Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 950
Een iwelüfc uit ertoi,
(Lustige Siatter.)
De reiiisiraot
Mud. LA FEANCE. »Dat had ik mij tooh heel anders voorgesteld !
HE1TSJES
' fa Jm'i uure lenen,
(Particuliere correspondentie).
Goed voorgaan, doet goed volgen! zegt men,
maar gemakkelijk is anders. Waar de begaafde
schrijver van de Waroengpraatjes'' zo'ó voorging,
daar valt het moeilijk om op even onderhoudende
wijze door te gaan.
Maar voor ik verder ga om de Indische nieuwtje»
te behandelen, wenseh ik, door aan hem te herin
neren, mijn hulde te brengen aan den dichter
soldaat, die helaas te vroeg is verloren en nog
zooveel beloofde.
Haast herdenken wij dien noodlottigen nacht
van den 27/2Ssten Augustus voor de eerste maal!
Met diepen weemoed zullen velen dien nacht
tegemoet gaan, dien nacht dien een ieder van
verontwaardiging deed beven, en waarover mannen
zelfs hun tranen nauwelijks wisten te bedwingen!
Er is een jaar voorbijgegaan, maar vergeten zijn
zij niet, die daar vielen om nimmermeer op te
staan! Arme, edele slachtoffers van hun plicht!
De vacantie is voorbij en de leergrage jeugd
is weer aan de studie. Die vacantietijd in
Indiëis gemeenlijk ook de eenige gelegenheid voor
ouders en kinderen om eens //naar boven" te gaan,
zooals wij hier zeggen, in tegenstelling als bij u
waar men .van naar buiten gaan" spreekt. De
centra der beschaving toch vindt men op Java in
de drie kustplaatsen en als men zich dan eens
verplaatst trekt men naar de bergen, dus : naar
boven".
Nu bestaat er in dezen Oost-moesson al heel
weinig reden om eens een z.g. frissche neus te
halen, want het is een hoogst abnormaal jaar, het
regent bij stroomen nu in den tijd dat men een
strakke blauwe lucht verwacht. De rivieren zijn
meer dan gezwollen, de bandjirs richten ontzettende
verwoestingen aan, waar menig suikerfabrikant, in
dezen toch al niet opwekkenden crisistijd, u treu
rige verhalen van zou kunnen doen.
Java is rijk aan gelegenheden, waar men zich
in den Oost-moesson eens kan gaan verzetten,
Wel zijn het geen heilwasserbadeanstalten" zoo
als men aan Rijn en Moezel vindt, wel zijn
het geen plaatsen als Brighton, Ostende of
ScheHeiiry DnnaniL
veningen waar men meer komt om gezien te
worden dan om te genieten, doch Tosari, Lawang,
Salatiga, Sindauglaia, Garoet, Bandong bieden u
heerlijk frissche berelucht, schitterende oostersclie
panorama's aan. En er zijn er nog meerdere;
Later bezoeken wij nog wel eens enkele van die
plaatsen.
De topic" hier was het huwelijk van de dochter
van 'L. Exc. den G. G. Is een huwelijk in de
«?would be high life" hier al een heel evenement,
hoeveel te meer als eeue dochter van een G. G.
gaat trouwen. Het zou indiscreet wezen om alles
hier mede te deelen van die feestdagen, maar zeker
is bet, 't ?aren feesten waar men met opgewektheid
heengiDg,niet alleen omdat deze Gouverneur-generaal
en familie bijzonder populair zijn, maar ook omdat de
bruid eene aantrekkelijke en algemeen beminde ver
schijning was. De bruigom kwam uit het moederland
haar halen om na het huwelijk eerst een trip'
over Java te maben en daarna via Nederland naar
West-Indiëte gaan. Dat is nog eens eene andere
triple aliantie: Holland-Oost- en West Indië,
zooals de dominé, die het huwelijk inzegende,
zei. Een verbond van jonggehuwden tegen
over God gesloten met eene triple alliantie" te
vergelijken, is een zonderlinge rhetorisclie wending.
Door dat enkele woord bedierf de predikant al het
goede wat hij met zijn woorden bedoelde.
Rauwelijks is de agitatie voor belanghebbenden
voorbij wie de gelukkige winners van de twee
hoogste lotcu in de ambtelijke loterij zouden zijn
legercommaudo en vice-presidentschap of zij
worden op nieuw bezig gehouden voor twee even
min te versmaden posten presidentschap Hoog
gerechtshof en lid van den Raad van Indië.
De heeren mr. Sibenius Trip en Rovers hebben
hun ontslag ingediend. De eerste, denk ik, om
zijn leeftijd, de tweede om redenen van ziekte,
die niet belet om dat verlof of ontslag eerst in
September te doen ingaan. Zouden de zenuwen
den ledellèr, zoo als de iulaiiders een lid in den
Raad betitelen, parten zijn gaan spelen uu liet zoo
moeielijk blijkt de koorden van de Indische beurs
bij elkaar te houden r of.... maar dat is hooge
politiek.
Of het ook hooge politiek is waar een ander lid
van den Raad zich mede bezig houdt om de kaart
van Java iu disorder te brengen? Hier eeue
residentie opheffen, daar eene afdeeliug toeyoegen
en ginds eenige districten tot een geheel maken.
Bezuinigd moet en kan er worden, maar men zoekt
het altijd in de verkeerde richting-, evenals met
die vroegere, nog vrij recente
bezuinigings-onderzoekingen, waaraan bij heel Indiëde herinnering
overbleef .... in de serge pantalons der inlaiidsche
politiedienaren.
Ook de buitenbezittingen zullen nu niet ver
geten worden. Een ander lid van den Raad zal er
heengaan, zoodat onze Raad van Indiëzoowat
mobiel verklaard is.
De slot-scène van de Abbema-zaak is ons ge
schonken in het eervol ontslag van den resident
Bersbaeh en den ass.-res. Stormer.
In den handel is het treurig; de niet ophou
dende dócoiilitures waarvan Batavia in J S 94 kon
gewagen, herhalen zich met vervelende gelijkma
tigheid te Soerabaia en Seuiarang, en dat alles
terwijl de suiker noodlijdend is en bovendien nog
iu dezen moesson aan watersnood sukkelt, en «Ie
indigo gering product oplevert. Gelukkig valt er
aan kof (ie nog een gesmeerden boterham te ver
dienen.
De geringe dividenden over ! b(,H zullen wel tot
nul en minder reduceeten als de balans van menige
bankinstelling over IS'.iy moet opgemaakt worden.
En dan? Wel vermoedelijk een vernieuwde belang
stelling van Nederland in zijn schoone Koloniën!
Want na Atjeli, Krakatau, Bantam, anggir, kwa
men Lombok en uu een nieuwe crisis, die belang
stelling opfrisschcu. Want blijvend was die belang
stelling nog nooit, al bewezen alle gezaghebbende
bladen dat nog zoo dikwijls.
Mocht ik mij vergissen, niemand gelukkiger dan
uw
o Au?. WOMSO.
van
JULIEH BERK DE
door A.
(Slot.)
Gaston. En de beroemde numismatikus, die
wel gevoelt, dat hij zijn schoone nooit weer
onder zulke gunstige omstandigheden zal terug
vinden, keert tot zijn munten en medailles terug.
Susanne. En de ^reddingsboot" waar
blijft die ?
(ia s t on. Dat was de oude Ergelsche dame
(na etn pauze), U schijnt niet bijzonder opgetogen
te zijn.
Susanne. Ik weet nog niet.... Ik vraag
mijzelve juist af.... Is uw heldin een eerbare
vrouw ?
Gaston. Ongetwijfeld. Dat is juist
dephilosophie van mijn roman. ledere fatsoenlijke vrouw
is op een gegeven oogenblik van haar leven wel
eens in de positie geweest, dat zij behoefte aan
een reddingsboot had.
Susanne. Onzin. Er zijn vrouwen die uw
reddingsboot nooit noodig hebben.. .. Dat zijn
natuurlijk zij, die zich nooit op het water wagen.
Gaston. Oho ! Het pad dat naar den oever
voert is spoediger afgelegd dan men gelooft....
en men staat reeds voor de open zee eer men
't weet.
Susannne. Verkeert gezien! Onwaar! Wij
weten alty'd waarheen wij gaan en wij tellen onze
schreden.
Gaston. Dus zoudt u in mijn roman de
Engelsche schrappen.
Susanne. Ja, en ook de liefdesscène
tusschen uw heldin en den numismatikus. Als zij
werkelijk een fatsoenlijke vrouw is, neemt zij,
op het oogenblik dat zij bij hem teedere gevoe
lens ontdekt, den sneltrein naar Parijs....
daarmee alleen kan zij de sympathie van den
lezer winnen.
Gaston. Maar, hoe eindigt, in Godsnaam,
mijn boek dan.
Susanne. Ja .... het einde.... daar zou...
(plotseling levend';}). Ha! een idee ! breng den echt
genoot om, dan kan zij tot slot den
medaillehandelaar trouwen, als zij van hem houdt.
Gaston, (na een kltine pauze) Misschien
hebt u gelijk ? Het zou veel origineeler zijn.
Wie weet ? Misschien ben ik op den verkeerden
weg geraakt.
Susanne. Doe het zoo, waarde vriend, doe
het zoo .... Er zullen vijfentwintig oplagen
meer zijn.
Gaston. Waarlijk ... ? U hebt mij overtuigd
(haar hand kussend). Wat zijt ge toch een goede
mede-werkster. Hoe jammer dat ik niet bij u
om raad gekomen ben, voor ik mijn laatste boek
publiceerde. Menige kritiek was mij dan be
spaard geworden.
Susanne. Misschien. Ziet u, wij vrouwen ...
oordeelen instinctmatig. Er was wel een goede
reden voor dat Molière zijn stukken aan zijn
keukenmeid voorlas.
Gaston. Maar ik houd geen keukenmeid.
In dat opzicht sta ik dus erg bij Molière ten
achter; ik heb maar een oppasser.
Susanne. Lees de levensbeschrijvingen van
beroemde mannen. Alle groote litterators hadden
met eene vrouw te doen.
Gaston. En als het niet de hunne was, was
het toch die van een ander
Susanne. (na eene pauze) U hadt moeten
trouwen .... Doe het nog.
Gaston. Dat is niet gemakkelijk. Men moet
kiezen, (pauze) Ik zeg het niet om een
kompliment te maken, maar vrouwen zooals gij, zijn
zeldzaam.
Susanne. O! er zijn er toch.
Gaston. Ja ! als ik u getrouwd had !
Susanne. Mag ik u zeggen, mijn waarde,
dat ik u curieus vind. Als ge zoo beleefd waart
geweest, twee jaren na uw eerste aanzoek ....
Gaston. (trni>tig) Scherts niet! En beschuldig
mij vooral niet van luchthartigheid of onver
schilligheid .... Toen ter tijd was ik reeds gaan
nadenken en voelde mij niet gerechtigd, u in
mijn bekrompen omstandigheden ....
Susanne. Beken liever, dat juffrouw
Amadina ....
Gaston. Zeker niet.... neen ik was
niet op haar verliefd .... Ik dwong mij zelf op,
dat ik dol op haar was, alleen om den gloeienden
Bami Tancfliritz.
Duitsoh uitgever.
wensch te wederstaan ten tweede male naar uw
hand te dingen.
S u B a n n e. (ainf/tdaan). Niet mogelijk.
Gaston. Op mijn woord.
S u s a n n e. En de Ilumeensche vorstin dan ?
En de lersche groote dame ? En de Italiaansche
zangeres
Gaston. Kleine uitstapjes in de omstreken
die men doet om zich de illusie te verschaffen
van de groote reis, die men zich eenmaal heeft
voorgenomen, maar nooit schijnt te mogen vol
brengen.
S u s a n n e. (aangedaan). Dat had ik nooit
gedacht, arme vriend. (Peinzend). Dus hebt ge
werkelijk van mij gehouden?
Gaston. Hebt V Spreek niet in den ver
leden tijd.
S u s a n n e. Maar ge hadt u toch bij
tijdskunnen verklaren.
Gaston. De lust daartoe heeft mij niet
ontbroken. Maar toen ik uw verloving vernam....
S u s a n n e. Goed .... op dien dag hadt ge
een rijtuig moeten nemen en naar mijn vader
moeten vliegen.
Gaston. Een rijtuig! Welk een weelde; ik
had toen nog geen uitgever. Ik wachtte op dert
omnibus. Die was zooals gewoonlijk, vol, en
toen zeide ik tot mijzelven, dat is het noodlot....
en ging weder naar huis.
S u s a n n e. Ja, het stond geschreven ....
Gaston. Enfin ! ... . de hoofdzaak is of ge*
gelukkig zijt.
S u s a n n e. Zooals ge ziet. Maar 't verbaast
me, dat gij niet gelooven kondt, dat ik in staat
was een materieel offer te brengen. Gij kendet
mij toch .... ge wist toch hoe bescheiden mijn
eischen waren.
Gaston. Ge deedt beter te zeggen dat wij
niet voor elkander gepast zouden hebben. Be
weer dat ik u ongelukkig gemaakt zou hebben.
dat je nooit van mij gehouden hebt, dan had ik
nergens berouw over te gevoelen.
Susanne. Maar ge behoeft nergens berouw
over te hebben .... Doe zooals ik'. Wees
vroolijk. (lucht).
Gaston. Ach .'.als men nog eens van voren
af aan kon beginnen! (sentimenteel). In gedacht en
zie ik ons beiden zitten, onder de lamp. Van
tijd tot tijd reik ik u de bladen toe van mijn
werk waaraan ik bezig ben en waarin ik mijn
geheele ziel gelegd heb. Ge schrapt alles wat u
niet bevalt.
Susanne. Heerlijk tooneel.
Gaston. In plaats daarvan werk ik geheel
alleen. Niemand spreekt tegen mij. Alles vind ik
goed en bewonder mijn gelukkige invallen.
Susanne. (medelijdend) Dat is zeer treurig.
Gaston, Oordeel zelf. Wanneer wij nu niet
toevallig over mijn boek gesproken hadden, zou
ik het publiek een geheel mislukte studie hebben
voorgediend. 't Zou jammerlijk liasco gemaakt
hebben. Hoe dankbaar moet ik u niet zijn. (7i/i
neemt hzar hand )
Susanne. (haar hand in de zijne latende)
Een raad ?an Pncfc aan zijn eerwaarde vrienden,
(Pwot.).
tP^ïrffï>;*lïf!'
)',.)r:,;*-"«N\ - U.>^ «sP V \. y 'M l i j'?
flkt^^\./»'.VT^W-L ; 5 l j j
Als de ve.'ocipedisten niet meer naar de kerk willen gaan, zal do kerk bij de velocipedister.
moeten komen.