Historisch Archief 1877-1940
. 920
DE AMSTEKDAMMER
A°. 1895.
WEEKBLAD YOOR NEDERLAND
Dit Nummer bevat een Bijvoegsel.
Onder Redactie van J. DE KOO en JUSTÜS VAN MAURIK Jr.
Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig- de wet van 28 Juni 1P81 fSttmtshlad Xo.
Verschijnt eiken Zaterdagavond.
Uitgevers: VAN HOLKEMA & WARENDORF, te Amsterdam,
Singel by de Vijzelstraat, 542.
Zondag lOFebruiri
Abonnement per 3 maanden /'1.50, Ir. p. post/' l .(ia
Voor Ineliëparjaar inail?10.
Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijïhaar . . . O.IJ2'
Advertenüen van 1?5 regels f'1.10, elke reirel meer . . . O.i'O
Reclames per rea:el '.' 0.40
I N H O C Dt
VAN VERRE EN VAN NABIJ: Anno Visschers,
door Justus van Maurik. Democratische politiek,
door Dr. Nijhoff. III. China en Japan. - SOCIALE
AANGELEGENHEDEN: De Vrouw in Staat en Samen
leving, (Slot.) -?? Een macht boven de wet, door Socius.
TOONEEL EN MUZIEK: Kroniek, door v. d. G.
Muziek in de hoofdstad, door Van Milligen.
Over Bruneau en zijn aanstaande (derde)
ZolaOpera, door v. Santen Kolff. (ijl-ol.j KUNST EN
LETTEREN: Israëls feest in Arti, door W. J. E.
Nederland in Beeld eu Schrift: Bouwkunst, door J. H. G.
Multatuli, door F. WETENSCHAP: Over
Schopenhauer, door M. C. L. Lotsy. FEUILLETON:
Aanvaring op zee, naar het Duitsch van Christian
Beukard. I. SCHAAKSPEL. VOOR DAMES,
door E-e VARIA. RECLAMES. ALLERLEI.
PEN- EN POTLOODKRASSEN.?ADVEETENTIEN.
iniiiiiiimiiiiiii
IIIIIIIIIIIIIMIIMIIIIII
Arme Vissehers.
Wanneer men een gebouw, door een mooie
vestibule binnenkomt, dan verwacht men,
dat dit gebouw aan die entree zal beant
woorden en teleurstelling maakt zich van
ons meester, als eensklaps een lange gang
zichtbaar wordt, met hier en daar aan
weerszijden een enkele ruime en nette kamer,
maar verder niets dan enge zij- en kruis
gangen, waarin lage en vervallen deuren
van de daarachter liggende vertrekken niet
veel beters voorspellen, zoodat, als we aan het
einde van die gang zijn gekomen, steeds
nauwere deuringangen, naar al kleiner en
onoogelijker cellen en krotten voeren.
Is dat nu het huis, waarvan we zulke
grootsche verwachtingen hadden, toen we,
vol bewondering, rondzagen in de waarlijk
schoone vestibule?
Ziedaar een beeld van het tegenwoordige,
eens zoo bloeiend, thans door allerlei om
standigheden zoo treurig vervallen
visschersdorp, Egmond aan Zee.
Die het dorp inkomt, meent een welvarende
Noordhollandsche plaats voor zich te hebben.
Nauwelijks binnen de grens der gemeente,
ter linkerzijde van den breeden straatweg, die
de duinen doorsnijdt, verrijst de, in de laatste
helft van het vorige jaar, door een inderdaad
vorstelijke gift verrezen, tweede Prins Hendrik
stichting.
Iets verder staat, de aan het nederig
Protestantsche kerkje grenzende oorspron
kelijke stichting, waar menig janmaat vóór
het huis als ware hij nog aan boord van
zijn schip de hardsteenen stoep op en
nederloopt of in 't zonnetje rustig zijn pijpje
zit te rooken en nooit vergeten zal, u te
groeten, hoe hij zijn dolce-far niente ook
geniet. De hoofdstraat heeft nog eenige
flinke openbare gebouwen, de scholen, het
raadhuis, de woningen van den opzichter der
kustverlichtingen, het hoofd der gemeente
en enkele andere; dan de kerk der
oudkatholieke gemeente, een ruim, sierlijk ge
bouw, met de daarbij passende pastorie
en de vestibule is doorloopen.
Nu komen de woningen der visschers, deels
nog in de hoofdstraat, maar voor het
meerendeel in enge, ongeplaveide zij- en kruispaden.
Arme visschers! hun eertijds zoo bloeiend j
bedrijf staat thans schier geheel stil, en zij, i
die weleer, door hun reeders daartoe in staat !
gesteld, op een dertigtal bodems van het j
eigen strand zee konden kiezen, moeten nu
bedelen bij vreemden te IJruuiden, VIaar
dingen enz. om aangemonsterd te worden, i
voor een bete broods, ten behoeve van hun, '?
voor een groot deel des jaars, verlaten
gezinnen.
Dat dertigtal bodems is thans tot een
vijftal geslonken, door verplaatsing der
reeders of door hun dood, terwijl wat maar
eenigszins tot den meer welvarenden stand
behoort, de droeve Egmondsche kust vaar
wel zegt.
Maar de armen blijven over huiverend
van kou en van honger.
Nergens in ons vaderland wordt zooveel
ellende en honger geleden als te Egmond,
door de gezinnen der wakkere visschers, die
onlangs nog, te midden van den gierenden
storm, hun baaitjes van 't lijf rukten orn er
de verkleumde leden der schipbreukelingen
van de «Caroline'' mede te dekken. Diezelfde
storm van 22 December P' getuige van hun
menschlievenelheid, hun zelfopoffering en
moed, heeft Egmond den nekslag gegeven.
's Morgens vroeg brak hij los, in den loop
van den dag nam hij in hevigheid toe,
's avonds en 's nachts werd hij de orkaan,
die bulderend dertien wakkere mannen ver
slond, zoodat Egmond eensklaps zes weduwen
en twee eu twintig weezen meer te verzorgen
kreeg. Te verzorgen ja, maar eioor wie?
De gemeente heeft reeds zooveel weeluwen
en weezen tot haar last en de gemeente
is zoo arm!
Er heeft zich een commissie gevormd, tot
ondersteuning dier ongelukkiger!, bestaande
uit de heeren : P. PRANGER, Hitrymccxtcr ;
J. J. VAN GREUNINGEN, oud Knik.
l astoor; M. W. v. BOMMEL. Dirc-te.ur l'uxt
en Teler/raaf: J. VERHOEVEN, Gntrrxlirrr :
W. LA ROIJ, Hoofd df.r School; G. E. A. v.
HALL, Directeur v d. Prins Hendriks! iclilinr/,
die in dit blad een bede om hulp en steun
richten tot alle goede menschen, die gén
kou of honger lijden, die zelfs niet weten
wat honger eigenlijk is, omelat ze altijel ge
noeg, mér dan genoeg hadden, voor zich
en voor hun gezin.
't Is iedereen niet gegeven om een blik te
slaan in 't leven der ellendigen eu misdeelden
de meesten denken er e>ok niet om ze
hebben 't zelf' zóó goed, dat ze geen tijd vin
den, zich om anderen te bekommeren, 't Is
bovendien niet smakelijk om in zoo'n vies,
vuil krot te kruipen, waar zulke
medestervclingen leven neen, voortsukkelen, om
niet te sterven maar, die er den moed toe
heeft, overtuigt zich aanstonds, dat daar
menschen wonen in hokken en krotten, nog
te slecht voor een dier en dat zij er meer
honger lijden, dan de menschelijkheid ver
antwoorden kan.
En toch blijven de Egmonders eerlijk!
Waar leven ze dan van? van't weinige
dat vader verdient als visscher op bommen
of buizen van anderen. M landen lang blijft
de Egmonder op zee in dien tijd leeft
de vrouw met de kineleren op de pof de
kleine winkeliers, die zelfs voor l cent
petroleum verkoopen creeliteeren, tot de
man terugkomt uit zee, dan wordt afge
rekend. Het bedrag elat ele visscher mee
brengt hangt geheel af van de vangst in
den laatsten tijd was die slecht; de man
gaat weer aan boord en moeder de vrouw
haalt weer winkelwaren op crediet.
Kleederen? ele meesten halen ze op te
Alkmaar en daaromtrent afleggertjes van j
dezen en gene. 't Leven van den visscher is
meestal n harde strijel tegen de zee en
de ellenele ! i
Een geval uit velen !
Omstreeks elrie maanden geleelen zeilde
de Egmonder Thijs Vis uit, met een le>gger,
schipper Langs. Toen zij een dag in zee
waren werd Thijs door een overslaande golf
tegen de verschansing geslagen, waardoor
hij een been brak. Elf dagen lag hij zonder
hulp in zijn kooi, krimpend van pijn. Ein
delijk te IJmuiden binnen gekomen, werd '
hij per as naar Egmond vervoerd, en lag
negen weken te heel, starende naar de deur
of er ook iemand kwam om hem iets te
brengen, want hij en zijn gezin vrouw
en vijf kineleren waarvan 't oudste elf' jaar
is waren zonder iets. Vader verdiende
niets, geld nadelen ze niet, crediet evenmin,
hun aardappelen waren reeds lang op - - en
veel elagen zaten ze zonder VOEDSEL, vi'UK
of LICHT. Eindelijk brachten eenige mede
lijdende ingezetenen iets bijeen, dat aan zijn
vrouw werd ter hand gesteld en sedert
verleden week krijgt het gezin nu twee gul
den per week uit de algerneene armenkas.
Een volkomen goed ingelicht ingezetene
van Egmond schrijft mij het volgenele:
Eenige elagen voor den storm
waren vier visscherschepen te IJmuiden
uitgezeild. Twee van deze kotters bleven
gedurende yie-r dagen in elkanelers
onmielelelijke nabijheid. Zaterdag, den (lag van
elen storm, hadden beide hun vischtuig
aan b ord gehaald en trachtten binnen
te loopen. Tot 's avonels half tien zagen
zij nog elkanders lichten nu en dan e>p
de golven verschijnen, maar sedert elien
tijd werden de vuren van kotter H.D. u'
iet meer gezien. Ze zijn naar de'ii kel
der,' zei de anelere schipper tegen zijn
manschappen. En 't was zoo.
Aan elen overgebleven kotter ge-lukte
liet, deerlijk gehavend, Zondagmorgen
IJmuiden te bereiken. De: drie anderen
zijn vergaan. ]'eci'licn menschen verloren
daarbij 't leven.
1. G l ij n Groen, ,'SS jaar, laat
weduwe met, (i jonge kinderen na.
2. Engel Dekker. 27 jaar, laat
weduwe na met 2 kineleren. Veertien
dagen na elen storm beviel deze weduwe.
Ia de angstige oe>genb!ikken waande zij
steeds elen stap van haren terugkeerenden
man te hooren.
',',. H e n d r i k Groen, 4-'> jaar, laat
we'eluwe na met f> kinderen.
4. S i m e> n G r o e n, zoon van Hen
drik, 15 jaar.
:">. Jacob Zwart, 19 jaar, was de
zoon eener weduwe, wier man ook in zee
ligt, de kostwinner voor zijn moeder.
(i. Pi e t er Glas, laat weeluwe na
met r- kinderen.
7 A l b. (J l a s, zoon van Pieter Glas,
l f jaa".
S. Philip. Prins, 2S jaar, laat
we'du'ive met 2 kinderen na
!). Klaas S t a m. 2(i jaar ongehuwd.
Deze visschers laten elus (i weduwen
met 22 kinderen na
Een jongen. L'! jaar, woonde te IJmui
den maar had zijne peet (tante) en ootje
(grootmoeder) te Egmond.
Hij had beloofel met de kerstdagen bij
zijne peet te komen. Een paar elagen te
voren moest hij met zijn vuder uitzeilen.
Hij weigerde beslist mede te gaan, zette
het, op een loopen, maar werd door zijn
vader achterhaald. Zijn moeeier had veel
moeite met lie-m, en moest hem zelfs met
geweld zijn kousen aantrekken. Hij zeilele
uit en probeerele nog van boord te sprin
gen in een vletje, doch werd eloor elen
schipper tegengehouden. Hael hij mis
schien ee'ii voe>rgevoel van zijn elood ?
Het huisgezin van Pieier Glas heb ik
heden middag bezocht. Het woont op
Den GlazenbeTg een van Egmonds ach
terbuurten. Men treedt het huisje aan
de achtiT/.iide binnen; aan de voorzijde
is geen deur Een oude vermolmde schut
ting omringt een goor, elor stukje grond.
Van gras of and,-re planten geen spoor.
Een afschuwelijk, verlaten varkenshok en
een afzichtelijke mesthoop vullen bijna
geheel dit vunze hoekje.
Door een laag, vuil, vet deurtje, komt
men in een hokje, het zemgenaamele ach
terhuis. Met straatsteenen bevloe.rd, ziet j
het er alles behalve aanlokkelijk uit. j
Daaraan grenst een kamertje met n j
klein, laag raam. Aan elen eenen wand
een schoorsteen, waaronder een spaarzaam
haardvuur brandde.
De brandstof was hout van de pas ver
gane < ':tritlii/<i. opgeraapt op 't, strand. Is er
gt-en hout op 't strand te vinden, dan halen
zij in de Berger bossehen wat dooele boom
takken. Zij gaan dan, zooals zij dat noemen,
»orn een stook."
Tegenover den schoorsteen, twee be
nauwde bedsteden, waarin vader, moe
der en (i kinderen moeten vernachten,
een paar stoelen, een bank, een oude
tafel en eene oude kast, is het, huisraad.
Het middagmaal stond op tafel, de moe
der niet vijf kindereu er om heen. Midelen
op de tafel een groote, ijzeren
koekepan met steel, en daarin een kleine
hoeveelheid gekookte rijst. Van borden
geen spoor. De een was gewapend met
een ijzeren vork met drie tanden, een
ander met een fragment van een tinnen
lepel, noy: een ander met een oud knipmes
en de overigen deden het maar met hun
vingers af Onder de tafel zat ten klein
geel hondje.
»Kla s," zei ik tegen een jongen van
11 jaar, »bijt hij riet?"
»I!el neeut, ij eb nog maar aarleve tand."
(Wel neen, hij heeft nog maar ander
halven tand.)
De moeder vertelde mij, dat dit hondje
de lieveling was van haar nu verdron
ken zoon Albert. Zij begon te huilen :
Och, G >ei meneer, je weet wat een
lieve jongen mijn Albert was. Nu heb
ik wel altijd in armoe gezeten met mijn
acht kinderen, ik heb er twee dood,
maar nu dacht ik wat vooruit te komen,
daar Albert ook al wat verdiende. En *
nu liggen mijn Albert en mijn man al
lebei in zee. Ik zou nu ook wel in zee
willen loopen." Somtijds was zij nijdig
op de zee en wilde haar haren zoon ont
rukken. Ze had in zeven weken g»en
geld ontvangen om van te leven. Wat
zij nu aten, was door enkelen gegeven.
De norm der huisgezinnen is als die
van '(, zooeven beschrevene.
De storm had deduinen sterk afgenomen.
Omstreeks 20 meter is er afgeslagen. De
werf voor het dorp is totaal vernield.
Ken rijtje huizen hing met de voeling
over de zee. Gelukkig dat het water bijtijds
is gedaald, anders waren ook die huisjes
een prooi der golven geworden.
Er waven nog zes schuiten te Egmond.
Drie er van zijn totaal verniel;!, zoodat
(ie Egmeuielsehe Yisseliervloot thans nog
rli'ir. zegge drie bommetjes telt. En wat
met drii- bommen aan te vangen voor
een bi-volkirg van meer dun 21)00 zielen ?
Aannion.«tering op andere bodems! Ja,
dit geschiedde reeds sedert jaren. Maar
deze storm heeft de vi.-schersvloot, over
'f geheel, zulk eau ge.ve>eligen slag toege
bracht, dat de kans daarop hoe langer
hoe minder wordt.
Zondag 2o December strandde het
Dnitsehe barkt-chip ('nroliita. Het, sloeg
uiteen en de bemanning, bestaande uit
achttien koppen, lag in de woeste golven.
De Egmoneiers gaven ta!loo/.e blijken
van zelf poifering. Met, het grootste ge
vaar weiden U! manschappen gered.
Het was opmerkelijk te zien, boe die
arme vissehertt hun j.e-, j,i zelfs hun hemd
uitdeden en die kledingstukken den
drenkelingen aantrokken. In het dorp
gebracht, werden zij verzorgd. Zeven be
hielden het leven, vijf stierven nog, en
zes spoelden den anderen dag dood aan.
Toen de. schipbreukelingen gered waren,
begon men om de lading te denken. Deze
bestond uit SOO > vaten hars en terpentijn.
Aan de berging verdienden alle
Egmonders een stukje brood
Di' Eirmonder is ruw, maar goedig en
crH/jL'- Van diefstal is nimmer sprake.
AHeen war, op '[strand aanspoelt beschouwt
hij als zijn eigendom. X;i komen ze ook
niet, bedelen !s avonds. Hebben zij iets dan
bedelt niemand. Alleen bij totaal gebrek
komen zij 's avond-* stilletjes wat vragen."
Een verlrouwbaar
verder:
ijerichtgever meldt
l
Hoe de m-'nschen hier Jiet leven hou
den is waarlijk een raa Isel ; ze zien er
dan oe>k over t algemeen bloeelarm en
zwak uit. geen wonder want er zijn velen
ebe slechts o,n elen anderen dag eten
krijgen en elan nog wat voor eten !
Hijst in water geknokt met wat zout;
aardapp"len hebben ze nu bijna, niet, om
dat ele teelt niet genoeg heeft opgeleverd.
De dokt: r verklaarde o. a. aan het heiofd
der school, elie zijn ooreleel vroeg eiver
eenige ziekelijke, zwakke kinderen: ik
kan ze niet helpen want ele medicijn
elie ze: noodig hebben kan ik ze niet
geven: nl. ..goed eu genoeg voedsel".
Is het niet beseihamenil treurig zoo iets
te moeten ho-.irei) schreit het niet ten
hemel te weien, dat daar te Egmond a Zee,
hemderden men-chen gebrek lijden, honger
hebben en eerlijk blijven terwijl elders
overvloed heerseht, /c- er ei wordt gege-ten,
gedronken en maar ik wil niet
beschuldigen, niet tot ontevredenheid e;f ver
zet opwekken. Het deiel van dit schrijven
is alleen er op te wijzen dal het niet MK.EU