De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 14 april pagina 9

14 april 1895 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

No. 929 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Na de aanneming van Mr. Hartogh's wetsvoorstel. Vertoornde adm/Mten: Snel recht is al erg genoeg, maar als je nu ook nog met goedkoop recht aankomt, krijg je met ons te doen." ^IIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlllllllllllM S N UIF J D S. Een dag of wat heb ik in den waan ge leefd, dat ik alles van het ontwerp tot herziening van de belasting op het Personeel afwist. Ik had ook mijn berekeningen al eemaakt, en het kwam uit, dat het nieuwe Personeel mij veel meer zon kosten dan het oude. Ik was een beetje nijdig op de N. Rott. Ct., gelijk meer mensehen, en was het met mijn vrienden er over eens. dat de V. R. C. had dienen te bedenken, dat een slechte tijding altijd vroeg genoeg komt, en zij dus haar misselijk bericht had moeten bewaren, tot de nood aan den man kwam en zij het met voeg niet langer achter had kunnen houden. Maar wat blijkt nu? Niets-minder dan dat deschoonmaakster van Financiën uit de papiermand van Sprenger van Kijk stukjes papier had opgeraapt en die waarschijnlijk aan den correspondent van de N. R. O. heeit verkocht om hem in de gelegenheid te stellen zijn redactie daarmede te pleizieren. Dat zal dien man wat gekost hebben! 't Zou mij niet verwonderen of Pisuisse, die de kamerover zichten schrijft, heeft daar de hand in gehad. Dagelijks, als de kamer zit, in den Haag; altijd er op uit om zich in te lichten omtrent de geheimen van onze eerste staatslieden, teneinde te beter hun bedoelingen te begrijEen, die hij noodig heeft te kennen, als hij un speeches moet ontleden, zal hij ook wel l met de huisknechts en waarom ook niet met de schoonmaaksters, op goeden voet trachten te verkeeren, want hij heeft ervaring en nadenken genoeg om te weten, dat niemand een_groot man blijft voor zijn personeel. Maar nu is hij er juist door dat personeel toch ingeloopen ten opzichte van het Personeeel, en heeft die sluwe schoonmaakster de JV. B. C. verl&agd tot een vuilmaakster van Z. E. den Minister van Financiën. Ik heb er een oogenblik over gedacht, mijn abonnement op de N. Rott, Ct. op te zeggen, maar toch maar even, want ik begreep, dat ik dan ook de kameroverzichten zou missen waar ik moeilijk meer buiten kan, en ook, meende ik, zou het kunnen gebeuren, dat er uit zoq'n papier mand nog eens iets te voorschijn kwam, waardoor de lezers van de N. Rotterdammer allen anderen menschen vooruit waren. Nu ik eenmaal weet, hoe ver het reportagestelsel van de N. TL wordt doorgevoerd, wil ik mij die kans niet benemen. Intusschen wordt het voor ons allen, die er een papiermand op na houden, zaak, terdege opteletten. of daar ook iets in zou kunnen voorkomen, dat van (ie gading van een correspondent der ..V 11. mocht zijn. Pisuisse zal zijn onderzoekings tochten tot den Haag beperken, maar wij hebhen hier te Amsterdam zeker ook wel iemand die voor de N. II. (J. de snippers nusnuft'elt. Soms heb ik wel eens gedacht bij het lezen van correspondenties uit de hoofdstad: waar haalt de kerel het van (laan ! maar nu is er met die pikante Haagsche schooiiinaakstergeschiedenis een tipje van den sluier opgelicht en wor den rnij meer dingen helder dan ik het onbe scheiden publiek vertellen wil. Maar ik erken het gaarne, alles is nog niet verklaard, en zoo zou ik voor mij zelfs geen beslist antwoord durven geven op de vraag: of er niet wei eens bij ontstentenis van een schoonmaak ster van een gedresseerd hondje gebruik wordt gemaakt, dat opgeraapte kattebelletjes apporteert ? In een der bladen lees ik dat nu voor het eerst ook inlandsehe militairen zijn gedeco reerd en dat dit verdient geprezen te worden. Gelijke belooningen voor even dappere daden, dat is volgens de wet en ook al stond het niet in de wet dat is liberaal! Ik ben het daarmee eens, alleen zou ik zeggen, ciat is niet uitsluitend liberaal, maar het is ook radicaal, ook sociaal, ook katholiek, ook antirevolutiotiair dat is iets wat alle par tijen zullen goedkeuren eenvoudig omdat het billijk is. Een inlandsch soldaat, die voor Nederland zijn haclvje waagt, heeft niet min der recht op onze dankbaarheid, dan een Nederlandsch militair, die voor de belangen van zijn vaderland strijdt. Maar wat het decoreeren van irdanders nog opmerkelijker maakt het is dat het plaats vond, terwijl Ds. Rogge geen ridderkruis ontving. Dit geeft te denken. Toch aan moed kan het hem niet ontbroken hebben en aan trouw evenmin ; zijn beroep waarborgt beiden. Het moet dus aan zijn beleid hebben gelegen. Welk beleid kan een geestelijke ook op het oorlogsveld aan den dag leggen ? In het heetst van liet gevecht, als men op het punt staat de overwinning te behalen, zal hij er nog op belust zijn vrede te sluiten. Zoo is het best te begrijpen dat men in een oorlog meer heeft aan een inlandsehen stuk rijder dan aan een Ilollandscheii dominé. * * * De directeur van het Ethrogniphisch Mu seum te Leiden klaagt al weer steen en been over gebrek aan ruimte. Hij moet zelfs de doorgangen tu?schen ee koiten volproppen en kan den boel dus niet nazien, zooitat het hem niet verwonderen zou, als enkele collecties door insecten bleken ver.voest of aangetast te zijn. En hij durft het publiek baast niet meer bij zijn schatten toe te laten, omdat hij niet tegen lange vingers kan waken. De regceriiig schijnt tot nog toe die verza meling van voorwerpen op het gebied van land- en volkenkunde beschouwd te hebben als een collectie oud-roest, men mag zich waarlijk verwonderen, dat zij voor zoo'n ver schoppeling van een museum er nog een directeur op na houdt. Vergis ik mij echter niet, dan zijn er voor den braven directeur beter tijden in vooruit zicht. Hij schrijft nl. : Een zoo compleet mogelijke collectie van Indische poppen ter voorstelling van de klee derdrachten, eigen aan verschillende bevol kingen, rangen en standen van den Oostindischeu archipel, werd door dames van Nederlandsch-Indiövoor H. M. de Koningin bijeengebracht. Eerst werd zij te Batavia ten toon gesteld, daarop aan de, Koningin ten geschenke aangeboden, in de Gothische zaal te 's Graven hage ten toonl gesteld en toen volgens besluit van H. M de KoninginRegentes ingelijfd bij 's Rijks Ethnoymphisch Museum, met het oog opj de, diensten, die zulk een verzameling voor de keunis der ze den en gewoonten van Insulinde aan de Nederlaudsche natie zou kunnen bewijzen." Deze schitterende collectie, eenig in haar soort, ligt thans in kisten opgestapeld in de doorgangen tusschen de kasten in het Museum '. Wie zal zeggen aan welke vernielende wer kingen zij binnen een niet lang verschiet zal worden blootgesteld! Van den catalogus dezer poppen in de. Gothische zaal bleki-n twee oplagen noodig te zijn. Eerst tegen het einde werd een zeer uitvoerige catalogus niet belangrijke noten ?uit de mededeelingen der plaatselijke comités, | samengesteld door den heer II. C. Bakhuizen ; van den Brink, uit Batavia ontvangen. Het ! getal bezoeken bedroeh ongeveer tienduizend, (ie opbrengst der tentoonstelling, die ten bate der wetenschappelijke expeditie van liorneo strekte, beliep /' i^üL'." i Te verwachten is na deze mededoelir.g een monster petitioniiement van alle dames eu kinderen in Nederland ten gunste van een i nieuw Ethnographisch Museum. En dan zal het berghok op de l jtidsche Hoogt woerd wel dra tot de geschiedenis behooren. l

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl