De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 10 februari pagina 6

10 februari 1895 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEEBLAD VOOR NEDERLAND. No. 920 3XT© cl ©ir l a,n cl in oeld on !S o lx r i ft. (B O U W K U N S T). Van leven en dood. Het zal zeker aan niet zeer velen bekend zijn dat de grondlegger der levensverzekeringswetenschap een Hollander was en wel deals staatsman zoozeer beroemde en tevens zoozeer gevreesde raadpensionaris Johan deWitt. Met het oog op de verbetering der finan ciën van den Staat liet hij in 1071 bij Jacobus Scheltus een boek drukken: waardye vanLijf-renten naar proportie van Los-renten", waarin het eerste ont werp van een sterfte-tafel voorkomt, die, hoewel het niet kan vergeleken worden met de tegenwoordige werken van onzen tijd, toch de eerste toepassjng bevat van de gronden der waarschijnlijkheidsre kening op het begrip van levenskans. Dit boek is zeer zeldzaam, omdat het niet in den handel kwam. maar alleen aan haer Ed. Groot-Mog. eenige Exemplaren verhandtreyckt werden". Reeds in 1705 kon Leibnitz, die zijn exemplaar veiloren had, geen tweede terug vinden; later zijn er hier en daar weer eenigen v< or den dag geko men. Een exemplaar is o. a. te vinden in de bibliotheek van de Algemcene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente te Amsterdam. In het buitenland wordt Johan de Witt ook algemeen erkend als de grond legger der wetenschap van levensverze kering. In zijn werk On Life Assurance (1856) schrijft W. T. Thomson: Dr- Halley kan beschouwd wor den als de ontdekker en de wetenschap pelijke samensteller van wat men noemt sterftetafels; maar er is geen twijfel aan of D e Witt was hem eenige jaren vooruit in de uiteenzetting van een me thode, volgens welke de juiste waarde van een lijfrente kan verkregen worden. Halley was wetenschappelijker dan De Witt; maar er is geen aanleiding om de een boven den ander te stellen beiden deden gewichtige ontdekkingen en brachten veel bij tot uitbreiding on zer kennis, en zonder twijfel moeten beiden beschouwd worden als de grond leggers van de toepassing der waarschijnlijkheids-rekening van leven en dood op practische doeleinden.'' Ook Cornelius Walford zegt in zijn werk: Insurance Guide and Hand-book, waarvan een tweede uitgaaf in 1807 verscheen, dat De Witt's verhan deling over de lijfrente was het eerste bekende werk over deze soort van za ken," en dat een tijdvak van twee eeuwen het gewicht daarvan niet heeft verminderd in de oogen van geleerde en bevoegde beoordeel laars."b Waar nu de Witt het eerste ontwerp van een sterftetafel gaf, was het een df r beroemdste Nederlandsche geleerden uit de zeventiende eeuw, Christiaan Huygens, door Auzout l'incomparable" geheeten, de ontdekker van de wet omtrent de straal breking bij lenzen, de groote schrijver overi de theorie vun het licht, die den grond legde voor de waarschijnlijkheidsleer. Hoewel Pascal en F e r m a t reeds eenige vraagstukken betrekkelijk de waarschijnlijkheidsleer hadden opgelost, was het Huygens, die het eerst in een zuivere wiskundige verhandeling den Minder bekend is het echter dat H u d d e ook geschreven heeft over lijfrenten en over de toepassing van de waarschijnlijkheidsleer op den duur van het menschelijk leven. en daarvoor was noodig een juiste sterfte tafel, welke H u d d e vervaardigde. Zoo moest men in 1073 om zich een lijfrente van f 100. te verzekeren betalen van l tot en met 19 YOOIKJEVEJ,. gekomen. In het tweede gedeelte der zestiende eeuw was er ook veel gewerkt in het buitenland. In Engeland gaven M ai t land, Halley en Kin g, in Frankrijk de B e r n o u i 11 i's en L a M o i v r e en in Duitschland S s zm i l c h hun berekeningen in het licht, terwijl wij met trots kunnen opzien naar N i c o l a a s Struyck, leeraar in de wis-,zeevaart en sterrenkunde te Amsterdam, en Willem K er s s eb o o m, extra-ordinair commies der financiën van de Unie en secretaris van 's Lands posterijen. Struyck was een goed statisticus en was wellicht de eerste die aanraadde, om Registers voor den Burgerlijken stand in te voeren. Nicolaas Duyn noemt hem dan ook een »naaukeurige Naspoorder in zulk slag van Zaaken als meede in andere nuttige weten schappen." De naam van Kersseboom treedt wellicht ook door zijn betrekking meer op den voorgrond. Den 19den November 1735 men was toen reeds in de eerste helft der achttiende eeuw werd er door de Staten een negotiatie voor gesteld van drie millioen guldens »by wege van Loterye van obligatiën en dertig Jaarige Renten", welke negotiatie het resultaat was van een aantal »projecten" door Kersseboom aange boden, die tot groot twistgeschrijf aan leiding gaven. Hij was de vervaardiger van de beroemde »TafVl van Levens kracht", welke hij gebruikte om den duur der huwelijken, de grootte van Lijfrenten, op n, tweeen drie hoofden, de levens- en sterftekansen, den ge middelden levensduur, de premie voor de »Asseurantie op het Leven van een Mensch" te bepalen. Nicolaas Duyn, lid van het Collegium Physicum et Mathematlcum te Haarlem, aldaar in 1740 gestorven, hoewel hij meer statisticus was dan dat hij zich bezig hield met de theorie deilevensverzekering, Abraham Gal las medicinae doctor te Amsterdam, de schrijver van kortbondige en stelkonstiee verhandeling over den Aart der Lijfrenten. Tontinen, AVeduweEeurzen en andere Negotiatiën, waarin ouder anderen tafels voorkomen door behulp van dewelken men de waarden der lijfrenten, dóór ne enkele divisie, voor een gegeven ouderdom en naar eene begeerde lijfrente, op het nauw keurigst bepaalt," in 1755 te Amsterdam bij Jan Doll en Matthijs Schalekamp verschenen, voeren ons van zelf naar ?I e a n H e n r i van S w inde n, den beroemden hoogleeraar aan het Atheuaeum Illustre te Amsterdam. Gedurende zijn jeugd, na het werk van Gallas, scheen het levensverzekeringswezen in ons land aan de algemeene inertie te lijden, die het laatste vierde deel der achttiende eeuw kenmerkte. Wellicht gaven de politieke troebelen daartoe ook aanleiding. Dit is zeker, dat ge leerden van andere landen ons verre voorbijstreefden, totdat eindelijk in 1807 de Hüllaiulsche Sociëteit mn Lcrensverwkerinyen werd opgericht door A n ton H artsen C o r n e l i s z o o n, die in Engeland met het levensverzekerings wezen had kennis gemaakt en energie en bekwaamheid bezat om de nieuwe C o m m e l i n maakt in zijn beschrijving van Amsterdam gewag van de prijzen der lijfren ten, omdat het in die dagen bij het aangaan jaar f 1000.?; van 20 tot en met 2!) jaar /' 950 ; van 30 tot en met 39 jaar ? 900.?; van 40 tot en met tl jaar /' 850.?, en van NICOLAAS STRUIJCK. weg aangaf, welke later tot de gewichtigste uitkomsten geleid heeft, vooral op het gebied der levensverzekering. Zijn-verhandeling komt voor in de «Mathematische oefeningen" van Franciscus van Schooten, die haar met voorkennis van Huygens daarin opnam. Opmerkelijk is het dat de mathematische studie zooveel aanzienlijke mannen ia de zeventiende eeuw tot zich trok. Zoo noemen wij weer Johannes Hudde, heer van Waveren, geboren uit een Amsterdamsche magistratenfamilie, burgemeester van Amster dam. Zooals bekend is werden de drie Amstelschutsluizen, die dienen moesten om het onrein Amstel-water uit de stad te houden, onder zijn leiding gebouwd, terwijl hij ook een plan maakte tot beveiliging van Amsterdam, waar aan wij de Haringpakkerij. de Slijpsteenen enz. te danken hebben. DlUl'X'TIEKAMEi;. van leeningen gebruikelijk was de rente over het geleende geld in lijfrente te betalen -iöjaar en daarboven ?800. niet bekend, hoe Hudde . Het is, helaas, aan dit tarief is JEAX HEXRI VAX SWINDEX. zaak bij ons volk in te leiden. Hij riep de hulp van van S w i n d e n in, die, gesteund door een rijpe ervaring, verkregen bij de volkstelling te Amsterdam, medehielp aan het opmaken der tarieven en de later aan gebrachte verbeteringen. De stoot was toen gegeven en hoe langza merhand het verzekeringswezen zich uitbreidde, een volkszaak werd, daarvan zou thans een statistiek der verschillende maatschappijen kunnen getuigen. In de negentiende eeuw ontmoeten wij nog op dat gebied David Johannes Ant h o n^y _ S a m o t, wiskundig adviseur van de Nationale Levensverzekeringsbank te Rotterdam in 1888 overleden ; R e h u e l L o b a 11 o, hoogleeraar aan de Delftsche academie, adviseur der regeering in zake levensverzekering, in 1806 aan het vader

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl