De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 2 september pagina 6

2 september 1894 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEEBLAD VOOR NEDERLAND. No. 897 Uit Dr. GANNEF's Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze Uadzijde wordt verzekerd volgens de wet ean 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). De droom van een van Griekenland's schuldeischers. (Lustige Blatter,~) Engeland, China en Japan. (GlüMichter.) JOHN BULL: »Tsa, jongens! Als twee honden vechten om een been, dan..." «iiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii iiiimiiimi IIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIHIIIMIIIIMIII III Generaals zonder legerkorpsen. W\j hebben voor ons klein landje keel wat generaals. Maar in Amerika schijnt deze waar digheid bijzonder rijkelijk te worden uitgedeeld. Immers, gij kunt geen lomperd van het trottoir afloopen, of gij bemerkt, een «generaal" te hebben beleedigd. Wel blijkt bij nader inzien dikwijls, dat zoo een militair weinig soldatenbloed in zijn aderen heeft, en dat is dan ook geen wonder. Want ieder die in Amerika generaal-agent, ge neraal-controleur, of generaal-directeur is geweest van welke maatschappij of instelling ook, heet zijn levenlang generaal Jones, of generaal Brown. Een oude neger, die jarenlang koerier-generaal was van den Senaat van Pennsylvanie, wordt zelfs in officieele stukken »generaal" Taylor genoemd. Brandwaarborg- en levensverzekering-maatschap pijen hebben bijna niet anders dan generaals in hun dienst. En nu willen sommige Amerikaansche bladen deze weelde afschaffen, en een generaal agent generaal-af. en agent zonder meer doen zijn. Zeker weder van die ruwe democraten, die alles gelijk willen maken ! Nonnen-letterzetters. De Fransche typografen krijgen in den laatsten tijd concurrentie niet alleen van jongens, maar ook van vrouwen. Zij verzetten zich door middel van werkstakingen tegen deze moderne uitbuiterij, gelijk zij den vrouwenarbeid in de werkplaatsen noemen. Zoo heel modern echter is de typografenarbeid van vrouwen niet. Kighoux, Het Hoogerhuis en de lersche wetgeving. (Judy.) een drukker te Montbard, had in lü;)l vrouwe lijke letterzetters achter zijn kasten staan, en ook zij waren nog niet de eersten van liet gilde. Anderhalve eeuw vroeger, in de jaren van 1470 'SO hadden reeds in het klooster van den heiligen Jacobus van Kipoli Dominikaner nonnen een complete drukkerij. Zij waren jaren lang copiisten en verluchtsters van handschriften geweest, tot Laurens Janszoon pardon: Gutenberg met zijn uitvinding voor den dag kwam. De jutters liepen gevaar, in hun broodwinning gevoelig te worden aangetast, maar de biechtvader, Domenico de Pistoïs en de zaakwaarnemer I'iero de Pisa, bdgrepen hun tijd en leerden de nonnen het letterzetten van die dagen, mot al wat er bij be hoorde. In 1-17(5 gingen de persen aan het werk, en in 1484 hadden zij honderd hoeken, een groot getal voor dien tijd, afgeleverd. Daarbij: Hocnccio's Decamerone, die het jaartal 147* draagt. Dat is wel geen onheil, maar .... Twee hardloopers die het ver hebben gebracht. De hardloopers zijn niet, gelijk sommigen mis schien zouden meenen, een menschensoort die eerst in de laatste jaren is opgebloeid. AVij zouden zelfs bijna gaan beweren, dat het soort er in den laatsten tijd niet beter op is geworden. Althans te oordeelen i aar het paar, dat den Uden Aug. 1843 een wedloop hield van het portaal der Nótre Dame naar het caféde Neptune te Versailles en terug. De voorwaarde was. dat zij te Versailles juist lang genoeg mochten rusten, om een stuk brood op te eten. Zij kwamen te Yersailles bijna tegelijk aan, maar op den terugweg bleef een van beiden vijf en twintig minuten achter. Tot onzen spijt kunnen wij den tijd van dezen afstandswedstrijd niet mededeelen. Maar wel de namen der hard loopers. De een was liarthélemy Saint-Ililaire, de ander Littré. Al kwam deze dan ook wat later aan dan gene, van beiden mag worden gezegd, dat zij zijn hommes arrivés" ! Milans afscheid van Parijs. (Glühlichter.) Lord SALISBURY: «Je weet, John, dat ik die Waarschijnlijk zal het daarbij ongeveer zóó lersche kost niet kan verdragen." , zijn toegegaan. Caprivi en Miquel beslag leggend op de schatten van de Akropolis. Salvini, de groote Italiaansche tragedie-speler, verhaalt op de volgende wijze, hoe hij eenmaal als Hamlet een daverend lachsucces heeft behaald. Mijn lichaamskracht had mij reeds meermalen parten gespeeld; zij is de schuld ervan geweest dat de koning in Hamlet niet kon sterven. De scène van het gevecht was afgespeeld; de koningin had bet vergif gedronken en daardoor den dood gevonden; Laërtes Ing te sterven, en had mij juist verteld dat ook de punt van den degen ver giftigd was. Ik had, gelijk het mij betaamde, ge roepen: Zoo doe uw werk, venijn", stormde de trappen van den troon op, den koning tegemoet, die van schrik behoorde te verbleeken. Ik pakte hem beet, smeet hem op den troon neder, en stak hom den degen in de borst. Verraad! Verraad!'' riep Osrick. en de hovelingen stortten naar voren. Maar de koning, die arme koning'. ->llelpt mij, mijn vrienden", kreunde hij, en wilde opstaan. Maar hoe hij zich draaide en wrong, hij kon niet. want ik had hem met zooveel geweld op den troon gesmeten, dat de zitting was bezweken, en hij met heel weinig majesteit bleef vastzitten. Rade loos bleven de mannen staan, en radeloos keek de koning rond: hij kon niet sterven. Radeloos, en vechtend tegen een opkomende lachbui stond ook ik. Maar onder de toeschouwers ging een gegichel op, een gegichel en een gelach, dat sterkor cu sterker werd, en aangroeide tot een orkaan. toen uit den engelenbak een stem klonk: «Thcre is sornething rotten in the state of Danemark, de stoel schijnt het ook te zijn!" Hoc wij den koning hebhen los gekregen, en hoc het tooncol is afge speeld, weet ik niet, ik hoorde niets dan het ge lach, het bulderend gelach." Van de Antwerpsche Tentoonstelling. UIT ZIJN DAGBOEK. 28 Juli aangekomen: Peerke Devos was aan 't station met een paar van de plesante-jongens ze hadden al logies voor me besteld »In den grooten Ajuin", dol goedkoop, frs 4, voor logies. -- Gis teren avond welkomstfuii' gehad tot half vier bij dechampoepel gezeten, allemachtig fideele lui, die Belgen. Ze zijn onvermoeid. 2!) Juli. Van morgen laat opgestaan 'n beetje haarpijn, om half twee op de tentoonstelling', in 't Wieucr Cafégelunchd weêrgaasch knappe, gemoedelijke damesbediening. s'Avonds in Oud- Antwerpen voor 't Kaadhuis gezeten; 't Bockbier is er uitstekend, In den aengenamen hof' gesoupeerd. Kennis gemaakt met Catrienke 'n leuke meid, maar drommels bij de hand. 't Oud Antwerpsen costuum staat haar overheerlijk, aardig klinkt-haar Vlaarnsch ze is wel wat te kolossaal gebouwd, maareen gezellig uurtje htbben we met haar gehad. Ze vroeg me vijfhonderd francs ter leen om een Estaminet te beginnen. Zoo dom is Piet niet mor gen zal ik haar antwoord geven heb ik be loofd. Ze moet 't aan Peerke, aan van den Bosse en Jefke Lambroex ook hebben gevraagd zoo'n gewikste! Na atloop van de Ten toonstelling nog even naar Le Bal Amusant geweest wat 'n pan! wat 'n pan! De breimachine is precies dezelfde als ik heb. Ik had 't trouwens wel gedacht niemand neemt notitie van al die machines ze komen allemaal hier. om pret te maken, fideele boel hier. ,-tt Juli. Kennis gemaakt met den -Amigo'' die Brusselsehe agenten zijn hardhandig 'k weet waarachtig niet hoe ik gisteren avond zoo'n stuk-in heb gekregen 'k geloof haast dat het de Lambiek is geweest, dat zure bier is koppig ik zal me verder liever aan het Boekhouden. Mijn demi saison is er slecht afgekomen, gelukkig woont er een kleermaker naast den Ajuin". Jefke en Peerke zijn nog niet boven water 'k Moet mijn parapluie zien weerom te krijgen, die in den Amigo. of in den Vlaamschen Bierhal, of in 't CaféAméricain, of in 't Estaminet de la blonde of ergens anders is blijven staan l Augustus. Naar Tja Scala geweest, op den promenoir was t alleraardigst veel oude vrienden en kennisjes gezien. Toevallig Julie Wunderlich ontmoet; ze is wat ouder geworden, maar toch nog zeer chic ze kende me nog van de laatste Leipziger Messe Ze is gedurende de Expositie geëngageerd als couplet-zangeres. Ze heeft me voorgesteld aan haar Directeur BRIEF AAN ZIJN VROUW Antwerpen, 150 Juli '01. Beste Lise! Met een doornat geregende pantalon, zit ik op een akelig waggelen den. stoel, in een ellendig donker lokaal waar ze ter nauwernood een fatsoenlijke pen en inkt kunnen geven, nog even een paar woorden aan je te krabbelen om je te melden dat ik gisteren circa den geheelen dag heb rondgeloopen om logies te vinden. Alles is hiei overvol, de prijzen zijn krimineel hoog. Einde lijk kwam ik onderdak, in een klein kamertje. vier hoog, waarvoor ze fr. l.'j vragen, 't 'is schande. Ik zal mijn verblijf' moeten bekor ten om niet boven mijn prik te gaan. Voor mijn ontbijt, een broodje met sterke boter, n oudbakken ei en een paar koppen bitter chicoreinat, berekenden ze me frs. 3.50. 't Is om bankroet te gaan, hé? 't Is maar goed dat je niet mee bent gegaan. je zoudt er niet veel aan hebben, 't Is hier saai, bovenmatig saai, door den regen. Wanneer ik voor mijn zaken niet bepaald in de Galerie duTravail had moeten zijn, om die nieuwe breimachine te zien, was ik ook niet gegaan. Ik heb gis teren en heden het ding nog niet kunnen zien werken: de fabrikant laat het slechts drie dagen per week in werking bezichtigen. De tentoonstelling zelf' valt me niets mee; ze is als alle tentoonstellingen. Wanneer je je de Amsterdamsche Expositie herinnert van 1883, kun je precies weten hoe de Autwerpsche is, alleen dat ze hier in 't Vlaamsen en Fransch is. Wat me hier opvalt is, dat er zoo weinig mooie vrouwen zijn. Je ziet hier niet anders dan bedaagde juffrouwen, die met een onaan genaam accent je in 't Fransch of' Vlaamsch willen verlokken om een of ander nutteloos ding te koopen. 'k Was gisterenavond zoo doornat dat ik vroeg naar bed ben gegaan. Van morgen had ik hoofdpijn ; ik geloof dat ik kou heb gevat, maar je hoeft je niet onge rust te maken, hoor! ik zal van middag wat chinine nemen en er van nacht warm onder kruipen. Groet je moeder en wees hartelijk omhelsd van je liefh. PIKT. Antwerpen, 2 Aug. 'ül. Beste Lise! Om je niet teleur te stollen en zonder bericht te laten, slechts deze brief kaait. Ik heb heusch geen tijd gehad om je te schrijven; de nieuwe breimaehine werkte twee dagen achtereen, omdat de uitvinder een Saksisch kousenfabrikant, extia uit Plagwitz was overgekomen, om ze aan belangstellen den uitteleggen. De machine is waarschijnlijk zeer goed, maar ik moet ze nog langer bestudeeren om ze voldoende te loeren kennen: ik blijf dus nog een paar dagen. Adieu. In haast, je liefhebbende PIKT.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl