Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 904
groote gebouwen zelf een zaak te beginnen.
HVJ trok ter verwezenlijking van dit denk
beeld eindelijk de stoute schoenen aan en
wist een onderhoud te verkrijgen met niemand
minder dan den heer Pereire, den president
van de Immobilière, die hem zeer uit de hoogte
ontving, zelfs zonder hem een stoel aan te
bieden, maar van wien hij niettemin de toe
zegging wist te verkrijgen van een voordeelig
huurcontract voor de gezamenlijke winkels,
gelegen op den hoek van de rucs St. Honor
en Marengo. Nu ontbrak nog slechts het ka
pitaal! Zijn barbier, dien hij in 'l vertrouwen
had genomen, zei daar wel raad op te we
ten en bracht hem in kennis niet den heer
Hériot, chef in de zijde-afdeeling van de
Vitte de Paris. Deze vond het plan prachtig
maar bezat zoo mogelijk nog minder dan
Chauchard zelf! Toch was hun kennismaking
niet vruchteloos want zij gingen nu samen op
een geldschieter uit en wisten den heer Faret,
eigenaar van de Belle Fram/aise te bewegen
zich voor ?50000 met hen te associeeren. Zoo
kon dan werkelijk dit driemanschap reeds
den Oden Juli 1855 de Parijsche dames ver
wittigen, dat zij een magasin de nouveautéa
hadden geopend dat den naam zou dragen
van de Louvre. Ongelukkigerwijze echter
waren de Parijsche dames niet bijzonder toe
schietelijk en hadden na verloop van het
eerste jaar f?e drie associés tezamen nauwelijks
1500 fr. verdiend! Den heer Faret sloeg toen
al dadelijk de schrik zoodanig om het hart
dat hij al zijn geld uit de zaak terugnam.
Een nieuwen associékregen de beide anderen
niet, maar toch daagde er andere hulp in den
persoon van zekeren heer P»yen, een hande
laar in zijden stoffen, die hun een gelijke som
ter leen verstrekte. De herren Chauchard en
Hériot zetten nu de zaken alleen voort en
ditmaal met zooveel succes dat de Raad van
de Immobilière weldra vrijheid vond met hen
tezamen een maatschappij te vormen van
550.000 gulden verdeeld in aandeelen van
/ 2500 ieder, onder beding- dat de winst zou
worden gedeeld tusschen de geldschieters en
de gérants. De eersten zouden echter ~> pCt.
van hun geld krijgen vóórdat er van eenige
winstuitkeering sprake zou zijn, terwijl de
gérants zich zouden tevreden stellen met een
tractement van f 250 per maand zoolang aan
deze verplichting niet kon worden voldaan.
Dit was inderdaad verscheidene jaren lang
het geval hetzij doordat de zaken maar matig
fingen hetzij doordat Hériot de winsten ge
mikte om de zaken uit te breiden. Het
gevolg hiervan was dat verscheidene aandeel
houders den moed opgaven en hun aandeelen
zelfs raet verlies verkochten, waardoor andere
minder kortzichtige kapitalisten in de gelegen
heid kwamen om voor / 1250, de helft van
de nominale waarde, stukken te koopen die
verleden jaar alleen aan rente opbrachten
het aanzienlijk bedrag van ? 0500, d. i. dus
bijna 800 percent! Het spreekt echter van
zelf dat deze florissante toestand eerst lang
zamerhand werd bereikt; nog in I.S78 maakte
de duchesse de Galliera volstrekt geen bezwaar
om hare aandeelen af te staan aan den heer
Hériot a pari dus voor f 2500 elk.
Hériot wist natuurlijk wel wat hij deed,
want al waren de dividenten bijna nul, de
winsten waren er niet minder om. Hij stak
ze echter telkens opnieuw ia de zaak, die ze
dus wetr opslokte naarmate zij ze voortbracht.
Zoosteeg het maatschappelijk kapitaal voort
durend en mag het op dit oogenblik wel op
25 millioen worden geschat. De groote vlucht
der onderneming dateert evenwel eerst van
den laatsten tijd. Nog in de eerste jaren van
de Republiek, in 1875, bedroeg de omzet wei
nig meer dan ? 20 millioen. In 1S1J3 was die
echter gestegen tot /' GO millioen, terwijl de
winst over dat jaar bedroeg ? -1.180.0UÓ d.i.
kon niet genoeg dooden van do vluchtenden.
Lang voor het laatste salvo kwamen do draag
baren de gewonden weghalen. J)e slag was
beslist; had men versterking van troepen
gekregen, de Afghanen waren van den aard
bodem uitgeroeid geweest. Thans konden zij
hun dooden tellen bij honderden, en nergens
lagen er meer dan waar het /'ore and Aft
gevochten had.
Maar het regiment stemde niet in met het
gejuich van de Hooglanders, ook namen zij
geen deel aan de afschuwelijke dansen van
de Gurkhas tusschen de dooden. 7ij keken,
op het geweer geleund, van onder de neer
geslagen oogleden naar hun kolonel.
»Terug naar het kamp," gebood deze. »Is
het niet schande genoeg voor een dag ? Ziet
wat je voor de gewonden doen kunt. Daar
alleen ben je goed voor.1' Toch had het Fore
and Aft het laatste uur zich zoo kranig ge
houden als de meest veeleischende generaal
verlangen kon. Ze hadden zware verliezen
geleden, omdat ze nooit zoo iets bij de hand
gehad hadden, maar aan dapperheid had het
hun niet ontbroken, en dit was hun be
looning! ...
Een jong inlandsch sergeantje die zichzelf
al een held vond, bood zijn veldfle.-sch aan
een Hooglander, wiens tong zwart was van
den dorst. »Ik drink niet met lafaards,'' ant
woordde de Hooglander met hcesche stem,
waarna hij zich tot een Gurkha keerde en
dezen vroeg:
»Hya, Johnny! Heb je een slok water
voor me?"
De Gurkha reikte grinnekend zijn flesch
aan. Het Fore and Aft zei geen woord.
Alleen toen zij in het kamp teruggekeerd
waren, maakte de Generaal, die binnen drie
maanden een lintje kreeg, hun een compli
mentje over hun flink gedrag. De kolonel
was wanhopig; de officieren mopperden.
zooals wij reeds zeiden 800 pCt. per oorspron
kelijk aandeel en bijna 7 pCt. van den om
zet, een resultaat, nog gunstiger dan dat van
den Bon Marché.
In vergelijking van deze beidereuzenbazars
maken de andere groote Parijsche magazijnen
reeds een meer bescheiden indruk.
De Belle Jardinière, die na den Louvre volgt,
heeft nog wel een op zichzelf zeer respecta
belen omzet, namelijk van 19 millioen gulden,
maar dit is toch nog geen derde van den Louvre
en slechts een vierde van den Bon Marcht. Zij
heeft echter de oudste brieven want zij be
stond reeds in 1820 toen zekereParissot een kra
merswinkel hield die wegens de nabijheid van
de bloemeiimarkt tot uithangbord had A la Belle
Jardinière. De gewoonte om nieuwe gemaakte
kleeren te koopen was toen nog niet in zwang.
Parissot was de eerste die dit artikel te koop
aanbood. Aanvankelijk bepaalde hij zich in zij i
bescheiden winkel van 12 vierkante meter
oppervlakte tot den verkoop van werkpakken
voor arbeiders. Langzamerhand werd het
gala-costuum der proletariërs daaraan toege
voegd en dertig jaar later had zijn omzet van
confectie zulk een omvang genomen dat hij
vijf en twintig huizen aan zijn winkel had
moeten trekken. Het kapitaal der onder
neming bedroeg toen 3 millioen, dat nagenoeg
geheel uit de winst was gekomen. Na den
dood van Parissot zitten zijn familieleden de
zaak voort en een dezer, de heer Charles
Bessand bestuurt de Belle Jardinière tot op
dit oogenblik. Hij bracht het magazijn
in ISfiG onteigend ten behoeve van het Zie
kenhuis over naar de plaats waar het thans
34.00 M. beslaat in de nabijheid van den Font,
Natf. De betere inrichting en de betere stand
deden den omzet nog toenemen ; de aandeelen
stegen van f 25001)'"tot /' 125001.1 in waarde,
en brengen op 't oogenblik ieder ? 2i)i;oi> aan
rente op. De netto winst bedraagt / 1.200000
wat over den omzet van l!) m. G.3o pCt. uit
maakt, dat is dus minder dan de Loiicrr
maar meer dan de Boii Mnmif.
Twee andere huizen die, wat den omzet be
treft, ongeveer op dezelfde lijn als de Helle
Jardlnil're staan, zijn de Printemps en de
Samm itaine.
De stichter van den Printem^, Jules Jaluzot
was afdeelingschef in den Jion jlarcln'. Door
zijn huwelijk kreeg hij de beschikking' over
l'/-j ton waarmede hij. in 1SIJ5, don J'riit/cmjits
oprichtte op den hoek vau den Jjunlrcard
Ilausxmann. Ook deze onderneming slaagde,
maar alleen weer voor zooveel den ontvet betreft.
Winst werd ook hier aanvankelijk niet ge
maakt. Maar Jaluzot liet zich i iet ontm i
digen en daar de omzet weldn tu;> tot 2
millioen kreeg hij zijn voorschoiten ei ^p< t
dig weer uit. De winkel moest \vouU \ uit L
legd, tage na tage werd er aangttiol-k» i en
later werden ook de aangrenzende huuui in.
beslag genomen totdat in 1881>-->.-i- de o itla.
gtbouwen verbrandden. Na den bfifjbd stichtte j!
Jaluzot om den l'riit!c»/jjy te herbouwen en tef,
exploiteeren een commanditaire vennootschap V
met een kapitaal van 17' .: millioen, Dit was J.
een fout. Als Jaluzot zonder vreemde hulp, *
met de uitkeering der iissurantiemaatschap-i;
pijen opnieuw was begonnen, dan zou hij dep
zaak alleen in handen hebben gehouden, 'hans?'
behoort zij hem slechts voor een vierde toe,'
en wat erger is /it hij overvoerd met?
kapitaal, waardoor hij, inplaats van geld voor-.
het drijven van zaken, zaken moet zoekettf
om het vruchtdragend te maken. 'i-,
Dientengevolge schijnt de Printfiiijix, al"
maakt zij nog zeer goede zaken, minder ge-5
lukkig te zijn dan de andere ondernemingen.'.
Hare Ie talrijl;c aandeelen staan althans min-,
dei hoog genoteerd.
De Samaritaine is haar dan ook, zonder
beroep op de beurs van anderen, in omzet
gelijk gekomen, ja voorbij gestreefd. Ook de
stichter van deze onderneming, de heer
Cognacq, was van huis uit een zeer eenvoudig
man die voor verschillende patroons in de
omstreken van Parijs met stoffen ventte tot
dat hij, stuiver voor stuiver, een spaarpotje
had gemaakt waarmede hij in 18G9 besloot
zelf te beginnen. Aanvankelijk moest hij
huren per dn g in de Ene du Pont Nruf, maar
al spoedig slangde hij zóó goed dat hij reeds
het volgend jaar een huurcontract van
langeren duur kon sluiten. In 1872 had hij
./' 5000 ter zijde gelegd eii trouwde hij met
Mlle Jay, première in de costunies-afdeelïng
van d( n L'oit Marvin', die hem als bruidschat
het dubbele bedrag aanbracht, bespaard op
het loon dat zij verdiende, liet ideaal van
het jeugdig echtpaar was toen een omzet
te bereiken van l'A ton. Dit bedrag werd
echter in den loop der jaren verre overtroffen
dank zij beidt r buitengewone werkzaamheid
en tact. 's Morgens gingen zij samen de
fabrieks depots bezoeken, 's middags kwamen
zij thuis om don verkoop te leiden, 's avonds
hielden zij hun boeken bij en tot mid
dernacht waren zij bezig met het prijzen
hunner waren. Dui volgenden morgen waren
ze alweer vroeg bij de hand om, voor
zien van een plumeau, tegenwoordig te zijn
bij het opruimen van den winkel en de touwtjes
e u papieren op te rapen die nog konden
dienen om pakjes te maken. Dut ook dit
laatste een tamelijk loonende bezigheid is,
blijkt als men beiieukt dat de L(»'t:ir. alleen
voor bindlouw jaarlijks 20.00') g'd. besteedt.
Zoo werd het cijfer v»n \Yi t< n al heel
spotd'.g b< reikt en overtroffen. In l s~-l bedroog1
de omzet reeds /' 120.000; in Is77 !.)!-> ton ; in
Iss2 3 millioen: in 1>N8 SK millioen; in NÜO
]2.'-2 millioen; in Is!):; \'i]i milliot-n. O(> 't
oogenblik is de heer (-ogiiact), de eenvoudige
venter van welen', een machtig millioi air
geworden, H ien iiet op geen ton of tiet; aan
komt. Zijn kassier, die druk aan wedden
schappen deed bij do wedrennen, heeft hem
althans in Is^d kunnen be.sleien voor t M'
millioen zonder dat hij het had bemerkt!
"Wïj hebben hiermede de levensgeschiedenis
<!er groote magazijnen voleiml. In het slot
artikel tleelen wij nog het, een en ander mede
over hun inrichting en beheer.
Sonrs.
(Slot vol f/1).
III1I1IIIIIMIIU
xEiifm,'' zei de generaal, :>'t zijn jonge*
troepen; 't is niet onnatuurlijk dat ze inliet
eer>t de kluts kwijt raakten."
»0ch hemel!" mompelde een stafofficier,
»de kluts kwijt! 't, Was een formeele aftocht !'J
»Nu ja, maar ze zijn immers teruggeko
men," hernam de generaal, die medelij ien
kreeg met hel doodsblecke gezicht van <!en
kolonel, »eti hebben zich zoo dapper geweerd
als men 't verhingen kon. Wezenlijk, ze heb
ben zich prachtig gehouden! Ik heb er op
gelet. Trek het u toch niet zoo aan. kolonel " j
En bij zichzelf dacht hij: ^Xu ze gedoopt, j
zijn kan ik ze een andermaal weer wat te
doen geven, nu ze dat doorgemaakt hebben !
't Leert hun meer dan een half dozijn com
plimentjes, maar die arme kolonel!''
Dien ganseden middag wcrkto men mot
seinen in 't gebergte om het goede nieuws
bekend te maken. Des avonds kwam een
uitgeputte correspondent, stoilig, herweet, die,
eerst verdwaald, zijn tijd verbeuzeld had met
naar een brandend dorp (o kijken en slechts
laat de seinen begrepen had, waarover hij
erg uit zijn humeur was.
»Vertel me toch alle bijzonderheden
zooveel mogelijk, als 't u blieft, 't Is voor
de eerste maal dat ik zoo laat ben," zei de
correspondent tot den generaal.
K n deze vertelde, zonder aarzelen, hoe een
communicatie-leger overvallen, verstrooid en
bijna geheel vernietigd was, zoo niet de strate
gie van den generaal ware tussclieu beide
gekomen.
Maar sommigen zeggen, en daaronder
ook de Gurkhas die op den bergrug zaten,
dat de slag gewonnen was door Jakin en
Lcw, wier lijkjes juist bijtijds opgenomen wer
den om twee openingen te vullen aan het |
hoofdeind van den grooten kuil voor de ge
sneuvelden bij de hoogten van Jagai.
Charles Rscïmssen.
- Heeft u Rochusscn goed gekend?
*?".?Of ik hem gekeild heb? Xoo goed als jou.
.Twee Zondagen heb ik 'n paar uur tegenover
hern gezeten zooals wij hier. Ik was pas actoi r
en liep 'n goejcn dag /'n atelier op. He schihlor
Sangster was bij hein. Toer, hij mij zag. zei l.dj
tot Kochussen: >je kunt Witman ook wei nemen,
liet is. een dankbaar figuur."
liochussen maakte dat is nu misschien moor
dan '?'>'?> jaar geleden in die dagen van de
acteur;; en actrices die zich in eeniire rol hadden
onderscheiden waterverfteekoimig'Mi. Faun'l zorgde
voor de vermonigvnldüriny en b-acht do por
tretten met of' zom'er tekst in den handel.
.-- -In welk karakter zal ik je nemen, VeltmanV'
vroeg liij mij.
Als ik het voor 't zog-yen hel>, m'nheor
Itocliiissen d;:n 't liefst als Xc <,. il.it is zoogoed
als mij'i eerste n !, met welke ik !>ij kundige
ooi'deobiars, eer hel) ingelegd.
-- Hoed, jongen, kom dan /,-ndag
maarposecivn. ' K:i zou is ji.ijn portret als .Nor» in de w-, reld
gekomen.
Op mijn T.Vten verjaardag heb ik dat portret
het oorspronlceüj'ce in mijn bezit g' kregen
door vriendelijke tusscheiikomst \ais ,!r. l'ij/.e!,
van den eigenaar Tjee-uk Willink te Haai-lem.
't [langt op mijn studeercel. ik bon de heeren
er nog dankbaar voor. liet is eene aardige
herinnering voor me aan een tijd. dien jij niet
gekend hebt. Hot was een tijd van artistiek
leve] ! Kdiiard de Vries was toon directeur va;i
den St.'uissclioiuvbu'.v. Schilder:-, waren, in zijn
oog heiligen; zij konden alles hij hem doen ; met
dichters huil hij minder op. In een aanlig buurtje,
vlak teg'enoi er het togeinvoon!ige,M;iison Stroiickeu
had hij een atelier en van de overige ruimte een
aantal andere ateliers laten maken, niet groot',
zeer eenvoudig, maar ik vond liet er aangenamer
dan in de schoonste zaal, het was er artis
tiek en gemoedelijk, ieder atelier had een trap
was al \vat de schilders- tijdgenooten van
Uochussen no'ulig hadden. Waren ze niet ophun atelier
d.m ki;n men hen op dut van de Vries vinden. K:i
al> er veel decors vuur een nieuw stuk ot' naliet
geschilderd moesten worden en K. de \ ri,-> 's nachts
werkte, vond men i.Jlijd d.ep. een ol'ander bij hem om
uit plemor te help<>!i ol' een goeden raad te geven.
('li/irle-, lïochus-ien ontmoette '-'ien er vaak.
Deschilders waren altijd om en in de komedie. L)o meesten
kwamen niet achter op liet toonoel. Koclinssen heb
il; er nooit gezien. Maar 's avonds dan vond men hen
in de pauzen in de wijnLanier in een kring om den
haard. In die wijnkamer dronk nien nu juist geen
wijn, meer grog en hier. I >ie wijnkamer was de ver
zamelplaats van sthildersen schrijvers. Ij Jacob van
1) l)c wijnkamer was volgens ontvangen
mededeelingen een niet al te groot vertrek.
Kr stonden gewone stoelen en tafeltjes. Do
eigentlijke kotïiekamor had banken tegen den
muur. Kr was een groote haard, waar de heeren
om lieen stonden te praten, (.it den schoorsteen
hing aan een stevige ketting een groote koperen
ketel met chocolade, waaruit zonder dat men die
Lennep en Schimmel kwamen er ook, de eerste
weinig. Een trouw bezoeker was er Jan Hilman,
de latere kommissaris van den schouwburg, een
vermummiede 18de eeuwer, steeds knersetandend
sprekend. Hij had steeds den mond vol van
Wiselius, Harmenz Klein, Bilderdijk, Loots en Helmers,
vertelde op zijn manier van hun leven in den
Franschen tijd en sneed gaarne brokken uit De
Hollandsche natie op. »Dat was een kerel, die Hel
mers !'' eindigde Jan Hilman met een
bastardvloek. Dat was me (loddome een vaderlander! Om
zijn llollundsülu'. ><atie heeft men hem gevangen wil
len nemen. De Fïansche honden kwamen in zijn
liuis on vroegen den dichter Loots waar Ilelmr-rs
was? sllelmers ?" hij ging de heeren voor. naar
een sterf kamer, want llelmers was juist gestorven.
:>I[elmers 'i ' en op het Jijk wijzend, .-daar ligt
llelmers !"
Hilman was in de wijnkamer van don ouden
schouwburg de man, die er leven bracht. Onom
wonden en plomp zei hij over alles zijne meening;
al ware die averechts verkeerd, hij was vurig in zijn
haat en blind in zijn liefde. Snoek eri Wattier
had hij zien spelen. Over hen sprekend scheen
hij van genot een delirium te krijgen, lleelo
brokken uit treurspelen zei hij hun na. Oi/k
wist bij te verhalen, en dan geraakte hij in vuur,
hoe bedekt me» op liet tooneel togen de Frar.sche
overheersching had geageerd, en hoe bij de
vertooning van tooneelspelen uit de vaderlandsche
historie en dat geschiedde bij voorkeur het
publiek in geestdrift uitbarstte als de naam
.Nederland'' en >vrijheid" werd genoemd of de
groote daden van het voorgeslacht werden ver
heerlijkt. Het tooneel in de dagt-n der l-'ranscho
knechtschap meende ilman was een school
van vaderlandsliefde. Hilman had de gewoonte
nooit iemand's van te noemen, maar steeds zij!i
voornaam. .Mr, Jacob van hennep bestond b.v.
voer hem niet, wel I\oo"; evenmin Charles
oc'inssen, wel: >-('har!es". Hilman leverde niet
alloi-n stof' tot gesprek', ook' tot vroolijkheid. OM
zijn onbehouwen, maai- oo,l gemeende uitvallen was
hij in de wijnkamer de zondebok der schilders- 0:1
dichtcrsheiit O ('de schilders de voorste! l ing bij woon
den of' niet.in de wijnkamer waren zij doorgaans.Dan
kwam er v. eer oen ol' ii'.g een ai.der even naar
een mooi decor zien om straks liet gesprek te her
vatten, ("narles Koehussen ontmoette uien er gaarne.
