De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 26 augustus pagina 4

26 augustus 1894 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 896 raam en een enkel figuurtje, dat's al; met een fermen veeg en een streek, later wat uitgewasschen,,is het gedaan, maar die veeg en die streek werden blijkbaar niet gewaagd dan ... zoolang het oppermachtig geworden gevoel de hand niet bliksemsnel en toch onfeilbaar juist kon doen treffen. En treffers, b\j dezen meester waren het treffers altijd. Een kunst, waaruit alle pronkerij met de nogtans verbazendste techniek, alle ijdele aanstellerümet virtuozentoeren, angstvallig verban nen is: een kunst, uitsluitend en alleen van sentiment, van de innigste, waarste intimiteit. Ook van Mauve heel mooie dingen, al te bekend, echter, om er verder over te spreken. Ik noem dus bewonderend de Houtveiling, een Schapensta!, een Kudde Schapen, drie stuks uit de verzameling van H W. Mesdag. Hoed af voor meester C. Bisschop een vriend van doorwrochte, volkomen aft'e kunst, een die zijn akwarellen even kompleet behandelt als menig konfrater zijn olieverfstukken. Meesterwerk evenzeer als werk van een waar meester, maar van zulk een, die, door deze edele nederigheid. alle werkelijk groote artisten zoo eigen, zijn ongemeene virtuoziteit in toom heeft. Zijn Nachtmaal en vooral zyn Arm en toch Ryk behooren tot parels der geheele tentoonstelling. Van W. Maris een Weide. Verrassend nat en frisch, dat levendige groen der grassen, over gaand met de fijnste, allerfijnste schakeeringen, van donker- tot licht-, geel- en bijna witgroen. J. Maris zond een baker, weer een doodge woon onderwerp, maar behandeld rnet een talent, om minder kunnenden dol te maken. Vlakaf superb, de teekeningen van H. W. Mesdag en van Mevr. Mesdag?van Houten. Van haar een Stilleven en Tegen Avond, met ge trouw dezelfde eigenaardigheden, die ik opmerkte in haar olieverfschilderijen, van hem Een Morgen aan het Strand en Bmnenioopen-le Visscherspinktn, ongeëvenaard van poëtisch-gevoelde realiteit. Dat is een morgen die leeft, dat zijn pinken die werkel\jk gaan .... De frissche, weldoende koelte van de zee, als zij. als na een rustigen nacht, aangenaam zacht schijnt adem te halen, leeft als het ware in deze schelpkleurig fijn getinte teekening. Ter Meulen's Op Weg en Nachtverblijf van Schapen in Drenthe vind ik niet minder mooi dan de beste dingen van Mauve in persoon. Vooral het tweede stuk is te bewonderen: een winddreigende avond, rood nog het Westen, snel vallend de dichte duisternis ; vooraan, de herder, «prijzend, spookachtig, boven zijn kudde ; deze, wegdoezelend, in een gewirwar van vegen, in het dikkende zwart. Ik ben blij, van der Waay's, Op Bi is onvoor waardelijk te kunnen prijzen. Meer dan ns hinderde mij, in zijn vroeger werk, zijn groote, maar met te veel behaagzucht tentoongespreide vaardigheid. Ditmaal niet! Dat station, met de gaande en komende reizigers, met de proestend ?en dampend aanrollende lokomotief, bevalt mij zeer. Mevr. Bilders v. Bosse, Blornmers, Bastert, Josselin de Jong, Ie Comte, Gabriel, Vrolik, Weissenbruch,zijn met verschillende schakeerin gen van manier evenals van waarde uitmuntend vertegenwoordigd. Van Roelofs bewonder ik zeer een vijver, uiterst transparant van toon; van Oldewelt een tuiltje Iristen in een vaas ; van Roelofs Jr. een Stilleven. Hoytema's -Vogels, dekoratief opgevat, zy'n vol stijl. Het werk van een nog zeer jong artist, die zeker, als het »petit poissow" van den goeden Lafontaine »demendra grand, pounu que Dieu lui préte viel" zijn teekening, zeer vasten zwierig, zit vol karakter, zijn kleur is hoogst eigenaardig. Een achttal Hollanders zonden etsen, nog eens de beste, die hier op dit oogenblik te zien zijn. Uitmuntend boven allen M. Bauer, met drie meesterstukken, Kathedraal, Ali Baba en Een Sultan, en Zilcken, met een naar Toorop's teeke ning geëtst portret van Paul Verlaine, zóó mooi «n karakteristiek, zóó sprekend waar van leven, dat het mij, telkens als ik Amour of Sagesse ter hand neem, voortdurend vóór oogen staat. Een weelde, o rijk met geld gezegende.... heeren lief hebbers van kunst, een groote, benijdenswaardige weelde, platen als deze vier te kunnen bezitten. N. B. Over de Belgische afdeeling in een volgend nummer. POL D K MOST. iitttiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiniiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Buitenlandsche Bibliographle. Een vertaalde Turgenev. De uitgever William Heinemann, die zich al zoo dikwijls verdienstelijk heeft gemaakt als bemiddelaar tusschen conti nentale literatuur en Engelsche lezers, heeft nu een vertaling ondernomen van de romans van Ivan Turgenev. Het blijkt niet of het het plan is ook de kortere verhalen en schetsen te geven; voorloopig worden de zes grootere romans aan gekondigd : Rudin, Liza, Fathers and Sons, On the Eve, Virgin Soil, Smoke; het eerste deel, Rudin, is verschenen. ledere roman wordt voor afgegaan door een inleiding van Stepniak, den Russischen réfugié, die op Londensche meetings en lectures een zeer bekende figuur is. De ver taling van Constance Garnett wordt door Step niak geroemd als de beste die hij ooit gezien heeft. Dmitri Rudin is de eerste van Turgenev's sociale romans, zegt Stepniak. Dat geeft meer vrijmoedigheid aan mijn indruk, dat Rudin het werk is van een veel minder ontwikkeld artis tiek vermogen dan uit de latere romans blijkt. Het haalt niet bij dat wonderbaar mooie boek, waaraan het toch nu en dan herinnert, Virgin Soil, Neuland. Er is in de uitvoering van Rudin nog soms iets onbeholpens. Maar er is dezelfde klare en diepe zielkundige wijsheid. Er is verwantschap tusschen het karakter van Rudin en het hoofdkarakter uit Neuland, Neshdanow. Beiden zijn in den grond koude, steriele naturen. Maar Rudin is de dupe van zijn eigen groote woorden, te goeder trouw telkens de rol spelend die door de omstandigheden schijnt te worden voorgeschreven, en ook nog in zijn gedésillusionneerde zelfkennis op het eind van het boek half een acteur. Rudin is een tragisch opgevatte Tartarin. En Neshdanow wordt door zich zelven niet gedupeerd: hij tracht te vergeefs het bewustzijn te onderdrukken, dat hij als sociaal agitator eigenlijk acteert, dat hij het enthusiasme van zijn kring niet deelt, dat hij het meisje, dat met hem haar ouderlijk huis heeft verlaten, wiet liefheeft. Neshdanow is fijner en rijker begaafd, roerender tragisch; misschien nog dieper psy chologisch begrepen, en stellig met rijper, mach tiger kunst voorgesteld. Deskundigen prijzen de romans van Turgenev om het inzicht dat zij geven in Russische ka rakters. Het zijn studiën in Russische psycholo gie. Maar deze karakters staan nooit ver van ons af, en met dezen Rus voelen wij westerlingen ons na verwant, nader dan met Tolstoi, dan met Dostoevsky. »Every educated Russian of our time lias a bit of Dmitri Rudin in him," zegt Stepniak. Men mag het gerust uitbreiden: in iederen mensch is er iets van Rudin?Tartarin. En wat er van de meesten onzer worden zou als het niet zoo ware, dat heeft Turgenev laten zien in de meesterlijke creatie van Xeshdanow. The Lftw and Lawyers of Pickwick »It came about that in the constituency which I have the honour to represent, it was suggested to me that it was necessary for me to give a lecture, and it was further explained to me that it did not really very much matter as to what I lectured about." De heer Frank Lockwood, Q. C., M. P., die onder den vermelden titel een lezing heeft voorgedragen (en uitgegeven), heeft zijn hoorders (en lezers) niet willen wijs maken, dat hij een onweerstaanbaren drang had om iets te zeggen: it was necessary for me to give a lecture. ... . »The difticulty was to find a subject." J?u wil het geval dat de heer Lockwood een eminent rechtsgeleerde is, en dat hij veel van de romans van Dickens houdt. Combinatie van die twee gegevens leidt onmiddelijk tot dit onderwerp: the lawyers of Dickens. En de over weging, dat in de gezamenlijke romans van Dickens veel meer rechtsgeleerden voorkomen dan waar van het doenlijk is op n avond te spreken, leidt verder tot beperking van het onderwerp.... the law and lawyers of Pickwick. Dit is de wordingsgeschiedenis; het product is een heel klein boekje van honderd pagina's, dat in de groot gedrukte gedeelten niet bijster belangrijk is, maar (kleiner gedrukt) een kostelijke verzameling passages uit Pickwick geeft, genoeg om een uur lang blij mee te zijn. Men krijgt iets van de beroemde parlements verkiezing te Eatanswill, waar de eene partij drie en dertig stemgerechtigden in een koetshuis opgesloten hield tot zij noodig zouden zijn dronken, om ze nog zekerder tegen de argu menten der tegenstanders te beveiligen; en waar de andere partij op een tea-party aan al de aanwezige vrouwen een groene parasol aanbood, waardoor al de echtgenooten en de meeste broers werden gewonnen. »IIail, rain, or sunshine, you can 't walk half-a-dozen yards up the street without encountering half-a-dozen green parasols." Men krijgt natuurlijk veel van het gedenkwaardige breach- of- promise-geding; en ook Pickwick's ontmoeting met dien zonderlingen ouden heer, die altijd alleen in de Inns of Court had gewoond en daarvan zulke vreemde verhalen kon doen van dien man die kamers in Clifford's Inn had gehuurd, en door een onverklaarbare zenuw achtigheid 's nachts maar niet slapen kon, tot hij eindelijk een kast openbrak en het lijk van. den vorigen bewoner tegenover zich zag staan, een fleschje rattenkruit in de hand geklemd; en van dien anderen man, die dergelijke dingen zoo veel kalmer opnam, en tegen een geest die hem op zijn kamer kwam lastig vallen de prak tische opmerking maakte. »If you insist on making your appearance here, I shall give up possession with the greatest pleasure; but I should like to ask you one question, if you will allow me. Say on, said the apparition sternly. Well, said the tenant, I don 't apply the observation personally to you, because it is equally applicable to most of the ghosts I ever heardof; but it does appear to me somewhat inconsistent tha% when you have an opportunity of visiting the fairest spots of earth for I suppose spaoe is nothing to you you should always return exactly to the very places where you have been most miserable. gad, that 's very true; I never thought of that before, said the ghost. You see, sir, pursued the tenant, this is a very uncomfortable room. From the appearar.ce of that press I should be disposed to say that it is not wholly free from bugs; and I really tliink you might rind much more comfortable quarters. to say nothing of the climate of London, which is extremely disagreeable. You are very right, sir, said the ghost, politely; it never struck me till now; I'll try a change of air directly. In fact hèbegan to vanish as hèspoke bis legs, indeed, had quite disappeared." De heer Frank Lockwood, Q. C., M. P. is zoo dom nog niet. Wanneer het iemand duidelijk wordt gemaakt, dat het noodig voor hem is een lezing te houden, zonder dat liet er veel op aan komt, waar de lezing over is, dan doet iemand niet onverstandig met zijn gehoor een collectie passages uit Dickens voor te lezen, en dan moet iemand van zich zelf er maar zoo weinig mogelijk bij willen doen. Shylrclc and Olhera, Eïglit SlniJ'es by G. II. lindford. Dit vorzauielingetje van acht voor een deel vrij onbeduidende «studies" bevat een paar aardige en verstandige opstelletjes over Shakespeare-quaesties, beschouwingen uit het oogpunt van iemand, die zich laat voorstaan op oen geest ->not debauched by a surfeit of Shakespearian criticism". Een studietje over Hamlet goeft een goed voor beeld van hoe een onderzoek naar de bronnen, waarvan Shakespearc voor een drama kan heb ben gebruik gemaakt. een bijzondere liefheb berij van fanatieke philologon, soms van wezen lijke waarde kan zijn voor het begrip en de be oordeeling van een stuk. Hypercritici hebben dik wijls moeielijkheden geschapen door een diepe bedoeling te zoeken in bijzonderheden, die Shakespeare eenvoudig uit zijn bronnen heeft over genomen, zonder er verder iets bij te denken. Zoo is het met Hamlet's voorgewenien waanzin. Dr. Johnson heeft al in 17G5 opgemerkt: »0fthe feigned madness of Hamlet there appears to be no adequate cause, for hèdoes nothing which hèmight not have done with the reputation of sanity." Maar fh de Danorum Regum Heroumque Historiae van Saxo Grammaticus, waarop het drama van Shakespeare is gebaseerd (al of niet door bemiddeling van een Fransche vertaling of van een ouder Engelsen drama), wordt die voorge wende waanzin door den Deenschen prins tot bepaalde doeleinden aangewend. Dat hoorde bij Hamlet. »IIamlet would not have been recognised as Hamlet, if hèhad not feigned insanity." Het bundeltje ontleent zijn naam aan een studie over Shylock en The Merchant of Venice, ook een stuk, dat men misschien het best verstaat, wanneer men Shakespeare niet al te zeer mag ik zeggen: au sérieux neemt? De heer liadford zegt: »Shylock himself is not realistic (in 12!)0 werden alle Joden uit Engeland verbannen, een besluit dat eerst onder Cromwell weid ingetrok ken; en Shakespeare had dus mi^chien nooit van zijn leven een Jood gezien), is not, as bas been foolishly said, a libel on the Jews, but a perso nage whose character is d-termined by the requirements of the plot. Shakespeare wanted a villain vindictive enough to endanger the life and peace of the virtuous members of the cast (d. w. z. de vertooners van het drama), but not sufticiently heroic to interfere with a happy dénouement, and hèdevised just such a villain in Shylock." En verder, sprekende van Portia's uit vlucht, waardoor den Jood zijn beloofd pond vleesch ontgaat: »The plaintitt' was ba.flled by this quibble. By shedding a drop of blood hèwould break the law and commit a capital offence. He was not prepared to run this risk. Jfis desire for revenge is strong enough to make him unusually indifferent to money, but not strong enough to make him regardless of bis life. This is not the revenge of tragedy, and Shylock is not a hero, though the vanity ot certain modern actors bas exalted the diameter to such a pitch that they cannot »climb down" in the fourth act without being ridiculous. But Shakespeare's Shylock climbs down without absurdity and with reasonable alacrity. He is the serviceable villnin, serviceable, that is, for the action of the play, who has frightened the ladies by whetting bis knife, and now gratitios them by dropping (reluctantly) all thoughts of bloodshed." Dit schijnt mij een juist'1, zij het ook oppervlakkige en dus onvol ledige beschouwing. Alleen zou ik willen zeg gen, dat het niet alleen de ijdelheid der acteurs is, die Shylock op sommige momenten verheft tot een wezenlijk tragische lig mr, maar wel degelijk de behandeling van den dichter zelf. Shakespeare heeft een eigenlijk vrij kinderachtig Italiaansch verhaaltje genomen en dat, vooral de liguur van den Jood, zóó opgewerkt, dat het hier en daar iets van een tragedie krijgt. Dat de toeschouwer in het begin gaat meenen wer kelijk een tragedie te zien vertoonen, en in de latere bedrijven wat verbijsterd staat te kijken, is, dunkt mij, niet zijn eigen schuld, noch die van den acteur, maar de schuld van Shakespeare zelf. liet juiste oogpunt om het stuk uit te be kijken wordt waarschijnlijk ook hier door de philologie aangewezen, die het origineel ontdekt heeft dat Shakespeare heeft bewerkt. R. A. II. en F. C. Jr. Nieuwe werken van A. Daudet in het vooruitzicht. Daudet woont des zomers, of houdt er verblijf. of vertoeft er wij moeten voorzichtig worden met onze uitdrukkingen! te Champrosay. Het is een villadorp, gebouwd rondom een moderne, steeneu kapel Van Champrosay is het maar een klein eind weegs naar het station liis Orangis, dat aan de P. L. M. een uur sporens van Parijs ligt. Daar werd de romancier opgezocht door een journalist, om hem een en ander te hooren vertellen van zijn nieuwe werken. Door een ziekte die hem nu en dan het loopen en staan geheel onmogelijk maakt, aan zijn stoel gebonden, ont vangt Daudet den bezoeker, en hij brengt hem dadelijk uit den waan, dat Lu, petitc l'<i/otssc, de roman die eerstdaags in de liluxtrution zal verschij nen, een boerenroman is in den trant van La terre. Wel heeft hij zijn onderwerp van zeer dichtbij ge kozen : de kapel van Champrosay gaf bet hem aan de hand. De heer Napoleon Quandinet heeft ze, blijkens de inscriptie op een gedenksteen, doen bouwen ter herinnering aan Helene Möncli, zijn vrouw, en aan de gemeente Draueil ten geschen ken gegeven. Daudet stolde belang in dit echt paar, ging zoeken naar bescheiden, en vond. dat de/.e lidene een echtbreekstcr was geweest, aan wie haar man zoo volledig vergiffenis had gesdiouken, dat hij een k:\pel oprichtte ter eere van haar nagedachtenis. Ziedaar het onderwerp van L" fi'-lite l'nroixxe. In den roman schildert Daudet den strijd tusschen de jaloezie van den man, en zijn strenge christelijke beginselen. De li'-ni", <ic, J'i i, lx heeft nog een ander werk van Daudet aan haar lezers iiar.goko .digd. IJiliHze nnx <ii-' M'tniit/t'. Daarvan staat echter nog geen letter op hot papier. Wel heeft hij een anderen roman liggen, zoo goed als voltooid, L" Honii-n tl; In J'itiimli.'. Maar er is een bijzondere reilen waarom hij dien nog niet wil uitgeven. De steun van het gezin'' is een Uu-isisdie student, en bet geheele werk houdt zidi bezig met een Russi sche kolonie te Parijs. Daudet vreest nu. dat het door de Rnssomanie die op bet oogenblik te Parijs mode is, den schijn zal heb'.ieu o!'hij daarop speculeert voorden aftrek van /iju boek, en aa i de hedondaagsche redamemakerij on duitenplaterij wil hij niet medeiloen. Hij bdiod'i. het dan ook niet. Overigens is de hoofdpersoon van Le Suntien tl'- In J''nmilli: een ver van rospectabie jonge man, die studeert op kosten van zijn arme moeder. zusters en broeder, niet bet verre en niet heel ze kere vooruitzicht, ben later door de wereld te hel pen. Tegenover zijn vrienden blagcert bij. dat hij de steun is van ben allen : bij wordt om zijn zelfverloochening een beroemd man in de stu dentenwereld, laat zich in deputaties aan de overheid kiezen, en luncht bij Carnot. Daudet heeft zijn kracht gezocht in de tegenstelling van dit rijke maal en de arme familie te huis. Ook de tegenwoordige akademische opleiding krijgt bij deze gelegenheid een veeg uit de pan. Binnenkort zal te Parijs Henri Murger zijn standbeeld hebben. liet is reeds voltooid, en geplaatst in den tuin van het Luxembourg, bij de fontein die den naam van Maria de Medecis draagt, in de schaduw van honderdjarige hoornen. llenri Bouillon vervaardigde het beeld ; een van de beste leerlingen van Paul Duboise Mercié. Het is een buste, op welks voetstuk twee maag den staan, heerlijke figuren, zooaló de ingewijden verzekeren. De ecne slaat glimlachend de oogen op naar den schrijver van »Vie de Bohème", en legt in teedere houding de hand tegen bet hart; het is de muze der vroolijkheid, van de dolle oogenblikken, die Schaunard's kamertje maakte tot een lustprieel, en Musette deed lachen. De andere legt vermoeid het hoofd op haar arm. Zij kijkt droef naar de g dichten die op den grond liggen, van bloemen half overdekt. Zij is de melancholie, de muze van de arme Mimi, die in het hospitaal stierf, met een ruikertje violen in de magere, uitgeteerde hand De muzen houden elkander bij de hand: een symbool van de mengeling van smart en vreugde, die het leven vormde van den armen dichter in het >;quartier latin". De jongste aflevering Noord en Zuid heeft den volgenden inhoud: Invloed van (Marnier op enkele onzer dramatisten in het begin der 17de eeuw, door P. H. van Meerkerken; Arenlezing, X, door A. S. Kok ; van KoetsvelJ's Schetsen uit de Pastorie te Mastland XIV-XVI, door J. C. Groothuis; Con creto en abstracte substantieven (vervolg) door C. IL den Hertog; Xa een halve eeuw, aanteekeningen, opmerkingen en verklaringen bij »\Vaarheid en Droomen", door T. II. de Beer; Schriftelijke taaiopgaven bij de examens voor de akte van Hoofdonderwijzer(es), Juni 18Ü-4; Yerscheidenheden. MlMlMiliiMiMiMiniiimimuiijiiiiiiiiiil vo DAMES. Het vralig Thuis". Ue photograaf van beroemde d'imes.?Próbir-M.am$cllen. ? Jlet fl> ijrend eiland. Het Vredig Tlmix is de naam van eene cou rant voor vrouwen, die onder het motto : > Leven der vrouw, meest ontplooit gij uw blaren Stil in de schaduw van 't vredig tehuis." (Ï"I:N- KATK) rnet l October Spuistraat 282, Amsterdam, zal verschijnen. In het hoofdartikel voor het eerste nummer, zegt de redactie tot de «Vrouwen van \ederland": De tijd is er rijp voor, uwe zaak te behandelen. Wat is uwe zaak ? Hoe moet uwe zaak behandeld worden ? Van welk standpunt ? Met welk doel 'i Een ijdel droombeeld is de wensch van enkele onvrouwelijke vrouwen, op maatschappelijk en staatsburgerlijk gebied in alles geheel naast den man t-, staan. Andere plichten heeft de vrouw; andere rech ten moet zij wenschen en handhaven. Aan haar de plicht, door God en de natuur haar aangewezen, eene hulpe te zijn tegenover den man. Aan baar het recht, door den man geëer biedigd te worden in haar eer, haar werk. haar lot. Daaraan wordt te-kort gedaan; niet geheel zonder de schuld der vrouwen-zelf. Hierin kan, moet verbetering komen door het gemeenschappelijk streven der vrouwen, die vrouw willen zijn en blijven, in welken levenskring dan ook geplaatst. Aan de vrouw, de gehuwde vrouw, de plicht, met God en met eere hare kinderen op te voeden tot kloeke mannen en deugdzame vrouwen. Maar dan ook aan haar het recht, van den man te eischen trouw in werk en loven ; voor den man te vragen loon naar werk, een waardig lot als man en vader. '/.t'io alleen zullen u't de huisgezinnen voort komen kuische en vroede vrouwen, mannen van stavast, die, eerlijk en trouw in werk en wandel, zich echte zonen toonen van der vaderen grond, daarvoor pal staande in tijden van nood en gevaar.' Van de middelen, waardoor dit doel zal worden bereikt, wordt weinig gezegd. Het meest concrete, en toch nog al vaag, is deze zinsnede: De ver houding tusschen vrouwen en dienstboden is onzuiver, verkankerd. De stand der dienstboden is ontaard. Door eendrachtige samenwerking kan die toestand tot zuiverheid, die stand weer tot eere en deugd gebracht worden." Toch wordt voorspeld : Dan zal vrede weder! koeren aan den huiselijken haard. j De hydra der regeeringloosbeid zal zijn dreij gend gehuil staken, den vuigen kop terugtrekkend, door vrouwenhand geslagen en verwonnen. Van den huiselijken haard moet de victorie beginnen ! L'n zegen zal er dalen, en duizenden zullen vinden wat alleen waarachtig geluk geeft: een Vredig Thuis !" Men moet dit blad steunen, wart dat alles voor Til) cents per kwartaal is spotgoedkoop. * Een vak waarin een fortuin steekt, maar dat heel bijzondere eigenschappen vraagt, is naar een Parijsch chroniqueur beweert, bet photografeereu van vrouwelijke celebriteiten. Het geldt bier alleen de celebriteiten van bet toonnd; Rosa lioiibeur de schilderes, Angnsta Holmes de componiste, Mme, Dieulafoy de reizigstcr zijn.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl