De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1894 9 december pagina 6

9 december 1894 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 9U Uit Dr. GrANNEF's Studeerkamer. (Het auteursrecht voor den inhoud van deze bladzijde wordt verzekerd volgens de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Koningin Elisabeth van Roemeni (Carmen Sylva). Engelsche en Fransche zedelijkheid. De schrijver van John Buil tt fon ile, Max O'Rell, zet dapper over de geheele wereld zijn studiën voort over het Engelsche karakter en de Engelsche zeden. Dapper; niet alleen omdat er een zekere moed toe behoort, om de Er.gelschen tot in hun afgelegenste koloniën te gaan bestu deeren, maar vooral omdat Max O'Rell gewoonlijk verblyf houdt te Londen, waar iedereen hem kent als den schrijver van John Buil, en hij toch voortgaat zeer onbewimpeld zijn gedachten te uiten over de fouten en ondeugden van het En gelsche karakter. Die moed wordt evenwel goed beloond, want de Engelschen koopen en lezen zijn werken met toenemende gretigheid ; of' omdat zij wenschen zich te .verbeteren, of omdat zij, De jonge beer, wiens beginnen. (Moonshine.') zorgen pas overtuigd van hun volmaaktheid, de satiren van Max O'Rell beschouwen als overdreven paradoxen. Zijn naam is zoo bekend geworden, dat alle tijdschriften van Londen en New-York elkander de eer van zijn medewerking betwisten, ofschoon Max O'Rell allen edelmoediglijk ten dienst staat, en zich alleen het recht voorbehoudt, de Engel schen het scherpst te beoordeelen in de Engelsche en de Amerikanen in de Amerikaansche bladen. Max O'Rell beweert dat alle rassen en alle volken een tamelijk gelijk aantal deugden en ondeugden bezitten; dat het eene land niet zedelijker of onzedelijker is dan het andere; doch dat de Franschen hun ondeugden een beetje Een lief land. (Forain in den Figaro.) JOURNALIST (betrokken in het beker, d e chantageprocea, tot den rechter van instructie) :??Zoo waar als ik twee dagen preventief heb gezeten. Edel achtbare, een leelijk man heb ik nooit afgezet!" minder leelijk maken, door ze niet voor te stellen als deugden. iDaar hebt ge bijvoorbeeld," zegt hij, «de drank zucht. In Frankrijk wordt het woord matigheid in zijn natuurlijke beteekenis opgevat, want dit woord beteekent niet geheel-onthoudtng, maar een matig gebruik. Als een Franschman zijn glas wijn drinkt, doet hij dat openlijk, en als de Parij zenaar zijn absinth gebruikt, doet bij dat bij voor keur op het terras van het koffiehuis, in het publiek. Het zou zeker beter zijn, als hij wat anders dronk, maar hij handelt tenminste oprecht. en houdt bijna altijd op met drinken, vóór hij dronken is. »In de Engelsche koloniën daarentegen ziet men op dit of dat uur niemand iets anders drinken dan water of thee. In het publiek ten minste. Doch des avonds bedrinkt men zich aan whiskey en houdt dikwijls niet op met drinken voor men stomdronken is. In de Vereenigde Staten, waar alle sterke dranken verboden zijn, gaat iedereen cognac drinken bij de apothekers, uit maatglaasjes, alsof het levertraan was. Op zekeren avond had ik in een hotel een glas grog besteld; ik kreeg het op mijn kamer, zorgvuldig in een zwart papier gewikkeld, met het opschrift: «Drankje volgens een vroeger recept. Gebruik bekend." Men weet, hoe trotsch de Engelschen zijn op hun strenge zedelijkheid, en tevens, hoe zij Parijs werd, als zij in bed lag. Zij smeekte de keizerin, die alles kan, toch voor een enkelen keer het stuk des namiddags te laten spelen. Dit onschul dige verzoek trof de keizerin; zij droeg den intendant-generaal der schouwburgen op, aan de ouders der lieve vraagster te doen welen, dat op Xondag '.) December Hiinsel und Gretel des namid'Idgx zou opgevoerd worden. De ouders begrepen er niets van; hun doch tertje had hun niets van bet verzo' k verteld. Ein delijk vernamen zij de geheele geschiedenis en haastten zij zich, hun dank te betuigen aan Hare Majesteit. Toen de keizer de zaak vernam, wilde hij van deze buitengewone voorstelling een echt kinderfeest maken. Hij heeft bevolen dat er allerlei verrassingen moeten zijn voor de kleine toe schouwers, die voor hen de aantrekkelijkheid der voorstelling nog zullen verhoogen. Men behoeft niet te vragen, hoe verlangend de lierlijnsche jeugd uitziet naar de namiddag voorstelling op i) December. 'Welverdiend liep onlangs de »United Press," een vereeniging van couranten te Xew-York, in den val. /ij houdt er, evenals de grootere veroeniging, de »Associated Press" een eigen centr.ialbureau voor telegrammen op na. Ueeds lang verdacht deze laatste haar concurrente, de >United Press," ervan, dat deze zich wederrechtelijk haar telegrammen President Cleveland na de verkiezingen. (Judge.) Gekrompen ! meer dan ooit beschouwen als de voorstad der hel, het moderne Babyion, de oorsprong van al wat verderfelijk is. Vooral de Mowlin-Roui/e en de Jardin de Paris zijn in Engeland zoo dikwijls het symbool der Fransche beschaving genoemd, dat iedereen ze kent. In Schotland sprak zelfs een dorpskruidenier, met een mengeling van angst en nieuwsgierigheid, over de orgieën in de Red MM. Over die Red Uli/l spreekt Max O Rell ook in zijn artikel. Hij zegt dat de Moulin-Rouge ongetwijfeld zeer druk bezocht wordt, maar meer door vreemdelingen dan door Franschen, en dat het er voornamelijk wemelt van Engelschen. Zoo heeft men te Parijs publieke vermakelijkheden waar men slechts vreemdelingen ontmoet; er be staat zelfs een geheele galante litteratuur, die de Franschen niet eens kennen en die alleen aan buitenlanders verkocht wordt. >De directeur van den grootsten Franschen boekhandel te Lon den heeft mij medegedeeld, dat bij moer dan driehonderdduizend exemplaren van In Ten e, van Zola, verkocht had, en dat er nooit, bij zijn weten, te Londen een boek zoo druk gevraagd was." Ten slotte haalt Max O'Rell een mooie preek van den aartsdeken Farrow over de engelsche geveinsdheid aan: de anglikaansche prelaat ver wijt zijn landgenooten hun farizeïsme, dat bun belet te erkennen, dat zij even groote zondaars zijn als andere menschen. Hij vergelijkt hen bij den oudsten broeder van den Verloren Zoon. En Max O'Rell verzoekt hen, daar zij toch voor zichzelf liefst de geheele wereld inrekenen, altans voor de andere natiën een stukje van den hemel over te laten. Allerlei. Een paar weken geleden ontving de keizerin van Duitschlard een brief van een meisje van tien jaar. Het kind vertelde »aan de lieve, goode vorstin," dat zij zooveel moois gehoord had van Ilünsel und Gretel, en dat het haar zoo speet, dat Ilansel und Gretel altijd 's avonds gespeeld toeëi^'ende. Xu werd er een strik gespannen, en de -l'nited Press" liep er in. De Associated Press." plaatste een telegram uit Indië, luidende: »De sehattingplichtige inboorlingen der provincie Ohulsia zijn opgestaan tegen bun vorst, den Radjah Siht El Ots Pu Klit." Xu maakte de «Associated Press" bekend, dat de -United Press" zelf haar handelingen met den rechten naam bestempeld had. Van achteren af gelezen, is n.l. de naam van den ongelukkigen Radjah: »The U. P. (United Press) stole this," d. w. z. : de vUnited Press" heeft dit gestolen. Een hoogst dramatische vertooning had dezer da gen plaats in het Itemlenztheater te Wiesbaden. »De arme Jonathan" werd gerepeteerd ; aan het slot van hot eerste bedrijf, terwijl het geheele personeel op het tooneel en druk aan het repeteercn was, verscheen er plotsel'ng een deurwaarder. Ontzet ting overvalt de schare kunstenaars, llasemann, de directeur, springt van zijn stoel, do kapel meester laat van schrik den dirigeerstok vallen, met oen schrillen dissonant breken de muzikanten midden in een maat af. en als een vlucht ver schrikte duiven stuiven de koorzangeressen uiteen. Wat is er gebeurd? Wat is er aan de hand? Een aanklacht wegens beleediging ! De directeur, de schrijver, do heer Junkermann en mejuffrouw Dalldorf zijn aa-geklaagd door den stationchef en stcenkolenhandelaar Peters, in de wandeling Kohlen-Consum-Peters" genoemd. Do aan klacht is daarop gegrond, dat in het kluchtspel Wiesbadcner Leben" mejuffrouw Dall dorf zegt: sKduard kiinnte das Kohlengeschiift seines Prinzipals kaufen, wenn er uur die ben thigtc llutjepuputje dazu hatte!" waarop de heer Junkermann antwoordt: »Kohlengeschaft ? Wenn nur der Kohlpn-Consum-Peters damit einstimmt?" Wegens deze ongehoorde beleediging''werden de vier genoemde personen aangeklaagd. Wel wonder, dat de souflleur, die het nog wel het Koning Carol van Roemenië. eerst heeft gezegd, ook niet is aangeklaagd, be nevens hij, die zoo brutaal is geweest, bij het overschrijven der rollen, ook deze woorden over te nemen. Slechts langzaam kwamen de opgewon den gemoederen tot rust; doch de repetitie liep verder slecht, De baby. De aanspraak door de afgevaardigden uit Swaziland tot de koningin van E-geland gehou den, was vol overdrijving en beeldspraak. In een zinsnede wt-rd de groote blanke koningin" ge smeekt, de kleinen te voeden en te beschermen. Hoe dit in het Sv,aziesch geluid hooft, weet men niet, maar de tolk vertaalde het door->baby". De koningin, als moeder en grootmoeder een weinig oi.troerd door dat woord, vroeg belang stellend : -Waar is die baby?" :-Hier!" zeide de tolk, en wees op een zwarten krijgsman van zes voet hoog. De koningin glimlachte, en het hof had moeite om zijne deftigheid te bewaren De kus in de loge. In het leven van den Belgischen staatsman Frère-Orban hoeft eens een kus een zeer ge wichtige rol gespeeld. De oud-minister was in zijn jeugd een arm student, die den eenvoudigen naam Frère droeg. Met tal van ontberingen had hij te kampen, vóór lij zijn examen in de rechten kon doen. De jonge, talentvolle student was zoo gelukkig geweest, de liefde te verwerven van oen jong meisje uit den aanzienlijken stand, »Als gij morgen slaagt voor uw examen," zeide juffrouw Orban (zoo heette zij), den avond voordat hij zijn doctoraal zou doen : >kom dan morgenavond in den schouwburg en treedt gerust de loge bin nen, waar mijne ouders en ik plaats genomen hebben." »7al uw vader dit toestaan ?'' vroeg de arme student. Laat dat slechts aan mij ov< r," was bet antwoord. Den volgenden dag deed Frère een schitterend examen; met vreugde in het hart en toch verlegen kwam bij in den schouwburg; spoedig ontdekte bij de loge, waarin de heer Orban, met vrouw en dochter zat. Ilij trad die loge binnen en zoodra juffrouw Orban hem zag, stond zij op en gat' zij hem een hartelijken kus. De verbaasde ouders werden weldra door de slimme dochter met het doel dezer klinkende demonstratie bekend ge maakt; en zij wisten niet beter te doen, dan toe stemming te geven tot een verloving, die weldra gevolgd werd door een huwelijk. Op verlangen van zijn schoonvader nam de jonge advocaat toen den naam Frère-Orban aan. Julius Pruttelman Brommeijer. Aan clc redactie van De Amsterdammer, Wecklilad voor Nederland. Zoo deze voor de hand liggende verklaring' van de symbolische teekeiiing niet te laat komt, zoudt u mij genoegen doen met de op

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl