De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 25 augustus pagina 2

25 augustus 1895 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEEBLAD VOOR NEDERLAND. No. 948 wordt gesproken over het beloonen van den arbeid van den opvoeder der jeugd. De onderwijzer wat is hij in het oog van eea zeer groot deel der natie? Een lastige, waanwijze bemoeial, die met het salaris van een handwerksman den bluf van een parvenu wil slaan; men lacht hem uit, omdat hij den heer wil spelen maar men lacht hem even zeer uit, neemt er zelfs aanstoot aan, wanneer hij, slecht bezoldigd als hij wordt door zijn lastgevers, met de zicht over den schouder en op klompen, er op uit trekt om de schrale inkomsten van zijn gezin met harden handen arbeid te vermeerderen. Want hij is toch immers de onderwijzer, en behoort angstvallig het prestige te bewaren dat de ouders niet lui zijn door tal van gegronde of ongegronde op- en aanmerkingen over zijn doen en laten in en buiten de school ten beste te geven waar de scherp luisterende kinderooren in de nabijheid zijnDeze zonderlinge tegenstrijdigheid vindt gij het gansche land door, in de dorpen en in de steden, bij liberalen en kerkelijken. Natuurlok ontbreekt het niet aan betere opvattingen. Ik zou wel blind zijn indien ik de waardeering niet kende, in lagere zoowel als in hoo gere standen gekoesterd voor den onderwijzer waardeering, voortspruitend uit het be sef, dat de school in de opvoeding een zeer groote rol speelt. Maar daartegenover vindt gij allerwegen lieden, die schelden op den schoolmeester, allerwege leden van den gemeenteraad, die zijn salaris trachten te beknibbelen. Ja, het komt niet zelden voor, dat dezelfde man een roerende predikatie houdt over het gewichtig aandeel dat de school heeft in het leven, z'ch een gewetenszaak ervan zou maken, zijn kinderen te zenden naar een inrichting van onderwijs die een weinig afwijkt van zijn levensbe ginselen, dezelide man, die een uur geleden heeft medegewerkt om. de aller belangrijkste taak van onderwijzer voldoende gesalarieerd te verklaren met f 500, ? 000, f 700 per jaar, een bedrag waarvoor hij zelf misschien geen hand zou omdraaien. En ziedaar een tweede tegenstrijdigheid: het onderwija daarover zal men door niemand minachtend hooren spreken ; maar de onder wijzer, de man die het onderwijs geeft, draagt den last van een aanmerkelijke impopulari teit. Zou het misschien zijn, wijl hij een levend voorbeeld is van de tekortkomingen die het publiek zich heeft te verwijten jegens het onderwijs, waarover het zoo luide roept maar waarvoor het inderdaad zich te weinig offers wenscht te getroosten? Want om maar bij het lager onderwijs te blijven zou de bouw van openbare scholen in de hoofdstad ten achteren zijn gelijk hij het is, indien werkelijk" de burgerij van de hooge beteekenis van het onderwijs was doordron gen ? Zouden de klasse-onderwijzers gesteld blijven voor het dilemma: ongehuwd blijven of afdalen tot het proletariaat? Men wijst op de kosten;?maar worden niet voor tal van overbodige instellingen de kosten gevonden ? En hiervan is men toch immers ook overtuigd, dat gemis aan elementair onderwijs, of' een onderwijs dat de zaden der ontevredenheid legt in de harten der kinderen, ongeveer de grootste gevaren zijn voor onze veelgeprezen samenleving! Mij dunkt, het kan moeilijk aan iets anders dan aan gebrek aan werkelijk besef van het gewicht der zaak liggen, dat men over het onderwijs den mond zoo vol heeft, en tegelijk noch aan dit, noch aan den onderwijzer het rechtmatig deel geeft. En wel ja! daar komt deze met veel vertoon van ernst vragen om lotsverbetering, en om in voering van allerlei wijzigingen in ons onder wijs, die natuurlijk gelijk staan met even zoovele verhoogingen van de uitgaven. Is het wonder, dat men hem beschouwt als een lastig sujet, lastiger naarmate het duidelijker wordt, dat hij in zijn vakorganisatie een macht heeft, waaraan het moeilijk zal zijn, op den duur te ontkomen ? Er behoort eens een eind te komen aan dezen dubbelzinniger! toestand. Men late de leus vallen, dat het onderwijs wordt, beschouwd als de hoeksteen onzer beschaving, of men hebbe er dan ook werkelijk voor over wat de onverkorte behartiging zijner belang-en eischt. Wil men zich op de hoogte stellen van het verschil tusschen den toestand, gelijk hij be hoort te zijn, en gelijk hij is, geen beter middel dan ter schole te gaan bij den bond van Nederlandsche onderwijzers. Want dezen, hoezeer met hand en tand strijdend voor verbetering van eigen lot, voeren een niet minder ernstigen kamp voor verbetering van de school. Dit feit stemt tot nadenken. Het wekt sym pathie voor hen die, naast eigen materieele en ideëele belangen, het oog gericht houden op de diensten die zij bewijzen aan de maat schappij, die zoovele en zoo goede mogelijk trachten te doen zijn. In plaats van dus met een zekere minachting van den school meester te spreken, behoorde al wat kinderen heeft, hen te schoren in hun streven, waar het maar even daarmede kan instemmen. Op het oogenblik nu gaat er een beweging door de onderwijzerswereld, waaraan niemand zijn sympathie mag ontzeggen. Door den bond van Nederlandsche onderwijzers is een adres gericht aan den Minister van Binnenlandsche Zaken, waarin wordt verzocht, dat bij het op maken der eerste wetenschappelijke balans van het pensioenfonds voor weduwen en wee zen van burgerlijke ambtenaren, dat is in 1896, ook de weduwen en weezen der onder wijzers in dat fonds zullen worden opgeno men. Men kent den toestand: het rijk verschaft den onderwijzer een pensioen, aan zijn weduwe en achtergelaten kinderen daarentegen niet. De gemeenten in ons vaderland zijn over het alge meen niet zóó, dat zij roeping gevoelen, dit verzuim goed te maken. Zoo ik mij niet ver gis, zijn slechts op twee plaatsen, te Amster dam en te Arnhem, de weduwen en weezen van onderwijzers opgenomen in het gemeen telijk pensioenfonds. Die anomalie-moet uit de wereld worden geholpen. En dat kan: Het bestaande rijkspensioenfonds biedt de mogelijkheid, dat ook weduwen en weezen van provinciale en gemeenteambtenaren daarin worden opgenomen, mits slechts door middel van eene aanvulling van de thans geldende wet op dit fonds de voorwaarden van toela ting worden geregeld. Als aan de onderwijzers, zoo zegt volkomen terecht de memorie van toelichting tot het adres, op overeenkomstigen voet als aan de burgerlijke rijksambtenaren een eigen pensioen toekomt en dat dit zoo is, heeft de wet reeds lang erkend, dan is het niet te loo chenen, dat dezelfde redenen, welke er toe hebben geleid, aan de onderwijzers zelven een pensioenrecht te geven, er toe leiden moeten een overeenkomstig pensioenrecht voor hunne weduwen en weezen te erkennen. Ook wordt door de onderwijzers niet het minste bezwaar gemaakt, om zelf in het weduwen- en weezenfonds bij te dragen." Wij staan dus hier voor een zaak, die geheel het volk ter harte moet gaan, die niet mag beperkt blijven tot onderwijzerskringen. Wij hebben een groote verplichting aan de onder wijzers, en komen daarin in menig opzicht te kort. Dikwijls, maar al te vaak helaas ! dienen de berooide financiën der gemeente lijke schatkist tot voorwendsel, om die ver plichting te blijven verwaarloozen. Ernstig kan dit argument in dezen niet worden ge bezigd. Er bestaat dus nu een gelegenheid voor het Nederlands-die volk, om te toonen, dat het zijn onderwijs en zijn onderwijzers waardeert, en dat in den loop van dit opstel ik zijn ondankbaarheid en onverschilligheid groot heb opgeblazen. Dat dit geschiede, ik mag het lijden ! F. M. C. Pensioenverzekering. Wat de heer J. C. van Marken over dit onder werp schreef in do l<\ibriektbodc, hoeft hij in een brochuretje doen herdrukken, nu een staats commissie zich met de zaak gaat bemoeien, fit den aard der zaak is het geschrift een weinig lokaal van kleur: voor oningewijden in het vraagstuk echter bevat het tal van gegevens, on eenvoudige, klare redeneeringen, die hem op de verzekering en wat daaraan vast zit, een kijk geven. Rijkspostspaarbank. Het gaat vooral in den laatsten tijd met snelle schreden vooruit bij de Kijkspostspaarbank. Men vergelijke slechts het ingelegd bedrag en het voordeelig saldo over de jongste maand Jalimet dezelfde cijfers dezer maand in de voorgaande 4 jaren : Er werd ingelegd : In Juli 1S'»1 / l..0>1o,.|:i.!.<>:>^, idem 1SÜ2 ? 1,1:M,5.'50.<'>] %, idem ix;i:! f l, <;i 7,5e, i.:-j|, id. Isü4 /'l,s:;i,lsi>.G-2J4 en in Juli lSi»5 /';VJ7<>.7;Y>.(>2;j. Het saldo beliep : over Juli ISill ?'I7r,i;iil.77! =, over Juli !*!)?_> /' 101, !.'!:'> *i;i.'o, over Juli ISH:! f 5111,707.7:1 k;, over Juli 1S'.I4 ? <;:>:i,si;o.-li) en over Juli ]s'.if> ?' Hl 7.OiM .(>;>>;; (het hoogste saldo, dat sedert het in werking treden der instelling over eenige maand verkregen werd). Men ziet dat voor Juli 18H5 de progessie buitengewoon aanzienlijk is. liet saldo-te goed der 4SO.iMln inleggers beliep aan het einde van Juli 1S!)5 ongeveer 11 millioen gulden. liimmiummmii Inhoud van verschillende bladen. liet Ha n d e l sb l ad. 'JU Aug. Atjeli" ingez.) 21 Aug Directe landaanwinning in de Xuiderzee' (door A. 11 net). 22 Aug. ..Du Kamer van Kooph. te Kotterdam en de standaardquaestie" (ingez. door Koelinken). De b t a n d a a i- d, 11) Aug. \Viiliaiu the Silent." 21 Aug. A'erilamveude grenslijnen'' (van het socialisme). Het Centrum, l». 20 en 21 Aug. De staking der Sigarenmakers." i, H en III. 22 Aug. Een verkeerde gevolgtrekking" 'van het Dagblad omtrent democratie.!. De Tijd. 17 Aug. Liberale opvattingen van het zendingswerk." l'.' Ang. Een belangrijk jaarbeekje op w-jrkdadig sociaal terrein," (ingezonden). 20 Aug. Verderfelijke raad." 21 Aug. Herstel van rechterlijke dwalingen." Het Nieuws v a n cl e n D a g. 15 Aug .. liinnenen buitenslands", door Zeerueenw. 19 Ang. Familie-annalen", door L. B. 20 Ang. Een prijsvraag". 21 Aug. Administratie bij de landmacht'' d-;or X. '22 Au^. .AVat is or gedaan voor de Marine'.'"' D e T e l e g r a a l'. 17 Aug. Leekepraatjea over flesschcntrekkerij1', I. 20 Aug. De werking van de Arüeidstvet en Ar beidsinspectie hier te lande" I (Ingezonden door B. H. Heldt). 21 Aug. II, 22 Aug. De Kantonrechter" I en II. De Maasbode. H Aug. Een kwasie-jnbilee," door P. M. Bots, pr. 15 Aug. Israël in de maatschappij". 18 Aug. De kerkvervolging in China". 21 Aug. Kinderen met het mes ia de hand", door P. M. Bots, p r. N. Eo 11 er d. C t. 18 Aug. Land- en Tuinbouwonderwijs", III. D e (antir.) Nederlander. 19 Aug. De aristo cratische zin in het volk." 21 en 28 Ang. De practische weg." (voor de Cbr. school). Het Vaderland, 10 Aug. Grond voor waardeering". Haagsch Dagblad, 17 Aug. Kieswet-critiek". 18 en 10 Aug. Idem. 20 Aug. Democratie". 21 Aug. De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam en de Standaard-quaestie'', door Kochussen. Utrechtsche Dagblad. 18 Aug. Het Per soneel. De classificatie." L i m b. Koerier. 21 Aug. Herstel van rechter lijke dwalingen." 22 Aug. Voor tien jaren en thans" (de schoolwet) Ar n h. C t. 19 en 21 Aug. Het kamerverslag over het persoaeel", III, IV. M i d d e l b. C t. 23 Aug. Atjeb. Pro v. G r o n. C t. Het kind en de strafwet," II. N. Arnh. Ct 20 Aug. Kinderbescherming en Ar menzorg." D e I f t s c b e O p m e r k e r. 17 Aug. f! oed, snel en goedkoop recht." De Nederlander (Weekblad), 17 Aug. De middenklasse, behalve de winkeliers, het kind van de rekening " Do Yolksstem, 24 Aug. Nederland te Bazel. De Gemeente-rekening." V e n l o o s c h Vïo e k b l a d 17 Aug. Van H mten de Vogelaar." De V o l k s t r i b uu n, 17 Aug. Friedrich En gels. Alcoholisme." l" r i e s c h Volksblad, IS Aug. De bezitters." De B a it n b r o k o r, 17 Aug. ..De kunst en het volk." Keeht v. Allen. 20 en 21 Aug. Nog eens de j Pi.-K. pers en het 8 'hrikbevrind. ' Sociaal Weekblad, 17 Aug. De staking der figarenmukers te Amsterdam." j De V o i k s b a n i e r (]l. K. Volksbond). 21 Aug. .,Ons aanstaand Congres". Do Wachter (soe. dem. Volksblad). 17 Aug. Eigenwaarde bij den arhoider." JI u t u a C o n l'i d e n t i a, 22 Aug. ,.T71es3chentrekkersmanieren en persmanieren. Do Nijverheid, 2t Ang. Een hoofdstuk uit j de geschiedenis der maan". Een nieuwe methole j van ehroomlooiing". e zijdeweverij met behulp van eleetricite't to Kt. Et'oune". Het verwijderen van roest vai ijzeren en stalen voorwerpen". Hdt i verven van hout''. Koudmakende mengsels". J[ a ,a n d b 1. t e g e n d e K w a k z a l v c r ij, Ang. '9~>. AYindeHncx." J) e Vrijdenker. 17 Aug. De Kultuurkampf in Frankrijk''. iMMlMimiiiiiimiiiiimiiiiMiiiimiiimmimmmiiliiiiiiiinm Kroniet, De ondergang van de oude kluchten werd teu slot,te iu de Vroedschapskamer der stad Amster dam beslist. liet extract uit, de Resolutiën van de jaren ](7o lot 17'.) t van liet, verhandelde bei rellende den schouwburg, bevat nog eenige merkwaardige plaatsen. Kol. l 10-J tl ('"? Mei ]~^">i. \ocir.stel van Gecoir.mittcer.len tot de zaak van den schouwburg aan de liurgermeestoren om ceuigc verhoon'ing van traktaineiiteu, tezamen /'"l O L'.T, Ier vergoeding van gemaakte onkosten der betrok ken artistcn 1c:u behoeve van liet /.angspcl . . . zo aan eisene klccrlcrcn, als aan muziekmccstcrs om zis' iu de zang te otllenen en bekwaam te m-'ikcu waardoor Gecommitteerden zig dan ook in staat gesteld zien aan de Ingeseetcnen deezer stad het vermaak der zangspellcn (die reeds zcdert veele Jaarcu bij andere Natiën met alle toejuichingen teu tocmeclc gevoerd zijn) uu iu onze Ncderduitsche Taaie te kunnen geeven, eu hebben Gecom mitteerden dit soort van schou\v>pel te meer durven aanmoedigen; eerst el ijk eu wel voorname lijk omdat, daardoor de onbetaamelijke eu tegen alle goede zeden strijdende klugtspcllcn, die tot, nu toe door gebrek van een mmoegzaam getal nastukken hebben moeten gebruikt worden, met der tijd geheel eu al van liet ooiieel kunnen verbannen worden: teil anderen, omdat de zungspellen, hoewel ko.s1ljaar in den bcirinuen, egt er den schouwburg groot voordeel aanbrengen. liet bleef niet, bil deze' ouuoo/ele duizend gulden, die dan ook maar aan het, eind van het, speelsci;^oei) werden i^evraa^d om reeds gemaakte koeten te dekken, Een vaste-, terugkecrrmle uitgave was het, salaris van het nu uootiiu' '.':e\\ orden orchcsl. | -?l.n indien de zanu'spellcu, schrijven irecommitI teerden aan hunne principalen, welken met u ^ cl Kil. l Groot. Achtbare volle approbatic op den Nationalen j Schouwburg (welke wegens deze nieuwigheid er | niet nalioualer om werd) zijn ingevoerd, ecnsi deels om de voordcelen die zij aanbrengen en ten anderen omdat daar door de onbehoorlijke hiuehtI spelen van het tooneel kunnen geweerd worden, in l liet, aanstaande saisoen op den Schouwburg wederom zullen verlooud worden, worde toegekend aan ieder der muzikanten eene verhoging van tien stuivers i lier spel, hetwelk voor l1- Mu>icuu1.cn in cle Ji'U ? represcntatiëii te zamen beloopen zal op /' 9oi.). Hierbij giuir de volgende toelichting: (fol. 17^ "1-0, :.".) April 1?V>;. \ Dccze verlioogiug van onkosten voor het aan staand saisoen we] meereudccls werd veroorzaakt door de onvermijdelijke noodzakelijkheid waarin Gecommitteerden zig bevinden om de zangspellen, welken thaus zoo sterk in zwang zij a en zonder dewelke gecommitteerden zig niet iu staat bevinden den schouwburg langer in stand te houden, mede op het Nationaal Tooneel te blijven vertoonen. En tevens moest worden volgehouden de con currentie met vreemde troepen en liefhebberij, die liet public alle door de vertooniiigen der zangspellen tot zig trekken. Aldus ging de republiek der zeven Provinciën haar niet zeer glorierijk einde op de maat van operadeunen te gemoet. Alles eindigt nut een liedje. * * Wat het andere samenstellende deel van het oude schouwburg-programma, het treurspel betreft, de burgerlijke drama's vau Diderot en Mercier deden liet grooten afbreuk omstreeks denzelfdeu tijd dat de kluchten verdreven werden door de zaugspelen. Ken gewichtig vorm-verscliil was de overgang van de rijmende Alexandrijnen ia het proza vau de fuiiifdies liirmoi/aiites. Bilderdijk trachtte te ver geefs hare populariteit te stuiten. Hij noemde hen beuzelingen, die verstandige mannen nimmer op liet tooneel moesten toelaaten." De verstandige mannen, die de opera's aanmoedigden iu de eerste plaats om de voordeelen die zij aanbrachten," stoorden zich zoo min aan Bilderdijk als aan iemand anders toen zij begonnen te bemerken dat het burgermauspubliek, \va:irvau de schouwburg af hankelijk was, in het nieuwe repertoire heilagen schepte. Een beoordcelaar, redacteur van de JWwilidlsclu; Dicht- en Too//c,;l/f/i,i, /ir/e Jli/jliot/n'i'/f, ver schenen te Amsterdam 17S1, een kritisch tijdschrift dat maar n jaargang heeft beleefd en noch iu de Amsterdamsche Universiteitsbibliotheek, noch in die van de Leidsche Maatschappij van Letterkunde aanwezig schijnt te zijn, neemt het op voor de directie. Iu een recensie van W. Bildcrdijk. K/ijiiis, K'ii'iflf/ l'f'/f Tll''bi', 'r/'f'tti'Xpi'l, /f 'l O^t'.-^/'r.i^^r////,? titii. Hii/ïiUi'x ,/iiyL'i-fj/f//. met een Voorafspraak over het tooneclspel der Ouden en Hedeiidaigschen, enz., Amsterdam 177'J, geeft hij de reden vau de ge wijzigde smaak. -/Men moest dan nimmer, zegt hij, de ramp'ii van onze Medeburgers vertoonen, die iu ons te meerder medelijden verwekken, naar maate ze ons in zeden en lioulius; gclijker zijn! \Vij llurgers van een vrijen Staat moesten niets ten Tooncele zien verschijnen dan heerzuclitigeMonarcheii, oni troonde koningen, verdrukte Vorsten, enz. die wij te vergeefs ia ons \iiderlaud zouden zoekend Kn een ongelukkig koopman en zoo vele andere en trcii'eude Voorwerpen die wij in den Schouw burg kunnen leeren onderschraageu (!) eu, uit, den Schouwburg komende dikwijls ontmoeten, en wezen lijk van dienst kunnen zijn, moesten wij daarom verbannen'r Waarlijk, dit is wat, onnatuurlijk!" De gebreken ziet de kritikus niet voorbij, en hij eindigt met den weusch, dat de klassieke drama's en de iiieuwerwetselie tot, ten verbeterde soort konden worden sameuiresmolten, ,,dat men de eene soort door de andere kou verbeteren: en de een heid van daad, tijd en p'aatse door het vertoonen van dusdanige stukken als Edipus, meenden zoo docu in 't, oog houden : terwijl men van de andere zijde het belang der .Medeburgeren in geschickte /edenspeclen mogt zien uitblinken, enz." liet eenige wat, de sehouwburgbc-tuurders kon den doen om de letterkundigen niet al te zeer te ontstemmen en tegelijkertijd de gunst vau het pu bliek te behouden, was de weigering van de sanctie voor hun privilegie (het kopyrecht, van den uitge ver die de gespeelde stukken in druk gaf i aan alle oiiberijinde werken, Ecu dubbelzinnigheid die niet naliet kritiek uit, te lokken. ,,'/M ik wel ben onderricht schrijft de 'l'ooucelspcotat.or ~- Ociober 17'-'2 dan weigeren Ileereu lïcs'icrderen van den Schouwburg te Amsterdam stukken iu oiirijm te nemen onder hunne privilegie, dat ik inderdaad niet, kan afkeuren. Maar dan kan ik mij niet begrijpen dat, zij toestaan dat men even wel stukken in Ourijm op het, Tormeei spelc: n ant is het, onnjm te^cn de oogmerken van de Micliling des scliouwburirs. dan behoort hel mijns bedunkens even zoo weinig op het Tooneel zonder privilegie a's met privilegie, lichooren stukken in Ourijm er al, waarom neemt, men hen niet, onder privi legies, en i/cliooren zij er niet, waarom laat men die' dan toe op het, Tooneel r" Voor ons is de keus ttisschen het proza en (ie poëzie die men op het oog had, moeilijk gemaakt door de \\ ;iai'deloosheul van beide, f'.rkeut moei \vordeu dat de richting die het onrijm wilde doorvoeren, mr' den lijd medeirii)!;'. De leirenMand van de andere parlij werd overwonnen. In zijne vcrhan<lc!um' over het Treurspel, i /!'?'>, opgenomen in de Werken van de M;iaUcliappij der Ncderlandsche Letterkunde te Leiden, 1)1. IV, zegt J'cit.h : vin onze modenic drames, die een eenvoudig naar de natuur stipt, Lreteckeud schilderij on/er zeden opleveren, (zou i ook ik de proze hartelijk, 'aarne aannemen. i ,/. 'II. V. ;>. G. iiinMiiiiiiiiiiEimciti Een !),; L :',?;, h.'is origincels, ongemeen artistiek--ligt daarvoor mij, tusscheu paperassen van allerlei aard: een iutellectueele oogeiistreclinu', in hooge male suu'gesliei'. Heerlijk ! . . . . Geen Jieethovcn-hauiUchrift,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl