Historisch Archief 1877-1940
No. 920
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
11
Het Engelsche Lokaas,
(Roem en eer, en nog wat meer /)
e /f "
.YX (tof. NKT>KRT,A'NTTWiiK M.\.v<;i>V. Niet in uw kunstv'ijvov
iimimiiinmimii
G.a.ar:lttn' Ti^dnetie.
Ik veronderstel, dat, uwe leien even groote
bewonderaars van da wetenschap zijn als de
otidQr2'>t.eekende Waarom ik dit veronder
stel? O-ndat het m'j ondankbaar sehiint. dat
een wfiekblnd in on=i ver-tandig vaderland
een aantal jaren zou kun'ien bestaan, en zelfs
uitdijen, wanneer zijn be-luurders niet door
trokken waren van den goost, die onze eeuw
beheerscht. Gij zult dan m "t mij met leed
wezen bobben kennis genomen van do
potringen. in den laatsten tijd helaas' van ver
schillende zijden ondernomen, om het voor te
stellen alsof de wetenschap »hnre beloften
niet gehouden had." zooals men hel uitdrukt;
alsof er naast haar nog iet« anders, buiten
haar nog iets zalig-, bestaan kon. Men raat
zelfs zoover van te beweren, dat niet alle
onderzoek, waarmede de wetenschap zich bex.ig
houdt, de moeite, die er aan be«(eed wordt,
waard is. Alsof' iemand vooruit kan bere
kenen, welke waarde de geringste kleinigheid
kan bezitten ! Alsof ook niet hier het woord
van een Goethe geldt: waar gij het pakt,
daar is het interessant!
En nu heb ik iets interessants, iets zeer
interessants voor uwe lezers Ik haast, mij het
u mede tedeelen, en gij haast u stellig het hun
over te brengen, want, nietwaar ? elke poging
om het kiemend ongeloof aan do onfeilbaar
heid der wetenschap te smoren, moet niet
erkentelijkheid worden begroet.
Verdien ik dus waardeering, hoeveel meer
verdienen hot de mannen, die mij in staat,
stellen dit te schrijven. Aardrijkskundigen
zijn het of liever geografen, zooals z'j zei ven
zeggen. Ziet eens hoe deze mannen de vaan
der wetenschap hoog houden! Es- drei-rde ge
vaar voor hen, een eigenaardig gevaar. De
aarcle raakt namelijk zoo zoetjes aan bekend
en de weinige streken, die we niet kennen,
daar is het nu niet zoo aangenaam, dat een
geograaf er gaarne heengaat. Zoo stond dus
voor deze wetenschap gebrek aan nieuwe stof
te vreezen. Maar nu komt liet mooie. K u
'zullen wij zien, hoe schoon deze mannen
hierin weten te voorzien; hoe goed zij het
oude weten te verwerken totdat het als nieuw
en vreemd te voorschijn komt en gij het zelf
niet, meer herkent- Ziet hier.
»Dc wetten van den opbouw en de innerlijke
ontwikkeling der steden vormden het onderwerp
van interessante studiën van dr. A. Blind".
Zoo begint een artikel in het bekende Duitsehe
tijdschrift -»Gaca. Natuur en leven. Centraal
orgaan tot verspreiding van natuurweten
schappelijke en geographische kennis zoowel
nis der vorderingen op het gebied der
gezamoninke niiiuijnvetonsohappon . ' Dorod.'cli ur
! van dit tijd-ohvifl woont, Ie Keulen en dij is
i van belang, want, wat, hij meedeelt heeft h'.:
', dus uii, de eerste hand Het heet namelijk
verder: 'In de laalsie zitting van het
Gonootschan voor A-'rdrijkskviiido te Keulen wiylde
hij (dr. Blind- i-ader daarover mt" (misschien
i vindt, uii het wooi'd -nader'' w»t vreemd L'e
ko/en, nianr er slaat toch: -verbreitete er sich
niili'-r darii'ier" -Mc xal ik h,er en daar wat
i leMerlij!-1. verialen; het is mijne meeniiiü'. dat
! dil even o-oed i-'an b'j [Xiitsoh als bij (iriekseii;
; ook om de/olfdo reden: dat de geur dan niot
! zoo verdufl).
i Hooi'eu wij nu dr. Blind over de wetten
! van di'ii opbouw der stede» :
"-Het ho f i v-'i'keersleV'Mi van een stad
' gaat niet /ooaU men vaak leest, van een
pnii' uit, maai' van een straat" (er staat
echter -Sirasxenxiiü''. wat mooier is; als ge
: wilt dus : ?siralennj" t.
1 -D t vertoonon ons de steden van allo
j wereldd'elen. /.elts, 'de \oord-Aeaeri
j k:,an.-che. '
! Hoe merkwaardig is wds deze asnh.ei',
! nietwaar? Welke nieuwe g':Z!C-ht.~piinten opi-nt.
: zij voor u! Niet va.n den Dam gaat het.
hoofd| verk('er>leveii van Amsterdam uit, maar van
de Kalver.-lraat natuurlijk, met haar koffie
huizen eu confeeuemajianinen, haar koop
lieden in knoopen met veoion" en het lied
van tle paraplu, of van Dai>y, of wolk «<-.lt r
dit sedert mij» laatst bezoek ten uwent mag
hebban vervangen. Tn Kiiterdam is niet hel;
Bouisplein het, centrum, maar de Blaak, of
liever In-t trottoir van de lïlaak, met de
kleine piataantjes aan den eenon en de kleine
wiiikoitj"S aan den anderen kant. En x.oo
heeft elke machtige hand<jlslad haar
laiurv.erpig vcrkeersmiddelpunt- Hoe curieus, rlat,
dit '/.i-li's in Noord-Amerika xoo is I Want de
voorb'H'lden =iaan eri)ij of liever een
voorbechl maar dat ' speaks volumes'', l loor
maar??Want in het se'iai'.kbordao'ntio- gebouwde
New Vork legt. zich de Hi'oadwav als
h venkader dwars erin. In de hoofdstad
van hei, Afrikaan^che rijk Bornoe- in Knba,
sluit, /ieli aan de hoofdslraalrij zelfs een
teuipcraire Mad in de gestalie van de
Maand.igmarkt iian."
Je '/ou zeggen'. lv-n heele f t ad liij die
straat! Kraampjes zeker. Het verveelt u toch
niet? Het wordt, nog veel mooier.
>-Znlke gescheiden voorplaatsen ontstaan
overal daar, waar een stad aan ene zijde
door een verkeershindoriiis in den onmid
del lijken uitbouw belemmerd is.''
Yerkeershinderuis ? Dat ze bijvoorbeeld
aan den overkant van een rivier gaan bouwen ?
Juist! Dat bedoelt'üMaar hoor nu hoe mooi
hij dit uitpluist:
he!.t :?:!. dj,' in t w, '??:.',! i,|-i r ??'.? n. a'.- de si.id
in <-en monding-hoek ). ?;, ;ds K ihieii/ nii-t
Ki'i'i'iibrcil-lein ei Ln.'.il-K lilenz ' !i~l 1 1 ]>èv;
' iVj A:llr.;blll',.r k'!!!! 111' '! /,'Hs /; V. n dei-h'.'l
Oiu|i'i--('!]ei,'"n J],. t nii. hh-ri P>e>»l ,i.» ri.-en
'ij:»> stad op lic i'ii'kti' ?/.!)?''" v.in ('.??
-r;d-b'vk in; /?! viTjrootte zich r. c ir- VO-LT'-I'
: ]MU>'Ü-, r.-i (d.iar wooi
/?v.' ,'''/.SYY/''/V// -si ;Ti;* 'iiin!i>ir f'ij> 'm'ilr de
voor?-l'-i'eülink- c» rc-'his v.üi de \Vertach mot
t >b,-rhan--e:-. da:: l'i'ersa. L"chii;!U:-eii en do
Göjij'iiiü'ei sira'ii.
l l>-li'!cl ik ie zog::o» dat /,', cursiveer?
!!et iat'T,-.-sa'-Mo zijn de vei h.nidi»goii
'?ij i'as.-au, waar de In::, d" D»>iau, hot
; geht l vie en de ()!/. vier h i\!.-; n _;roopi':i va tl
! elkaar sehe'd'ii. dn l" ii'n b.? n ??midi'
ir/syi!' i/Y-o,'/'/."/ !<;/ rl!,'in/i/.r .vlm'n (hoe I-C'-O-MI is
:, liu-i1 li.-l liev.'iie.u-ki'id der wi-i-, i5>eiu\p. de
! eaa-ale bol n kkingon of \vis-el w. -il; Miren ie
i pas gfhyu<"';t '' De hier waargenomen
selieidond'' wci'kiiiir va» ('?-n b,,r[d;"ien , bes ren ren
i wi1, ook bij Ako.'i en lï'iiNehod. bn
l'iainj b'-rg en de huize»<rrocp o\vrz>| i- hei
Tiiero| siabo.-eh. Vosiin'_r2'ordelj en spooi'We'.rra'ls
j geven op gelijke wij/.e tol bel OM l-i ,ian van
i '.''i-selieiilen voorphi'itse» aanleidiiiL!'. Want,
(let vooral hierop!) liet, gewiehiigste
vorkeersniiddel. de spoorweg. w,-rkt veelal niet
hevniehlond maar lemmeiid op bel. verkeer
der oiiniiddelijke omgeving."
Daargelaten dat het meei' in den aard van
'. een spoortrein ligt om te remmen dan om te.
j bevrucht;1», is deze gedachte loch zeer geniaal '
| Als er <-en spoor is. dun kun je er zoo moe
lijk <iver! Maar \ve kiijgon nog UK er over
\ de spoor.
: -Niet in elke stad trekt het station '-en
krüchiige S'raal aan. (Zoo s'aat, er: eine
j kruin-je Sirasv.c). Waar weinig'
bandeKverkeer i.--, biiill denaarie't slation voerende
M raat io.-g. i Heh ik niet "ezcü'd. dat 'l een
geniale vent is?) Dit vertoont niet alleen
liet ^l.illr. denneiionikransde Marienb/ad.
maar ook hei, nieuw opbloeiende I'iUe».''
i *iij heb;, nu zeker genoeg gehoord om een
klein ideetje !c hebben, hoe scherpzinnig die
geografen te werk ';aan. Maar hoe oxorbiiai-t
io'-p dit eX"inpiaar is. kunt go toch nog 'i
best, merken i<an 't volgende l lij komt- \\eer
' (enig op zijn eerste bewering, dat 't centrum
111 een stad geen punt, maar oen lijn is.
Duidelijke middelpunten, die uit, zichzelf
uit het vorkoor laten uitstralen, kan men
! ,.nhorha»pi" (dat woord kan ik nooii
ver! talen, redactie) nauwelijks bemerken Men
[ hooft ze xooal.s i» Kassei en Karlsruho.
kunstmatig trachten te sclu-ppen. I)nri>'inrn
j ccliter in 't midden dil;irijlx een dol />//t<ilxle,
\ urnn liet lereit tuinr bet cen/nn/i lii-rn, niet
tor, ntaar af. \\'nnl xloten. paleizen, kerl:en,
i'Ctculltuizfn en andere o/ienbnre (/rbonir-en
r/ebieden aan hun onmiddellijke omgeving rust.'
.'.dros aan hot paleis op den .Dam en do
l.h-iiio steentjes.
'<':.] we< t er nu genoeg van? J!: ook. En
CM.Ïzegl met niij: gc-iukkij: dat de
a;;rdrijkskiiii'io oen Duit.-che wi-loiHchap i.-. "\\'ant
>'? o.-iink irul ze een ander lami kunnen
vind.-n, waar de ijoloordr-» haar inet xoovccl
is.'idi: verpleegd on op 7.00 scherpzinnige wijze
;o<'ïi pa-t z-.iideii hohbon. De liine iioesteii
'li!' Diutsehe geleerde» /ijn daarv-ior ais liet
ware -ie-ohape» \Tei' zijn zo v.üial in het,
sysiematisceren. selieinaiiseeren. i i^ii'ic'-rren,
hoe g» het noemen \\ilt Maar da: \vij hen
daarin al aardig beginnen na te vokri-:i. daar
van vind ik een bewijs in een sU:<U-..- van <ien
bekenden gi>o::raaf I'. U. Bos te G.-oi.ina'en,
o-ilanügjschveven. Z- heet: ? 1) ' i'u-'i.M1 de
s!<de» en dorpen in de provincie <' i'oiiingen'".
Hoeveel dorpen denkt go dat er iü', i rollingen
ziin ? (iij weet hot "niet? ik ook :,iet. Maar
luien wij zegden l uu. Kn tioeveel soorten
dorp'/ii denkt ge nu dat daar zijn? Dat weet ik
ook iioïevenmin als gij, maar wij zulle» het
zoo dadelijk weten, want ik zal de soorten(
die de heer Bos er van kent- opschrijven en
dan kunnen wij ze lellen.
.Jongere-k leidorpen. Wierdedorpen-
Dijkdorpon. Zijldorpen. Wogdorpen. Kanddorpcn.
H i; dorpen. Eschdorpen. Veen k a» aai dorpen.
Nigen zijn liet er, negen. Godeeid op HH.I,
geel't van elke soort, bijna een dozijn dorpen.
MisK'hien zijn er «-liter ook wol soorten,
waarvan er twintig, en andere, waarvan er
drie zijn. Dat, weet ik zoo nauw niet. Als
ik raden moest, zou ik 't, houden op do w
gdorpen. Dorpen met wegen, daarvan zullen
er echter nogal wat zijn. Maar nu>sehieii
zuilen do dijkdorpe» er ook een heeic gooi
naar doen.
Ik hoop nu maar, dat andere» zich door
iict. meegedeelde geroepen mogen aevoelen
ons ook voor de andere provincies aan zoo'n
verdeeling to holpen. Als, ze klaar /.ijn, ver
tel ik misschien nog eens het, eindresultaat.
Ik heb zoo'n idee. dat we 'l: alleen voor ons
landje wol tot een dikke honderd soorten
dorpen /allen brengen.
Tol zoo hing gegroet, redactie. t',o behoeft
mij niet te bedanken voor de moeite, want
ik doe. dit met genoegen. MJn xal van mij
niet kunnen zeggen, dat ik de wetenschap
links liggen laat, en vooral de aardrijkskun-»
dige wetenschap niet.
De uwe,
NlCODlCMl'S Gl.Olil'S*