Joviaal en aangenaam van manieren, zacht in
zijn oordeel, bewaarde hij steeds een zekere voor
naamheid. Hij had iets ver eb.le Veïtman
verder van Jacob van Lennep. Vi'anneer men
bij dezen kwam vond men steeds een g opend
oor, met. hem sprekende was hij de gemeen
zaamheid in persoon, doch hij had steeds iets over
zich dat op een afstand hield. Als hij meende
dat het gesprek lang genoeg geduurd had, stond
hij op eu deed dit met zulk eene voornaamheid,
dat de bezoeker begreep dat het tijd wa-- om
b: en te gaan. Kvenak- Jacob van Lennep w:;s
Charles lïochr.ssen de, hulpvaardigheid zelf. Di
recteur, regisseur, toor.eelmeester, conueur,
acteur en actrice, balletdanser en balletdanse
res, allen kwamen hem raadplegen, of over decors,
óf over historie, t' over kostuum, llochussen
hoorde aan en zond den artisten donzeltd' n
dag nog een waterverfteekeningetje van het
karakter of de historische persoon , met /-eer
nauwkeurig aangeven van het kostuum. -Ik hel)
o. a. vervolgde Veïtman -- neg tot in het
laatst van mijn tooneelloopbaan, dien ik nu in
December hoop af te sluiten, Holophcrnos i:i
J,ti/i>!i gespeeld in liet kostuum precies zooals
I!of.lms.-.on het mij heeft \oorgeteokend.
Uochussen had vee! kennis van het tooneel,
AI ij heeft bij vaak een zeer gegronde aanmer
king gemaakt.
:.lk dank u wel, mijnheer Uochus.ien. het is
waar wat n zeït. ik zal het verbeteren."
->0ch, vriend, ik zeg het maar zoo. Misschien
heb ik ongelijk. Je weet hel zelf beter da.ii ik.'
Xcker, liet was een buitengewoon man,
Koehussen. Het toonoel en de t. oneeispclers uit
mijn tijd zijn hem zeer veel verplicht. Xie-;e
ooit zuike praditiire. karakteristieke en toch een
voudige platen hoven eo:i aanplakbiljet :tl- hij
heeft "einaakt V Neen. alles bont en schreeuwerig.
I
beid, het woeruevcn van het karakter, het gebaar,
het dragen van het kostuum leert men niet van
zelf. Coede raadslieden zijn onmisbaar.
Itocbussen is mij daarin een vcortrellijk leidr.man
geweest. liet zou mijn confrateiv niet schade zijn
als thans ook de schilders nader tot het tooneei
stonden; ze zijn er nu van vervreemd.
* ^
Mr leven nog maar weini,' tooneelii-ten te Am
sterdam uit de d.igcn dat !!o;:hus,i;n aller hulp
en vriend was. Mevrouw Albivut, mij dangs na zijn
dood ontmoetende, zei: (int. wat ben ik me daar
geschrikt, die goeie Uochussen is dood! Ihjwas
een vriend van mijn man. Xa zijn sterven heeft
hij uit vriendschap een teekeninge!je gemaakt
voor het i;ion;i;;;e;it op xijn graf. Column heelt
het daarnaar aebijteld. er ontbreekt niets aan,
precies en precies. Vind-je het niet mooi '' Jam
mer hè, (lat al di;> goeje inenschen we.gyvian.
11bregt hield xooveel van Uochussen; hij kw-un
dikwijls bij ons aan lm;-,. .1" ko'.idt hem nooit wat
vragen of hij deed het. Hij heeft mij ook nog
uitg';teokond.
Heeft u Itoc.hussen lang gekend V
,Ia, heel hu,g. l'c wa.i nog een jonge ac
trice, .... neen, dat vertel ik niet....
Kom mevrouw ....
Xecri .... Mntin, waarom zou ik ook niet.
In de buurt van de komedie had het is
natuurlijk lang geleden -- Koehussen met
vele andere schilders hun atelier. Om drie,
uur ei' iets vroeger kwamen ze er altijd uif,
Koehussen, Hollander, te (u-mpt, Sangslor on
nog meer, om gezamenlijk naar Arti te gaan.
Wij waren jong en zij waren jong. en ze.
van het vuur nam, de chocolade geschonken werd.
Icliter de toonbank schonken de knechts biur
uit; terwijl er de slempketel duchtig werd aan
gesproken. Meiden met cornetten op brachten
ontelbare kopjes slemp naar het parterre, en
droegen tevens voor de juifrouwen warme sto
ven aan.