Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 906
als stadhouder van Elzas-Lotharingen eene
zekere mate van populariteit heeft weten te
verwerven. Tegelijk met hem is de zeer
conservatieve een vroeger zeer militante Von
Köller benoemd, en wel tot Pruisisch minis
ter van binnenlandsche zaken. Zal, zooals
sommigen beweren, vorst Hohenlohe slechts
in naam rijkskanselier zijn, en de heer Von
Köller feitelijk de nieuwe man zijn? Of zal
de keizer nu, meer nog dan vroeger, »zijn
eigen kanselier" worden?
Op die vraag zal men eerst over eenigen
tijd een afdoend antwoord kunnen geven.
IIIIIIIHIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItll
Sociak
Arbeidsbeurzen en Werkeloosheid.
Na jarenlangen strijd hebben de arbeiders
het eindelijk ook bij ons te lande zoo ver
gebracht dat er in den laatsten tijd vrij
serieus over hun belangen wordt gesproken.
Dit nu brengt hun voor het oogenblik wel
niet veel baat, maar aangezien er in Neder
land altijd bizonder lang moet worden be
zonnen vóórdat er wordt begonnen, zoo moet
men het reeds loven dat er althans met het
bezinnen een begin is gemaakt. Intusschen
kan het zijn nut hebben onze bedachtzame
denkers nu en dan eens een en ander mede
te deelen uit andere landen waar het bezin
nen onder den invloed van meer uitgebreide
volksrechten reeds door beginnen is opgevolgd
geworden, al doet het ons leed daarbij dit
maal misschien eenigzins te moeten spelen
in de kaart van hen die ons wol eens wataZ
te bedachtzaam voorkomen.
Nu ook hier te lande, vooral in Amster
dam, het vraagstuk der Arbeidsbeurzen nog
al eens wordt besproken, wenschen wij met
een enkel woord de aandacht te vestigen op
een weldra te verschijnen rapport vermeldende
het resultaat eener omvangrijke enquête door
het Fransche Office du Travail ingesteld
omtrent de organisatie en werking dezer
moderne instellingen 1).
De eerste Arbeidsbeurs in Frankrijk werd
gesticht te Parijs in 't jaar 1887. Sedert
kwamen dergelijke stichtingen tot stand:
in 1887, 2 te Parijs en Nimes.
> 1888, l » Marseille.
» 1889, 2 » St Etienne en Toulon.
» 1890, 5 » Aix, Toulouse, Bordeaux (2) en
Bésiers.
» 1891, 8 » Montpellier, Tours, Nantes,
Cahors, Agen, Cholet, Lyon,
Alger.
» 1892, 7 » St. Girona, Cognac., Roanne,
St. Nazaire, Villeneuve-sur-Lot,
Angers, Boulogne sur-Mer.
» 1893, 13 » -Nice, Carcassonne, Narbonne,
Angoulême, Dijon, Besancon,
Rennes, Ie Puy, Saumur,
Chaumont, Boulogne-sur-Seine, St.
Denis, Ie Havre.
» 1894, 3 » Grenoble, Perpignan,
Chalonssur-Saöne,
Twee dezer beurzen, die van Agen en Ca
hors, zijn sedert alweer ontbonden en behooren
dus reeds tot de geschiedenis. Een derde,
die van Parijs, werd bij gelegenheid van de
troebelen in 1893 op last van minister Dupuy
gesloten. Twee andere, die van Narbonne en
lllllllllllllllllllltlllllllllllllllllllllllllllM
zij tijd had om te schrikken, kwam Smith
eensklaps tusschen beiden waar vandaan
wist zij niet greep de twee aanranders bij
den kraag en bonsde hen met bedaarde, regel
matige, krachtige stooten met de hoofden
tegen elkaar, totdat zij kermend over den
grond rolden. Toen hij hen had laten weg
kruipen, wendde zij zich tot hem en bedankte
hem vriendelijk, met een blos van bewonde
ring en verlegenheid, die haar allerliefst stond.
Maar Smith antwoordde niets. Hij tuurde
over haar hoofd heen, werd rood in het ge
zicht, schuifelde onrustig heen en weer, maar
hield zijn mond, totdat zijn oog op een
voorbijgaanden politie-agent viel.
»Zeg, smeris!" schreeuwde hij.
De agent stond sprakeloos.
»'k Heb geen potlood bij me," bulderde
Smith, hem vlak in de oogen ziende. Waarna
deze man van zijn woord kalm zijn weg
vervolde.
Zoo verstreek de zomer en het tweetal
keuvelde zwijgend verder van raam tot raam,
voor het oog van heel de wereld beneden
verborgen door hun beschuttende kroonlijst.
En zij blikten in de verte over de daken en
zagen het groen in het Park dieper en som
berder worden van toon, naarmate de maan
den voorbij gingen.
Smith hield van Zondagsuitstapjes in de
omgeving en kwam nooit terug zonder een
ruikertje madeliefjes of wilde viooltjes en later
klaprozen en korenbloemen voor het naais
tertje. Soms, met een bedachtzaamheid zooals
zelden in een man wordt aangetroffen, bracht
hij haar struiken met wortel en al en versche
aarde om ze te planten. Ook vereerde hij
haar een steen in een flesch, die hij volgens
zijn schrijven »zelf op water gegroeit had'',
en een stuk koraal en een gedroogde vliegende
visch, die griezelig was om te zien met zijn
stekelige vinnen en holle oogen.
Maar de grootste verbazing bereidde hij
het kleine naaistertje op zekeren koelen
Septemberavond, toen hij den navolgenden brief
langs de kroonlijst schoof:
Carcassonne, zijn nog niet geheel georganiseerd.
Voorts zijn doch zonder succes pogin
gen om soortgelijke instellingen tot stand te
brengen in 't werk gesteld te Amiens,
Beauvais, Calais, Cette, Clichy, Elbeuf, Limoges,
Lille, Nancy, Nevers, St. Quentin en Troyes.
Op 't oogenblik zijn er in 't geheel dus 36
beurzen in werking. Daarvan bestaan er 3
uit eigen middelen, die van Bordeaux, die van
Ghaumont en die welke te Parijs in de rue de
Bondy werd geopend tengevolge van de slui
ting der gemeentelijke beurs; alle andere ont
vangen subsidie uit de gemeentelijke of de
partementale kassen.
Men meene niet dat deze arbeidsbeurzen,
zooals men uit den naam zou opmaken, niets
anders zijn dan bureaux de placement in het
groot, waardoor werkgevers en werkzoekers
met elkaar in contact worden gebracht. In
Frankrijk zijn het bovendien
vereenigingsplaatsen geworden waar de werklieden zich
organiseeren met het oog op den strijd voor
hunne belangen en waar vergaderingen, con
ferenties en bibliotheken worden gehouden;
eenige beurzen hebben vakcursussen gesticht,
alsmede kassen voor werkstakingen en on
dersteuningsfondsen voor doortrekkende werk
lieden. Zelfs vinden wij op de lijst niet min
der dan 10 beurzen vermeld die zich in 't
geheel niet met de plaatsing van werklieden
bemoeiden ! Voorts zijn er 5 die geen opgaven
omtrent het aantal plaatsingen hebben ver
strekt, zoodat wij slechts van 24 kunnen
nagaan hoeveel arbeiders zij aan werk hebben
eholpen. Dit aantal bedraagt voor alle 24
eurzen te zamen slechts 07000 op de 89000
aanvragen. Neemt men hierbij in aanmerking
dat in dit cijfer van G7000 Parijs alken voorkomt
voor circa 49000, dan zal men ons moeten
toestemmen, dat de overige 23 beurzen met
haar 18000 plaatsingen een vrij pover figuur
maken.
Deze cijfers versterken dan ook een sinds
lang bij ons gerezen twijfel of de arbeids
beurzen wel dat nut afwerpen, dat sommigen
er zich van voorstellen en of ze het geld wel
waard zijn dat er aan wordt ten koste gelegd.
Alen zal hiertegen misschien aanvoeren dat
dan toch in elk geval 18000 menschen door
deze 23 instellingen aan werk zijn geholpen.
Dit is echter minder juist, want men vergete
hierbij vooral niet dat vele dezer 18000 werk
zoekenden, ook zonder tusschenkomst der
beurs, wel plaatsing zouden hebben gevonden.
Immers het werk was er en de prikkel des
hongers is bij de werkloozen waarlijk groot
genoeg om te zorgen, dat zij een deel van
den beschikbaren arbeid machtig worden ! In
plaatsen van niet al te grooten omvang is
de daaraan verbonden moeite ook zoo groot
niet; de verschillende patroons zijn bij de
werklieden genoegzaam bekend en in een of'
twee dagen loopt men er heel wat af'. Alleen
in groote steden, zooals Parijs, schijnt een
arbeidsbeurs goede diensten te kunnen be
wijzen omdat daar patroons en werklieden
elkaar niet zoo gemakkelijk kunnen vinden,
maar in kleine plaatsen komt het ons voor,
dat 'het geld misschien nuttiger zou kunnen
worden besteed. Het is ons daarom niet moge
lijk met deze stichtingen zóó te dweepen als
sommigen tegenwoordig doen en, eerlijk ge
zegd, valt het ons zelfs zeer moeielijk een
glimlach te onderdrukker, zoo dikwijls wij de
arbeidsbeurzen hooren voorstellen als een
middel tegen de werkeloosheid! Dat maikt
op ons ongeveer denzelfden indruk, als wanneer |
wij het plan hoorden opperen om aan iemand
die zich beklaagde geen cent in de wereld te
bezitten, heel serieus een brandkast cadeau te
IllllMllimillllliiillllllllllllllEllitlllllliimilllltlliliiii
tililiflltililllinillin
Hooggeëerde Mevrouw,
Nu lang en tevergeefs naar een goede
geIcgcnhcid te hebbeu gezocht, om n deelgenoot j
mijner gevoelens te maken, neem ik titans
de pen ter hand, om uiting te geven aan liet
gevoel, dat gij in mijn gemoed hebt opgeweld
en dat reeds lang van hartelijke vriendschap
tot vurige liefde is gerijpt. Kortom, Mecvouw,
ik /tel) de eer u te naderen, met een voorstel,
dat, indien U lift trilt aannemen, mij met
zalige vreugde zal vervullen en mij l/et recht
al geven u te omringen niet de, koesterende
Borgen, die de huirlijksband lot plicht en
voorrecht tevens lum stelt, die geen andere
wensch koestert, dan op een met al ie rcr
verwijderd tijdstip, haar naar liet altaar te
mogen geleiden, voor wier bekoorlijl;heden
en deugden zijn hart in blakende liefde gloei/.
Ik tecken, Mevrouw,
Uw nederige dienaar en vurige
aanbidder:
SMITII.
Langen t.ijd bleef het kleine naaistertje op
dit epistel staren. Misschien was zij benieuwd
uit welken Briefstijl voor minnende harten
van de vorige eeuw haar buurman dit for
mulier had geput. Wellicht stond zij ver
baasd over het resultaat zijner eerste poging l
tot punctuatie. Misschien dacht zij aan iets
anders, want er waren tranen in haar oogen
en een glimlach om haar kleinen mond.
Maar het moet wel lang geduurd hebben,
zóó lang dat Smith er zenuwachtig van
werd, want kort daarop kwam een nieuwe
boodschap langs de lijn waar het, zink op
de kroonlijst was glad gesleten, /ij luidde : j
?i'/ds dit soms duidelijker is Wil l te met \
mijn trouwen."
Het naaistertje nam een stuk papier en
schreef:
».l/x ik Ja \eg, wilt n dun tegen mij
spreken?"
Toen stond zij op en reikte het hem toe,
over de vensterbank heengebogen, en hun
gezichten onmoetteii elkaar.
geven. Goed gemeend, maar tamelijk belache
lijk, ja bij het bespottelijke af l Arbeidsbeurzen
kunnen geen arbeid scheppen, dat is een waar
heid als een koe, maar die niettemin heel dik
wijls uit het oog wordt verloren door
arbeidersvrienden, die in tijden van werkloosheid maar
altijd weeraan op dit hun stokpaardje komen
aanrijden. Dit misverstand is te gevaarlijker
waar het natuurlijkerwijs de aandacht afleidt
van de eenige middelen die bij de tegenwoor
dige maatschappelijke ordening tegen het
periodiek heerschende en telkens toenemende
werkgebrek met succes kunnen worden aan
gewend, namelijk de algemeene verkorting van
den arbeidsdag, de strenge handhaving van den
rustdag en de wering van kinderen en jeugdige
personen uit fabriek en werkplaats. De norma
liseering van den arbeidsdag is onder deze
middelen zeker wel het machtigste en daarom
zien wij met groote blijdschap dat de bewe
ging in die richting ook bij ons te lande
telkens krachtiger wordt. Een zeer wei
komen en veel beteekenenden nieuwen
bondgenoot in dezen strijd mochten wij deze
week nog weer aantreffen in den Bond
van Koomsch-Katliolieke
Werkliedenvereenigingen in het Aartsbisdom Utrecht, die Zondag
hare tweede algemeene vergadering hield en
met eenparige stemmen het besluit nam dat
alle afdeelingen bij hare respectieve gemeen
tebesturen zullen aandringen op de opname
van een maximalen arbeidsdag en een
minimum-loon in de bestekken voor gemeente
werken. Een zoo onverwachte medewerking
van deze zijde, waarbij naar het schijnt
nog bovendien mag worden gerekend op den
steun van een machtig en vurig kampioen
als Dr. Schaepman, mag voorzeker als een
groote aanwinst worden beschouwd, ons meer
waard dan een half dozijn arbeidsbeurzen.
Socius.
1) Het Bulletin de l' Office du Trarail gaf
van dit rapport reeds een kort resumé.
Gerhard Hauptmann.
Die Weber".
Eiusamc Menschen".
Wie de opvoering van Les Tisserands" door
Let Théatrc Libre heeft bijgewoond, moet daarom
nog niet meeueu, dat hij nu Hauptmann's Weber
gezien heeft. Goede figuratie is bij dit drama
het eerste vereischte en het tweede en het derde
en ook liet vierde en men kan zoo doorgaan :
Yiguratie is hier eenvoudig alles.
En bij Antoine was die nu wM duur, maar toch
niet mooi. Geen oogenblik kon ik er het tooneel
doen bij vergeten. Zij waren en deden zoo opzet
telijk en de scène in Dreissigers huis was de gekste
van alle. Ik bewaar nog ecu herinnering, hoe ecu
z. g. woesteling met pijnlijke omzichtigheid opeen
salontafoltje hamerde. Ook werd er met zorg n.
half spiegeltje kapot gegooid. Daarentegen gingen
ze echt roekeloos met de wanden om die op een
slappe, kartonachtige wijze bedenkelijk schudden,
wanneer ze telkens allemaal tegelijk door kleine
deurtjes wilden dringen.
Een tweede zeer verkeerd iets was, dat men,
toen in liet 5e bedrijf Autoiue voor het eerst op
trad, hot gevoel had, dat, nu pas de hoofdpersoon
daar was, hier aan verbindende onbepaalde ideeën
van een intrige, die velen in 't voorafgaande wel
eenigszins gemist hadden. En toen er dan zoo
wat niets gebeurde, en 't stuk botweg uit bleek
te zijn, op zoo'n rare manier, door een schot, dat
men wist niet van waar 't kwam en den
plotselingen, onverwachten, maar vooral inilifff'-unlen dood
van llilse, dien men maar zoo kort kende, toen
hadden die intrige-behoeftigen wel een klein beetje
't gevoel of ze bekocht waren. Zij hadden veel
geld betaald voor dure plaatsen en droegen ook
niet liet kleinste indrukje mee naar huis, eerder
een kille leegte van gevoel en ietwat geërgerde
verwondering, dat i/il nu een drama heette.
Maar zóó moet men 't ook niet, zien. Met een
beter tooneel, dat rijker middelen bezit van deco
ratie, waar meer met licht te doen is en vóór
alles met betere figuranten die eigenlijk elk op
zich zelf heusehe acteurs behooren te zijn, is mis
schien inpressic-ontvangen mogelijk.
Mi>:ir//ifii, want 't zou ook kunnen blijken, dat
hier de aan 't tooneel inherente gebreken ecu
volkomen indruk onmogelijk maken. Evenals zoo
veel andere dingen kan men armoe en gebrek niet
op een planken vloer met lappeudoek boven en
op zij, zóó nabootsen, dat 't ook maar een mo
ment werkelijkheid schijnt, \\ant armoe en ge
brek, dat is meer dan mensclieu in vuile, gescheurde
kleeren, met, kunstig verwaarloosde koppen. Er
is ook de benauwdheid, de engte van plaats onder
de lage drukking van zwartberookte zoideringen,
de stank van eten en bedorven lucht en nog zoo
veel anders, de groeze'igheid en di'u uiterlijk, van
verbetenheid, jaren lange aanraking door vuile
handen .... van arm iji-lcefd :'ju, dat zoowel
over de ni'.:nschen als over de dingen komt.
En van dat alles weet het tooueel niets.
Er is een verbreide meening dat »Die Weber"
llauptmaims beste stuk zou zijn.
., Die Dogmatik des doktruiiircn Ileahsmus hut
ilire Gewalt iihor ihu (Ilauptmaun') verloren: uur
was er von ihm lemen koiint.e l die stramme
lebenszuekende Charakt.eristik ist, aufgenommeu.
Man hat das (lefiih), als ob er (Ilauptmann) in j
den folgcnden Stüekcii, den //Ueberu" nnd ,,Kol- ?
lege Crampton" sieh selbst gefuuden habe, cin
l'remdes, ansscrlich Angenommenes vou ihm
gefallen si-i.'' ((ierhart liaiiptmaim uud der moderne
RtaÜMmis vou Dr. l'aul Mahn).
Dezelfde Dr. l'aul M alm merkt nog veel andere
deugden clan de oorspronkelijkheid op. De stof is
ontleend aan gebeurtenissen, ./tus den vicrziger
Jalircn'1, die ook lleine dat heel curieuze, bekende
gedichtje deden schrijven. . ..
. . . Ein Eluch dem König, dera König der Reichen
Den unser Elend nicht konnte erweichea . . . erz.
doch het heeft niets meer van een historisch
drama", zegt Dr. Paul. Het bijzondere van ]S40
is 't algemeene geworden: //der Kampf der
Unterdrücktcn gegeu die uterdrücker ueberhaupt,"
Bovendien is het, in onderscheid van de meeste
dergelijke drama's, geen Teudenzstuk, het dient
geen richting, wat de Eranseh verstaande socia
listische onderwijzers, die op den avond der voor
stelling de gaanderij rumoerig maakten, ook mogen
vinden. Die Weber sind eiu sociales Drama, kein
soeial-democratisches." Geen beweringen, jjeen
theorieën, maar personen en toestanden en' nog
wel zeer gewone personen en thans ook bijzonder
gewone toestanden. En boven alles het algemeen
nieuschelijk gevoel, het groot Erbarmen van allen
zonder onderscheid en 't besef van 't rechtvaardige.
De fabriekant is geen duivel, volstrekt niet ;
eenvoudig een liberale man, van het goede geen
zins afkeerig, als dit zijn ondernemers inkomen ten
minste niet belangrijk vermindert, Das
Ilungerdaseiu der Weber ist mehr durch die Coneurrenz her
bei geführt als durch die Gcwiunsueht des
l'abrikanteu, und der gröszl.e Teil der Arbeiter man
fülht es würde au des Unternehmers Stelle nicht
anders sein.... So volleuclet sicli ohue
Gehiissigkcit, ohne Verzerruug, ohue aufgetrageue Teudenz
das Drama zu cincin gewaltigen Gesamtbilde soci
aler reibungeu ..... die Schuld liegt niet mehr
an einzeluen Peinigern, auch nicht au eiuem sieh
instiuktiv au die Hiuide arbeiteudeu Geheimbunde
der Besitzendeu, sondern alle Eehle schicht sich
den Yerhaltnissen zu, wie sic uiis unte den Han
den. geworden sind. Wie ciue Klage klingt es aus
dem Slück hervor, eine Klage ber die immanente
Tragik der Wclteutwicklung, dass wir verdammt
sind in alle Ewigkeit Frieden und Gutheit zu er
selmcn und doch mit verlluehten Handen nichts
schaffen können, das dem bollenden Wiihren
unserer Secle entsprache".
Dit wat het gevoelselement in het drama betreft.
Als techniek roemt Dr. Paul Malm de climax,
waarmee de tableaus gesteld zijn ! de drukkende
onderworpenheid en de nog zwaarder ellende eerst,
dan 't, opkomen der gedachten van recht, 't ont
plooien der geesten zoo lang saamgeuepen, opko
men van den vloed van haat, wraakzucht,
rechtswil .... en dan de opstand, roekeloos, hoogtartend,
onverschillig voor de gevolgen, in 't ijzersterk be
wustzijn van recht uit noodzaak.
Wat, verder 't psychologische betreft, de zeer
vele figuren vast en zuiver geteekend, maar 't h oog
merkwaardige in dit werk en wat 't zoo origineel
maakt, is dat het geen hoofdjiursooii, gecu lield"
heeft.
Hierin zegt altijd dr. Paul is Hauptmanu
volkomen los van alle traditie, doende zooals hij
goed vond te doen, toen hij het zuiver, groot
meusehelijke opving uit, die verre gcbeurdheden
van vroeger om er een kunstwerk van te maken.
II ij wil niet n speciaal mensch laten zien, ge
woon of ongewoon, maar hij wil groepen tooncn,
Massen beweguugen", alles langzaam zich bewe
gend om n middenpunt ; de sociale idee, het
groeiend besef, dat de maatschappelijke orde anders
moet, worden en anders gaat worden. In deze
objectiviteit, deze al-omvattend-heid ligt iets
goddelijks. Es laszt den Dichter auf der Mufe
erselieincn, wo als höchste Potcnz geistigen
Mensehcntums Dichter und Philosoph eins werden".
Dat is geen kleinigheid !
En nu laten we Dr. Paul weder een beetje loopen.
omdat ik zelf weer wat, zeggen wil en wel kortaf
dit: dat ik Germiuat mooier vindt. Ik heb dr.
Paul stil aangehoord maar daarbij voortdurend niet
aau Die Weber", maar aan 't groote Zola's boek
gedacht.
Al wat hier v au Ilauptmann gezegd werd, is
in driedubbele maat op Zola van toepassing.
Als een drama dan toch niet voor opvoering
vatbaar is, staat 't, wat kracht van impressie be
treft, lager dan een roman, die ook tot lezen daar
is, want een roman kan teekenen, beschrijven, in
fi/i/t'-mool geven het ,,<///'<>,-- of ,,//v,v7/(V,'mooi, ter
wijl een drama niets doet dan t/t/i/yrwii, kort en
droog. Den dialoog geeft een roman ook, terwijl
't menigte-spreken en 't menigte-handelen er in
een tooueelstuk uitziet als een lijst van vragen
en antwoorden, blad/.ijden lang, waar in den roman
n alinea van groote werking kan zijn.
Ik zou nog lang kunnen voortgaan, zoo in ''t
algemeen, maar ik wil liever zeggen, dat il; /ola
zooveel mooier en verdienstelijker vind dan Ilaupt
mann in i/i/ ljij:fi:i'/i'i' geval. En daar komt toch
maar alles op neer. Als men dezelfde stof voor de
tweede maal bewerkt is 'l wcnschclijk dit. anders
te doen en niet minder mooi. Maar dat juist .heeft,
Ilauptmann niet, bereikt, 't Is wel HU 'J cru uij hem
maar dat anders is minder.
Misschien door de noodzakelijke gedrongenheicl
van den dramatisclieu vorm, is er iets schetsmatigs
in zijn stuk, vluchtigs, dat, een indruk van on n. rel
aciiterlaat. 't Is knap en sober, maar zoo droog
en niet wijd, niet algemeen, wat Hauptiniiün ook
moge bedoeld hebben. Als men de meusciien niet,
anders geeft dan in hun eigen spreken, gaat, 't, ge
voel van achtergrond, buitenwereld verloren. Zij
worden toen te veel hoofd-personen, omdat de
aandacht van die 'vlezen niet, wordt afgeleid naar
't u'een rondom geschiedt. In 't leven zou het/. U'de
gebeuren, als men geblinddoekt van 't eene milieu
naar 't, andere werd overgebracht. Telkens n
vertrek met pratende mei.schen ..... maar dat,
is voor een indruk van totaliteit niet genoeg:
men moet ook zwijgeudeu zien die gaan eu komen
en geluiden hooren eu de straat eu de lucht merken.
In //Germiual" heeft men dut, alles door den schrij
dut toch noodzak lijk.
mij, dat. Ibsen iu zijn
gehad en voor impressie
Zeer bijtijds bedenk ik
drama's dat, wM wee1 te geven : dat gevoe v:m
't stroomend, eeuwig bewegend leven, achter de
personen. Ik was geneigd Ve zeggen, dat, 'r, aan
den dramavorm op zie h zelf te wijten \\a>. als
..Die Webc-r" dat noodige element misiCj nu zeg
ik : 't !ig1. aan Ilauphmann.
En dit vormt, meteen mijn conclusie, dat ik
Die Wcber'' wel zeer merkwaardig vind, ook
wel ceuigszins lieil'end misschien bij een puike
opvoering, maar niet mooi, niet genot-mooi,
zoodat men zeggen kan. dat dit stuk leven voor eens