot het raam en bleef hij het
wassenbeeld van mijn oom, totdat het uur aanbrak,
in zijn merkwaardig testament bepaald, en ik
mijn vrijheid herkreeg.
Mijn nacbtwake was treurig geweest, in spijt
van de geruststellende wending, die de spook
achtige gebeurtenissen hadden genomen, en toen
mijn vrienden aan het portiershnisje mij hartelijk
welkom hadden geheeten, en geluk hadden
gewcnscht, zeiden zij dat ik wel zeven jaar ouder
was geworden in die enkele uren. Mijn teleur
gestelde betrekkingen, de Korts, zeggen dat ik
op zijn minst vijftig jaar ouder ben geworden,
maar nu ik de erfenis bezit, en daarbij hand en
hart van het liefste meisje in bet land, kan ik
gerust lachen om dezen laatsten streek, van ben
die wel een dergelijken schat voor zichzelf zouden
wensehen.
TOïHmmtuifmiitiiiHtimijmmimtiiittMHMiiiiitiiiiimiiiliiiijHiiuifiiiüiM
TfiiimtmnmtiiiuiiMiiiiiiMiiiiiuiMiiiiiiiiiiiiiiiiiuumiiiiiiiiHiiiiiiiiiimi
minstens 20 jaar ouder was dan hij en tournees
organiseerde van acteurs buiten betrekking.
(ientil had een der getuigen bij het huwelijk
zullen zijn; het werd niet voltrokken omdat La
Montansier gearresteerd werd, zij was beschul
digd portretten van Lodewijk XVI te hebben
verspreid. Bonaparte kon met geen verdachte
trouwen; en ofschoon La Montansier werd los
gelaten, had het huwelijk geen voortgang.
Probaat.
(UIL)
Papa-papa-atje ! wees nu eens heel lief en.
galant en koop voor ons ieder zoo'n mooie
nieuwerwetsche sans-géne-strik. Uw dochters moeten
toch in de mode zijn.
Drommels, dat
wordt een dure ge
schiedenis, denkt
papa hoe kom
ik daar met fatsoen
af. Wacht! ik
heb 't 'n koste
lijk idee.
JOTIX UIT.i, : >Wat. n l weer een .... Enfin, ik
j zal er mij wel over moeten ontfermen.
Met twee maten meten.
In den loop van de maand Maart werd uit
Canada gemeld, dat het blad Pat-ie aldaar, een
liberale Fransche courant, weldra als feuilleton
Jen roman J/o «f c Chrmto van Dumas pèro zou
gaan afdrukken. Daarop ontving het blad een
schrijven van den kanunnik Archambault, waarin
op last van den aartsbisschop het opnemen van
dien roman verboden word, omdat alle romans
van Dumas op den Index staan, Te Parijs, waar i
men op de zaken in het Franschgezinde Canada j
een belangstellend oog houdt, heeft de zaak
verwondering gewekt en men hoeft bij de Paine
geïnformeerd. Do directeur van de Patrie, de
heer Beaugraml, heeft toen in een schrijven aan de
Libertédo zaak bevestigd en er twee documen
ten bijgevoegd, den brief van den aartsbisschop j
en een antwoord daarop van den directeur der
Palrie. Dit laatste is interessant, en men zal er
in bet aartsbisschoppelijk paleis niet erg over ge
sticht zijn geweest. Mijnheer Ueaugrand consta
teert er vooreerst in, dat hij nooit het plan heeft
gehad werkelijk den Monte C/iriito te publiceeren;
hij had alleen den bisschop erin willen laten
loopen, om te laten zien, hoe de clericale onver
draagzaamheid mot twee maten rneet. Niet lang
geleden toch had de il/o mi', het clericale
hoofdorgaan van Canada, van denzelfden Dumas Les
trois Mouxtjuetuires gegeven, zonder dat de curie
er eenigszins tegen opgekomen was. Daar was in
een liberalen eerde over gesproken, en de heer
Beaugrand had gewed, dat. als hij een roman
van Dumas publiceerde, de aartsbisschop het zou
verbieden ': Hij heeft zijn wc.d'lingschap
schitetrend gewonnen en nu de lachers op zijne zijde.
Ilenri llochefort vertelt in den liitransiijeant
| het volgende:
Ik heb in mijn jeugd ik was nog maar
l 1-1 of 1.") jaar, -?oen ouden edelman gekend,
(ientil de Chrvvagnac, die onder den plebejischen
naam (ieiit.il, tal van tooneelstnkken had gegeven.
Vader (ientil was toen al oud, hij hield veel
van mij, en zei altoos tot mijn vader, dat ik het
wel tot wat brengen zou ; nu, hij had gelijk, ik
hel) er toe gebracht, tweemaal tot levenslange
deportatie in eene vesting te worden veroordeeld.
Hij was \ol unecdoten. Hij had Bonaparte nog
als kapitein bij de artillerie gekend en vertelde
hij loog anders ook niet, dus waarom zou het
niet waar zijn ''. dat de toekomstige keizer,
zonder een sou en zonder vertrouwen op de
toekomst, had willen trouwen met La Montansier,
de toekomstige directrice van liet Gymnase, die
Papa kocht een mooie, groote sans-gêne-strik,
ging er mee naar de keuken en gaf ze aan
de keukenprinses cadeau, als extra-belooning
voor bewezen diensten.
r,,;*
(iossiemijne!
zoo'n strik heb ik
nog nooit gezien:
die zal me kleejer
wat 'n lijn ding .
Toen ging'de
snoodaard, met
het leukste,ge
zicht van de
wereld, naar
zijn niets kwaad
vermoedende
dochters en zei:
sKomt kinde
ren, nu zullen
we samen de
strikken gaan
koopcn.
l-Maar papa," riepen allen in koor, Kaatje
heeft zoo'n strik, nu kunnen wij toch niet. .. ."
Papa wreef gcnoegclijk zijn handen en dacht:
>.Als ieder verstandig man en vader deed zooals
ik zouden er minder onzinnige dingen gedragei:
worden.''