De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1895 8 december pagina 2

8 december 1895 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 963 depots tot stand gekomen, van welke land bouwproducten rechtstreeks als ijlgoed aan de Consumenten worden toegezonden. Daarbij bad men natuurlijk te doen met eene'massa van kleine hoeveelheden, en nu bleek het, dat de wijze van verpakking zoo onhandig en onpractisch was, dat de laadruimte der waggons slechts voor een betrekkelijk klein gedeelte nuttig werd gebruikt. De North Westtern spoorwegmaatschappij heeft nu tegen uiterst geringen prijs kisten beschikbaar ge steld, waarin de producten gemakkelijk kun nen worden verpakt en waardoor de schade lijke ruimte tot een minimum wordt beperkt. »In zaken" zoo besluit het Berlijnsche blad »en de landbouw moet tegenwoordig als een koopmanszaak worden behandeld en niet met allerlei grootscheepsheid worden omgeven gelden ook de kleinste voordeelen. De landbouw van alle industrie-staten moet den algemeenen industrieelen en commercieelen stroom volgen." Advies ook aan onze agrariërs! ?iimitiiiiiiiiiiiiMiiniiuii uiiiiiiiiiniiiiiiuii Sooiala niiiiiiiiii mi De feMel voor de f erilieöen, De geschiedenis van Carmaux is bekend: een werkstaking ter wille van de organisatie gesteund door de machtigste leiders der socia listische partij, volgehouden met groote hard nekkigheid. Desniettemin een staking, die op een nederlaag der arbeiders is uitgedraaid. De patroon bleef intransigent. Hij lachte wat met de publieke opinie, hij wees een radicaal ministerie, dat hem met zachten dwang tot buigen wou brengen, beslist en trots de deur; en de werklieden, uitgeput, hebben zich op genade of ongenade moeten overgeven. Maar geheel Frankrijk had zich met die staking bezig gehouden. Honderdmaal was Jaurès heen en weer gereisd van Parijs naar Carmaux; het was alsof Carmaux een stuk Parijs was, zooveel belangstelling wekte het. Er moest iets op worden gevonden; de schijn van een volledige nederlaag moest althans worden vermeden. Daar kwam als een reddende engel Rochefort, met een bedrag van 100 000 francs, geschonken door mad. Dembour.om den grond slag te vormen voor een fabriek, een fabriek van de arbeiders, die in de eerste plaats zou dienen om de slachtoffers der staking som migen waren door den heer Rességuier voor goed weggejaagd, anderen werden voorloopig geweigerd aan den arbeid te zetten. Het denkbeeld scheen zeer gelukkig. Men kon, ter wille der uitgeslotenen, niet eeuwig blijven staken en met hen verhongeren, en dezen zelf zouden zeker niets liever verlangen, dan in plaats van het juk van den heer Rességuier te dragen, vrije mannen te zijn in hun eigen fabriek. Maar zoo mooi als het plan er voor het oog uit zag. zoo spoedig kwamen ook de bezwaren. Wel waren de 100.000 francs spoedig verdubbeld, toen de socialistische bladen een inschrijving openden, maar het kapitaal van 500.000 francs, dat men meent noodig te hebben, is er nog niet. De aandeelen zijn echter gesplitst tot in de kleinste bedragen, en de werk man die een dubbeltjes-aandeel heeft, zal op vertoon daarvan een tijdlang vrijen toegang hebben tot alle bijeenkomsten, door de deel nemende werkliedenvereenigingen uitgeschre ven. Het vinden van het kapitaal zal de grootste moeielijkheid niet zijn. Ernstiger was de aanvankelijke oneenigheid over den eigendom der fabriek. Men had in den beginne geen ander plan, dan om haar te doen zijn een »verrerie aux verriers", een glasblazerij van de glasblazers. Buiten het vak staande aandeelhouders zouden met de zaak alleen in zooverre te maken hebben, dat hun een billijk percentage van hun voorgeschoten ka pitaal werd verzekerd. De glasblazers zouden verder onafhankelijk hun eigen zaak bestie ren, en de winst die werd gemaakt, besteden aan het stichten van nieuwe dergelijke vereenigingen. Hiertegen kwamen in de eerste plaats de Alrnenanisten in verzet. Zij namen de volgende motie aan : Wij betreuren het, dat men het initiatief heeft genomen, om te Carmaux een coöpera tieve productie-vereeniging te stichten. De actualiteit der omstandigheden is niet bij machte, een idee van 18-18 te doen herleven, die door de praktijk is veroordeeld. Want de uitkomst ervan is treurig geweest. Zij heeft een uitbuitersstelsel te voorschijn ge roepen, dat in zijn nieuwen vorm volstrekt niet beter is dan in zijn ouden, individualistischen. De werkstakers te Carmaux hebben gezien, wat voor gevolgen gedeeltelijke werk stakingen vroeger voor hen hebben gehad. Wij noodigen hen dus uit, zich bij ons aan te sluiten tot een algemeene werkstaking. Daarvan alleen is iets te hopsn!" De tweede helft dezer motie was weinig geschikt om weerklank te wekken; maar de eerste vond vrij algemeen instemming. Weldra stond het dan ook vast, dat de nieuwe fabriek niet zou worden een gewone coöperatieve productievereeniging, maar een propaganda middel, dat zou worden aangewend tot süjving der kas van alle coöperatieve en vakvereenijingen, die deelnamen in het maatschap peiijk kapitaal. De glasblazerij zou worden niet een »verrerie aux verriers", maar een »verrerie ouvrière". Nu komt echter Roche fort en zegt, dat de hem toevertrouwde 100.000 francs alleen zijn gegeven voor een stichting naar het eerste plan. Deze oneenigheid echter is te boven te komen, maar ook dan nog blijven er bezwaren over, en wel zeer ernstige, ernstiger dan de genoemde. De »verrerie ouvrière", zoo is o. a. de meening van den franschen minister van Handel, zal de concurrentie niet volhouden. Wanneer het alleen om de bekwaamheid der werklieden ging in hun vak, was het iets anders. Maar de zaak moet worden gedreven, er moet afzet voor haar product worden ge vonden ; wie dat wil opsporen voor een artikel, zoo weinig een onmiddellijke levensbehoefte als het product van een glasblazerij, moet tehuis zijn in den franschen handel en op de wereldmarkt. Totnogtoe, aldus de minister, hebben de door werklieden opgerichte coö. peratieve productievereenigingen daarmede zoo weinig rekening gehouden, dat zij allen aan dit ene gebrek zijn te gronde gegaan. Te dreigender is het voor de glasblazerij, omdat de flesschenmarkt op het oogenblik zeer slap is. Resgéguier heeft zeer goed ge weten wat hij deed, door zijn fabriek eenige maanden te stoppen. Hij zou in drukken tijd wel anders hebben gehandeld. Nu be hoefde hij zijn fabriek niet aan den gang te houden, geen weekloonen uit te betalen. Hadden de werkstakers niet uit hun weerstandskas een voorschot moeten geven van 7500 francs, om de glasblazeiij, te Rive de Giers eenige jaren geleden door de werkliedensyndicaten opgericht, aan den gang te kun nen houden ? Ten slotte komt voor de socialisten de groote vraag: worden wij beter door deze glasbla zerij ; zal zij een duw geven aan het kapita lisme. En zij betoogen van niet. Men zal bestendigen den loonarbeid; het afdanken van werklieden, het beknibbelen op hun loon, zal evenals in de fabrieken van Rességuier en de zijnen, getrouw zich regelen naar het dalen der markt, het scherper worden der concur rentie. Op de werklieden worden de nadeelen der huidige productiewijze verhaald, en zoodra dus eenige vereeniging begint te produceeren, maakt zij de werklieden tot haar slachtoffers, onverschillig of zij is een vennootschap van kapitalistische ondernemers, dan wel van een werklieden-syndicaat. Er staat dus wel een aanzienlijk getal ern stig fronsende dokters rondom de wieg der nog niet geborene. Herinneringen van voor bijna vijftig jaar worden opgehaald: hoe in '49 de regeering 3 millioen francs schonk aan de werklieden, voor het stichten van produc tieve vereenigingen, en hoe van de vijf en veertig, door dezen maatregel in het leven geroepen, er juist een was blijven bestaan, zegge een, die zich door niets onderscheidde van een gewone maatschappij op aandeelen. De oude werklieden-eigenaars waren kleine kapitalisten geworden, en zogen nieuwe werk lieden, niet-eigenaars, uit. De onbillijkheid van die vergelijking springt in het oog. Verbeeld u, dat de Nederlandsche regeering tot onze werklieden kwam met een gevulden buidel, onze werklieden, die voor het meerendeel van produktieverecnigingen niets moeten hebben, en hun dien buidel aan bood, onder voorwaarde dat zij het voorbeeld van hun engelsche collega's gingen volgen. Wel, de produktievereenigingen van werk lieden zouden als paddestoelen uit den grond komen, om nadat het geld door de vingers was gegleden, even snel weder te verdwijnen. Maar heel iets anders is het, indien de werklieden in den strijd tegen het kapita lisme zelf' tot de overtuiging zijn geko men, dat zulk een vereeniging, een fabriek van wat ook, hun een wapen in de hand kan zijn tegen den patroon. Het aantal j produktievereenigingen in Frankrijk is niet zoo heel gering. Zij hebben allen flessehen noodig, en kunnen zich verbinden, die te be trekken van de?verrerieouvrière". Natuurlijk zullen de heeren Rességuier, cm aan de/e j nieuwe en gevaarlijke concurrentie een einde te maken, hun prijzen laten dalen, desnoods tot beneden den fabrieksprijs. Zulke manoeu vres echter zijn niet lang vol te houden ; het komt er maar op aan, dat de vereenigingen haar belang inzien, en zich herinneren dat de tijdelijke prijsvermindering alleen dient om haar glasblazerij in den grond te boren. Een prijsvermindering gaat bovendien weder met loonsverlaging gepaard, en aan de geëxploi teerde werklieden staat het, te beantwoorden of zij zich die zullen laten, welgevallen, we tende dat niet alleen zij er door lijden, maar hun glasblazerij, dat is indirect de geheele arbeiderswereld, daarbij mede gevaar loopt, wetende bovendien, dat werkloosheid, en druk ken van het loon door de werkloozen hunner ten gronde gerichte glasblazerij het gevolg er van zal zijn. De zaak is, gelijk men ziet, van twee kan ten te beschouwen. Ik zou de laatste rede neering nog een weinig kunnen uitspinnen, en de verwachting openen van een toekomst, waarin zonder dat revolutie had plaats ge had, juist door deze wijze van doen de werk lieden den ommekeer der maatschappij van. een kapitalistische tot een socialistische had den tot stand gebracht. Zij toch, verreweg de grootste afnemers, door hun massa, zouden door hun uitsluitend zich laten leveren door fabrieken van werklieden, het kapitaal als element in de productiewijze tot een zeer kleine rol verwijzen, en de kapitalistische on dernemers den een voor den ander over den kop jagen. Dan zou het hun niet lastig meer vallen, de productie te regelen naar de be hoefte, en de eerste voorwaarde voor een nieuw tijdperk in de samenleving zou zijn vervuld. Maar nu eindig ik, want ik vrees, dat ik reeds menigen lezer bij tnijn bespiegelingen over wat zou kunnen gebeuren, kippenvel heb doen krijgen. En daar het mij alleen te doen is om de vragen die zich bij de stichting dezer fabriek voor de werklieden opdringen, onder de oogen te zien, heb ik mijn bevoegd heid reeds overschreden. Gelukkig hij, die met de fanatieke kalmte van den mohamedaan al dergelijke evoluticn kan aanzien, hoogstens een : het kan vriezen, maar het kan ook dooien" uitende, in de overtuiging dat Allah alles ten goede leidt! F. M. C. P. S- Naar aanleiding van het vorig artikel ontving ik een paar brieven, die tot nadere bespreking van het onderwerp aanleiding zullen geven. De Plattelands-Onderwyzers in Duitschland. Volgens de Kölnische Zeüunp, een onverdachte getuige in deze, is de toestand der onderwijzers op het platteland in Duitschland ver van be nijdenswaardig. Een ministeriëele aanschrijving had in 1891 bij de autoriteiten erop aange drongen, de salarissen te verhoogen, maar de autoriteiten hebben gemeend, dat ministers heen gaan, maar budgetverhoogingen blijven. Op het oogenblik, nu bijna alle levensmiddelen duurder worden, zijn de onderwijzers er ongelukkig aan toe. Een daglooner die niets heeft geleerd, ver dient in het jaar meer dan een onderwijzer die een moeielijke en kostbare studie heeft moeten maken. Volgens een van de jongste statistieken zijn er 13000 onderwijzers, wier traktement 'oe neden de ? 500 blijft; de domme begint vaak met f 1000 a f 1250 ; zijn buurman de onder wijzer, ouder dan hij, komt niet verder dan f OO. Een congres van onderwijzers is onlangs te Maag denburg gehouden, en daar heeft men den vol genden eisch gesteld : »Wij verlangen een minimum-salaris van ten minste f 750", fin na 25 dienstjaren het dubbele van ons aanvangstraktement. De Pruisische Landdag zal zich weldra met deze kwestie gaan bezig houden. HlllllllllllllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllllMIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIII Inhoud van verschillende bladen. Het Handelsblad, l Dec. De kwaal der staatsbegrooting." 4 Dec. Verwaarloosde kinderen." (J Dec. De weg tut decentralisatie (in Indiëi." De Standaard, 2 Dec. Persoonlijke ontwik keling." 4 Dec. Een voos ontwerp (personeel)." G Dec. Vrije examens." Het Centrum. 2 Dec. De onderwijzer en ijne aanspraken" (iflgez. door raovr. Uongertz). 4 Dec. Een en ander" (uit Belgiëdoor dr. Lucasl. 5 Dec. De Katholieken als volkspartij." Het Nieuws v. cl. Dag. Spcelg >ed," door B.B . 3 Doe. Het feest der goedaardige granpen." 4 Dec. Onvoldoende controle?" door F. D e T ij d. l Dec. Een Groot Protestantscue partij in aantocht?' 3 Dec. Een vorkeerde wijze van wetgeving". 4 Dec. Echtscheiding''. Het V o l k s d a g b l a d, 30 Nov. ..Carmaux" (verrerie ouvrière). 2 Dee. Een proef met werkvernnliafling". (Slot). 5 Dec. Weikluozcn sta'istiek", I. N. llotterd. C r t, l Dec. De laudrente op Java". I. 4 Dec. II (slot). i 4 Dec. Uit en over het IVde Hoofdstuk der staatsbegrooting". \ De (A u t i r.) Nederlander, 2 en 5 Dec. Sociale { On r enkingen". i !ï!)>?(?. ,,.Vd hoc". (Dr. Kuyper in de Kamer). \ D <* M a a s h o d e. l Dec. Gemeenteambtenaren". ! 4 Doe. Jïnrgorlijke Verecn'gingeJï. Historische i schets, l Kucht van bestaan", door ,J. H Wijnen. 5 Duc. .. [)e kindermoord, to Uotterdam", door Eerd. van Maasl richt. j Het V a d e r l a n d, l en 2 Doe. rtOorlogsLegrooting". ! H a a g s c h D a g b l a d. 1/2 Dec. uToch geschorst" j (personeel). i 3 Dec. Het begrootingsdebat.'' l 5 Dec. Binnonlandsche zaken." l De A vondpos t 1,2 Dei'. Een schutterij! quaestie." j U t r e e h t s c h Dagblad, l Dec. Het voor! loopige verslag over du Kiesw-jt". ! A r n h. C t. 3 U Xov., 2 en 5 Dec. Naar aauloi1 ding van hrt voorloopig verslag over do kieswet." II. III en IV. i M i d d e l b. C t. 4 Dec. Staatstoezicht op levonsj verzekering-maatschappijen." i 5 Dee. De Uegceriug en de Amstordamsche ten: toonstelling.'' j P r o v. G r o n. C t. 2 Dec. Een buitenkansje" (kwestie omtrent de uitlegging van de drankwet). Nieuwe W i n s c h. C t. l Dec. Nog eeus de nieuwe kieswet". Limb. Koerier, i Dec. «Uit de Tweede Kamer' (het wetsontwerp personeele belasting! door M. de Bas. N. A r n h. C r t. 30 Nov. De stembus van 3 December a.s." 3 Deo Arnhemsche revivals." N. Leeuw. C t. 30 Nov. Onze Engelsche boterhandel in gevaar!" 4 Dec. De boterkwestie in zake den handel op Engeland." De Liberaal. 80 Nov. België, Verzekering tegen den ouden dag." Kiesrechtbeweging." S o c. Weekblad. 23 Nov. De synode derNed. Herv. Kerk", over sociale toestanden en nooden. 30 Nov. »De politieke tuestand". I. Iets over de vrouwenquestie, door Corn. Huygens". De Nederlander (Weekblad). 30 Nov. Een uitvoerig veralsg" (Kiesrecht-ontwerp). F r i e s c h Volksblad, l Dec. De hoop der toekomst." De Wachter. 30 Nov. Op onzon post!" Da strijdmiddelen van het proletariaat", V. Weekblad v. d. A l g. N e d. D i a m. b o n d. 29 No^. Bij den nieuwen jaargang." Een joodsche werkliedenvereeniging," door A. S. de Levita. De Baanbreker. 30 Nov. Kiesrecht wenschelijkheden-" De Wachter (soc.-dem.weekblad). 30 Nov. Op onzen post" (voorloopig verslag kieswet). HetVenloosch Weekblad. 30 Nov. In goed gezelschap." (Polemiek met het Centrum). Becht voor allen. 33 Nov., l Dec. »Wat wij noodig hebben." De V o l k s b a n i e r. (B. K. Volksbond). 5 Dac. Kamers van Arbeid." IV. V r ij l a n d. 30 Nov. Over privaatbezit." De Volksonderwijzer. Dec. '95. Mokers en vijzeltjes," door Luctor. Te groot voor een een servet en te klein voor een tafellaken,' door D. B. De Wekker 30 Nov , Nog eens hetschoilarrest in Zwitserland." door Ln. Het Schoolblad. 3 Dec. Kookonderwijs voor minvermogende meisjes." Neerland's Volksblad. 30 Nov. Kerk en Gemeente." IIHIIIIIIIIIIIIIIIIMtllllllllllMllllllinillllllltllllllltlllllllllllllll Théatre de roeme, De tweede abonnementsvoorstelling van Lugn Poë. Lz Baifsfr van Th. de lianville, en Le constructeur Solneas van Ibsen. Twee werken, die v r van elkander staan. Le Baiser, een stukje woordkunst, met Pierrot en de fee als accessoires. Een vertroeteling van vormen, zoo mogelijk ook van kleuren en lichaamslijnen. Salnts?, een ideeënkunst, en een kunst van het tweede gezicht. Le Baiser, gebruikt om eenige persoonlijke anti pathiën van den dichter een duwtje te geven. Solncss, alleen geschreven om het werk zelf. Le Uaiser werd gespeeld door Lugné-Poëen mlle Clary. De laatste, met een hard, schel stemmetje, en Lugnémet zijn enorme treurspelgebaar, hebben niet de illusie kunnen geven van de zoetvloeiendheid en de wijkende rondheid van zijn, die hier allereerst werd verwacht. Maar wel kwam uit Lugné's spel menige intelligente en gelukte poging naar voren, om een buitengewoon geestigen en fijngedachten Pierrot te geven. Ik geloof hem geen onrecht te doen, door te zeggen dat bij zijn lichaamsbezwaren voor het spelen van deze rol dikwijls overwon, zonder ze op den duur te kunnen wegnemen. Ah Lugnénaar den voorgrond gaat en zijn lange, hoekige armen en groote handen wijd uitslaat, wekt hij bij den toeschouwer Orestes- herinneringen. Waarom ook speelt hij Pierrot, terwijl hij zij n kracht vindt in het trekken van scherpe, groote, harde lijnen, zooals hij in Solness met meester schap doet ? Ik heb van Solness bijna twee bedrijven bijgewoond, en hem hier bewonderd. Hij brengt nu en dan het mirakel tot stand, dat Ibsen van zijn acteurs eischt, het oproepen van het tweede gezicht. Want ik meen de stel ling te mogen verdedigen, dat het Ibsen met al zijn dialogen nimmer te doen is om den dialoog zelf, maar om er door cp te roepen het symbool, de idee, dio het onderwerp is van zijn stuk Van deze opvatting uit zijn al zijn zonderlinghedon, zijn raadseltjes te verklaren ; zij geeft den weg aan tot waardeering van den zonderlingen dramaticus, die door wanbegrip tegelijk wordt verguisd en vergood. Indien men in den bouwmeester Solness niet ziet een realistische, maar een symbolieke iiguur, het genie dat het zelfvertrouwen mist, dat alle wreedheden van zijn karakter heeft, maar tegelijk alle menschelijk berouw over zijn wreedheden, dat weet. een goddelijken plicht te hebben dien het verzaakt, en daardoor de ver ontschuldiging te missen voor het verzaken zijner menschon plichten, dan blijft er in dit drama weinig duisters over. Er doen zich dm andere vragen voor: of deze opvatting van de botsing tusschen inenschelijken en goddelijken plicht niet is een zeer afgeleefd begrip, dat door wat beters be hoort te worden vervangen, en vooral, of dit drama j niet afschuwelijk naar de lamp riekt; of het proi cód<; van dyii dichter niet onmogelijk is, en nimmer i tot eenig resultaat kan leidon. Op de eersta vraag kan veilig ja worden geantwoord ; de be vestiging der tweede wordt verzwakt door het l moeten erkennen, dat er toch ook zeer spontane i gedeelten in dit stuk zijn, die hun werking wel j zouden doen, indien maar niet het procédézoo> onmogelijk was. Want het is bij Ibsen althans onmogelijk. Ik zou niet weten, hoe het anders, beter kan worden gespeeld dan door Lugnéen mlle Desprez ; maar de oogenblikken van illusie, van het

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl