Historisch Archief 1877-1940
No. 979
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Be opvolger van professor Land.
De benoeming van den heer Bolland tot pro
fessor in de wijsbegeerte aan de Leidsche
Universiteit is voor het filosofisch leven in ons
land een belangrijke gebeurtenis. De nieuw be
noemde professor is een man van zeer groot
ilifiilllllflllliiililimiiiiiiilltiuiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiMiiuiiiimiii
iiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiimniiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiuiiiii
Het rood steenen Huisje.
NAAR
BEATRICE KIPLING.
(Slot).
Na verloop van eenige maanden was er
toch tusschen deze twee vrouwen, die elkaar
zoo weinig gelijk waren, een soort van
vriendschap ontstaan. John Port, die altijd
heen en weer trok, was zelden thuis en Ellen
werd een trouwe bezoekster van het huis
aan de overzijde van den weg. Het huis
was veel grooter dan het hare, maar het
geleek kleiner, omdat er voor niets plaats
scheen te zijn. Daarbij rook het er haast
altijd min of meer naar gebraden vleesch ;
terwijl de geuren van knoflook, olie en slechte
tabak evenmin te verdrijven waren. De
honden en de kinderen lieten beenderen op
den grond liggen, waarover men struikelde
en die dan in een hoek geschopt werden.
Daar iedereen zijn kleeren maar liet slinge
ren, werden zij op plaatsen waar men ze
het allerlaatst zou zoeken, aangetroffen; de
schoenen en overhemden van mr. Gasparez,
de prachtige japonnen zijner vrouw en de
gescheurde en getornde kleertjes zijner kin
deren alles miste een vaste plaats. Niets
was daar, waar het behoorde te zijn; het
jongste kind werd op een fauteuil in slaap
goddelijke ordonnantien, om die vader! ai
dslooze vijanden te verdrijven van den Duitschen
bodem, en als er een manslag wordt gepleegd
door een werkman op zijn patroon, wordt
die geschreven op rekening der sociaal-demo
cratie, en roept <ïe keizer uit: «Dat mijn volk
zich toch vermande!"
Zóó slaat dus de kwestie op het oogenblik
dat de zachte middelen hun uitwerking heb
ben gemist, en opnieuw tot onderdrukking en
vervolging is besloten. Merkwaardig is de
gelijktijdige samen val van dezen omkeer te
BerIgn, met den aanslag, gepleegd op het kies
recht voor den Landdag in Saksen, waardoor
geheel de werkliedenbevolking tot politieke
onmondigheid wordt teruggebracht. De
demokratische bladen zien in dezen staatsgreep
niet een alleenstaand verschijnsel, maar hun
benaming voor Saksen : Das Probirland der
deutschen Reaktion" zegt voldoende wat zij
vreezen.
Op twee momenten dient hier de aandacht
te vallen. Ten eerste dit, dat de keizer en
de reactionairen, beiden optredende met de
kracht hunner politieke machtsmiddelen, thans
optreden als verbondenen tegen de aan
groeiende massa der sociaal-democraten. Voor
beiden mag de zucht tot lijfsbehoud meer dan
een oorspronkelijke geliikheid van denkbeelden j
of zelfs belangen de reden tot alliantie vormen.
De reactionnairen weten van ouds, dal al wat
de democratie wint, op hen gewonnen is. De
keizer zou de socialisten misschien met rust
laten, indien zij niet zoo hardnekkig volhiel
den aan geheel hun program, zijn
koningCO keizerschap von Gottes Gnadeh" niet
met zooveel beslistheid terugwezen, en niet
alleen op zichzelf bleven steunen bij hun
streven om brood en gelijkheid te vinden
voor allen.
En het tweede, door dr. Barth met leed
wezen opgemerkt, is het verdwijnen in
dezen strijd, van de middenpartijen. Kleine
verschillen worden geëlimineerd; men moet
bij een van beide groote machten zijn heil
zoeken, of zich tevreden stellen met niets te
ziju. De sociaal-democraten hebben van den
beginne af deze voorstelling gehad. Voor hen
was de bourgeoisie n reactionaire massa,
waartegen zij en bloc had te strijden. Zoo
vast zijn zij ook nu nog daarvan overtuigd,
dat op hun laatste congres zij de moge
lijke versterking hunner gelederen door
arbeiders van het platteland en kleine boe
ren, hebben afgewezen, zoo die moest worden
gekocht met een taktiek, die van hun begin
sel de uiterste consequentie wilde verbergen.
Dringt deze opinie ook door tot de gelederen
der tegenpartij, dan kan men er zich op
voorbereiden, in Duitschland een van de
grootste worstelingen te aanschouwen, die in
eenige geschiedenis staan vermeld; de wor
steling van een door politie en leger gehar
naste regentenmaatschappij, met een om brood
en vreugde roepend proletariaat.
F. M. C.
IIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMilll
denkvermogen en een verbazende werkkracht.
Hg is een geleerde, die niet alleen zeer veel
weet, doch ook den hartstocht van de geleerdheid
heeft; hjj is een geleerde, die veel van zich
hooren laat; h\j is een geleerde van veelzijdige
ontwikkeling. Niet slechts de wijsbegeerte wordt
door hem beoefend, doch ook de godsdienst
geschiedenis en de vergelijkende taaistudie. En
by alles wat hij behandelt, openbaart zicb de
hartstocht voor geleerd onderzoek naast helder
en groot denken.
De heer Bolland is iemand, die veel van zich
hooren laat, en tegen polemiseeren niet op ziet.
Indien styleering en woordenkeus bij hem menig
maal geleerder zijn dan menigeen aangenaam is,
de soliditeit van zyn nadenken en de krachtige
eerlijkheid zyner uitingen zijn niet verborgen
gebleven.
Men mag verwachten dat de heer Bolland
men veroorloove mij de familiare uitdrukking
veel leven in de brouwerij zal brengen, en voor
zeker is met zijn benoeming een goede daad
gedaan. Ca. M. VAN DEVENTEB.
iimmiiiiiiiiiimiii
Inhoud van verschillende bladen.
Het Handelsblad. 22 Maart. De rechter
dichterbij'1 (opheffing of reorganisatie der kleine recht
banken).
25 Maart. Het Hertogdom Limburg ?"
26 Maart. Ue Guuvernemenis koffiecultuur." (Dr.
Burk's brochure).
De Standaard. 23, 25 en 27 Maart. De auto
nomie der gemeenten."
Het Centrum. 23 Maart. Een Voorrede" (van
den abbéNaudel Vers l'aveuir").
24 Maart. In zich zelf verdeeld". (De soc. partij).
25 Maart. Da radicale parüj."
Het Volksdagblad. 23 Maart.
Schoolvoeding, enz."
27 Maart. In welk land leven wij?" (politie en
vergaderingen)
Het Nieuws v. d. Dag. 17 Maart. iGelijke
monniken, gelijke kappen," door K. (vrije en orde
oefeningen).
3 Maart Land vooruit," door L. K.
De Telegraaf. 16 Maart. Het vraagstuk der
armverzorging", V, door Ph. Falkenburg. Volks
opvoeding en volkbweerbaarheid," II, (slot) door
L. D. Labl ei té.
D e T ij d. 17 Maart. Nog eens : het voorstel van
de Staitdaard''.
18 Maart. Eene universiteitequaestie."
19 Maart. De vrije en orde-oefeningen op de
lagere school.
20 Maart. Een merkwaardig boek." (Ch. Périn,
Priucipies d'ócoriomie politique.) (Ingezonden)
21 Maait. Uit den strijd tegen de sociaal-demo
cratie in Duitschland."
Amst. Crt 16 Maart. Bauoher, Fillis en Maaa
Gee-teranus", door Dixi.
17 Maart. Op den goeden weg/' Bedenkelijke
terugtred" (Gheel Gildemeester).
18 Maart. De Utrechisehe arbeidskas."
19 Maart. Die grappige radicalen." Nog
eens de bedenkelijke terugtred."
N. Ho 11. C t. 17 Maart. Een
volkspetitionnement tot wederinvoering der doodstraf."
20 Maait. Snelschiijven als vrouwenberoep."
De Rotterdamsehe haven en de werkstaking der
ertswerkurs."
21 M .art. Eerste uitkomsten van de nieuwe proef
met de opium-regie."
De Maasbode, 18 Maart Nog een paar woor
den van Broere'1, door P. M. Bots, pr.
19 Maart. Bordeel- en dolhuistaai". De kerk
en liet moderne rationalisme" 21 Maart II, 22 Maart
III, door A. V.
22 Maart. Een man van het vak" (mr. Joan Bohl
over de doodstraf) door P. M Bots, pr.
DB anti r. Nederlander. 23 Maart. De
christelijke moraal."
25 Maart. De practijk" (vakvereenigingen).
Het Vaderland, 17 Maart. Tiouw opgeko
men," (ter gemeenteraadsverkiezing).
18 Maait .De suikerwet", III.
31 Maart Nog iets over zeebrieven", (ingezonden)
door den Beer Portugael.
22?23 Maart. Willekeur", (van Houtens kiesrecht).
Haagsen Dagblad. 15/16 Maart. Aan de
kiezers in de residentie." 17 Maart idem.
18 Maart. Een uitstekende maatregel" (straat
venters) door v. M.
gesust, terwijl een kleermaker, die zij voor
een dag huurden, op een kindertabouretje
zat te naaien. Mrs. Gasparez borstelde en
kamde haar zwaar haar gewoonlijk in de
veranda aan den voorkant van het huis; op
den grond zittende en omringd door bedienden,
jonge honden en tamme vogels, gebruikten
de drie oudste kinderen de wonderlijke
spijzen, die hen werden voorgezet, op onge
regelde tijden en in de kamer, waar zij toe
vallig waren. Ellen trachtte door voorbeeld
en door raad het huisgezin meer aan
orde te gewennen; maar mrs. Gasparez, die
in haar witte huisjapon nog forscher geleek
dan anders, lachte slechts om haar
raidgevingen.
»O, wat ben je toch dwaas! Wat doet
dat er toch toe? Wacht maar, als je
kleine kinderen hebt, zul je niet meer zoo
netjes zijn."
En ofschoon Ellen te moedig was om het
te bekennen, had zij toch niet gedacht dat
zij den invloed van den verzengend heeten,
Bengaalschen zomer zoo zou gevoelen. Zij
G c5 J
trachtte de warmte te vergeten door onop
houdelijk te arbeiden en haar echtgenoot,
die veel van huis was, had er geen denkbeeld
van, hoeveel zij wel deed. Zij kookte en
verstelde en naaide en waschte soms zelfs
het linnen, waar zij zich zware hoofdpijnen
en spottende aanmerkingen van haar buur
vrouw mee op den hals haalde; maar het
bewustzijn, dat zij haar plicht deed, hield
haar staande.
«Bedenk maar hoeveel ik thuis altijd te
doen had," zeide zij, toen haar echtgenoot
de opmerking maakte, dat haar blozend gelaat
bleek, haar tred minder veerkrachtig was
20 Maart. De vrije- en ordeoefeningen der gym
nastiek "
22 23 Maart. Een aanslag op de openbare school."
De Avondpos t. 22?23 Maart. Koloniale po
litiek."
25 Maart. Theorie en praktijk in het leger,''door X.
TJtr. Dagblad. 18 Maart. Onze spelling.''
19 Maart. Belastinghervorming." II. Juridische
bezwaren" (grensregeling).
22 Maart Matiging."
L i m b. K o e r ie r. 21 Maart. Nog iets over de
Eensquestie."
23 Maart. Uit de Tweede Kamer," III, door
M. de Bis.
M i d d e l b. C t. 25 Maart. De benoeming van
Burgemeesters."
P r o v. G r o n. C t. 23 Maart. Een verwerpelijk
middel." (De kieswet een jaar verscboven.)
Nieuwe W i n s c h. C t. i2 Maart. Nog eens
het zaad der ontevredenheid. ' (De zaak Vroons )
Z a a n 1. C t. 25 Maart. Haagschc brieven." (Min.
van Houten en onderwijs.)
N. Leeuw. Crt. 21 Maart. Suikoraccijns," I,
d or Nemo. 25 Maart. II.
N.-H o 11. W e e k b 1. 21 Maert, Doodstraf," door
v. d. B.
Venloosch Weekblad. 21 Maart. Is het
in strijd met de grondwet van het Hertogdom
Limburg"- Ie spreken?1'
De Nederlander (Weekbl.). 21 Maart. Hooge
politiek?" (peisoneel).
Soc. W e e k b i a d. 21 Maart. Yolksschool en
opleiding voor het bedrijf", I, door P. Jongt-jan.
Over de waarde" (slot), van Dr. E. Denekamp.
DeVolksstem. 21 Maart. De Patroonswet"
(Kamers van Aibeid.) Taktiek of beginsel" (door
Dr. Vrendenberg). Sociaal overzicht". Een
Amsterdamsche werkman voor de Tweede Kamer" (Vroous).
De Bond van Ned. Onderwijzer»", VI, door P. Stuit,
enz. enz.
Becht voor Allen. 24 en 25 Maart. Laster
en v ees."
Patrimonium. 21 Maart. Welken weg wijst
ons de historie der werkliedenbeweging in Nederland
als den juisten aan?
De V o l k s b a n i e r. 26 Maart, Brief van Z. H.
Paus Leo XIII".
Friese h Volksblad. 22 Maart. T3it het
leven der nrinen."
Nee-land's Yolksblad. 21 Mrt. Evangelisatie."
DeVolkstribuun. 21 Maart. .De commune
van Parijs."
Weekblad v. d. A l g. Ned. D i a m. Bond.
27 Maart. Aan de niet-afdragers van de
weerstandskas."
Het Schoolblad. 24 Maart. Het huiswerk
van de leerlingen der H. B. School" (slot .
De Bode. Iti Maart. De propaganda voor de
vooruitstrevende ideeën in het N O. G "
De Wekker. 21 Maart. Scuoolreisjps."
Alma Mater. 23 Maart. D. van Haren Noman "f"".
Het apothekersexamen.
De V r ij denker. 2 Maart, Staat, kerk en
school."
N. Surin. Crt. 20 Febr. Twee Gouverneurs."
V r ij l a n d. 21 Maart. Kolonisatie."
W e c k b 1. v. d. B n r g. A d m i n i s t r. 20 Maart.
Nog eens liet sluitingsuur der tap[erijen"
De N ij v e r h e i d. 25 Maart. Proefstation voor
kofüecultuur."
miiiiiiiiiiiiiiiimiiiitiiitiiuiiuiiiMiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiilillliHiliilti
in de Hoofdstad
Het is bij de Kamermuziek-soirées van Toon
kunst zulk een weinig voorkomend verschijnsel
dat het lijstje van medewerkers eene verandering
ondergaat, dat het wel der moeite waard is te
releveren dat, bij afwezigheid van den heer Röntgen,
de heer Louis Coenen ditmaal de klavierpartij ver
vulde in de zesde (voorlaatste) soiree.
lii verband met die medewerking droeg het pro
gramma een geheel ander karakter dan gewoonlijk.
Ed. Lalo, Guillaume Lekeu, César Franck en
Gabriel Faurc waren vertegenwoordigd met, een
Trio. Sonate voor Piano en Viool, Prélude, Choral
d Fuyue voor Piaro en een Kwartet voor piano,
viool, alt en violoucel.
iiiiiiiiiiiiniiiiiii minimin minimi iiniiimiin m
geworden. »Ik ben hier niet gekomen om
jou geld op te maken en een lui leventje
te leiden; als ik zelf de borden nog moest
wasschen, maar dat hoeft niet en Abdool
begint heel goed te koken; hij heeft al zeer
veel geleerd. En de wasch valt mij waarlijk
ook zoo zwaar niet, want het goed is hier
zoo gauw droog en wordt gebleekt door die
brandende zon. Laat mij mijn gang maar
gaan, John; ik kan nu eenmaal niet
leegzitten en tegen Nieuwjaar zal ik toch al
gedwongen zijn een tijdlang niets uit te voe
ren;" en bij die gedachte ging de naald
mei meer spoed door het kleine, witte
kleedingstukje, dat zij onder handen had.
John vond dat zij er slecht uitzag, maar
daar zij nimmer klaagde, meende hij dat er
geen reden was om zich te verontrusten.
Toen kwam de regentijd, eerst een wel
kome verandering na de ondraaglijke hitte,
maar spoedig genoeg even ondraaglijke lasten
en kwellingen aanbrengend. Alles ondervond
min of meer den nadeeligen invloed van de
vochtige atmosfeer. De vijver trad buiten
zijn oever en het groene tuintje werd een
akelig moeras, dat tot woonplaats diende aan
ontelbare kikvorschen, wier gekwaak Ellen
's nachts uit den slaap hield. De rnuren van
het kleine rood steenen huisje waren door
trokken van het vocht en een doorzichtig,
blauw waas verspreidde zich over hun
meubels en sieraden, zelfs over die, waar zij
de meeste zorg voor hadden. Te vergeefs
trachtte Ellen door aanhoudend te stoken
de »paddenstoelenlucht'' zooals zij het noemde,
te verdrijven. John Port had herhaaldelijk
aanvallen van koorts; korte, hevige aanval
len, waar hij reeds aan gewend wa-i geworden
Van deze vier meesters is alleen de laatste nog
in leven. Lalo en César Franck stierven in den herfts
des levens en Lekeu overleed op een leeftijd dat
men nog spreekt, van belofte en verwachting.
En wel mocht men veel hopen en verwachten
van dezen jongen componist die met zijne vio
>1sonate een werk heeft gegeven dat zoo oneindig
veel belooft.
Dat blijkt reeds in den eersten satz, een stuk
zoo rijk aan kleur en ongewone harmonische wen
dingen. Getrouw aan liet voorbeeld zijner mede
jongeren wordt liet spelen met eigenaardige
inodulatiën wel eens tot hebbelijkheid en laat ik er
maar bijvoegen: dat is bet wat op liet werk drukt,
want de componist geeft in het begin in dit op
zicht reeds zooveel dat, zich bij de volgende deelen
van de hoorders een gevoel van oververzadiging
meester maakt, wat?indien hij niet zijn aandacht
bleef wijden aan de interessante grepen die men
zoo vaak aantref! hen hoc langer hoe meer
onvoldaan zou maken met dit werk. (Bepaald jam
mer vind ik echter het leclykc slot van de Finale.)
Doch en dit is voor eene juiste waardeering
m. i. iioodig deze componist was jong en dus
zoekende, het is daarom niet- meer dan natuurlijk
dat hij nog wel eens doorslaat, doch vaak gaat hij
gross und machtig" zijn weg en ware hij blijven
leven, voorzeker zou bij ook het weise und
bedachtig" meer hebben leeren in practijk brengen
zooals zijne oudere collega's Lalo, Franck en Faur
zoo voortn-ffjlijk wisten en weten te doen.
De Prélaile, C/ioral et Fugue van Frauck (door
Louis Coenen zoo magistraal gespeeld) is reeds
meer ten gehoore gebracht in onze concertzalen.
Ook herinner ik mij eens het kwartet van Faur
gehoord te hebben.
Hoewel men na het hooren van drie zulke wer
ken reeds wat vermoeid is, boeide het kwartet van
Faurémij zeer. Fauréis niet alleen een der
meest sympathieke componisten van de
jong-Fransche school, doch ook als menscli is hij zeer ge
wild. Hij is een van die personen die u door
zijn uiterlijk dadelijk voor zich innemen Aan
genaam, bescheiden en gedistingueerd. Met deze
drie woorden is hij als mensch m. i. vrij wel
geteekend.
Die distinctie straalt ons ook uit zijne muziek
tegemoet. Meester over den vorm, zooals weinige
van zijne laudgenooten, heeft hij altijd iets inte
ressants te zeggen en dat, doet hij op zijne bemin
nelijke manier, wars van schoolsche aanstellcrij,
kortom als meester die geen geleerdheidsvertooa
n .odig heeft om te bewijzen dat hij knap is.
Hoewel het Trio van Lalo m. i. niet op dezelfde
hoogte staat als het l-warlrl van Fauré, is ook in
dit werk overal de meester te herkennen. Hoe
schoon van klank is liet en hoe uitstekend is alles
voor de instrumenten geschreven. Feu nieuw efiVct
treft meu aan in de pizzicati in den tweeden sat.z.
Dit, deel is vooral als kleur merkwaardig. Het
derde deel '/r.v le.nt heeft mij nog niet sterk geïn
teresseerd, omdat ik hier de natuurlijke strooming
miste, doch wellicht verandert die indruk bij her
haald aanhooreu ecnigszins.
De uitvoering van al deze werken was vooral
ook daarom merkwaardig, omdat zij een geheel
ander licht op de verhoudingen tusschen het kla
vier en de strijk-iristrumeiiten wierp. De heeren
Louis Coenen en Rüntgen zijn uitersten.
Wanneer Röutgfii de klavicrpartij vervult, dan
wordt zijne persoonlijkheid in dien kring vaak
ovcrheerschend. Door zijn temperament, zijn
kuustenaarsziel: //gross und machtig" komen vele toe
hoorders er toe hunne hoofihtaudacht aan liet klavier
te wijden, m. a. w. Ilimtgen ecraseert wel eens
het andere.
(Men weet hoe ik over dezen grooten kunstenaar
denk, dus zoeke men er niet ten onrechte ver
kleining van ziju gaven in.)
Coenen daarentegen: ,/\\eise nnd bediichtig"
bewaakt, zorgvuldig ieder forto, opdat nooit het
klavier een beletsel zou kunen zijn, dat de strijk
instrumenten iets van hun glans verliezen.
Voor eusemblespel is deze opvatting, althans
in werken van deze school verre te prefcreeren.
De eenheid was nu zoo schoon als ik zelden
hier hoorde, te meer daar de groote zorg die de
pianist voor het ensemble koesterde niet van invloed
was op zijne muzikale voordracht.
HIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIU
en zich volstrekt niet ongerust overmaakte;
maar Ellen's hart kromp ineen als zij hem
in zijn koortsdroomen hoorde ijlen. Dat zij
zelve overspannen en oververmoeid was, telde
zij niet, ofschoon zij den geheelen dag door
i onophoudelijk een stekende pijn aan den
linkerslaap gevoelde.
»Ik geloof dat het beter is er niet aan toe
te geven" zei Ellen, toen de koorts ook
haar aantastte, de grond onder haar ver
moeide voeten scheen weg te zinken, haar
oogleden gloeiden en de voorwerpen om haar
heen haar driemaal zoo groot als anders
geleken. »Wie zegt je dat ik thuis ook niet
ziek zou zijn geworden," herhaalde zij met
een onverstoorbare opgewektheid. »Ik zou
misschien weer influenza hebben. Zeg dus
niet meer dat dit klimaat slecht voor mij is,
want dat is onzin."
Na verloop van eenige maanden was haar
gezondheid merkbaar achteruit gegaan en
daarbij begon zij een oiidraaglijken last van
heimwee te krijgen, wat zij eveneens voor
. John Port verborgen hield. Ximmer ver
moedde hij welk een verterend verlangen
i naar haar betrekkingen het hart zijner vrouw
vervulde, en ook in haar brieven liet zij er
\ zeer weinig van doorschemeren, maar
niettej min ging zij er dag en nacht onder gebukt.
»Je ziet er niet best uit," zei mrs. Gasparez.
»'s Nachts heb ik soms wat koorts," zei
Ellen, »maar dat is niets; de warmste tijd
j zal nu toch wel gauw voorbij zijn."
»Ja, het leed is nu gauw geleden. O ja.
\ ik heb nog een nieuwtje te vertellen: mijn
; zuster komt bij mij logeeren, mijne jongste
zuster, miss de Cruz."
»Dat is prettig voor je," zei Ellen
harte