De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 17 maart pagina 5

17 maart 1895 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No, 925 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. wegens de komst van een zoo overgroot ge tal. Zy verkeeren dan ook werkelijk in een ander geval dan alle overige volken. De menschen worden met veel uiterlyke netheid in dit land b-handeld, daar is niets op aan te merken .... Maar, om tot ons onderwerp terug te keeren. De Hollanders zyn zoo weinig gesteld op overdreven omslag van deftigheid, dat volgens sommigen zij eerder vallen in het tegenovergestelde uiterste. Maar daar behoeft de vreemdeling zich niets van aan te trekken, of van hunne manier van leven in het algemeen, want, wat hem zelf betreft, kan hij leven zooals en ongeveer met wie hij wil. Hy kan hier omgaan met zijn eigen landgenooten, zyn eigen taal spreken, en vindt zijn eigen gods dienst en kerk tenzij hy' toevallig er een heel vreemdsoortige of in het geheel geen heeft, want van alle soorten zijn er hier aanwezig. Hij kan ook wonen met zijn eigen natie en in logementen gaan en in herbergen, die door landslieden ge houden worden. Als dit het geval is voor de meeste volken van Europa, geldt het hier bijzonder betreffende het Engelsche. De kosten van het leven hier zyn bijna gelyk aan die te Parys en wel iets grooter dan in andere hoofdsteden van Europa, maar veel minder dan in Londen. Het Parlement d'Angleterre is het voornaamste logement, van den Haag. In de groote huizen van Londen moet men zuinig wezen om met 15 schellingen of zelfs 20 toe te komen. Maar in deze Haagsche ordinaris kost het niet meer dan 5 of 6 schellingen. Het diner is een gulden en een flesch wijn ook een galden (of een halve voor 10 stuivers), zoodat men hier voor een daalder even prachtig eet als in de twee groote Londensche voor een halve guinje of 15 schel lingen. Er is altijd zeer goed gezelschap van verschillende naties hier, alles fatsoenlijk en be leefd, en twaalf of vijftien gerechten over tafel. Ze zy'n goed toebereid en smakelijk en lijn vol gens den tijd van het jaar, zooals hazen, wild, gevogelte, die heel van Gelderland en Brabant komen en uit de buurt van Breda, behalve soe pen, sladen, allerlei visch, en altyd twee of drie soorten vleesch voor wie er van houden, met uitstekend dessert. Een mensch begrijpt niet hoe ze het by mogelijkheid kunnen doen voor het geld zooveel en zoo goed eten te geven. De logementen van den Haag zijn zonder twijfel de beste van de wereld. Zy' worden gehouden door Hollanders, maar zy' doen hun best om Engelsch te verstaan. Fransch is anders de taal die aan tafel gesproken wordt en ook bij andere gelegenheden. Wat de spijzen betreft en de ma nier van koken, houden zy' een middenweg tusschen de Fransche poetspas en hutspotten en de Engelsche eenvoudigheid en weinige schotels. Dit genoemde logement, zoowel als al de Hollandsche logementen, is veel zindelijker in het koken dan de Fransche, en er komt nooit hetzelfde ding op tafel in drie of vier verschillende vormen. In de Fransche hotels, gaat het eten dikwijls drie of vier malen door de vuile handen van den kok, en dikwy'Is nadat het al eens voorgediend ge weest is aan gasten op tusschenuren of op de tafel van het huishouden, waar iedereen er van genomen heeft wat hem lustte. Ik moet bekennen, nadat ik er achter gekomen was hoe smerig ze daar IIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIII iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiimimiiiii in gon sir Geoffrey's geest te werken als een uurwerk dat weer is opgewonden. Hij gevoelde dat hij nu geregeld over alles zou kunnen nadenken. De groote vraag waarvan hij meende dat alles afhing, waa, nu het er op aankwam, de grootste nog niet. Het was niet »leven of sterven." Zoo eenvoudig was het niet. Het was »sterven of idioot worden." »Dood" beteekende dat de heldere kleur, die nu bij lederen stap, dien hij op zijn somberen levensweg aflegde, zijn oog verlus tigde, plotseling weggestreken zou worden, zooals de kleuren weggeveegd worden van een plaat of een palet. Iets dat hem toebe hoorde zou hem eenvoudig voor altijd ontno men worden. Er zou een gedenksteentje in de kerk komen, waar na den eersten Zondag niemand dan hij meer een blik op zou slaan. En het huis zou als uitgestorven zijn. Het huis zou als uitgestorven, zijn leven zou eenzaam, in n woord afschuwelijk zijn! Alles, alles liever dan de vreeselijke leegte, door den dood veroorzaakt. De dood dus niet. Wat dan Idiotisme. En zooals men zich in een schilderijengalerij richt van het eene schilderstuk naar het an dere, zoo wendden zijn gedachten zich van dit onderwerp af en bepaalden zich op dat andere woord. Ook dit zou hem iets ontnemen, maar terwijl het leven, de beweging blijven zou. Er was niemand die meer kennis had dan hij het was zeer weinig! van de ver schillende vormen van krankzinnigheid. Hij had alle reden gehad ze met ijver te bestudeeren en met overgrooten ijver had hij ze dan ook bestudeerd. Nadat men zijn vrouw had weggezonden had hij zich met een ziekelijke toewijding verdiept in een wetenschap, dien wel be schouwd minder een wetenschap dan wel een somming van verschillende gevallen is. De Londensche geleerden hadden hem gezegd dat Lady Travessant's ongesteldheid van te werk gaan, dat ik altyd die gelegenheden even y'verig vermeden heb als anderen er naar zoeken. En bovendien hebben zy er geen slag van hunne gasten royaal te behandelen, ze zijn zoo gierig en op de penning, een zwak en een gewoonte van hunne natie, dat zij iemand de stukken wel uit zyn mond zouden willen zien. Zy' hebben er evenveel schik in als de schotels niet worden aangeroerd, als een hartelijke Engelsche logementhouder ver stoord zou wezen door te moeten denken dat zijn gasten zijn spijzen niet naar hun smaak vonden. Niet ver van Le Parlement d'Angleterre is een Engelsch huis, aan te bevelen voor hen die geen andere taal verstaan dan de hunne. Het is er goed en alles hetzelfde als in het vorige. Op het Spuy is een goed Hollandsch Logement, genaamd Bet Hoff van Utrecht. De prijs is een gulden daags, of 12 stuivers voor het enkele eten^ Er is altyd goed gezelschap, vooral van Heeren Militairen, die in Den Haag komen, voor plezier of voor zaken. Omdat hun traktement niet toelaat dat zy veel verteren, kiezen zij dit huis, waar ze niet verplicht zyn wyn te drinken, want die wordt er niet verkocht; behalve dat is het eten er zeer goed en de kamers netjes. Die een glas wyn willen drinken, laten het halen in de kelders voor den prys van tien stuivers de flesch. Er zy'n geen wijnhuizen, (1) in den Haag niet en in de provincie ook niet, wat vooral onaan genaam is voor de Engelschen, die in hun eigen land nergens meer plezier hebben dan daar. Iedereen, zoowel inboorlingen als vreemdelingen, gaan heen en doen een voorraad wijn op in hun eigen huis. Zij halen hem uit Rotterdam, waar die drank het goedkoopste is. Hij is in alle prijzen te krijg. De Hollanders, die een spaarzaam volk zijn, drinken een soort van zes of zeven stuivers de rtesch, wat een zoete, witte wijn is, erg lekker voor een vreemdeling. Men zegt dat hij met ongebluschte kalk aangezet is, om hem heet en koppig te maken, en bij gevolg geschikt voor de koude en flegmatieke gestellen van die hem drin ken. De meeste Hollanders drinken alleen witte wijnen, zoodat in de meeste herbergen dan ook geen andere te krijgen zijn: noch wordt er andere gebruikt aan het avondmaal. Als er roode wijn gediend werd zouden duizenden er niet van ne men, want ze zijn er niet aan gewoon. Fransche roode wijn is te krijgen voor zes of zeven tot 18 stuivers de flesch. Champagne en Bourgogne voor een gulden twintig of een daalder. Rijnsche- en Moezelwijnen worden veel gedronken door de meer gegoede menschen, die verkocht worden van af 18 stuivers tot een gulden vijftig. Deze wijnen komen langs den Maas en Rijn naar Rotterdam, welke stad en Dordrecht de stapel plaatsen er van zijn. Kortom, alle wijn die er (1) In het oorspronkelijke staat: Taverns. Hiermede kan niet bedoeld zijn herbergen of koffiehuizen, want reeds deze schrijver-zelf maakt melding van het bestaan van zoodanige publieke inrichtingen. Taverns zijn de ouderwetsche En gelsche ivynhuizen, waar aanvankelijk (Century Dictionary, New-York Ed. 1891, op het woord, bl. 6200) slechts dranken te krijgen waren. Ook blijkens het volgende in den tekst, moet hier gedacht worden aan verzamelplaatsen van min of meer vaste bezoekers, die er den wijn drin ken, welken de Hollanders thuis laten komen. limilllllllllllllMmill iiiiiiiiiiiitiiiiin voorbijgaanden aard was. Zij hing af van andere pathologische oorzaken. Als deze weggenomen zouden zijn, zou zij herstellen. Dr. Croyle had gezegd dat deze symptomen volstrekt niet in verband stonden met de hersenziekten. Zij zouden ophouden zonder er eenigen merkbaren invloed op uit te oefe nen. De tijd had geleerd dat dr. Croyle's oordeel juist was geweest. Sir Geoft'rey had het altijd geloofd. Het bijna aandoenlijke vertrouwen in den plaatselijken geneesheer, dat zich zoo licht bij landedelen ontwikkelt, gevoegd bij den uitslag van zijn eigen onderzoekingen, hadden den baronet tot de al of niet juiste conclusie doen komen dat dr. Croyle meer van dergelijke zaken af wist dan de "meeste anderen. De besliste meening die hij nu uit zijn mond gehoord had, nam hij dus ook onvoorwaardelijk aan en zette er zich toe om na te denken over wat het woord »idiotisme'' eigenlijk in zich sloot. Dat niet, o God! alles liever dan dat! Want de dood zou hem alleen doen lijden, terwijl het kind zou rusten. Maar idiotisme zou ook het kind doen lijden ja, lijden, wat er ook gepraat wordt over verstomptheid zou voortdurend gemis, verdierlijking, schande in zich sluiten. Een levende doode ! Erger dan dat, een hel op aarde! Geen idiotisme! Oneindig liever dan nog het vredige, reine van een vroegtijdig heengaan. En hij verlangde, hij verlangde vurig dat het kind zou sterven, Hij stond op en boog zich over het ledikantje. Zoo er verschil was, dan was het dat de ademhaling hem krachtiger, regelmatiger voorkwam. Hij onstelde, want hij zag bijna een teleurstelling in die ontdekking. En toen het verschrikkelijke dier teleurstelling plotseling geheel tot hem doordrong toen kon hij het niet langer uithouden en ijlde het vertrek uit. (Slot volgt). maar op den aardbodem groeit, is in Holland te koop voor de helft, of beter voor een derde van den prijs waarvoor ze in Engeland worden ge dronken. De huur van kamers in den Haag komt vrijwel gelijk aan die te Londen. De laatste zy'n echter beter gemeubeleerd en aangenamer in den winter. De Engelschen hebben de beste bedden van de wereld. De vreemdelingen in Den Haag zijn gewoonlyk in de kost waar zij wonen, een groot genot om niet iederen dag aan te kleeden om uittegaan. Hij betaalt een Engelsche schelling voor zijn eten, of Midmal zooals het heet, en kan rekenen op twee of drie goede schotels. Liefhebbers van visch, op allerlei lekkere manieren klaargemaakt, kunnen smullen van de Hollandsche tafel. Hij zorgt zelf voor zy'n eigen wijn, en voor zijn chocolade, koffie en thee, die hij even goed1 voor ongeveer een derde koopt als in Lon den. De deftige lieden gebruiken thee van 48 stuivers het pond, op zooveel komt in Engeland alleen de accijns. Er zyn geen draagstoelen in Den Haag, maar heele nette huurrijtuigen. Zij rijden niet heen en weer op straat, maar worden gehaald uit de stallen, en voor dat ze komen is de regen dikwyls gedaan en ze zijn niet meer noodig. Een rit komt op twaalf stuivers. De netheid en zin delijkheid van de straten is zoo groot, dat lieden van' alle rangen niet alleen er niet tegen opzien, maar er zelfs plezier in schijnen te hebben om te voet te gaan. De vrouwen dragen enkel muilen. De straten zy'n geplaveid met steenen, of beter gezegd met een soort van klinkers, die zoo vlak bij elkaar liggen, dat ze zoo schoon zijn als de beste kamervloer. De brandstof van het land is waar de vreem delingen zich het minst mede kunnen verzoenen. Het is turf, gemaakt uit brandbare aarde, en uit kuilen gegraven, dat in droge jaren brandt als kool, alleen geeft het niet zooveel hitte en is dus minder geschikt om te braden, en dit zal wel een van de redenen zy'n, waarom de Hol landers hun vleesch zoo veel in den oven bakken. Het hout is in den Haag geweldig duur en wordt alleen gebrand door buitenlandsche gezanten en misschien eenige anderen, die geen turf kunnen verdragen. Een anderen keer over Haagsche vermakelijk heden. IIIIIIIIIIIIII3IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Marcella," Aldous Racburn las weinig romans en als hij er eens een ter hand nam, werd hij er meestal wrevelig en ongeduldig van. Hij had in zijn leven met feiten te doen, met moeilijke en onhandelbare feiten en als hij het leven met zy'n feiten ver heerlijkt en tot schoonheid vervormd, wilde zien, dan wendde hij zich tot de schoonheden der natuur en tot de dichters. Romans te schrijven of te lezen scheen hem een ijdel, nietig werk; een mensch kon aan beter dingen zijn tijd en krachten wijden, meende hij. Hoe sympathiek de figuur van dezen Aldous in Mrs. Ilumphry Ward's jongsten roman moge zijn, wij willen hopen, dat hij deze zijne meening alras moge laten varen, want waarlijk, wie het leven, ditzelfde leven, dat wij meemaken, zooals wij hier te zamen het laatste lustrum eener schei dende eeuw aanvangen, wie dat leven wil zien, in eerbiedige natuurgetrouwheid afgebeeld en toch verheerlijkt in schoonheid, bestraald door het verkwikkendst licht, die kan gerust de deur van den dichter voorbijgaan, om te toeven in de kunsthal, waar hem het proza wacht van Mrs Humphry Ward's ~,Marcella". Dagen, weken van helgrootst genot, door dezen roman verschaft, zy maken het >getuigen" van zooveel schoons tot eene onweerstaanbare beko ring. Het was dus toch mogelijk, door een boek van dezen tijd te worden aangegrepen op eene wijze, als waartoe meenden wij, slechts Eliot in staat was; mogelijk, dat ook in dezen drukken, vollen, bewegelijken tijd door vrouwenhand beel den werden opgeroepen in woorden, die, tintelend van leven, in volle natuurlijkheid en eenvoud voor ons staan en niettemin de dragers zijn van dat bonte, veelzijdige complex van eigenschappen, dat de man en de vrouw van dezen tijd kenmerkt. liet is slechts de vervulling van een plicht der dankbaarheid, als wij uitspreken, boe dit schoone kunstwerk van bladzijde tot bladzijde ons heeft geboeid en verrukt, steeds bevrediging schenkend aan alle vevstandseischea en beurtelings, de meest verschillende gevoelssnaren wekkend tot bly en liefelijk geluid. Een sociale roman, ja, en een, die de schoon heden, van Aurora Leiijh en Xybil, van least en Felix Holt in zich vereenigt en de sociale idee ons te zien geeft, zooals zij zich afspiegelt in den geest van bet volk, dat op den weg, dien zij bakent, reeds het verst is gevorderd. Want telkens treft het ons bij de lezing, hoezeer in deze quastiën van wederzijds recht en plicht der droevig gescheiden maatschappelijke klassen En geland ons vooruit is, hoe de arbeider er meer en beter leest, omdat hij er meer verdient en beter woont, on hoe de hoogere standen er meer en beter voelen en handelen in deze ons allen aangrijpende sociale quaestie, omdat zy' meer weten en beter begrip hebben van het leven der in zorg en bekommering naast hen voortzwoegende werkers dan het geval is in ons nieuwheidsschuw, bedachtzaam, voor proefnemingen en ongewone toenaderingspogingen zoo angstig Nederland. Wat intusschen nog het allermeest weldadig aandoet, is de ruimte van opvatting, waarvan bly'k wordt gegeven. Hoe nietig en klein lijken onze partij verschillen in het licht van Marcella's toe wijding, hoe onbeteekenend de vraag naar het conservatief of liberaal zijn, waar de conserva tieve inzichten gehuldigd worden door een gent Ie -? man als lord Maxwell, minister in een Torykabinet, maar ruim van blik en grootgeestig genoeg om zijn kleinzoon en erfgenaam de liefde te laten vragen van een jong meisje, dat zich socialiste noemt en tot wier waarheidszin en oprechtheid hij zich voelt aangetrokken. En in welke levenssfeer gij u ook met de schrijfster beweegt, overal diezelfde stempel van echtheid, van het zelf-geziene, zelf-doorleefde. Geen ophemeling van de klasse, voor welke toch ondanks alle veelzijdigheid de schrijfster zoo ernstig de sympathie oproept der béter-bedeelden in de maatschappij; geen vergoelijking van volksgebreken, maar ook geen ontzien van hooger-geplaatsten, waar dezen, als in een jachtwet by voorbeeld, er geen bezwaar in vinden uitsluitend voor eigen genot den arme van het met moeite verworvene te laten berooven. Blad aan blad zou ik willen vullen met bewyzen voor het meesterlijk talent, waarmee dit boek is geschreven, maar de keuze is te ruim; door op het eene karakter veel licht te doen vallen, zou ik vreezen het andere onrecht te doen en slechts de lectuur van het geheele boek kan bewyzen, hoe tot in de teerste en fijnste nuances n de uitwendige n de inwendige omstandigheden zóó zijn geschilderd, dat de finishing touch nergens achterwege is gebleven. Daarbij is de schrijfster voor geen moeilijk heden teruggedeinsd, elke zy'de der quaestie heeft zij ons voor oogen durven stellen. Het leven in de wereld der georganiseerde arbeiders met zy'n glorievolle oogenblikken en zy'n diep treurige tooneelen van wangunst en onderling wantrouwen, het tragische van den stry'd, dien de arbeiders vrienden te stryden hebben tegen het besef van hun overwicht over die andereu door kennis en beschaving en aan de zijde dier anderen het nooit slapend bewustzijn van onverdiende minder heid door het gemis van die beide, al die ele menten, ze zijn hier saamgevoegd tot een wonderschoon geheel. En op den voorgrond het lichtend beeld der hoofdpersoon, de jonge vrouw van onzen tijd, ontvankelijk van gemoed, hunke rend naar daden, sympathiek in haar weifelingen ten slotte gelouterd door hare ry'ke ervaringen. G. F. J. v. U. Oudejaarsdag. Kollewijnisme in het buitenland. Frankrijk beeft zoo goed als Nederland zy'n Kollewijnbeweging. Laat ons liever zeggen, dat Frankrijk en Duitschland het voorbeeld hebben gegeven. Thans echter komt ook een Amerikaansche vereeniging, de »American philological association" met voorstellen ter vereenvoudiging der spelling van het Engelsch. De uitgangen ue, e, te en me in woorden als catalogue, demagogue defiinite, favorite quartette, gazette programme, orifiamme zal de Association in het vervolg weglaten; zij schrijft dus catalog, demagog detinit, favorit quartet, gazet program, oriHam. Fhotograpk zal fotograf worden, en oesophagus esofagus; echt Amerikaansch heeft de Association tegen de oude spelling als voornaam ste grief de millioenen dollars die jaarlijks door de omslachtige schrijf- en zetwijze worden ver slonden. Zij zal trachten die verspilling van hoogerband te doen afschaffen, door nl. by' de wet de oude spelling te laten verbieden. Dat is ten minste afdoende ! Een manier om beroemd te worden. William Watson is een jonge engelsche dichter, die eenige jaren geleden het geluk had, een aanval van waanzin te krijgen. Hij maakte het in dien toestand een rijtuig met vorstelijke per sonen lastig, en werd in de doos gestopt. Zy'n beroep: dichter. Zijn verzen werden onmiddel lijk gekocht, gelezen en mooi gevonden. Hy' schrijft nu gelegenheidsgedichten, zoo in de Westminster Gazette vThe Turk in Armenia", en krijgt uit de kas der koningin jaarlijks honderd pond pension. Kaar wij vernemen zal bij den uitgever P. Gouda Quint te Arnhem, bij wien ook andere geschrif ten van den hoogleeraar zijn verschenen, het licht zien het door Prof. Buys nagelaten handschrift van het dictaat voor diens college over het Ad ministratief recht. Dit zeer omvangrijke werk zal voor den druk gereed gemaakt en, voor zoover de jongste wetgeving betreft, aangevuld worden door Mr. II. Vos te Leiden. Het eerste stuk kan tegen het najaar worden tegemoet gezien. Aanstaanden Woensdagmiddag te half drie zal de heer Henri T. Vogin een Lecture" voor da mes houden in het gebouw Eensgezindheid, over Engelscbe literatuur, en Zaterdag den SOsten een dergelijke, des avonds, voor dames en heeren. Met den verkoop der plaatsbewijzen belast zich de firma Kirberger & Kesper, Rokin 134. Bij de heeren Preyer & Cie., lokaal »Pictura", Wolvenstraat l'.), Amsterdam, is geëxposeerd eene aquarel van Willem Maris, ?Melktijd".

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl