De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 24 februari pagina 5

24 februari 1895 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 922 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. dezen feestmaaltijd, onderteekend door vyftig per sonen, die allen een hoogst belangryken naam heb ben in kunst, letteren of wetenschappen. Enkele te noemen zal het gehalte van dit comit openbaren; alphabetiesch treffen wy' aan; Arsène Alexandre, Antoine, Barrès, Berthelot, Bracquemond, Chëret, Claretie, Coppée, Daudet, Frarice, Geffroy, Hennique, de Hérédia, Arsène en Henri Houssaye, Huijsmans, Loti, Mallarmé, C. Mendès, Mirbeau, de Régnier, Rodenbach, Rodin, Rops, Sully, Prndhomme, Zola. Deze namen zjjn voldoende om het laft'e en kwaadaardige s'offrir un lanquet te niet te doen gaan. Maar de beide Goncourts hebben geheel hun leven door, steeds een geweldigen tegenstand ontmoet, bjj alles wat hun overkwam, wat Edmond mjj eens deed schrijven mats ignorez vowi vraiment que ma carrière ne s1 est faite qu' a vee des sifflets et des reintements?" Vele redenen droegen hiertoe bij, o. a. hun aristocratische de. In Nederland hebben op 't laatste oogenblik enkele artisten en bizondere vereerders van de Goncourt het plan gevormd aan dit feest mede te werken, en zoo hebben z\j op Vrijdag 22 dezer den delicatén schrijver eene huidebetuiging ge stuurd. Deze bestaat uit een perkament, waarop smaak vol in Gothische typen gekaligrapheerd door den wapenteekenaar J. M. Lion, staat: ^Hommage a Eduard de Goncourt", terwy in de georneerde H het Hollandsche blazoen de nationaliteit aantoont. Alles in rood en goud met zwart. Onder den titel staan twee regels aangehaald, uit de schit terende en uitmuntende studie over de Goncourt door van Deyssel in de Verzamelde Opstellen en zorgvuldig vertaald: »d. G. is de genesis van het proza der twin tigste eeuw." »onze kunst heeft in de leer te gaan bij de G. voor het styleeren." Daarna volgen de namen 1) zondermeer ; maar in z\jn geheel is het een document van blijvende waarde voor den gevierden schrijver. Zeer bizonder is de hulde die de heer Krelage te Haarlem aan de Goncourt bewijst bij deze gelegenheid, door hem te vragen zijn naam aan een nieuwe soort hyacinth te mogen geven. In een sierlijk geschreven brief vraagt hij den grooten franschen schrijver vergunning hem in April specimens (bloemen) te mogen zenden van enkele nieuwe soorten hyacinthen, opdat de Goncourt zelf moge uitkiezen welke de eer zal hebben zijn naam te dragen, en de heer Krelage uit hierbij den wensch dat deze nieuwe soort zich moge vermenigvuldigen ten einde over de geheele wereld den naam van de Goncourt te herinneren, zoowel thans als in latere tijden, aan zyn vrienden en bewonderaars. Ontegenzeggelijk is dit een zeer eigenaardige hulde van den grooten Nederlandschen bloembollenkweeker, die aan zijne wetenschap een groote kunstmin paart. Van : Josef Isracls; Jacob Maris ; H. W. Mesdag en mevrouw Mesdag-van Houten ; Breitner; Jan Veth ; M. Bauer; Toorop ; de Bock ; E. Bosch ; Haverman; S. de Swart: Ph. Zilcken; Isaac Israëls en Willem Kloos; L. van Deyssel; H. Gorter ?, F. van Eeden; M. van der Maarel ?, Mr. G. van Tienhoven Jr. De Prentenveiling-Van Stockum. Met een enkel woord maakten wij in ons vorig nummer reeds melding van de zeer beliliiiiiiiiiMiiiiiimiiiimiiiiiiiimiiiiiliilii heeft u gemist. O, met mijn broeder" zijn gelaat betrok. »Wij krijgen nog een wals. Weet u wel dat u den geheelen avond nog niet met mij gedanst hebt ?" Sir Geoffrey keerde naar het terras terug. De duisternis was niet merkbaar toegenomen, tal van rustelooze, zomersche geluiden trilden door de nachtelijke stilte, wemelende licht stippen vielen naar buiten en met den zoeten geur der oranjebloesems drongen een gegons en geruisch van ontelbare jeugdige stemmen door tot aan de rivier en de in schaduw ge hulde boomen. Sir Geoffrey stak een sigarette aan. »Ik heb mij duidelijk genoeg uitgedrukt," dacht hij. »Ik kon het toch niet rechtstreeks zeggen. Met Cecil is het iets anders; met hem moet men precies zeggen waar het op neerkomt. Van morgen heb ik hem ronduit gezegd, dat ik zal ophouden hem zijn jaargeld te geven als hij miss Dalton ten huwelijk vraagt. Dat is een taal, die Cecil verstaat. En moralisten spreken over het nut van den tegenspoed en de verplichtingen der liefde. Stel je voor om het met Cecil te hebben over het nut van den tegenspoed. De verplichting om het spel op te geven en een kaartje met p. p. c. aan aan Mlle Zenaide te zenden." Hij leunde met het hoofd tegen een der marmeren pilaren. Het was de fijne kop van een droomer, met een peinzend, door zorgen gerimpeld voorhoofd. »Als ik haar eens gezegd had dat de doctoren eigenlijk een einde aan het lijden mijner vrouw moesten maken," dacht hij, »wat zou zij daarvan gegruwd hebben. Mijn God, hoe dikwijls heb ik daar niet over nagedacht. Wat een folterend, noodeloos leed over de geheele aarde, terwijl de menschen te dom zijn om er een einde aan langryke veiling van prenten, welke de volgende week, te beginnen op 28 Februari, door de boekhandelaarsfirma Van Stockum en Zonen te 's Gravenhage zal worden gehouden. In ongeveer 1000 nummers zullen daar 3 a 4000 prenten onder den hamer komen, waaron der werken van H. Bary, J. Both, F. Boucher, P. Breughel, Adr. Brouwer, Mc. de Bruyn, C. A. Coypel, W. J. Delft, Albr. Dürer, C. Dusart, R. Earlom. H. Goltzius, W. Hollar, Romein de Hooghe, J. Houbraken, K. du Jardin, N. Lancret, Dirk Maes, G. Morland, P. Pontius, P. Serwouter, Virgil Solis, P. van Somer, J. Suyderhoef, C. Troost, W. Vaillant, J. van de Velde, J. Verkolje, Corn. Visscher, Lucas Vorsterman. De collectie bevat verder een (iO-tal portretten, waaronder zeer zeldzame, van vorsten uit het huis van Oranje; een 100-tal werken van »Maitres ornemanistes" uit de Kie en 17e eeuw, die, naar wij hopen, voor onze vaderlandsche musea niet verloren zullen gaan; 1200 afbeeldingen en plattegronden van 's Gravenhage in vroeger tijden, en ongeveer 2800 afbeeldingen van Nederlandsche steden en dorpen, van de 17e eeuw tot op onzen tijd. De geheele verzameling is nog van Zondag tot Woensdag a. s. dagelijks van 10 tot 4 uur, in Pulchri Studio te 's Hage te bezichtigen. B\j de heeren Preyer & ("ie., locaal »Pictura", Wolvenstraat 19, is geëxposeerd een schilderij van F. P. ter Meulen, »Bij de stal". Bij de firma E. J. van Wisselingh & Co., Spui 23, is geëxposeerd eene schilderij van W. Witsen, «Avondschemering". Kunst en Verkiezingen. De democratische Daily Chronicle te Londen heeft besloten, gedurende de verkiezings-campagne voor den provincialen raad in zijne kolommen illustratiën op te nemen van de beste Engelsche meesters, als Burne-Jones, Linley Sambourne, Walter Crane, Joseph Pennell enz. De reeks wordt geopend met eene uitgebreide symbolische studie van Burne Jones; de schilder stelt daarin den arbeid voor, den eersten tuin van de wereld bewerkend. Volgens het stemmige Journal des Débats zal deze serie van teekeningon eene echte verkiezings-polemiek met de teekenstift worden, en belooft zij den verzamelaars eene reeks van revolutionaire prenten van hooge artistieke waarde. Met dat «revolutionaire" zal het zoo'n vaart wel niet loopen. De deftigste Nederlandsche collectioneur behoeft zich door dit noodkreetje van de Débats niet te laten afschrikken. Gekleurde standbeelden. Wie nu nog komt met het bericht dat de oude Grieken hun beeldhouwwerken plachten te kleu ren komt met oud nieuws. De beelden van den Acropolis hebben er het bewijs voor geleverd, zoo niet de Grieksche schrijvers het reeds hadden gedaan. De basreliefs van den ^sarcofaag van Alexander", die in het museum van Constant! nopel voor iederen bezoeker te bezichtigen is, bewijzen dat tot vrij recenten datum met het aanbrengen van kleuren op het marmer is voort gegaan. En ten slotte is uit de nog overgebleven sporen van verfwerk op den Hermes van Olympia de gevolgtrekking te maken, dat ook ten tijde van Praxiteles de beeldhouwer zijn werk beschil derde. Maxme Collignon heeft bij deze alge meen bekende voorbeelden thans nog een aantal andere gevoegd, die niet minder »schlagend" zijn, in een artikel in de Revue des deux mondes. Met groote helderheid spreekt hij over de kwestie, en hij legt voornamelijk hierop den nadruk, dat het den Grieken er niet om te doen is geweest, hun standbeelden de kleur der werkelijkheid te geven, maar dat het beschilderen, naar algemeen en zeer trouw gevolgde regels alleen diende om de bekoring van den vorm te verhoogen, van den vorm, die de souvereine meesteres bleef. iiliimiilliliilifmüiniiiliiiiiiiiiMllliiiiiiiiinmiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiimnmiiiiii te maken! Dat men gekastijd wordt is een goddelijke instelling, maar dat men een on herstelbare zieke, die zich haar toestand niet bewust is, een afdoend verdoovingsmiddel geeft is des duivels! Wanneer zal hun gods dienst en hun gezond verstand die dwazen toch doen inzien dat al het lijden, als het voorkomen had kunnen worden, verkeerd, en als het geen doel heeft, een ongerijmdheid is. Wat helpt het eene krankzinnige vrouw of zij haar leven lang al schreit ? En ondertusschen kwellen wij elkaar zooveel wij maar kunnen door het streven naar rechtvaardig heid en ons zelven door het jagen naar genot. Zooveel voor den Russischen grootvorst zooveel voor Minnie Dalton. Soms denk ik dat het een monomanie van mij begint te worden. Ik walg, ik walg tot gek wordens toe van al dat onnoodige aardsche leed." Hij ging naar een der ramen en keek naar binnen, naar den stroom van gasten, zijn gasten die zich bewogen in het prachtige, schitterend verlichte vertrek. Zij moesten het zonder hun gastheer stellen. »Zijn lichtzinnigheid, zijn onbezonnenheid," dacht hij, terwijl zijn voorhoofd zich meer en meer fronsde, »zou ik hem misschien wel kunnen vergeven. Men zegt dat dat wel terecht kan komen. Maar dat andere niet. Laat hem trouwen met een ongevoelige vrouw. Een onschuldig meisje als Minnie Dalton kan ik onmogelijk opofferen aan aan dat andere. 'Wordt vervolgd). Auguste Vacquerie. t Een naam, verbonden aan de periode in de fransche letteren, waarin Victor Hugo onbestreden alleenheerscher was. Zelden is een zoo absoluut koningschap gevolgd door een zoo absolute ont kenning, en Vacquerie, eenmaal een soort Roelant in de romantieke tafelronde, was in de laatste jaren een op stal gezette Pegasus, gerespecteerd om zijn onkreukbaar karakter, een man die veler sympathie had, maar op niemand invloed. Een man van moed nog: trots het geringe succes van zijn Rapjiel nam hij de door Portalis' vlucht verweesde XlXe Siècle in zijn moedige strijd vaardigheid aan, om weldra te sterven. De rumoerige dagen der romantiek hebben hem ge kend als een der rumoerigsten: een litterator van wien de woorden zijn: »Le théAtre c'est Ie Golgotha de l'idée", wiens tooneelstuk Tragaldabas werd uitgefloten tot door de figuranten en den souffleur, die en entendant sifjler, siffla. Politicus in bondgenootschap met de zoons van Hugo en Paul Meurice, was hij bovendien met den heros der romantieken door aanhuwlijking verbonden. Zijn broeder trouwde met de dochter van Hugo, kort na hun huwlijk verdron ken beiden bij Havre. BOEKAANKONDIGING. Nieuwe Paneeltjes. Novelle door ANXA KOUSKKT. Uitgave van H. J. W. Becht. Er ligt in de kleine novellen van Anna Koubert een eigenaardige bekoring, door de eenvoudige frischheid, die ze kenmerkt; ze zijn niet ouder wetsch, maar ook niet nieuwerwetsch, pretentieus geschreven. Sober en zonder onnoodigen omhaal van woorden vertelt de schrijfster, wat zij te vertellen heeft. Inderdaad 't zijn paneeltjes uit 't burgerlijk leven, met frissche kleuren geschil derd en goed geteekend. ;>Een keerpunt" is ongetwijfeld het beste verhaal uit den bundel, en even als »0ns engagement" een stukje onder vinding, zou men bijna zeggen. »Ken lustrum", het derde paneeltje, kon een nieuwerwetsch pendantje zijn voor een der schetsen uit de Veer's >Trouring". «Kleine Lette" is een kinderverhaal en past minder bij de anderen; de kindertype is verdienstelijk geteekend, maar de details zijn hier en daar te uitvoerig. Wanneer de jeugdige schrijfster de belofte nakomt, die zij in dit boekje doet, kan de litteratuur goed werk van haar verwachten. M. De Kinderwereld en Voor de Kinderkamer, uitgaven van Schillemans & Van Belkum te Zutphen, geschreven en geredigeerd door P. Louwerse, zijn het een korter, het ander reeds jaren lang, welkome vrienden in de kinderkamer. De naam van den schrijver en de goede zorgen van den uitgever wekken den kindervriend op, zijn kleine medeburgers te verblijden met een jaargang van deze werkjes. De Groote Markt fan Haarlem in den loop der tijden. Populair historische schets door C. TE LINTU.M. Haarlem. II. D. Tjeenk Willink, 1895. De schrijver heeft »de aandacht van Haarlem mers en wellicht ook vreemdelingen (willen) vestigen op de poëtische schoonheden in de onmiddellijke nabijheid." En deze mededeeling in de voorrede en de titel doen van dit boekje iets anders verwachten dan het werkelijk geeft, doch den meesten lezers zal het ten slotte niet deren, dat hun in plaats van het beloofde een schets van Haarlem's ge schiedenis wordt geboden, een verhaal in stukken en brokken, een populaire causerie. De heer Te Lintum toch blijkt een prettig verteller, die veel omtrent de geschiedenis van Noord-Holland's hoofdstad heeft gelezen en nu en dan eenige aanteekeningen maakte zoowel op de Haarlemsche bibliotheek als in 't archief. Een enkele maal vergist zich de schrijver; vaak laat hij zich verleiden tot allerlei opmerkingen tusschen haakjes, die j of wat te grappig, of wat te naief klinken; hier en daar zou de beteekenis van het boekje hebben gewonnen, wanneer de auteur sommige zaken wat meer had uitgebreid (ik noem hier slechts de beteekenis van de gilden, hun invloed op de regeering enz. welke grooter is geweest, dan de heer T. L. blijkens de noot op bl. 7;i 't wil doen gelooven) doch desalniettemin geeft dit werkje een aardig beeld van Ilaarlem's geschiedenis, en zal het wellicht velen opwekken andere zij het dan ook minder populaire schrijvers te raadplegen. F. A. BLIS. liet leven van Willem van Zuylen. Amterdam, van Ilolkema A Warendorf. 1855?1895. Veertig jaar lang heeft van Xrylen reeds op de planken geleefd, met korte tusschenpoozen van gebrek aan emplooi in het ook voor hem moeilijke begin van zijn loopbaan. Met recht geleefd op de planken, want d;iar en nergens anders heeft hij zijn opvoeding genoten. Kn self-made als hij is, betreurt hij het eenigzins, dat tegenwoordig, van de tooneelschool af, de carrière zooveel gemakkelijker gaat, waardoor het deelen van elkanders tegenspoeden niet meer zoo dikwijls voorkomt; hij betreurt het dat de jongere acteurs, hervormers van hun stand", de vormen, de beschaafde gewoonten, den kijk op de dingen dezer samenleving hebben verbreid, dien zij in lum familiekringen hadden verkregen. Daardoor wisten zij gelijkstelling met andere artiesten te verkrijgen : schilders, letterkundigen, musici, maar daarmede >demoraliseerden" zij den stand der acteurs. lOr valt over deze meoning te twisten ; maar dit zij zoo liet wil, een man als van Zuylen mag zoo spreken als hij doet, zijn gansche leven is een harde dobber geweest. Neen, zeker, dit was niet het burgermansbestaan van den grutter, wiens zoete winste ieder jaar bescheidenlek toeneemt. En is hij trots allen tegenspoed toch omhoog gekomen, leeft hij, nu Nederland'» eerste blij spelspeler, niet meer zoo bohémien als toen hij sopkadetjes voor zijn broeders verzamelde, boh mien is hij in zijn hart gebleven, zij het dan ook een bohémien, die er prijs op stelt, zyn burger lijke verplichtingen zoo getrouw mogelijk te zijn nagekomen. Eigen Haard, uitgave van den heer Tjeenk Willink te Haarlem, heeft het Nederlandsch pu bliek zeer uitvoerig de geschiedenis van den oorlog op Lombok verhaald en daarbij een groot aantal portretten, afbeeldingen van bivaks, groe pen van militairen, groepen op Lomboksche poorten, vijvers, tempels, enz. gegeven. Voor allen die belang stellen in de merkwaardige wapen feiten daar bedreven, en welk Nederlander zou daaromtrent onverschillig zijn.' zal deze uitgave een welkome verschijning zijn. Met al de zorg, die de illustraties van Eigen Haard kenmerken, uit gevoerd, vormen de teekeningen, meerendeels naar photographieën van den officier van gezondheid O.-I. leger dr. Neeb, een zeer fraaie verzameling, welke met den degelijken tekst een uiterst on derhoudend geheel uitmaken. Behalve het verhaal van de expeditie is in deze afzonderlijke uitgaaf opgenomen een gedicht Van den lande van Over zee, door ('. Honigh, Een jeugdig held, episode uit den oorlog op Lombok, door A. F. H. Booms, gep. luit.-kol. O.-I. leger (II. ,L de Jong) en Het Vorstenhuis van Lombok, door R. A. van Sandick. Inhoud van Noord en Zuid, art. 0: Arenlezing XII, door A. S. Kok; Van Koetsveld's «Schetsen uit de Pastorij te Mastland" XVII, door J. C. Groothuis; Concrete en abstracte substantieven (slot), door (,'. II. den Hertog; Na een halve eeuw. Aanteekeningen, opmerkingen en verkla ringen bij ^Waarheid en Droomen". Een afscheidsbezoek in 1871 (vervolg), door Taco H. de Beer; Verscheidenheden. NIEUWE UITGAVEN. Ant. L. Akkerhuys. Strijd. Oorspronkelijke roman. Utrecht, A. W. Bruna. Elite Aubert. Uit de hoofdstad. Een twintig jarige landbewoonster te Kristiania. Uit het Noorsch vertaald door A. M. Gerth van Wijk. 's Gravenhage, Haagsche Boekhandel- en Uit geversmaatschappij . Rev. J. Irwin Brown B. D. ,1 esus charpenter, teacher, physician. Rotterdam, J. M. Bredée. H. G. van Leeuwen. De storm te Scheveningen van 22?23 December 1894. Gedichten. 's Gravenhage, A. J. Dikstra & Co. Uitgegeven ten voordeele van de verongelukte visschersvloot. J. C. van Slee. De Rijnsburger collegianten. Geschiedkundig onderzoek, bekroond door Teyler's Godgeleerd genootschap. Haarlem, de Erven Bohn. De Friesche Volkspartij. Statuten van het Friesch comitévan de volkspartij met de noodige inlichtingen voor allen die er bij aangesloten zijn of zich er bij willen aansluiten. St. Annaparochie, J. Kuiken J r. Onze Weezen. Een woord naar aanleiding van het verslag der commissie van onderzoek in zake Neerbosch door Madra, Dordrechi, J. P. Revers, Wie is de zaakwaarnemer en zult gij u nog langer van hem bedienen? Een woord ter inlich ting door een candidaat-notaris. Gouda, G. B. van Goor en Zonen. Meta von Zweimarck (Louise Stratenus). Een hersenschim. Oorspronkelijke novelle. U'trecht, A. W. Bruna. lï. Husen. Beginselen der onderwijs- en op voedingsleer. Deell. Amsterdam, Höveker en Zoon. Annie Lucas. Stad en burcht. Een verhaal uit den tijd der hervorming in Zwitserland. Uit het Engelsch door F. L. S. Met een voorrede van J. II. L. Roozemeijer, Amsterdam, F. W. Egeling. Dr. A. Luyten. Het ontstaan van den oorlog van 1870. Amsterdam, Allert de Lange. Maatschappij »tot nut van 't algemeen". Per soonlijke bemoeiingen van meer ontwikkelden in 't belang van minder ontwikkelden (Toynbeewerk). Rapport, uitgebracht door een commissie van onderzoek. Secretaris-rapporteur: Mr. A. van Gijn, Amsterdam, S. L. van Looy en II. Gerlings. Reglementen en voorschriften betreffende de eischen die voor de verschillende maatschappe lijke betrekkingen aan de oogen en het gezichts vermogen worden gesteld. Rotterdam, W. J. van Hengel. S. ran Groningen. Trois morceaux pour piano. Romance. Idylle, Caprice. Berlin, Ries & Erler; Leide, .loh. ,1. Kggers. C. A. Wulffraat J/-. Twee liederen voor man nenkoor. Rotterdam, Wenk iV Birkhoff. Portret van Charles Rochussen, Ets, door "Wilin Steelink. Frederik Muller & Co. M. Brenning. Die Vergiftung durch Schlangen. Stuttgart, Ferd. Enke. ff. r. Kapff-Exsenther. Versorgung. Roman. Herlin, Ilugo Steinitz. K. L. Tallqvist. Die assyrische Beschw rungsserie Maqlii, nach den Originalen im British Museum. Leipzig, Eduard Pfeiffer. Antoine Albalet, Le mal d'écrire et Ie roman contemporain. Paris, Ernest Flammarion. Gaston Dodu. Ilistoire des institutions monarchiques <iues dans Ie royame latin de Jérusalem. 1099?1291. Paris, Hachêtte & Cie. Gyp (Cesse Mirabeau). Leurs ames. Paris. Calmann Levy. J. J. Jus.ierand. Le roman d'un roi d'Ecosse. Paris, llachette et Cie. M. Maryan. Le mvsti-re de Kerhir. Paris, Librairie Blériot (Ilenri Gautier). G. 'l'arde. Kssais et mélanges sociologiques. Paris A. Storck. G. Masson. Walter Besant. Bevond the dreams ofavarico. London, Chatto & Windus. O. Browning. The age of the condottieri. A short history of mediaeval Italy. 1490?L>>0. London, Methuen & Co. R. Buchanau and H. Murray. The charlatan. London, Chatto >t Windus. F. Mat-ion Craicford. The Ralstons. London, Macmillan >t Co. S. Levett?l'eats. The honour of' Savelli, Lon don, Sampson Low & Co, W. M. F. Petri. Egyptian tales, translated from the papyri. Illustrated by Tristram Ellis (lirst series). London, Methuen & Co. G. Smith. The melancholy of Steven Allard. London, -Macmillan en Co. W. B. Woodgate. Tandem A. novel. London, llurst & Blackett.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl