Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 984
de programma's van Caecilia prijkten was het
bewijs dat Nicolaïsucces van zijn streven had.
Nooit was het hem te veel, wanneer hem gevraagd
werd kennis te maken met nieuwe Ned.
toonwerken; daarvoor gaf hij altijd gaarne zijn tijd en
goeden raad.
Vooral de Kon. Muziekschool verliest in hem
zeer veel. Moge zijn opvolger Nicolaï's taak op
even waardige wijze vervullen en blijk geven de
hooge roeping ten volle te beseffen die hij te ver
vullen heeft. Hij toch heeft voor een zeer groot
deel de opvoeding van het jonge muzikale Neder
land voor zijn rekening. Die taak is hoogst eervol,
doch legt zeer groote verplichtingen op.
VAN MILLIGEN.
De uitvaart van Nicolaïhad met veel plechtig
heid plaats. Alle Vereenigingen, waaraan de over
ledene verbonden was, waren officieel vertegen
woordigd. De leerlingen en oud-leerlingen brachten
eveneens een laatsten groet aan den vereerden en
betreurden meester en een koor zong op treffende
wijze, onder leiding van Arnold Spoel, een koraal
van Bacl): Alle menschen moeten sterven en Nicolaï's
lied: Glücklich wet auf Ooit vertraut, door Spoel
voor koor gezet.
Dit laatste lied was niet alleen om het karakter en
den inhoud van den tekst eene goede keuze doch ook
omdat het een der schoonste en betrekkelijk weinig
bekende liederen van Nicolaïis, zoo edel met alle
soberheid en zoo diep van uitdrukking.
De koren uitstekend ten gehoore gebracht
maakten op alle aanwezigen een goorten indruk.
De voorzitter van de commissie van toezicht over
de Kon. Muziekschool, hield eene schoone rede
waarin hij Nicolaïnaar waarheid hulde bracht.
Arnold Spoel sprak namens de leerlingen en her
dacht Nicolaïals directeur, als vriend. Heinze
voerde het woord namens de Ned.
Toonkunstenaarsvereeuiging, de voorzitter van de Maatschappij de
Toekomst, Dan. de Lange, uamens de Maatschappij
tot bevordering der Toonkunst (waarvan Nicola
lid van verdienste was), Mann namens de oud
leerlingen, Vau 't Kruys namens de
Organistenvereemging, de voorzitter van de Kon Nat.
Zaugschool, Peter Benoit, de Vlaamsche kunstbroeder en
een der beste vrienden van Nicolaï.(die een uitvoerige
toespraak voorlas, zij allen brachten Nicolaïeen laat
sten groet en dankten hem voor al wat hij voor die
vereenigingen gedaan had en voor hetgeen hij voor
allen geweest was of stelden in liet licht hoeveel
in hem als kunstenaar en als meiifch verloren werd.
Namens de leerlingen van de Kon. Ned. Muziek
school werd niet op het graf gesproken en wel om
een zeer goede reden.
Aan den ingang van het gebouw van de Muziek
school, waar de meester gewerkt had en waar zijne
leerlingen zijn onderwijs hadden genoten, daar
wilden zij hem een laatste hulde brengen, eu daar
traden zij naar buiten met een prachtige lier van
bloemen (die door vier leerlingen gedragen werd)
zich bij den stoet aansluitende en dien naar het
graf voorgaande.
De Muziek in de Hoofdstad" moet worden
uitgesteld tot de volgende week. v. M.
iiiiiiiimiiiiii
Haagsche
Waaier-Tentoonstelling.
Geen tentoonstellingen zijn van meer belang, dan
die kleine, van n enkel soort van producten,
welke door de Haagsche en Rotterdamsche
Kunstkringen in den laatsten tijd zij georganiseerd ge
worden. Den weg, aldus ingeslagen, belooft van
veel praktisch nut en hoogst belangrijk te zullen
worden.
HHiiiiiiiiiimiiiimmmiiimiiimiimimmiiiimmiiiiiiiiiiiimiimmiiiiinM
Haar moeder is er zoo op gesteld ...
Ze is mal.. . Aubières is vijf en twin
tig jaar ouder dan Chiffon! ...
Als ik de praatjes, die ik zoo nu en
dan hoor, gelooven mag ... dan is de kleine
de Liron verzot op jou... en ze is twintig
jaar jonger dan jij ? ...
Gesteld dat het waar is... dan is ze
nu dol op me, maar morgen ? .. .
Herinner je dan bijvoorbeeld onze
eigene moeder... die vijf en twintig jaar
jonger was dan haar man en hem toch altijd
hartstochtelijk heeft liefgehad ...
Ik zou je hierop kunnen antwoorden
dat dit voorbeelden zijn, die men alleen in
zijn eigen familie aantreft.. . gelukkig !.. .
Intusschen schreit die arme Chiffon maar
door, dat 't naar is om aan te zien ...
Hij ging naar den divan en liefkozend
het rose nekje streelend, dat krampachtig
door het snikken op en neer werd bewogen,
zei hij hartelijk:
Vergeef 't me maar, kleine Chiffon,
't spijt me, dat ik je verdriet heb gedaan . . .
Zij hief' het betraande gezichtje op en
vroeg:
Waarom ben je zoo wreed geweest ?
Waarom heb je gezegd dat je mijn oom niet
bent?
Maar, meidlief, omdat ik, al kon ik
niet meer van je houden, wanneer ik het
was, het werkelijk niet ben! . .. ik ben de
broer van je moeder's man... van jou ben
ik niets ... ik zou je kunnen trouwen ...
als ik niet van denzelfden leeftijd was als
mijn vriend d'Aubières, dien je zoo netjes
laat ophoepelen ...
SL,-?O! -- vroeg het meisje verbluft,
ben je even oud als mijnheer d'Aubières ? . .
en lachend voegde ze erbij:
Onlangs was die van boekbinders-kunst in Den
Haag een der eersten van dit soort; nu volgt deze,
van waaiers uitsluitend, en zeker is zij niet minder
belangrijk.
Op den duur moeten dergelijke pogingen den
smaak van het publiek n van de kunstnij veren
ontwikkelen, leiden, vormen.
Het op den duur zien van mooie voorwerpen op
verschillend gebied moet allengs den smaak ver
edelen; zal niet elk een gaan bemerken hoe laag
de meeste moderne winkelproducten staan, wanneer
de gelegenheid zieh voordoet die te vergelijken
met smaakvolle uitheemsche of oude producten?
Deze Waaier-tentoonstelling zal in dit opzicht
meer van nut zijn, vooral omdat zij zeldzaam goed
geslaafd en nitgebreid is, niet minder dan een drie
honderd nummers zijn er aanwezig.
Waaiers hebben ten allen tijde een belangrijke
rol gespeeld in de ontwikkelingsgeschiedenis van
vele volken en ook in politieke zaken ; dit laatste
speciaal bij Oosterlingen.
De waaier, in de meeste landen, is een voorwerp
uitsluitend bestemd voor vrouwen, en in de meeste
gevallen is die een cicrlijk, elegant, dainty, voor
werp, met zorg en dikwijls van kostbare stoffen,
vervaardigd of bewerkt.
Duidelijk is het, dat een waaier oorspronkelijk een
afgeplukt versch of gedroogd blad is geweest, mee-tal
van de een of andere palmsoort.
Dergelijke bestaan nog: men denke aan de
putikhas van Britsch-Indiö, die hier en daar met
rauw rood, groen en geel gekleurd zijn, en aan
die eenvoudige, meestal eivormige japansche, ook
schermpjes" genoemd, die, zorgvuldiger dan de
punkha's behandeld, uit een blond blad bestaan,
zonder eenige versiering, en geraamd zijn met een
smalle splinter van bamboe, zeer voorzichtig langs
den rand genaaid.
Van het natuurlijke gedroogde blad, tot den
gemaakten waaier was de stap gering ; de natuurlijke
nerven, de ribben die het bladweefsel steunen
werden kunstmatig nagebootst met smalle gespleten
bamboe- of hout-staafjes, en, weeldiger, met staafjes
van ivoor, hoorn, schildpad, parelmoer, enz.
Het bladweefsel zelf werd vervangen door papier,
perkament, katoen, zijde, satijn, kant.
Terwijl op de oorspronkelijke, natuurlijke waaiers
een enkele maal teekeningen worden aangebracht,
geschiedt hetzelfde met de nagemaakte van welke
stof ook, maar met oneindig meer zorg, somtijds
zelfs door artiesten van naam en talent.
De bewerking der van min of meer kostbare stof
vervaardigde staafjes die de nerven vervangen, is
een uitgebreid veld voor juweliers, vergulders,
lakwerkers, ornementisten van allerlei aard. Zelfs komt
het voor, dat deze met edelgesteenten ingelegd
worden. Een voorbeeld van dit laatste werk geven
de vijf waaiers in Louis XV-genre, afgestaan door
de Koningin-Regentes voor Koningin Wilhclmina,
die behoord hebben aan wijlen Koningin Sophie,
wier montuur, in 't geheel niet in den
oorsproukelijken stijl, rijk verguld en georneerd is met
paarlen, turkoozen, enz.
Een groot aantil leden der Haagsche aristocratie
en diplomatie zonden op deze tentoonstelling in,
bijna uitsluitend Louis XV- en Louis
XVIwaaiers, onder welke eenige prekieuse, van
vernismartin," of voorzien van diamanten.
Een honderd-vijftig-tal minstens behooren tot dit
genre, dat volkomen den elegauten, coquetten- en
echt mondain en kant toont van dien wuften, maar
dikwijls uiterst smaakvollen tijd.
Na deze belangrijke serie, die bijna eentonig
weelderig wordt door de algemeene overeenkomst
HiiimmiiimHiiiiiniiimmmiinmiHimtiiiiniiiiiiiiimmmiiimiiiiiiiiimt
Enfin! je bent minder »van de tand"
dan hij, zooals ze hier zeggen ... ja, ver
volgde zij rad dat heb ik gehoord van
een man dien ik laatst op straat heb ge
sproken en die 't net zoo uitdrukte, om me
aan 't verstand te brengen, dat zijn vrouw
zachtjes aan opraakte . ..
Zoo ? vroeg de markies ongerust
heb je op straat een man aangesproken?...
welken man ? . . .
Een man, dien ik onderweg ontmoette,
toen ik met ouden Jean van de les terug
kwam... 'k denk dat 't een straatveger
was ... of een voddenraper ... hij zag er ten
minste zoo wat naar uit. ..
Dat had je moeder eens moeten zien...
Jawel, ze zou moord en brand hebben
geschreeuwd ... dat weet ik ... maar ze heeft
't nu eenmaal niet gezien ...
En zich plotseling tot oom Mare wendend,
vroeg zij :
Enfin, kijk hier, of je mijn echte
oom bent of niet... ik noem je nu al vijf
jaar zoo en geloof dat je 't bent... net als
ik geloof... wanneer 't me niet onder den
neus wordt gewreven . .. dat papa papa is,
niet ?.. . dus je mag me wel een raad
geven... moet ik mijnheer d'Aubières trou
wen of niet ? ...
Dat is een lastige vraag, die je me
daar doet! . ..
Nu dan, als je eens zelf in mijn plaats
was, wat zou jij dan doen ?...
In jou plaats ? ... lieve hemel! ... dat
moet je zelf weten ...
'Maar dat is het juist, 'k weet het niet
zelf...
Vóór ik neen zei, zou ik Aubières een
keer of wat zien ... ik zou nadenken...
O, dus je denkt dat ik van idee zou
die deze waaiers aanbieden, wordt de aandacht
getrokken door de Japansche waaiers en schermpjes.
In dit land, waar de fijnste kunstopvatting elk
voorwerp van huiselijk- of luxe-gebruik tot een
waar kunstvoorwerp maakte, is de waaier een on
misbaar iets, en hoe eenvoudig ook, steeds een
smaakvol, harmonisch geheel.
Alle deze Japansche waaiers zijn mooi, hoe ge
woon ook. Als merkwaardigheid noem ik er een,
die, in stijl bewerkt, de kaart eener landstreek
vertoont, ten dienste van ambtenaren van den wa
terstaat. Een paar geaquarelleerde ovale schermpjes
zijn heerlijk teer decoratief, evenals een van geheel
vergulde zijde, waarop een Oost-Indische
inktteekemug een zeer rijk, glanzend eifekt maakt.
L'iterst gedistingeerd zijn ook die voor alledaagsch
huiselijk gebruik. Eenige anderen, uitgezaagd
ivoren, met goud- en rood lak versierd, zijn vol
maakt van decor, en ongemeen deftig-eenvoudig.
China levert minder verfijnde waaiers en scher
men op, meer barbaarsclie, waarvan de kleuren en
stoffen ruwer of primitiver zijn. Het zijn daar
uitgeknipte veeren, nagemaakte bloemen van zijde,
soms ruw gekleurd, die minder stijl hebben dan
de Japansche, de natunr dichter-bij komen, en
eenigzius doen deuken aan wilde-volken-kunst.
Moderne waaiers zijn er hier bijna niet. Van
onze schilders slechts een paar, door Blommers>
en de Josselin de Jong. Met veel begrip en smaak
zijn deze luchtig ontworpen en uitgevoerd.
Onder deze modernen is de afwezigheid zeer te
betreuren van Colenbrauder's waaiers. Wij herin
neren ons eenige jaren geleden er van hem gezien
te hebben, die, als bijna alles wat deze geniale
geest voortbrengt, aller-merkwaardigst waren van
harmonische en diep.doordachte opvatting. Ondanks
deze kleine leemte is deze tentoonstelling als en
semble inderdaad bizonder geslaagd en belangrijk.
Pu. Z.
De koningin heeft door tusschenkomst van den
burgemeester van Amsterdam aan de bestuurders
van »Arti et Arnicitiae" doen toekomen eene gift
van / ^50.?ten behoeve van het, aan de maat
schappij verbonden Fonds voor weduwen en weezen
van haar kunstenaars-leden.
Bestuurderen der Vereeniging tot Bevordering
van Beeldende Kunsten hebben het genoegen te
kunnen mededeelen dat zij door de welwillende
toestemming van II.II. Directeuren van Teyli'r'a
Xtichting te llnurlein, in staat zijn gesteld om als
premie voor 1H!)(! aan de leden der Vereeniging
te kunnen uitreiken een plaatwerk over de zoo
wijd vermaarde collectie kunstwerken uit het
Schilderijen-Cabinet van genoemde stichting.
Dit plaatwerk zal bevatten een twaalftal
photogravnres naar kunstwerken, van oude zoowel als
Moderne Meesters, uit deze verzameling met eene
toepasselijke text over de stichting en het cahinet
waarvoor de heer H. J. Scholten, Conservator, is
bereid gevonden de noodige gegevens te ver
strekken.
De firma Preijer houdt Zaterdag, Zondag en
Maandag in het gebouw »de Brakke Grond" een
expositie van de collectiën C. Vlierboom te Parijs,
Mevrouw de Wed. Loopuijt?Tückerman te Hil
versum en anderen, waarvan de veiling plaats
heeft op Dinsdag 5 Mei a. s., des voormiddags
ten l ()..'!() ure precies en niet zooals is gemeld, ten
11 ure. In deze collectiën bevinden zich kunst
werken van onze eerste Hollandsche meesters,
o. a. een tiental van Anton Mauve.
In de vitrine van de kunstzaal »Pictura", l il
Wolvenstraat. firma A. Preijer, is geëxposeerd
een schilderij van Jan van Epen, »llazen".
imiiiiiiiimiiiiiiiiimiiiHiiiiiiiimiiiimiiiiiiitiiiiiiiiimmiiiiiiiiitimmmiii
veranderen als ik hem maar genoeg zag.
Nu, ik geloof juist het tegendeel .. .
Aubières is geestig... hij is degelijk,
welopgevoed . . . hij kan bij nadere kennis
making niet anders dan meevallen... hij
bezit een aardig fortuinije, al is hij niet
rijk ... hij draagt een historischen naam . . .
Sakkerloot, ja! dat hij historisch is,
weet ik! ... dat heb ik tot vervelens toe
moeten hooren . . . daar is waarachtig genoeg
mee gegeurd, met dien naam . .. maar
ik heb ook een historischen naam.
Maar, zie je, een mensch is zoo dol niet op
wat hij heeft . . . dingen die hij niet heeft,
daar haakt hij gewoonlijk naar!. . .
Wat is dat dan, waarjij naar haakt?...
Zij peinsde even en zei toen beslist:
Naar liefde ... of als dat te veel ge
vergd is, naar geld, veel geld!... er zou
geen enkele arme meer in Pont-sur-Sarthe
wezen . . . dat beloof' ik je ... en dan, zou
ik schilderijen koopen... en mooie paar
den ... en ik zou iederen avond concert
geven... O! 't zou geen duffe boel bij me
wezen, dat zou je eens zien ! . . .
Duffe boel... alweer zoo iets fijns!. . .
als je moeder je toch eens hoorde! ...
Nu ja... maar ze hoort 't immers
niet...
Een bediende verscheen in de deur van
het salon.
Mevrouw de markiezin wenscht mijn
heer de markies en mijnheer de graaf vóór
het diner nog even te spreken... en ver
zoekt de freule zich te willen gaan kleeden . .
Mij kleeden ? riep Coryse verwon
derd is er dan bezoek ? En zich daarna
lachend naar haar schoonvader en haar
oom keerend:
Dat kan niemand anders dan
mijnmniiiiiiiiniiiniiiHiniHiiiiiiiiiiiiiiiMniiHiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimii
Ijunclgenooten!
Een ieder heeft voorzeker met geestdrift het
mannelijk en waardig nationaal protest gelezen
van Dr. E. J. P. Jorissen, Rechter in de
ZuidAfrikaansche Republiek.
Het protest is niet alleen gericht aan den
Engelschen minister Chamberlain, maar ook aan
het misleide Engelsche volk.
Welnu, eert uwe stamgenooten in de Z.-A.-R.
in den persoon van Dr. Jorissen te Pretoria,
door hem oniiiiddi'Uijk uw naamkaartje als bewijs
van instemming per post toe te zenden.
7v» burger van yeHcrlnnd.
Amst, 29 April 18%.
Met beleefd verzoek aan alle bladen dit inge
zonden stuk over te nemen.
m'iiiimimimiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiimmiiiiiiiiiiiiiiiimmiiHiiimiiim»
40 cents per regel.
miiiniitimiiiiiiiiiMiiiiiiiiiini ....... i ....... minimi ..... mi
Hoofrl-Depót
VAN
Dr. JAEGER'S ORIG.
K.F. DEUSCIILE-BENGER,
,-,.Vv Amsterdam, Kalverstraat 157.
c\tf>^t^^
gi Eenig specialiteit in deze
" artikelen in geheel Nederland.
Magazijn KEI/ERSHOF", Nieuwendijk 196.
Zijdensto f f en. Grootste sorteering zwarte
en gekleurde, effen, gewerkte en gedamasseerde
Zijde, Satijn en Surah. De nieuwste des
sins en kleuren steeds voorhanden.
SCHADE & OLDENKOTT.
H. R AHR te Utrecht.
Pianofabriek.
Binnen- en Buitenl. Muziekhandel.
Amerikaansche Orgels.
Ruime keuze in Huurpiano's.
heer d'Aubières zijn!... en zij wil je wij
zen, hoe je hem op zijn voordeeligst kunt
laten uitkomen . . . Gauw!.. . haast je, rep
je!... ik zal mijn oude rose japon aantrek
ken . . . die is wel ouder en leelijker, dan
die ik nu draag... maar 't is een gala
japon ...
Nogmaals wierp zij een blik op den heer
de Bray, die, gevolgd door zijn broeder, de
deur uitging, en stamelde, de oogen ver
duisterd door tranen, die opnieuw dreigden
te gaan vloeien:
Jammer!... ik tref het toch wél on
gelukkig, dat de twee eenigen die van mij
houden nu juist niets, niemendal van mij
zijn . . .
En toen baar stiefvader zich omkeerde
om haar te antwoorden, voegde zij er schie
lijk bij:
De twee eenigen, dat, 's niet mooi van
me, dat ik dat gezegd heb !. . . ik vergat
oom Albert en tante Mathilda, die altijd
even lief voor me zijn geweest, allebei! .. .
en die dan toch echt wat van me zijn! . . .
Plotseling een inval krijgend dook zij
schielijk onder den arm van den heer de
Bray door, die nog steeds den deurknop
vasthield en riep hem lachend in 't voor
bijgaan toe:
Dat 's waar ook! . .. ik zou vandaag
bij hen dineeren! ...
En op geheel anderen, deftig gezwollen
toon vervolgde zij:
Wees zoo goed, mijn moederrr hiervan
te verwittigen, indien zij 't vergeten heeft . .
Met die woorden holde zij de trap af.
(Wordt vervolgd)