De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 19 januari pagina 9

19 januari 1896 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

No. 969 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Panl Verlaine. E.'initez la chanson bien douce Qui ne pleure que pour vous plaire. Elle est discrete, elle est légere: U n frisson d'eau sur de la mousse! Ter herinnering een paar van zijn verzen, de meest bekende misschien, en misschien ook wel >de mooiste. MON BÈVE FAMIL1EK Je fais souvent ce rève trange et pénetrant D'une femme inconnue, et que j'aime et qui m'aime, Et qui n'est chaque fois ni tout & fait la même Ni tout h fait une autre, et m'aime et me comprend. Car elle me comprend, et mon coeur transparent Pour elle seule, hélas! cesse d'être un problème Pour elle seule, et les moiteurs de mon front blème, Elle seule les sait rafraichir, en pleurant. Est-elle brune, blonde ou rousse? Je l'ignore, Son nom ? Je me souviens qu'il est doux et sonore ?Comme ceux des aimées que la Vie exila. Son regard est pareil au regard des statues, Et pour sa voix, lointaine, et calme, et grave, elle a L'inflexion des voix chères qui se sont tues. Il pleure dans mon coeur Comme il pleut sur la ville, Quelle est cette langueur Qui pénètre mon coeur ? O bruit doux de la pluie Par terre et sur les toits ! iiiiiiliiii minimin iiim inilli iiiiiimmiiiii Gde Jaargang. 19 Januari 1896. Redacteur: RUD. J. LOMAN. Adres: Stonehaven, Hitherfield Road, Streatham, Londen. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. minimum iiniu mmmiiiiiimiimmimmiii Van J. W. Lecomte, te Soerabaija. Vervaardigd voor den Halfjaar!. Internationalen probleem-wedstrijd in dit blad. No. 319. Mat in drie (3) zetten. bcdefgh Wit- K el, D d8, T d6, E g4; b3, bG, d2, d5, f3, h4 en b.5 = 11. Zwart: K e5, P el; b7, 06 en e2 = 5. Heeren oplossers kunnen steeds de oplossingen van twee problemen te gelijk op een briefkaart verzen den, mits de verzending niet later dan Maandagvoormiddag (2 dagen na publicatie) plaats heeft. Pour un cieur qui s'ennuie O Ie chant de la pluie ! Il pleure sans raison Dans ce c<rur qui s'écreure. Quoi ! nulle trahison ? Ce deuil est sans raison. C'est bien la pire peine De ne savoir pourquoi, Sans araour et sans haine, Mon cu'ur a tant de peine. FEMME ET CIIATTE. Elle jouait avec sa chatte Et c'était merveille de voir La main blanche et la blanche patte S'ébattre dans l'ombre du soir. Elle cachait la scélérate! Sous ces mitaines de fil noir Ses meurtriers ongles d'agate, Coupants et clairs comme un rasoir, L'autre aussi faisait la sucrée Et rentrait sa grifte acérée, Mais Ie diable n'y perdait rien... Et dans Ie boudoir oiï, sonore, Tintait son rire aérien Brillaient quatre points de phosphore. O mon Dieu ! vous m'avez blesséd'amour Et la blessure est encore vibrante, O mon Dieu ! vous m'avez blesséd'amour. O mon Dieu ! j'ai connu que tout est vil Et votre gloire en moi s'est installée, O mon Dieu ! j'ai connu que tout est vil. NHiimiiiiMiiHiimmmmiiimmmi CORRESPONDENTIE. B. te Brooklijn. 't Beste probleem (l B e!) laat een nevenopl. toe, nl.: l c3 f enz. Voorts voeren na l?K e3 niet minder dan 3 zetten tot 't doel, nl.: 2 P b2, 2 P e5 en 2 P f4. H. Mendes te A. De heer Schwann, dien wij uw 4zet lieten zien, ontdekte de volgende merkwaardige nevenopl.: l P d7, K ei 2 D g3, K f5 3 P c5üenz. Hij heeft 't probleem onderzocht en stelt u voor een zwarten pion op hG loe te voegen. M. te Leiden. Problemen in dank ontvangen. Errata (zie vorige rubriek). Noot na 20sten zet S/tiitinxche verwikkelingen, lees: n/xinn/'ii/lr verwik kelingen. Na 41sten zet is 't woord diiKjounal uitgelaten. TWEEDE NAT. CORRESP.WEDSTIJD. Zes-en-twiutigste zet van Wit. 1 2 3 R D 4 . 5 P 6 7 9 P 8 P 9 T 10 D De A f4: £4 dl: ? ? d3 el nel e8: hèe B b5 1)5 R (13 bt P f 7 i Si C D ei ' ' c4 P d6 D e2 d7 i TdS: t D 1)3 'i D T d3 f4 P el E .... 1)4 P fd4 F T ec7 ? T f8: P g5 D e3 T el P fd4: R f3 heer M. abandonneert partij C 10 en do heer G. A. G. is genoodzaakt door omstandighelen onaf hankelijk van zijn wil, de partijen E 3 en 4 te abandonneeren, waarvoor zijn excuses aan de heeren R. en H. Gaarne ontving ik opgave der spelers in D 7 en F 5 hoe het met die partijen staat. De 24e zet van zwart in T 6 was e4. J. J. S. UIT DE SCHAAKWERELD. Te Delft is op l Januari jl. een schaakclub ge vormd, die alle Dinsdagavonden van 7 12 uur ver gadert, 't Bestuur is samengesteld uit de heeren : Koning, president, en Boekholt, secretaris-penning meester. Pe bijeenkomsten hebben plaats in 't Caf Lubrechta'1, Groote Markt. Noyez mon ame aux flots de votre vin, Fondez ma vie au pain de votre table, Noyez mon ame aux flots de votre vin. Voici mon sang que je n'ai pas verse, Voici ma chair indigne de souffrance, Voici mon sang que je n'ai pas verse. Voici mon front qui n'a pu que rougir, Pour l'escabeau de vos pieds adorables, Voici mon front qui n'a pu que rougir. Voici mes mains qui n'ont pas travaillé, Tour les charbons ardents et l'encens rare, Voici mes mains qui n'ont pas travaillé. Voici mon cccur qui n'a battu qu'en vain Pour palpiter aux ronces du Calvaire, Voici mon coeur qui n'a battu qu'en vain. Voici mes pieds, frivoles voyageurs, Pour accourir au cri de votre gra.ce, Voici mes pieds, frivoles voyageurs. Dieu de terreur et Dieu de sainteté. Hélas ! Ce noir abime de mon crime, Dieu de terreur et Dieu de sainteté. Vous, Dieu de paix, de joie et de bonheur, Toutes mes peurs, toutes mes ignorances, Vous, Dieu de paix, de joie et de bonheur. Vous connaissez tout cela, tout cela, Et que je suis plus pauvre que personne. Vous connaissez tout cela, tout cela. Mais ce que j'ai, mon Dieu, je vous Ie donne. Uit deze verzen kent, meen ik, de wereld Verlaine, en om deze verzen zal zij hem blijven liefhebben. Voor de fransche poëzie heeft hij de beteekenis van een regeneratie, die ik niet beter zou kunnen aangeven dan door te verwijzen naar wat er is geworden van Coppée, den vriend zijner jonge jaren. Pour la Cuuronne is het regelmatig draven van een stevig getoomd en welgetuigd koetspaard-Pegasus, die glanzig is van goed voer, en borstel en roskam, maar buiten het tuig, en een paar dagen verwaarloosd, een ruige dociele knol, die met knikkenden kop, zich suffelijk naar den slager laat leiden. Verlaine is het door wind en regen en kou en ellende gehavende kind, op wien al het vuil der wereld kleeft, maar uit zijn oogen straalt de zachte verwondering van een gevoelige, naïeve ziel. De Parnassien heeft onder maat en rijm zijn vrij dichterleven ver stikt ; Verlaine heeft al meer van poëtische banden verscheurd, naarmate zij zijn purificatie belemmerden, en hem hinderden in het zuiver uiten van vage, zacht deinende aandoening. Hoor, hoe Coppée, op het graf zelf van Ver laine zich verontschuldigt, een maatschappelijk man te zijn geworden. Verlaine's verzen, zegt hij, zullen blijven, »en ik geef de verzekering, de gezellen van Verlaine's jeugd, die toch in hun kunst al hun kunnen hebben gegeven, zouden afstand doen van de streeling en de ijdelheid eener maatschappelijke carrière, en hongerlijden, en dakloos zwerven als »pauvre Lelian", indien zij zeker waren, evenals hij daardoor eenige ondergankelijke verzen te verwerven en op hun graf den lauwer te krijgen der onsterfelijkheid". Het is of er spijt spreekt uit deze woorden, zij klinken als een bekentenis van schuld, maar meer nog als een verontschuldiging. Al zal de heer Coppée, thuisgekomen, zijn eigen onsterflijkheid toch ook maar niet zoo een-twee-drie uitvlak ken, op dit graf, voor het visioen van dit puur dichterleven, schijnt hij zich een oogenblik te hebben gevoeld, alsof hij dieper onder de aarde zat, en pour cause, dan de vriend die op zijn sterfbed om hem had geroepen. De herinnering aan Verlaine's verzen is een Stand van den Wedstrijd te Petersburg na de 12de ronde. Lusker Pillsbury Steinitz Tschigorine - _: -> o " *h-3 [_^ 1 U/20 0 0 1 '2 1 0 0 1 'i 0 >> a 33 "a> "o o 0 0 1/2 1 1 1/2' '.1 1 o o" o" i N" bt ?+3 O o £ «sS O hj^ H EP i| _6C £ p 1 1 "2o'l 1 r?l 01/2' '20 1110 1001 0110 T-k 61 'o 6l'2 31/2 DAME GAMBIET. Wedstrijd te Petersburg. Wit. Zwart. Steinitz. Tschigorine. d4 do 4 e3 R b4 f c4 dc4: 5 R d2 Bepaald foutief is deze zet niet. De reden, dat meestal aan eG de voor keur wordt gegeven, moet in 't gevaar gezocht wor den, dat Wit allicht later met e4 en e5 een ster ken aanval krijgt, indien geen zw. pion op du aan wezig is. 3 P f3! Beter dan e3, waarop Zwart met e5! aan Wit een geïsoleerdeu d-pion bezorgt en over 't geheel goed komt te staan. 3 c6 In een tournooipartij met Blackburne (NewYork 188!)) speelde Tschi gorine hier c5, wat ons sterker voorkomt. Een paar interessante speci mens van 't aangenomen D.-gambiet deden zich voor in de match Steinitz-Gunsberg (New York 1891). 5 P c3 is nu verkeerd wegens ba G a4, cG 7 aha:, cba: en Wit kan nn niet b3 spelen wegens 11 c3: f5 R d2: f 6 P M2: P f6 b5 ging n it niet om bovenvermelde reden. 7 R c4: 0-0 8 0-0 P bd7 O P 1)3 Om c5 tegen te gaan. !> D c7 Nu was bG en 11 b7 aan de orde, noodig ter voor koming van e4. De geheele ontwikkelingstaktiek van Zwart in deze partij komt ons zwak voor. 't Is in deze ope ning voor beide partijen steeds zaak 't zware ge schut niet te bewegen alvorens de officieren be hoorlijk ontwikkeld zijn. 10 T el T d8 geluk, de herinnering aan zijn leven is een waar schuwing. Een waarschuwing tegen het fatsoen, de macht die grooter wordt, naarmate de menschen kleiner. Zij is een waarschuwing tegen een samen leving, waar welvaart het gevaar is voor de goeden. Verlaine, zwak als een kind tegen alle lijfsverleiding, is een reus geweest van kracht voor zyn dichterleven, afwijzend alle benadering, jaloersch, eenzaam, zwijgend. Geesten als hij zijn bohémiens. Het fatsoen geeseltze, en de beroemden,die ook het verblijf in de woestijn hebben gakend, zijn spytig tegen hen. De wereld trouwens is hun weinig, omdat het mooi hun alles is, en de slagen der maat schappelijke ellende mogen op hen regenen, zij gevoelen het niet, zoolang hun ziel wakker is. Gelukkig zij, die ook in de oogenblikken van het z:wak-mensch zyn, aan het besef van hun genie een vaste onomkoopbaarheid ontleenen. Gelukkig de arme, doode Verlaine, boven den rijken, levenden Coppée ! Z. Z. Z. Bij de firma van Heteren alhier is een groot lithographisch portret verschenen van den onlangs overleden hoogleeraar dr. G. H. van der Meij. Voor de vele vrienden en vereerders van prof. van der Meij zal dit goed gelijkend, fraai uitge voerd portret een welkome herinnering zijn. Het portret geeft volkomen de vriendelijke trekken weder van den opgeruimden en waardigen man, die te vroeg uit ons midden is heengegaan De prijs van een exemplaar op Chineesch papier is f 3.?op gewoon papier f 2. Aan dr. J. H. Met bevreemding las ik in de Amsterdammer Weekblad voor Nederland van 5 Jan. uw inge zonden stukje »Teekenonderwijs op Gymnasia". M. i. zou dit teekenonderwijs den gymnasiasten volstrekt niet ten goede komen, 't Is toch een bekend feit, dat op de Hoogere burgerschool niet ':n leeraar in 't teekenen orde kan houden: er is steeds in 't teekenlokaal, zooals de schoolterm luidt, een »pan". Dat op de gymnasia bij zulk onderwijs de orde niet veel beter zou zijn, zal dunkt me ieder wel inzien. Nu werken er echter op de Hoogere burger school twee machtige factoren ten goede, die op 't Gymnasium zouden ontbreken n.l.: er wordt bij examens rekening mee gehouden, 't Is voor zeer velen voor hun toekomstige carrière on misbaar, wat ongetwijfeld een aansporing tot vlijtige beoefening is, maar voor toekomstige theo logen, rechtsgeleerden, litteratoren is zij van volstrekt geen belang bij hun verdere studies. Bovendien is er bij de meetkunde ruimschoots gelegenheid om zich in 't teekenen van figuren enz. te oefenen; zijn er leerlingen, welke bijzondere teekengaven hebben, welnu, die zullen zich zelf wel ontwikkelen. Maar op 't gymnasium zou 't eenvoudig als een lolletje worden opgevat, als een heerlijke gelegenheid om ongestraft kattekwaad uit te voeren, wat men levenslustigejongens (waarvan velen met geringen aanleg voor teekenen) zeker niet kwalijk nemen kan. Op de weinige uren, die uit den aard der zaak, op een gymnasium voor teekenen besteed konden worden, zouden de leerlingen zich nauwelijks de eerste beginselen van 't doeselen en prentjes nateekenen eigen maken. Kortom 't zou geen «opvoedend element" zijn, zooals u meent te mogen ver onderstellen, maar een ordeverstorend en tijdverspillend. Met evenveel recht zouden musici om zangonderwijs en sljöd-enthousiasten om slj donderwijs kunnen vragen. De hemel behoede ons voor invoering ervan! v. d. M. iiiliiiiiiiiliiililmllllllHillillllllimillllliiiimiilllmilllliiiillllimiimmimif c5 ging niet wegens dca:, P c5: 11 P c5:, D c5: 12 R eC: euz. 11 B d3! Dit veiijdelt op listige wijze Zwarts lang gekos sterdplanden e pion voor. uit te brengen. Op e5 zou nu volgen 12 de5:, P e5: 13 Pe5: D eó: 14 11 h7: t en wiut de kwaliteit met D d8: 11 «6 Al dezen last bad Zwart zich kunnen besparen, indien hij in trjds niju 11 had ontwikkeld. 12 D d2! P f8 13 P «5! Een echte meesterzet. Behalve dat R 07 en bG verhinderd wordt, dreigt 't paard tevens, na 04 en e5, via c4 zich op dC te nestelen. Maar 't voor naamste is, dat 't iedere ontwikkeling van den R tegenhoudt. 13 P g6 U T fdl Op e4 ware uu e5 ge volgd , wat de zwarte stelling aanmerkelijk zou hebben bevrijd. T fdl maakt ea onmogelijk. U T 1)8 15 P c4 R d7 c5 dan 10 dra:, D ca: 17 p ce5, D e? 18 P f7 :, T d3: 19 D d3:, K f7: 20 D d8 16 ei 17 e5 18 R S& met goed spel. R e8 P d5 : lig;6: 19 P d6 20 Ui! i'6 Wederom prachtig ge speeld. De zet belet den ongelukkigen lï. zich mot g5 een uitweg te banen en tevens kan 't paard na afruil op eö, op go postvatten. 20 P b6 2L D f4! Zwart wordt in al zijn plannen gedwarsboomd. Hij kan zich nu niet met P c8 van den lastpost op dG bevrijden, want wit zou na afruil op e8, met efG: den t jren aanvallen. 21 R f? 22 P d2 T f'8 23 D g3 T bdS 24 P 2e4 P d5 25 T d3 Wit kon met P f7: en P dG den g pion winnen, maar Steinitz ijfhl ? /»/".>.? fï'inzc. en o. i. zeer terecht 25 R e8 26 T 1)3 1)6 27 T a3 fe5: 18 D eó: P 14 Om den e pion te dok ken en zoodoende D L4 : te dreigen. 2Ï) T el D U4: Veel geluk brengt de zet niet aan; maar't zwarte spel is naar alle kanten verlamd en redding nau welijks denkbaar. 30 g3 P h3 f 31 K s2 D e7 32 K h3: go 33 P e8: T d5 34 D gr?: f Zwart geeft op. 2 uur, G min. 2 uur.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl