De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 28 april pagina 7

28 april 1895 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 931 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. dat aan het hoofd der courant staat vermeld. Die oplaag een commissie, bestaande uit drie der grootste adverteerders, heeft dit feit onlangs nauwkeurig onderzocht en openbaar gemaakt bedraagt thans 52,000 exemplaren per dag t «Waarom zou ik niet?" gaf ons de direc teur ten antwoord op onze vraag, waarom men tegelijkertijd paars, oranje, groen en tal van andere combinaties te verkrijgen, die alle tegelijkertijd op het papier worden getooverd, dat aan den eenen kant der machine zich van een groote rol afwikkelt en aan den anderen kant er, in alle kleuren bedrukt, gedeeltelijk zelf reeds gevouwen, uitkomt, met de snelheid van 5000 exemplaren per uur. Hoe snel dit ook moge zijn, toch heeft men elke week meer dan een geheelen werkdag »Ie dat niet wat sterk beweerd?" was onze opmerking. »Ik geloof het niet. Ga maar eens na: behalve de voldoening, die eene zaak schenkt welke succes heeft, heeft men bij een dagblad nog de verheffende gedachte, tot al zijn lezers voortdurend in vriendschappelijke ver houding te staan. Wat dit beteekent? Ik neem aan dat gij een zeer onderhoudend mensch zijt, maar neem eens de proef om schappij hebben. De burgemeester leest on» blad, maar ook de bode van het stadhuis; de bankier maar ook zijn kantoorlooper. Alle deze wachten ons 's avonds op bezoek. Hoe wel de vergelijking tusschen een dagelijksch bezoek en de dagelijksche bezorging der cou rant zeker niet heelemaal opgaat, is deze toch in vele opzichten juist. En hebt ge u dan nooit eens getroffen gevoeld door den sterken band tusschen een courant en haar ieder maar zoo vrijelijk toegang kreeg en zelfs inzage der boeken, »ik houd van openbaarheid en heb nooit reden gehad iets te verbergen. Geheimzinnigheid dient nergens toe en wordt dan ook in het Buitenland door geen enkele groote dagbladonderneming toegepast. »Dat men hier, bij sommige bladen, zoo kleingeestig is, zal zijn reden wel hebben, maar in New-York bv. behoeft men zich ternauwernood te legitimeeren om inzage te verkrijgen van alles wat op de expeditie en de exploitatie eener groote couranten-onder neming betrekking heeft. In Parijs liet men mij, op mijn verzoek, zelfs zonder geleide, vrijelijk rondloopen door de lokalen van het Petit Journal, het drukken, de expeditie, de administratie ja alles nagaan en zooveel vra gen doen aan het personeel, als ik zelf maar wilde. »Ik heb daarvan een dankbaar gebruik gemaakt en er menige nuttige les opgedaan. Natuurlijk had ik daartoe een introductie noodig, maar toen deze in orde was, was er niets dat men verborgen trachtte te hou den. Het dient dan ook wezenlijk nergens toe; wat men verborgen zou willen houden wordt wel bekend, als men een courant uit geeft en dan vind ik het royaler alles open en bloot te leggen en heb ik de voldoening dat niemand zich verbeelden kan, iets om trent mij of omtrent de zaak te weten, dat ik zelf hem niet zou hebben verteld, als hij er naar had gevraagd. »Er wordt vrij druk gebruik gemaakt van het verlof om een kijkje te nemen in de drukkerij, vooral op dagen dat het Zondags blad in kleuren wordt gedrukt. Daarvoor staat een bijzondere rotatie-pers, de eerste van dien aard in Nederland, ja, wat nog sterker is, de vijfde of zesde in Europa. Al leen in Parijs, in Rome, in Madrid en in Londen staan nog dergelijke machines. »Op deze machine," aldus ging de direc teur voort, terwijl hij ons op een ingewik keld stelsel van raderen en rondsels wees, »kunnen alle gravures gedrukt worden tegelijkerlijk in vier hoofdkleuren en in de met deze kleuren te verkrijgen combinaties. Gewoonlijk wordt er blauw, rood, geel en zwart op gedrukt, maar met die kleuren weet noodig om met de enorme oplaag van ruim 52,000 exemplaren gereed te komen." »Hoe hebt ge," vroegen wij, »uw blad toch in zoo een betrekkelijk korten tijd tot die hooge vlucht weten te brengen ?'' «Daarvoor is maar n middel," antwoordde de directeur; »'a morgens met ne gedachte aan de zaak opstaan en 's avonds met ne gedurende eenigen tijd dagelijks op hetzelfde uur bij denzelfden persoon op bezoek te gaan. Put u dan uit in het mededeelen van allerlei onderhoudende of interessante bijzonderheden en let dan eens op hoe spoedig gij zult be speuren dat die dagelijksche bezoeken toch eigenlijk wel een beetje te veel worden ge vonden. Welnu, wij komen door ons blad gedachte aan de zaak naar bed gaan en in tijden van spanning, die ik ook wel ge^ kend heb, er 's nachts van droomen op den koop toe. Een dagblad-onderneming eischt algeheele toewijding, maar schenkt dan ook een voldoening, die geen andere zaak bij mogelijkheid in staat is te schenken." dagelijks bij ruim 52,000 menschen op be zoek, menschen van de meest uiteenloopende levensomstandigheden; want gij kunt wel denken, dat we, met een oplaag van 02,000 exemplaren, waarvan, zooals ge gezien hebt, circa 25,000 in Amsterdam blijven, onze abonnó's in alle kringen en standen der maatlezers? Voor mij schuilt daarin altijd een groote bekoring, die, naar het mij voorkomt, in geen andere levenstaak gevonden kan worden. Vele malen heb ik van het b?staan van dien band de treffendste bewijzen gehad. Ge kunt u niet voorstellen hoeveel kracht dit schenkt. Met vele onzer lezers sta ik in geregelde correspondentie. Dit is wel eens moeilijk vol te houden; maar zoolang moge lijk tracht ik toch elke vraag, die mij wordt gedaan, op welk gebied ook, te beantwoorden; als het kan per correspondentie in de courant, maar, als het moet, per brief. De abonné's beschouw ik als mijn vrienden; als ik dat gevoel verloor, zou ik ongetwijfeld een zeer groot deel van den lust in mijn arbeid ver liezen." Al pratende waren wij door de drukkerij, waar twee gasmotoren van tien I. P. elk de beweging geven, langs de expeditie, waar op dit uur alles in vollen gang was en door de stereotypie, een inrichting waar minstens 130 clichés per week vervaardigd moeten worden, aangekomen in de bureaus van de directie en redactie. Wat ons in de kamer van den Directeur het eerst in het oog viel, was een groote kaart van Nederland, bijna geheel bedekt met punaises, aangevende waar liet Nieuws blad agenten heeft. Wij hebben ze natuur lijk niet geteld, maar de Directeur verzekerde ons dat dit in circa 800 plaatsen het geval was. In die 800 plaatsen kan de abonn zelf bepalen, evenals hier in Amsterdam, of hij een abonnement per week of per kwartaal wil betalen. Voorts wordt liet Niemvsblad nog naar circa 700 plaatsen in ons land per post onder kruisband verzonden. Wij hadden hier ook de gelegenheid alle bescheiden te zien, die op den gang van zaken der onderneming betrekking hebben. Uitvoerige statistieken wijzen den toenemenden vooruitgang van elk onderdeel der zaak aan. Vele van die statistieken zijn voor den belangstellende zeer interessant. Zoo was b.v. het aantal advertentiën, dat in Maart 1801 nog slechts 88;} bedroeg in de afgeloopen maand gestegen tot 5849, dus in ! vier jaren tijd verzevenvoadigd.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl