Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 962
optima forma gesloten en die na de teekening op
verzoek van het IJ. C. al 3 of 4 maal veranderd
was, noch de macht, noch het recht bezat daarin
een dergelijke ingrijpende wijziging aan te brengen,
en dat nog wel op verlangen van derden!
3o. dat 3 der voorwaarden van ons
vervoercontract leen bepaling, die niet van ons maar
van het U. C. zelf afkomstig is luidt: Tusschen
de ondergeteekenden ter andere (de expediteurs) en
exposanten bestaat hoegenaamd geen betrekking.
Zij ondergeteekenden ter andere hebben alleen te
maken met ondergeteekende ter eenre (het Uitv.
Comité) die hun het verschuldigde voor hunne
werkzaamheden betaalt...." zoodat noch de heeren
A. en B., noch hunne dreigementen mij in eenig
opzicht aangingen en het zelfs een bloote geheel
onverplichte beleefdheid van mijne zijde was,
dat ik aan het verzoek van het U. C. om met die
heeren eene bespreking te houden, heb voldaan
en last not least
4o. dat de bezwaren der Eranschen alleen golden
den totaalprijs, *) door het comitéaan de exposanten
berekend, maar niei het aandeel, dat de expediteurs
daarvan genieten, welk aandeel den heeren A. en B.
toen totaal onbekend was en misschien nog is.
Dat aandeel echter is zooals van zelf spreekt
het eenige waarmede de expediteurs iets temaken
hebben en dan durf ik tegenover iederen werkelijk
deskundige, den heer Boelen incluis, gerust staande
houden, dat de prjjzen, zooals die aanvankelijk
door ons waren gesteld, voor eene tentoonstelling
geenszins te hoog waren, maar dat hetzelfde van
de beide andere factoren, die de totaalprijzen
vormden, niet kan worden getuigd.
Het is waar, dat de door Q. N. genoemde com
missie van advies, bij het stellen van de berekening
naar maat of gewicht, geheel over het hoofd heeft
gezien den bijzonder volumineusen aard van tentoon
stellingsgoederen, "waardoor prijzen, die per 1000 KG.
niet te duur waren, per M3 veel te duur werden,
maar ook in dit opzicht kan den expediteurs
geenerlei verwijt treffen, want reeds in hun brief van
11 Oct. '94 hebben zij aangeboden het U. C. in alle
zaken betreffende de expeditie van advies te dienen,
maar het comitéheeft gemeend veiliger te doen met
zich door andere, onpartijdige deskundigen te laten
voorlichten, niettegenstaande n mijner collega's,
zoodra hij de namen van de commissieleden hoorde,
den heer Calisch persoonlijk meer openhartig
dan hoffelijk verzekerde «dat geen van deze
3 erkende specialiteiten, hoe bekwaam misschien
ook op ander gebied, in het expeditievak nog zijne
sporen had verdiend".
Van het oogenblik af, dat contractant ter eenre
(het U. C.) zijne eigen deskundigen aanstelde,
hadden de contractanten ter andere natuurlijk nog
slechte voor hunne eigene belangen te zorgen en
wie zal het wraken, dat zij dit ook hebben gedaan ?
Als bewijsTechter, dat de expediteurs van de blijk
bare vergissing der commissie van advies geen
misbruik hebben willen maken, moge dienen, dat
de expediteurs, toen^het Comitémet zijne bezwa
ren voor den dag kwam, de billijkheid eener reductie
voor de maatgoederen hebben^erkend en in eene
berekening per 2 M3 in plaats van per l M3 heb
ben toegestemd. Indien het gevaljeens andersom
geweest ware en de expediteurs zich in hun nadeel
haddenf vergist, meenen wij op grond van de erva
ringen in 1883 opgedaan ernstig te mogen betwij
felen of zij van de zijde van het comitédezelfde
tegemoetkoming zouden hebbenfondervonden.
Eerst toen het U.C. de keuze der berekening naar
maat of gewicht geheel aan zich wilde houden,
waardoor het aanvankelijk voor ons gunstige con
tract eene zoo fundamenteele wijziging onderging,
dat het ongunstig dreigde te worden, hebben wij
garantie verlangd van een minimum winstcijfer,
waartoe wij m. i. in de gegeven omstandigheden
alleszins [gerechtigd waren, te meerjdaar wij van
af het begin der onderhandelingen steeds op den
voorgrond hebben gesteld, dat wij bereid en in
staat waren het werk naar behooren uit te voeren,
maar dan ook een flinke winst wenschten te maken
en geenszins voornemens waren uit philanthropie of
voor de glorie van stad of land te werken. De
trast met Brittannië's voorstellen van het
oogenblik. En niemand had over het ver
dwijnen der papieren alarm gemaakt. Er
was niemand ontslagen, niemand in den
Bosporus gedompeld; de geheele engelsche
ambassade scheen voltallig, en «ir... meer
in de gratie dan ooit. Wat moest dat
beteekenen! Mr. George was nu een raad
sel, en toen hij vervolgens zijn schoonenaar
zijn slot bracht, de villa betrok, en de lie
veling van den Engelschen gezant bleef,
heelemaal een sphynx.
Intusschen ging de tijd voorbij, de sultan
besloot niets, hield iedereen aan de praat,
en dagelijks veranderden de verhoudingen.
Op een avond zat in een villa aan den
Bosporus een aantal Europeanen bijeen.
Mooie vrouwen, in elegante, diep uitgesneden
parijsche toiletten, gezanten, attaché's met
meter hooge boorden en stijve plastrons voor
de trotsche borsten. Diamanten fonkelden
als oogen, en oogen als diamanten; gefluis
terde woorden deden menigen boezem zwellen
en de koffie, de likeuren gingen rond met
de nieuwste aardigheden, of het laatste poli
tieke nieuws.
Plotseling, zonder dat men er op verdacht
was, stelde een dame, misschien de mooie
jonge vrouw van mr. George B., de vraag,
of de diplomaten, die zoo dikwijls moeten
fantaseeren, die zooveel intriges moeten
spinnen en zooveel listen uitdenken, zelfs wel
eens iemand bedriegen, ook in staat zouden
zijn, een roman te bedenken.
»Zelfs te beleven ! En het liefst met u,"
fluisterde een russische attachéhaar in het
kleine oor, waaraan een oost-indische
dauwdrop schitterde.
Maar nu stond de engelsche gezant op,
en zeide:
»Ik heb zelf onlangs een grapje gemaakt..."
«Voorlezen! Alstjeblieft voorlezen!" riepen
overeengekomen garantiesom is zeker vrij hoog,
maar zij was niet te hoog in de verhouding tot
de zeer hoog gespannen verwachtingen, die het
comitétot het laatste toe bij ons heeft opgewekt
en waarop dan ook onze maatregelen waren ge
nomen. Begon men al met ons te zeggen, dat de
tentoonstelling wél zoo groot zou worden als in
1883, zelfs toen de dag der opening naderde is
ons nog nieer dan eens verzekerd, dat er in het
hoofdgebouw ruimte te kort zou komen en wie
herinnert zich niet (om maar n voorbeeld te
noemen) den canard" in de dagbladen van de 22
Russische inzendingen, die onderweg" waren,
die altijd nog //onderweg" schijnen te zijn.
Eén der fouten van het U.C. is dan ook m.i. geweest,
dat het zijn eigen onderneming van begin af aan door
een vergrootglas heeft bekeken, eene zelfmisleiding
die noodzakelijk op schade moest uitloopen, maar
waarvan bezwaarlijk aan de expediteurs de schuld
kan worden gegeven. Had de tentoonstelling inder
daad de afmetingen aangenomen, die men voort
durend voorspelde, dan zou de garantiesom belang
rijk zijn overschreden, maar de werkelijke hoeveelheid
aangevoerde goederen is nog gebleven beneden de
helft van hetgeen, waarop onze oorspronkelijke
berekening was gemaakt.
Ondanks dit alles en ondanks menig hard woord,
dat wij van het U. C. ten onrechte hebben moeten
hooren, kost het echter ook mij niet de minste
moeite volmondig te erkennen, dat de leden van
het Comitédoor hun initiatief en hunne volhar
dende werkzaamheid aanspraak hebben op de dank
baarheid van Amsterdam, want de tentoonstelling
heeft zeker, afgezien van hare waarde als zoodanig
menig stuivertje naar de hoofdstad doen rollen,
dat er anders niet gekomen zou zijn en ons gedu
rende den zomer een uitspanningsplaats geschonken,
die bij stadgenoot en vreemdeling nog lang eene
aangename herinnering zal achterlaten.
Onder vriendelijke dankzegging ^voor uwe gast
vrijheid, mijnheer de Redacteur, waarvan ik vrees
wel een weinig misbruik te hebben gemaakt, teeken ik
Hoogachtend,
A. DONKER.
Amsterdam, 21 Nov. 1895.
*) A propos van dezen totaalprijs, acht ik het
niet van belang ontbloot te herinneren, dat
terwijl thans door het Comitéf 11. per ton
voor de binnenl. zendingen en / 13, per ton
voor de buitenl. zendingen, met zeer onbeduidende
minima werd berekend de prijs van het toen
malige expediteurs-consortium in 1883 f 18.
per ton bedroeg met een minimum van ?5.
zending. Door andere expediteurs, buiten
consortium staande, is toen zelfs ?25.?en ?30.
per ton berekend, zonder dat iemand er destijds
aan gedacht heeft zich bij den burgemeester, den
Gemeenteraad of de Tweede Kamer hierover te
ren!
per
het
De tentoonstelling,
Aan de Redactie.
In de welwillendheid van Q. N. om mij het stuk
des heeren Donker vóór de plaatsing ter inzage te
zenden vind ik eene aansporing, om voor een
enkele maal af te wijken van de sinds de opening
der tentoonstelling aangenomen houding om alle
onwaarheden en praatjes waaraan het Uitv. Comit
bloot stond eenvoudig onbeantwoord te laten.
Vooraf mijn dank aan Q. N. die bij uitzon
dering, zelfs de Amsterdamsche raadsleden die
meenden een woordje te moeten zeggen verzuim
den dit,?vóór hy een stuk schreef inlichtingen
inwon bij een der comitéleden. Ik kan hem en
dengenen die in zyn stuk belangstelden
mededeelen dat hy- uitstekend is ingelicht geworden.
En nu een antwoord a. aan de heeren Zwart
en mr. Jolles, &. aan den heer Nolting en c. aan
den heer Donker.
a. De commissie van advies bestond uit de
heeren Van Haren Noman (president), Nierstrasz,
een paar van de mooiste dames. Sir... greep
in de zak van zijn jas, en zeide:
»Ik zou gaarne uw wil volbrengen, hoog
geachte dames maar mijn oogen hebben
in den laatsten tijd sterk geleden van het
nieuwe gloeilicht; misschien is mijn waarde
collega, de heer von .... off zoo welwillend,
om het historietje voor te lezen?"
De Rus, galant jegens de dames, verklaarde
zich gaarne bereid. Hij nam plaats op een
stoel, het gezelschap groepeerde zich rondom
hem; hij vouwde het papier open, maar nau
welijks had hij dat gedaan, of hij verbleekte,
stond op, gaf de papieren aan den
Engelschman terug, en weigerde beslist, te lezen ...
een plotselinge hoofdpijn ... een duizeling ...
»Mr. George B., wees gij zoo goed, en lees
aan de dames het stukje voor."
Mr. George voldeed aan den wensch van zijn
superieur, en las een kleine, pikante harem
geschiedenis voor, waaraan niemand aanstoot
kon nemen. De dames applaudisseerden.
De Kus zeide, bij het venster, achter de
gordijnen, tot den Engelschman:
»Maar de papieren die gij mij gaaft, waren
een afschrift van geheime papieren... die "
»U 50,000 pond sterling kosten!"
»Weet gij ?"
»Ja, maar het was een geheime lade voor
verouderde stukken, een antiquarische geheime
lade, die ik mijn secretaris liet opendoen.
Dien avond had ik nieuwere telegrammen;
de verhoudingen van «gisteren" waren reeds
zóó verouderd, dat ik geen duit voor de
geheime papieren had gegeven!"
»En ik...."
»Nu, tot een volgenden keer, Excellentie!"
zeide sir....
De beide gezanten gaven elkander de hand,
en ieder ging bij een dame zitten.
George B. kuste juist zijn vrouwtje galant
de hand
Zwart en mr. Jolles (de laatste als secretaris).
Het expeditie-contract, de groote kanker die
knaagde aan de verhouding tusschen Uitv. Comit
en een deel der exposanten, was ons door deze
commissie (met inbegrip der prijsbepaling) aan
gegeven.
Dat de voorzitter dier commissie inderdaad
meende dat n de inhoud n de prijsberekening
den toets der critiek volkomen konden doorstaan,
blykt uit het feit dat eene door hem gestelde
breedvoerige verdediging daarvan in mijn bezit is.
Dat nu, na een concept gezien te hebben hun
door hunnen voorzitter voorgelegd, de overige
leden dier commissie er zich blijkbaar niet verder
mede schijnen te hebben bemoeid, pleit noch
voor hun yver, noch voor een ernstig besef van
verantwoordelijkheid, maar aan het Uitv. Comit
is dit niet te wyten.
Dat de heer Nierstrasz de commissie verliet
toen hij merkte dat het niet goed ging met de
uitvoering van het mede door hem gegeven advies,
neemt zy'ne aansprakelijkheid niet weg.
Een feit is echter dat het Uitv. Comitéverkeerd
heeft gedaan het advies der, naar zyne meening
deskundigen, te volgen, omdat inderdaad a
posteriori dat advies, geheel te goeder trouw ge
geven, blijkt verkeerd te zyn geweest.
&. De heer Nolting sloeg een beetje door
dat geschiedt trouwens altijd als men beter had
gedaan te zwy'gen. Maanden achtereen is op het
terrein gewerkt, meermalen door meer dan 1000
man te gelijk, behalve eenige Belgische werklie
den van de heeren Bertaux, wier aanwezigheid
strikt noodzakelijk was, zijn er bijna zonder
uitzondering Amsterdamsche werklieden aan den
arbeid geweest en nog wel die minstens 2 jaar
hier ter stede hadden gewoond.)
Behalve dat het moeilijk aanging te eischen,
b. v. dat de heeren Oerlijn en de Haan hunne
eigene ploegen tot werkeloosheid zouden doemen,
om andere werkeloozen werk te verschaffen, kon
het meerendeel der door de hh. Nolting c. s. aan
vankelijk aangewezen werklieden niet aan het
werk worden gehouden, omdat zy- of ongeschikt
bleken voor do taak, of wat het meeste voorkwam,
ofschoon ruim betaald, zij zich de weelde ver
oorloofden van den baas te willen spelen over
hun patroon of party te trekken, meestal op
zeer rumoerige wyze, voor wegens dronkenschap
of om andere redenen weggezonden vakgenooten.
Ik wijt dit nu niet den heer Nolting, maar hij
kan er moeilijk het U. C. een grief van maken.
De heer Nolting vond den toestand even be
droevend als het U. C., hij zag evenals het U. C.
in dat het beter was op den ingeslagen weg niet
voort te gaan, »maar", was zijn angst »ze zullen
mij en myn comitéer over lastig vallen en in
openbare vergaderingen ons ter verantwoording
roepen". »Werp dan maar de schuld op ons",
gaf het Uitv. Comitéwoordelijk te kennen »en
noem uwe commissie voortaan eene die dient
voor »werkliedenbezoek."
En zoo geschiedde het. Vreemd is het dat de
heer Nolting dit vergat, maar nog vreemder is het
dat hy het U. C. aantast juist op den grond die
hem tot groote dankbaarheid had dienen te
stemmen.
De heer Nolting vond de tentoonstelling eene
teleurstelling voor de werklieden, volkomenjuist,
althans voor hen voor wie er geen werk was. De
anderen zullen die meening niet deelen.
De heer Nolting vindt de tentoonstelling eene
teleurstelling voor de burgerij. Dit is een
gewichtig woord, als het gesproken wordt
door eenen vertegenwoordiger dier burgerij in
den Raad. Intusschen zyne opinie, al is zij on
gemotiveerd, blijve geëerbiedigd. Ik deel die
meening niet en met mij zal zij zeker niet worden
gedeeld o. a. door de spoorwegmaatschappijen, de
gemeentekas over 1895, de hotelhouders, de om
nibusmaatschappij, de gasfabriek, de duinwater
maatschappü, lOO.OOOden en nog eens lOO.OOOden
bezoekers enz.
c. De heer Donker heeft inderdaad toen in
tegenwoordigheid van eenige comitéleden. en mij
zelf de Fransche commissie bij monde van haren
voorzitter hem opmerkzaam maakte dat eene
dergelijke prijsberekening en vooral eene dergelijke
toepassing van maat of gewicht onzen goeden
naam in het buitenland zou kunnen benadeelen,
geantwoord: »dat kan mij niet schelen, wy (expe
diteurs) willen geld verdienen en liefst zooveel
mogelijk." De heer Donker sprak toen Fransch;
of hij heeft gezegd: »Je m'en fiche" of »cela ne
me regarde pas," weet ik heusch niet meer,
maar het komt op het zelfde neer. Wel weet ik
dat gemelde president mij te kennen gaf hoe
dergelijke patriotten in een meer Zuidelijk land
zouden worden beoordeeld !
De heer Donker zal zich zeker wel herinneren
dat hy aanvankelijk tegen iedere contractwijziging
was, en tevens dat hy, namens het expediteurs
consortium, waarmede wy als leeken ter kwader
uur het zoo onereuse contract hadden afgesloten,
ons, na de afsluiting opmerkzaam maakte hoe wij
door niet- of niet voldoende deskundigen gead
viseerd, hun een zoo buitengewoon voordeelige
positie hadden bezorgd.
Eindelyk zal de heer Donker zich wel herin
neren dat eene eerste bijna onbeduidende wijzi
ging door hem en zijne vrienden werd toegestaan
nadat een groot Nederlandsch exposant had ge
dreigd met publicatie van hunne handelwijze
in het buitenland en hoe ten slotte het Uitv.
Comitédoor den nood gedwongen en ten einde
raad de noodige contract-verandering verkreeg,
mits aan ieder der 4 expediteurs ? 10.000, dat is
dus aan het consortium ?40.000, winst werd
gegarandeerd.
Of nu inderdaad minder goed werd opgebracht
dan vermoed, de expediteurs hadden niet te
klagen, zij hadden immers ieder ?10.000 winst
garantie ! afgedwongen aan het comité, dat zich
zulks liet welgevallen ter wille der exposanten
en den goeden naam in het buitenland.
Voor het overige spreekt het stuk des heeren
Donker voor zich zelf en eene schoonwassching,
zelfs eene verdediging kan het niet worden genoemd.
Eigenaardig was, dat wanneer een exposant zich
bij de expediteurs beklaagde, hem geantwoord
werd: dat gaat ons niet aan, gij betaalt het U. C.,"
vergeten werd echter er bij te voegen: »maar wij
hebben het IJ. C. te pakken door ons contract."
Ik dank den heer Donker voor het waardeerend
slot van z\jn artikel. De tentoonstelling had echter
wat betreft de hoeveelheid der opgebrachte goederen
beter kunnen slagen, wanneer de f heer Donker
en] zijne vrienden zich wat handelbaarder.hadden
betoond.
Amsterdam, 27 Nov. 1895. Mr. N.|A. CALISCH.
iiïiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiii
40 cents per regel.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiinii
Dr. TH. PTJLCKBR, professor in de medicijnen
aan de universiteit te Luik, schrijft:
Op grond van mijne herhaalde onderzoekingen
moet ik zeggen dat het Odol een uitmuntend
antisepticum voor den mond is, en dat het
bijzonder geschikt is voor de dagelyksche ver
zorging van de tanden en den mond. Het maakt
het tandvleesch vast en de kiezen worden door
Odol tegen holworden behoed."
Prijs per heele flacon ? 1.?Alom verkrijgbaar.
Depot van het Dresdener Chemisch Laborato
rium, LINGNER, Amsterdam.
Anker Hercules-Porteinoimaie
Welkom St-Nicolaas-Geschenk.
Alleen de prima
qualiteit is voorzien
vanhetFabrieksmerk.
Te AMSTERDAM uitsluitend bij:
VERWEEGEN & KOK,
Ho.90 Katetraat, No. Input,
STOOKT
BRUINKOLEN-BRIKETTEN
Verkrijgbaar bij
Handelaren in Brandstoffen.
Deze sedert tal van jaren hier in
gevoerde en op de meeste ten
toonstellingen bekroonde
briketten.geven debeste doofkolen,
houden het langste stand, ont
wikkelen de meeste hittekracht
en zijn daarom in het gebruik dan
ook veel voordeeliger dan de an
dere goedkoopere merken, die
bijna geen kool geven en stinken.
KS3- Let toe-dat U onder
het merk ^ geen andere
merken gemengd krijgt!
Hoofd-Depót
VAN
Dr. JAEGER'S ORIG.
K. F. DEUSCHLE-BENGER,
Amsterdam, Kalverstraat 157.
Eenig specialiteit in deze
artikelen in geheel Nederland.
Sedert l Mei Beduidend Verlaagde pr-ijzen.
Gebr. SCHKÖDBB, Rokin 50.
Kunstzaal. Boekgeschenken.
Magazijn KEIZERSHOF», Kieuwendijk 196.
Zydensto f f en. Grootste sorteering zwarte
en gekleurde, effen, gewerkte en gedamasseerde
Zijde, Satijn en Surah. De nieuwste des
sins en kleuren steeds voorhanden.
SCHADE & O L DENKOT T.
H. RAHR te Utrecht.
Pianofabriek.
Binnen- en Enitenl. Muziekhandel.
Amerikaansche Orgels.
Ruime keuze in Huurpiano's.