Historisch Archief 1877-1940
r
S;
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 892
als tegenstelling tot zijn mondain-overprikkelde,
zenuwslappe levenswijsheid.
Ilse is een heel curieus boek om te lezen.
R. A. H. en F. C. Jr.
Bjj de heeren Preyer & Cie., Wolvenstraat 19,
is geëxposeerd een schilderij van J. S. II. Kever,
^Moeder en Kind".
Bjj de firma E. J. van Wisselingh & Co., Spui
23, z\jn geëxposeerd een schilderij van Courbet,
»Boschintërieur" en een schilderij van J. Bosboom,
»Kerkinterieur".
Op de tentoonstelling van Kunstwerken van
moderne meesters, bijeengebracht uit d»
rerzameling van de Heeren Preyer en Co. en thans
in de zalen der Mij. »Arti et Amicitia" te be
zichtigen, werden in de afgeloopen week verkocht:
A. Mauve, «Paard in de weide" ; J. S II Ke
ver, «Sprokkelen'1; idem, »Een gelukkig gezin" ;
idem, »In 't zonnetje"; Ter Meulen.
»Schaapskooi" ; Tony Offermans, »Naar huis" ; J H.
Weissenbruch, «Landschap" ; idem, «Koeien onder de
wilgen"; Alb. Neuhuys, »Kindje is wakker";
Geo Paggenbeek, »By de boerderij", en idem,
»Hollandsche weide;'; in het geheel 11 stuks,
waaronder drie schilderijen. De tentoonstelling
blflft zich ? in een zeer belangstellend bezoek
verheugen. Dagelijks komen vele vreemdelingen.
De tentoonstelling blijft tot den 26sten Augustus
geopend.
Jozef Hyrtl.
Te Weenen is de beroemde anatoom Jozef
Hyrtl in hoogen ouderdom overleden. Dij was,
behalve om zijne geleerdheid en zijne
voortreffeljjke praepajaten, ook om zijne wonderlijke
inen uitvallen bekend, soms gemoedelijk, soms
scherp. Bij een examen kon de candidaat geen
enkele van de vragen die hij deed, beantwoorden.
Hyrtl vroeg hem nu: »Waar woont u V" De can
didaat noemde eene straat, die Hyrtl niet kende.
Deze informeerde toen nauwkeurig, in welke wijk
van de stad de straat lag, en zei toen: »Ziet ge
?wel, zoo is de wetenschap verdeeld. U weet niets
van anatomie, en ik weet niet, waar u woont.''
Het nieuwe examenvoorschrift, dat bepaalde,
dat een student in staat moest zijn, van alle
beenderen in het lichaam de ligging duidelijk te
bepalen, en te zeggen, of bet been tot den rech
ter of linker kant behoorde, persifleerde Hyrtl
op de volgende wijze: Hij legde een candidaat
een dijbeen voor, met de vraag, tot welke zijde
van het lichaam het behoorde. De candidaat
besliste ten voordeele der rechterzijde en de
professor gaf hem gelijk Toen reikte hij den
candidaat een scheenbeen, en deze schreef dit
aan de linker zijde toe. Hyrtl zeide toen : «Ont
houd ón ding. Ik houd niet gaarne studenten
voor den gek. Wanneer ze van mij een rechter
dijbeen hebben gekregen, krijgen zi ook van mij
Tiet rechter scheenbeen; dat behoort er bij."
Een vroolijke geschiedenis is ook de volgende:
Professor Brücke wilde, eenige jaren geleden,
proeven nemen omtrent gewichtsvermindering
?door honger; hij gebruikte hiervoor konijntjes.
De diertjes werden eiken dag gewogen, en tot
?verbazing van den professor vertoonden zij het
versch^nse!, dat ze niet alleen in gewicht niet
afnamen, maar met iaderen dag zwaarder begon
nen te wegen. De verklaring was spoedig gegeven.
Hyrtl kon de beestjes geen honger zien lijden
en voederde ze iederen dag uit een gangraam
met stevig voedsel; men herinnert zich niet, dat
ooit konijntjes zoo vroolijk waren als deze ge
durende hun hong rproef.
Op «toeren dag v»nd h\j het toch wreed, dat
<le hond in het hondenhok sliep Zijn vrienden
spraken hem tegen en zeiden, dat het zoo erg
niet was. »Goed," zei Hyrtl, »dan zal ik het zelf
probeeren." Zoo gezegd, zoo gedaan. De hond
kreeg zijn slaapkamer, en Hyrtl kroop, zooals
God hem geschapen had, in het hondehok. Den
volgende dag verklaarde hij, dat hij toch gelijk
gehad had; het was dieren kwellen; in't vervolg
moest de hond den nacht in zijn slaapkamer
doorbrengen.
Hyrtl besloot ook eens niet meer te eten. Vijf
pruimen per dag moeslen voldoende zijn voor
?een mensch; wat maar was, was teveel. Hij nam
dus vijf pruimen, verdeelde ze over zijn dag en
ging naar bed. Den volgenden dag bleef de
honger niet uit, maar Hyrtl hield zich goed.
Hij at weer vijf pruimen. Den derden dag kwam
hij in de keuken. »Maar Jozef," zeide zijne vrouw,
»Je zult nu toch eindelijk wel wat eten." >0,
geen kwestie van," zei Jozef, »ik voel me bij
zonder prettig. Ik wou maar eens zien, waar je
mee bezig waart." Toen vertrok hij. Maar hij
bleef in de buurt, om het oogenblik te bespieden,
waarop zijne vrouw en de keukenprinses de
keuken verlaten hadden. Zoodra was dit niet
geschied, of hij sloop de keuken binnen, greep
«en stuk vleesch en liep er mee heen. Toen ging
hij weer aan zijne vijf pruimen. Zoo duurde het
zes dagen; toen viel hem een andere dwaasheid
in, en de pruimen waren vergeten.
Hyrtl was nu S4 jaar. Evenals Gladstone met
houthakken, oefende hij zich met steenenkruien.
Hij laat een zeer groot vermogen na,
grootendeels verdiend met het maken van prachtige
anatomische praeparaten, die zoowel wetenschap
pelijk kostbaar, als fraai afgewerkt waren, en die
hij aan universiteiten en laboratoria verkocht.
Een van zijne beroemdste stukken is eene
Laökoongroep, bestaande uit drie skeletten van
fraai gebouwde menschen en twee van
reuzenslangen; het wordt om zijne originaliteit en
schoonheid zoowel door kunstenaars als door
geleerden bewonderd.
Knauer.
Te Weenen is een bekend historicus, pkilosool
en letterkundige overleden, de benedictijner pater
Vincentius Knauer; hij was bibliothecaris der
abdij en privaatdocent aan de Uniyersiteit. Onder
zijne werken, die veel opzien baarden, zijn be
kend : Die Kömge Shakespearef, ein Beitrag sur
Rechts- Philosophie; Votum für itegel; Shakespeare
der Philosoph der sittlichen Weltordnung;Geschiclitt
der Philosophie; Hamerling gegen den Pi ssimismu".
Zijn laatste werk was eene vertaling van Anakreon.
Kuno Fischer.
De Duitsche geleerde, historicus en
litteratuurhistoricus Kuno Fischer, vierde deze week, 2.S
Juli, zijn TOsten verjaardag.
Japansche poëzie.
In de Recue Britanniqiae komt een interessant
artikel van de Japanschen dichter
MoloyosiSarzau voor, over Japansche poëzie. In Japan
zijn, geheel anders dan in andere beschaafde
landen, de dichters geëerde personen. Zij gaan
buiten wonen, in villa's met ronde ramen (gewone
burgers hebben maar vierkante) en luisteren naar
het gezang der vogelen. De Japansche strofe
heeft 31 lettergrepen ; is zij lyrisch van inhoud,
dan heet zij Huka, philosophisch Dok-i, dartel
en vroolijk Ki(ïk'i. Het poëtisch element in de
Japansche poëzie is de vergelijking; en die ver
gelijking is tot iets conventioneels geworden. In
de bellettristische gezelschappen in Japan maakt
men verzen, alle met deze conventioneele ver
gelijkingen. De Japansche poëzie is over 't geheel
conventioneel; geen dichter zal verzuimen te
vragen, a's hij een vogel in den maneschijn hoort
zingen: »Heeft niet de maan het gezongen ?
Was het de koekoek, die zong?'
NIEUWE UITGAVEN.
Schoo'flora voor Nederland, (ie druk,
door H. HEUKELS. Uitgave van P. NOOKIHIOI.M.-,
Groningen.
Rechterlijke uitspraken over het Gro
ninger beklemrecht van 1861 tot 1892,
verzameld door (i. FONTEIN, candid. not. te
Amsterdam. Uitgave van P. NOORHHOFI-', Gronin
gen. Prijs f ;!.25.
Guide des voyageurs a l'ile de
Walcheren. Uitgave VAN DER FEY. MESTDAIiH
en ZOON te Vlissingen, met aardige illustratiën,
een nuttig boekje voor toeristen.
WARENDORF S NOVELLEN BIBLIOTHEEK
No. 54, Mijn neef ' olf en ik. Oorspronk.
novelle door CATO NEÜSTEDT.
lllllllllllllllllllllllMIMIItlllllIIIIIIIHIIiniMMIIIIIIIIMIIIIIMHIIIIlIIIUIIIIIIMIIII
JES
Haast u langzaam.
Naar F. C. PmLii's.
I.
Horatio Vandeleux, Theatre lloyal te Bolton,
aan Miss Viva Vandeleux, Prinee of Wales'
Theatre, Greenwich.
O Sept. lS!/;i.
Beste (h'Mcï!
Ik zou je brief al vroeger beantwoord hebben,
als ik op 't oogenblik niet zoo'n ezel van een
rejisseur had, dat ik zelf de oogeu overal moet
heliben. Stel je voor, de id.oot kan niet eens zoo op
het oog taxeeren, wat een zaal aan recette opbrengt.
Uit de couranten zag ik, dat je deze week nog
in Greenwich blijft, en dat je engagement daar zoo
goed als zeker is. Dat doet me pleizier. Het zou
ook wat moois zijn, als de dochter van Horatio
Vandeleux bleef zitten! Met den gevierdeu naam
dien je draagt en de talenten die je aangeboren
zijn, moeten de directeuren vvel met alle tien vin
gers toegrijpen, om je te bezitten, vind ik. En dan
kan je ook al heel gauw je eigen voorwaarden
stellen.
Je schrijft me, dat je kennis gemaakt hebt, met
eene mijnheer Harold Passinger. Is dat de zoon
van Sir Josepli Passinger te Manchester:1 Dezer
dagen las ik dat die oude milliounair eenige stuk
ken van zijne onschatbare verzameling zoo stond
er, aan de eene of andere tentoonstelling ge
leend had. Als mijn vermoeden waarheid mocht
zijn, verlies dan den jongen man niet uit het oog.
//Lady l assinger" klinkt in 't geheel niet slecht
en. zie je, lioe warm je geestdrift voor onze
edele Kunst ook zijn mag, den roem van je ouden
vader zal je toch niet bereiken, en dan blijf
je toch altijd maar een ster van de tweede grootte.
Iemand met eene onschatbare verzameling schilde
rijen zou een prima prima schoonvader voor je zijn.
Ik zie, dat je er al naar watertandt.
Ik sluit hierbij een lijstje van in mijn adressen
voor de eerstvolgende dagen, zoodat je me, als het
noodig is, altijd au i-oi'f/int kunt houden. Mocht
het geluk je ten deel vallen, dan weet je liet, lief
kind, dat niemand in het groot heelal daarover
hartelijker verheugd zou zijn dan
Je liefhebbende Vader
lloiiAïio VAXDELIU x.
II.
Miss Viva Vandelenx, Theatre Koyal, Briirhtou,
aan Horatio Vandeleux, Esq., Theatre Koyal,
Bolton.
l -l September l s',13.
Besla P/ipu .'
Ja, ja, mijnheer Passinger is de zoon van Sir
Joseph Passinger. Veel dank voorde mcdedeeluig!
Ik had er zelf in 't geheel geen idee van. ()f be
ter gezegd, ik was te dom om in 't geheel eene
mecning te hebben omtrent het bestaan van Sir
Joseph Passiuger. Natuurlijk merkte ik wel, dat
liet jonge heertje in goede omstandigheden leefde,
maar zijn werkelijke positie was voor mij liet hoek
met zeven zegelen.
Van morgen, moet u weten, heb ik mij zeker
heid verschaft. Hij bracht 700 /?// ji/'xxi'/'t zijn vader
ter sprake, en toen vroeg ik hem, of zijn vader
dezelfde was, die onlangs die mooie schilderijen
terleen had gegeven. //.Jawel, sir Joseph IVsiiiger,"
zei hij, en hij scheen zich te verwonderen, dat ik
zoo iets vragen kon.
Hij is feitelijk verzot op me. Ik ben dan ook
vast van meening. dat hij alleen om mij hier blijft.
ledereu avond zit hij in de loge d'avant-scèuc en
iederen middag brengt hij mij een bezoek, natuurlijk
in alle eer en deugd.
Gisteren inviteerde hij mij, met hem in een liötel
te dineeren. Ik maakte natuurlijk liet bezwaar,
dat het voor een meisje in mijn positie niet pas
send was, zonder chaperon te gaan, en daarop ant
woordde hij, dat hij gaarne het heele gezelschap
wilde inviteereu, alleen om in mijn gezelschap
te kunnen zijn.
Allerliefst van liem, niet waar? Nu, ik heb liet
hem dan ook niet lastiger gemaakt, dan noodig
was. Ik sloot een accoordje met een andere dame,
wie ik 10 shillings schuldig ben, en die zich na de
champagne met bewondereuswaardigen tact bij ons
voegde.
U zult er hard om lachen, maar hij is werkelijk
allerliefst! Zoo onschuldig en vol vertrouwen!
Wanneer hij nog geen huwelijksaanvraag heeft uit
gesproken, is het alleen omdat liij nog niet durft.
Kon ik hem maar wat moed inblazen ! Werkelijk,
u moogt het gelooven of niet, maar ik houd heel
veel van hem. Hij heeft zoo iets bijzonders ;. zoo
iets frisch en natuurlijk?, dat mij imponeert. Ilij
kan me met zijn groote blauwe oogen aanzien,
alsof ik een godin was. Zijn vader, beweert hij,
heeft hem vau zijn geboorte af verwend en hem
nooit wat geweigerd. Misschien zou hij hem zelfs
zijn zegen iiii t jiithoudeu, als hij met Viva trouwde.
Wij blijven hier nog veertien dagen. Gebeurt er
wat, dau meld ik het u.
Uw lief hebbende dochter
VIVA.
P.S. Zooeven krijg ik op mijn kamer een prach
tige mand bloemen. Ik had liever gezien, dat hij
mij die op liet, tooneel had laten bezorgen. Maar
natuurlijk, hij weet nog niet. hoe het behoort. Ik
ben zeker zijne eerste liefde !
III.
Van Mis-s Viva Vandeleux, Brighton, aan Horatio
Vaiideleux, E=q. Theatre Royal, Bolton.
Liefste, bestu eau alle vaders!
De teerliug is geworpen. Hijsen de vlag eu laat
de vreugdeschoten knallen.
Harold heeft van middag aanzoek bij mij gedaan !
Het b 'gon daarmee, dat hij mij een wandeling
voorstelde, langs de Cliuin Pier. Toen begreep ik
al wat hij in 't, schild voerde. Het was er zoo
heerlijk eenzaam l Wij waren geheel alleen!
Natuurlijk deed ik al wat in mijn vermogen wa=>.
Ik denk wel dat ik er heel lief uitzag, De wind
was niet al te scherp; juist genoeg om ons een
klein blosje te geven. Het had niet mooier kunnen
treffen! Nu, wij babbelden over de zee ik
weet zelf niet meer wat. Het zal wel vreeslijk
onbedu.dciid geweest zijn, maar men moet toch
ook over wat- praten, en de zee lag nu eenmaal
het dichtst bij de hand. Eindelijk, het leek mij
een eeuwigheid, legde Lij zijn hand op de mijne,
kleurde tot over de ooreu, zag me met een paar
sclielvischoogen aan, en riep uit: //O. Viva, Viva,
wat houd ik veel van je!"
Ik schrikte natuurlijk, sloeg mijn oogeu neer,
werd bleek, eu gaf blijk van de uiterste verrassing
en verlegenheid. Tegelijk intusschen was ik, zoo
als ik van mijn papa geleerd heb. op een
tooneelpauze bedacht, eu daarna eerst stamelde ik :
,/Mijnheer Passinger,... hoe... hoe moet ik die
woorden opvatten ?"
//Opvatten?' riep hij, men kan ze toch maar
op n wijze opvatten!"
Hoe dan?... ik begrijp u niet!"
Gij begrijpt mij niet?... Maar... toch alleen...
dat ik meen, dat ge mijne vrouw wordt, Viva':"
,/Maar Harold, hoe kan ik?... ik ben een
arme kunstenares, eene tooueelspeelster..."
Een engel ben je!"
Ja, ja... maar je vader, zal die zijn toestem
ming geven?"
Mijn vader? Mijn vader zou de mian voor
mij koopen als liij dit, kon."
Harold, is het je werkelijk ernst?"
Viva, hoe kan je dat vragen?"
Heb je me dan werkelijk lief?"
O Viva!... Viva!
Omhelzing. De zaligheid van den eersten kus...
Ik l at hier liever de gordijn zakken.
Nu, wat, zegt u er van? Is dat niet een meester
stuk? Heb ik niet prachtig gemanoeuvreerd. Bent
u er niet verrukt over? Wat mij betreft, ik
beu half gek van pleizier; ik voel me als in den
zevenden hemel. Spoedig ben ik Lady Passinger,
en dan richt ik alles naar mijn smaak in ! Lady
Passinger, met cquipage, ecu berg diamanten en
een loge in Covetit-Gardeu! Lady Passinger
o papa! Ge zult eens zien, hoe ik in die nieuwe
rol spelen zal.
Uw gelukkige dochter
Viva.
IV.
Miss Viva Vandeleux, Brighton, aan lloratio
Vandeleux, Esq. Theatre Koyal Olham.
l1,) Sept. Ib'Jo.
Het is een afschuwelijk bedrog. Ik kou me van
ergernis, schaamte en verdriet de haren wel uit
trekken. Dat ik ook niet eerst nader informeerde!
(.), vadtr, waarom hebt u me niet eerst ingelicht?
Waarom hebt u me niet terstond gezegd, dat, sir
Joseph Passinger te oud is, om zulk een jongen
man tot oudsten zoon te kunnen hebben? ? Ha
rold vertelde mij van morgen, dat ze hem thuis
noa' altijd den baby noemen, en toen ik zei, dat,
ik dal wonderlijk vond, keek hij mij met zijn Idiote
oogen aan, en /ei: //Wel neen, dat is in 't geheel
niet wonderlijk; ik ben nu toch eenmaal de jongste
en dat blijf ik !" De jongste ! de jongste !
Mijn hart stond stil en mijn tong verlamde: ik
meende in onmacht te vallen ; ik kon geen woord
uitbrengen! Hij vroeg of ik mij niet wel ge
voelde. Ik prevelde iets over de warmte, ofschoon
er een scherpe Oostenwind woei, zoodat, hij me
wel voor - ek moet, hebben aangezien. Nu, dat
doet er i ok niets toe. 't, Is me uu volkomen on
verschillig, wat hij van me denkt. Hij zal me
nooit weerzien. Zoo'n bedrieger, Baby !" Jongste
zoontje dus ! Eu ik, die een titel hoopte te
winnen eu lady dacht, te worden ! \\ at verbeeldt
zieli zoo'n jongen wel ? Denkt hij, dat ik uit, pure
liefde voor hem, fatsoenlijke armoede ga lijden
met de paar honderd pond, die de oude hem mi
schien genadig zal legatecreu ? Neen, neen, dan
heeft, hij aan de verkeerde deur geklopt ! Zoo dom
is Viva niet, jongen ' U'el bedankt ! Ik hè') hem
in 't zelfde uur nog zijn congó gegeven, .per brief.
Intusschen ben ik vernietigd, verpletterd door
den slag.
Uw diep rampzalige dochter
VIVA.
V.
Van Harold Passinger, Guards-Club, Pall
Mail, aan Miss Viva Vaadcleux, No. 2
Pettifer Place, Brighton.
20 September 1893.
ltr(t(U'düJ//w /? undelcii.v l
Uw zeer interessant briefje heb ik zooeven ont
vangen. Het ligt, niet in mijne bedoeling, op een
nadere verklaring of uiteenzetting bij u aan te
dringen. Het spreekwoord, dat de vrouw een gr.llig
wezen is, schijnt bij u een nieuwe bevestiging te
vinden. Hoe liet daarmee ook zijn moge, ik van
mijn kant acht het beueden mijn waardigheid, u
in deze aangelegenheid ter verantwoording te roe
pen of in eenig opzicht te twisten. Het eeuig doel
vau dit schrijven is dan ook, u van uw blijkbaren
angst te ontheffen, als zou ik er ooit naar trachten,
u nogmaals te ontmoeten ; u kunt in dit opzicht
volkomen gerust zijn. Ik zal u niet verder lastig
vallen, liitusschen blijf ik met beleefden groet
Uw onderdanige dieuaar
HAIIOLP PASSIKOER.
VI.
Telegram van Horatio Vandeleux, Oldham,
aan Miss Viva Vandeleux, Brighton.
20 September IS93.
In 's Hemels naam, schrijf hem uiet af! Al de
oudere kinderen zijn meisjes !
iiiiiiHiiiiiiiiimiiiiiiMiiiiiiiiinimmiiuiiiiiuHiiiiiiiiiiiiniiiiiiiimiiuitunil
VO
DAMES
Krankzinnigheid ondtr vrouwen. Madame
Boucicaut. Cyclisten. Een journaliste.
Recepten.
Het is een opmerkelijk feit, dat in alle landen
de krankzinnigheid vroeger veel meer bij mannen
dan bij vrouwen voorkwam, en tegenwoordig, in
juist omgekeerde verhouding,het meest de vrouwen
bezoekt. De verandering is betrekkelijk recent;
de Engelsche »Lunacy commissioners'', die het
feit in hun land opmerkten, hebben statistieken
verzameld, en gevonden dat de verandering in
de verhouding van niet meer dan een twintigtal
jaren dateert. Van LSTS?]SS7 werden in Enge
land en Wales niet minder dan (i9.5(>0 vrouwen
tegen <>(J.!llS mannen in de gestichten (en par
ticuliere inrichtingen) opgenomen; deze verhou
ding overschrijdt echter niet veel de gewone
verhouding in de bevolking In W, ,H9 en 110
werd het steeds erger; in ISill waren er 10.025
krankzinnige vrouwen, tegen !i,102 mannen op
genomen. De verhouding tusschen rijk en arm
was dezelfde.
De verhouding wat misdrijven betreft, is in
die zelfde mate veranderd, en beide komen het
minst voor, daar waar de vrouw op den laagsten
trap van beschaving staat, in Griekenland, op het
platteland in Italiëen Spanje, enz. De twee
hoofdvormen zijn niet,?zooals men misschien den
ken zou, godsdienst, waanzin of'verliefde melan
cholie: liet zijn, veel prozaïscher, alcoholisme en
algemeene verlamming. Alcoholisme is niet,
zooals men tegenwoordig gaat erkennen, alleen
smaak voor sterke dranken; het is de uiting van
een diepgeworteld verderf; terwijl de algemeene
verlamming, de maladie du steile, de revanche
is van alle overspanning, overwerken, te veel
leed en zorg, en daardoor het meest in de groote
centra der beschaving voorkomt.
Men kan uit cijfers alles bewijzen, en van de
bovenstaande is reeds gebruik gemaakt om te
betoogen, dat de twee polen van het bestaan der
vrouw de keuken en de kinderkamer moeten zijn.
Dit is zeker overdreven, maar een weinig ver
zacht is er allicht eenige waarheid in. De vrouw
wedijvert nu met den man op velerlei gebied,
waar de wetten door mannen voor mannen ge
maakt zijn, sims door mannen voor vrouwen,
wat weinig beter is, en wordt daarom over
gelaten aan overgroote inspanning, met meestal
minder uitspanning dan de man heeft. Hij
ziekenoppassers, waaronder krankzinnigheid veel
voorkomt, is de vergelijking niet te maken,
omdat er zooveel minder mannen bij werkzaam
zijn; maar het aantal hulponderwijzeressen, dut
in Zwitserland, in Diütschland, in Engeland, in
de gestichten wordt opgenomen, is reusaShtig.
De vrouw verkwist, het is hare natuur,
zonder redeneeren hare energie; op haar drukken
het meest al de kwalen van den tegenwoordige!!
arbeid, laag loon. lange werktijd, onregelmatige
dienst, ongezonde omgeving; de toestand is dus
niet het bewijs voor hare ongeschiktheid, maar
het bewijs, dat de bepaling, die niet voor haar
gemaakt werden, voor haar veranderd moesten
worden.
. * *
Een type van eenvoud bij fabclachtigen rijkdom
is de oude Mevrouw Boucicaut, de weduwe van
den stichter van den Bon Murcht'. Zij woont op
een buiten in Normai'dië, waar zij mooie tuinen
en bosch, maar ook oen compleete melkcrij en
modelboerderij heeft. Al de bedienden eten er
aan dezelfde tafel met hun meesteres; zij kleedt
zich als eene boerin, behalve op Zondag; dan
gaat zij in zwarte zijde naar de kerk. Van het
personeel in Parijs komen de kinderen vaak op
de boerderij logeeren om er de buitenlucht te
genieten, en het is een groote teleurstelling voor
Mad. Boucicaut, wanneer zij ook niet terstond
den eetlust van boerenmenschen hebben. Eén
tyrannie houdt zij erop na: haar meiden of'knechts mogen
niet trouwen; zij kan niet aan nieuwe gezichten wen
nen. Die eenmaal getrouwd zijn, hebben aan haar
een weldadige peet voor haar kinderen, een ver
zorgster voor hun huishouden, maar wie er een