De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 31 mei pagina 4

31 mei 1896 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 988 tengang te brengen welke als een vaste af spraak is tussehen den samensteller van den ca talogus en den gebruiker, waren niet noodig geweest, zoo Coenen vroeger geleefd had. Die overdreven hartstochtelijke boekenwurmen achtten voor de praktyk noodzakelijk, allerlei spitsvondigheden te bedenken. Hoe onnoodig dit is, bly'kt, als men met onbevangen blik den cata logus van het Museum-Willet naar waarde weet te beoordeelen. Niet waar, men behoefde slechts origineele afdeelingen te scheppen als daar zijn: Werken van gemengden inhoud, Brochures en Vlug schriften, Geïllustreerde merken, Diversa, Oude edities, etc. En zoo voort. Nu weet men het immers precies. Er zijn dwazen geweest, die Brochures en Vlugschriften rangschikten naar den inhoud en dan in den catalogus als gelijken van boeken behandelden. Maar, is een brochure dan een boek ? 't Is al te gek! Zoo is het ook absoluut onbegrijpelijk, dat er, ia den voortijd en in den natijd, boekenbeschrijvers geweest zijn, die meenden, dat de gebruiker van een catalogus belang stelde in de vraag van Jan Kallebas, of een boek in groot folio of in duodecimo was verschenen. Dit is een zaak die uit sluitend den binder aangaat, waarmee het gewone lezend en studeerend publiek niets heeft te maken. Met dien verstande echter dat men wél weten moet, dat n uit alle boeken, d'Hnijvetter's Zeldzaamheden (pag. 31) in kw.fonn" verscheen, De geheele catalogus is als een ontdekte nieuwe wereld en dat ne kwarto formaat als het ei van den ontdekker! Voortreffelijk georganiseerd is die Nieuwe We reld, als door een genie. Gedachtig aan de paedagogische ervaring, dat aanschouwelijk onderwijs het beste onderwijs is, wil ik voor jeugdige bibliothecarissen door eenige duidelijke, alles ophelderende voorbeelden aantoonen, hoe met de i\ieuwe indeeling van een catalogus, volgens den ontdekker moet worden gewerkt. Bijvoorbeeld : Benndorf, Antieke (sic) Gesiehtsliel me- und iïepiilcralmasken is een »werk va i algemeenen" en HIoll, Kerkgeschiedenis van Nederland is er een van »geinengden inhoud." Wat onder «Brochures en Vlugschriften" te verstaan is, springt in het oog, als ik met «enigen nadruk er op wijs, dat de Let tres posthiimes van Prérost-Paradol, waarschijnlijk een dun boekje, er toe behooren, en als ik, met een beroep op het heldere menschen-verstand, aanstip, dat onderdeze rubriek ook voorkomt: Gedenkschriftvan de inhuldig i v c/ v/m Willem III binnen de hoofd stad des liijks in 1N4!>, door A. L. (i. 'J'onssaint. Amsterdam, 1H74. Let eens op, met hoeveel kiesche zorg hier vermeden is, deze brochure op rekening te schrijven van de niet geheel onbekende latere mevrouw Bosboom. Je kan bij zulk werk als het maken van een catalogus niet sekuur genoeg wezen ! Voor hen, die niet te best weten wat «Geïllu streerde Werken" zijn, is het van precieus belang te vernemen, dat Hofdijk, de oude schutterij in Nederland, met eenige afbeeldingen in den tekst, naar stands- en geboorterecht daar onder behoort, evenals het meesterlijk met n pennesstreek aan geduide werk lieaux Arts, 1H7'5 1NSO Paris (pag. 179). Er zijn lieden dat ken ik! die hier liever dan n pem estreek een meer gedetaillrerde beschrijving zouden hebben gewer.scht; maar die lieden zijn al te nieuwsgierig, en de fouten der menschen moet men niet aankweeken. Hoogat interessant is de afdeeling »Diversa". Hier vinden wij o. a, Bi/ff'on, Oenvres complet es. Als wij dit hier zoo zien staan, kunnen wij ons haast niet voorstellen, hoe sommigen zoo onnoozel kunnen zijn geweest, dit werk onder de natuur wetenschappelijke te rangschikken, of bij gebrek aan deze rubriek onder de.... «Gemengde". Een *0ucle editie, etc." is: De Furre, Les/jiiatre lieures de la toilette des dames, pocine i'1'otii/ne en qtiatre cltants, Paris 1774. Oud, hè! Etceteraacbtig, hè! Ik moet spaarzaam zijn bij mijn mededeeling van wat origineels is gewrocht door de nieuwe indeeling, want ik heb ook een en ander superieurs in de meer algemeen gebruikte rubrieken onder de aandacht te brengen van hen, die den uitnemenden conservateur als bibliothecaris de hulde moeten brengen, waarop hij recht heeft. Menigeen zou gelooven, dat Carter'* Hperimen of tlte ancient sculpture and painting, nowremaidag. . . die menschen zijn veel te ver, om ze op zoo'n afstand van hier tot daür te on derscheiden ..." Nu, maar ik verwed er wat om, zeg ik ... zet je paard maar even aan, dan hebben we ze direkt ingehaald .. . maar hij wou niet... en 't eerste dwarspad waar we aankwamen ... flap! duwde hij me de rijlaan uit, zoodat ze uit mijn gezicht waren ... en daar liep dat toen mee af... Laat ik u ... 'k Ben er nog niet!... zoowat een maand later was ik met ouden Jean bijna op dezelfde plek ... toen ik u op eens weer met dezelfde dame zag loopen . . . Wacht! zei ik bij mezelf, nu mijn moeder er niet is, en ook geen mevrouw de Bassigny, waar ik me aan hoef te storen ... en ik niet bang ben, dat ik me zal branden . .. wil ik ze toch eens van nabij bekijken ... 'k moet er 't mijne van hebben... en ik zet er den draf in... »Freule Coryse, riep Jean achter me, de weg wordt leelijk glibberig.. . pas op! ... zoo meteen duikelen de paarden nog op hun neus . .. we moeten liever den ouden weg terug rijden... »U begrijpt, 'k deed net, of ik 't niet hoorde,.. . maar op dat oogenblik stapte u juist in dat malle koetsje en reed als de wind den kant van Crisville uit... ik zeg tegen Jean: »Waar zouden die heengaan ? dat wil ik weten . .." en wat denkt u dat hij weerom zei ?... »0ch, neen, freule, laat u je toch gezeggen, dat hoort niet, zoo iets!..." En toen ?... ning in England onder «Schilder- en beeldhouw kunst'' behoort. Misgevat! Het is een werk »van algemeenen aard". Immereeel, De Levens en Werken der Hollandsche en Vlaamsche kunst schilders, staat onder «Schilder- en beeldhouw kunst". Niets verrassends ligt er dan immers in, dat Kramm, supplement op dat werk is een «Werk van algemeenen inhoud". .. . De rubrieken «Decoratieve kunst" en «Bouw kunst" staan zeer distinctief naast elkander, en met ongewoon meesterschap bracht Coenen het werk van dr. Bock over Karl des Grossen Pjalzkapelle bij «Decoratieve kunst" en Durckhardt's, Geschichte der Renaissance in Italien specifiek onder «Bouwkunst". Een afdeeling «Tijdschriften" bewerken, is ook gemakkelijker gezegd dan gedaan. Men moet heel wat in zijn mars hebben, heel wat oordeel des onderscheids, om het te kunnen brengen tot de juiste kennis, dat het Jahrbttch der Knql. Preuss. Knnstsamml. en Obrecn's Archief geen tijdschriften zijn maar tot de «werken van algemeenen inhoud ' behooren en dat er tijdschriften gevonden worden, welke dien naam nog ternauwernood verdienen, maar toch nog eventjes tijdschriften blijven. Byvoorbeeld de zes eerste Jaargangen van OtidIlolland, die geheel op naam van DE VRIES en DK ROEVER staan, natuurlek omdat deze twee gf leer den die jaargangen alleen hebben volgeschreven, evenals de geheele Gazette des Beau.r Arts, zestig dikke deelen, een werk is van CHARLES BLANC. «Muziek en Tooneel" is n rubriek, «Letteren" een andere. Ilenri lilazc, Le Faust de Goethe, behoort bij «Muziek en Tooneel"; immers, daar is over een tooneelstuk geschreven, Corneille. Thciitre ('hoisie staat onder «Letteren", omdat het geen tooneel is noch muziek, zooals bijvoorbeeld tooneelstukken van Sardou wél zijn. «Letteren" is gesplitst in Nederlandsche, Engelsche, Fransche en Duitsche. Nederlandsche Letteren: Jïaudet, Ijfven en werk van Willem Junsz lilaen, (den boekhandelaar en uitgever); ('ramer's C. F. Gc/lert's lieren, uit het Iloogduitsch vertaald ; Disraelt's Lolknir ; Schotel's Abdy run J{-ijiisbnrg, en verzuim niet al uw opmerkzaamheid voor dit wonder te geven 38 deelen van de Natorsclier. Dit is : Letteren, geen tijdschrift; wat dacht je ! Fransche Letteren: Bossert, l^a Lütcrutnrc allemande /(,/ inotjcn age en vertalingen van wer ken van Erasmus. Engelsche Letteren: Dibdin, Hibliomaniu : Fdirard's Ldiraries and /'ouiulers of librnries. Bibliografie en geschiedenis ervan is immers: Letteren ! Hoe zou anders de romanschrijver Coenen bibliothecaris geworden zijn ! Duitsche Letteren: 3IacchiareUi, Dnslim-.h roni Fiirsten. «Staats- en krijgsgeschiedenis" moet men niet verwarren met «Genealogie en heraldiek". D'iarom heeft Coenen, de baanbreker, Allicrdiiifik Tliijm's afstamming ran '/*. 3L den J^ontnif \lrt/lem 111 en van II. 31. I\.oiun//tn Xopltte nit Kci..cr J\nrel den Groote bij de eerste categorie gerangschikt : Maats- en /tTyV/sgeschiedenis ; Karel de Groote was immers een krijgsman, en Willorn III een staatsman. Daarom ook plaatste hij ('lande I'aradin, J'rincelijcke dei'ijsen, Leijden 1615 (niet een »oude editie etc,") onder de «Genealogie en heraldiek". Het hoofdstuk «Moraal, Philosophie, Politiek en Jurisprudentie", spreekt in zijn titel zóó duidelyk, zóó categorisch, dat het geen toelichting behoeft, dat hierin vermeld wordt, bijv. Hi'rsol, Mesmer cl Ir wtgnctisinc riniiinil en bijv. niet: Gel/ert, Redekundige grondstellingen, dat onder (let op) Nrderliuidsdie Letteren is geboekt. Mocht iemand twijfelen wat in dezen catalogus als «Kostuumkunde" is aangemerkt, dan wordt hem dit duidelijk, zoodra hij maar in het oog krijgt den titel van het hoek Jloiiani, l'erseichniss der geistlichen Ordcns-Personen in der s'reileiiden Kirc/ic. Want die Ordens-I'ersonen hebben evenals andere menschen een kostuum aan..... Wat «Ethnologie, Topographie, Reisbeschrijving" beteekent, bespeurt men het duidelijkst uit Ter Gai/tc, De Gilde». De indeeling der >:Catalogi" is dienstig voor de verstandsverscherpirig, als de vervoeging van erin onregelmatig Grieksch werkwoord. liet boek van Carl Andersen over het kasteel van Hosenborg, behoort in het Deensch bij »Schilder- en I.eeldhouwkunst" (pag. 7) in het Duitsch bij ->Catalogi" miiiiiiiEiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiu -- Toen ben ik u bij een kruisweg kwijt geraakt. .. maar 'k heb u daarom toch wel gevonden ... in de uitspanning in Crisville ... uw knol stond haver te eten en u was boven... voor een raam, met dat... dat dametje .. . dus, toen dacht ik ... Wat dacht u ? . .. Als meneer d'Aubières zich in het bosch en in herbergen verstopt met een dame, met wie hij zich niet in 't publiek kan vertoonen, dan wil hij haar absoluut, hoe hot ook gaat, zien ... en als hij dat toch met alle geweld wil, dan houdt hij van haar, net als Paul de Lussy van haar hield ... en nog meer zelfs... want om te riskeeren . .. voor een kolonel, een bezadigd man, iemand op leef tijd . . . K n toen de hertog iets wilde inbrengen : Ja... in vergelijking met Paul, een jongen van pas twee en twintig jaar, is u op leeftijd, niet?... Welnu, om te doen wat ze toen 't Paul was, al dwaasheden noem den . .. moet.. . Moet men zich al verschrikkelijk ver velen in Pont sur-Sarthe... en in onver schillig welke wereld verstrooiingen zoeken, waar men niet buiten kan... ik kan u geen uitlegging geven van dingen, die u niet moogt begrijpen, maar wel kan ik u ver zekeren dat ik, wat u ook van mijn triestig bestaan mocht hebben gezien of' gehoord, volkomen waardig ben om u lief te hebben en uw echtgenoot te worden ... nooit, tot op den dag dat ik u leerde kennen, heb ik er (pag 182). Niet bij «Catalogi" ingeschreven, maar bij «Schilder- en Beeldhouwkunst" zijn de boek jes: »Gemiikle-Summlnng S. K. H. des Herzoysvon Leuchtenberg in Miinclien," en »Collection de 31. Jo!,.n W. Wilson," en de catalogus van den Parijschen Salon van 1880. Men zal met recht zeggen, dat ik niet karig ben met lof en toch geef ik slechts enkele staaltjes, put ik mijn voorraad niet uit, al voeg ik bij het reeds met waardeering hier opgesomde nog een en ander. Ik heb met mijn leeken-liefhebberij in boeken opgemerkt, dat een gevaarlijk struikelblok voor bibliographen is de moeilijke quaestie der anoniemen en pseudoniemen. Hulde moet daarom gebracht worden aan bet vernuft en de geestesinspanning, waarmee de heer Coenen dit gevaar heeft vermeden. Zoolang hij niet de mathematische zekerheid heeft, erkent hij geen pseudoniem als zoodanig en past hij voor elke waaghalzerij. Hij kent dan het boek aan niemand toe dan aan den pseudoniem, die er op gedrukt staat. Met mathematische zekerheid kan hij onder Fransche Letteren, de vertaling uit de Camera Obscnrii toeschryven aan Hildebrand, met de ver klaring er bij rz Nicolas Beets. Maar in de Nederlandsche Letteren is dat anders. Daar is Hildebrand : Hildehrand gebleven. Zie je, Beets woont in Nederland en hij kon het eens tegen spreken ! Zoo ook kan men maar niet te voorzichtig zijn bij het vermelden van De Vaderlandsclie .Historie. Nog al veel geleerden beweren, dat dit een boek van Wagenaar is. Met dat al staat het niet er op vermeld. Dus Coenen negeert het. Jammer alleen is, dat hij i iet verklaart, hoe het misverstand in de wereld gekomen is, dat het vervo'g op boven genoemd boek, zonder blikken of blozen, kan genoemd worden: 'l'en rerrolye r in Wiige,»nars i'aderlandsdte Historie. Misschien een drukfout op den titel. En ten slotte beveel ik ter bestudeering en navolging van jonge bibliothecarissen de twee volgende titels aan : l'.ig. ?>>: Thoró T. Salons de. II'. IHirger 1SG1 INHü, 2 vol. 2 ex. Paris 1S70. Hoe duidelijk ! Hoi voortreffelijke volgorde van beschrijving! Pag. :>7, plotseling midden tussehen de boeken, «Emie verzameling van oude kruiken en kannen." Ik ben maar leek, en ik twijfel er niet aan, of ern man van het vak zal bij eenige bestu deering van het standaardwerk van bibliographie veel meer te loven vinden dan ik. Mij viel het meest saillante alleen maar op. Ik gebruik alleen maar ee< s een enkel boek, ik ben lief hebber van bibliographie geworden door onze bibliotheek van C. L. I. O. In 1S!M) heb ik eens in het Studenten-Week blad Pro/ii'iit l'ure* oen catalogus van de biblio theek van een S/ii'lenleti J'lnii'iiificenttsclie l'crceniiiiiig gekritiseerd. Dat ding was slecht, wezenlijk slecht, maar de samenstellers konden het niet helpen; zij wisten niets van boekbeschrijving. Op de zeer gerechtvaardigde vraag, waarom de bibliothecaris, die zich toch voor deze betrekking had laten benoemen, niet een man van het vak had geraadpleegd, die er meer van weten zou dan hij en ik samen met een groot cijfer vermenigvuldigd, werd geantwoord, niet geheel ten onrechte . dat die bibliotheek een private was; dat het er voor zulke instelling minder op aan kwam; dat een deskundige mis schien voor zoo eenvoudig iets zijn hulp weigeren zou ; dat van de.i bibliothecaris, die voornamelijk voor zich zeken te slndccmi had.de bibliotheek als bijzaak herbouwde en voor zijn amateurs postje niet werd gesalarieerd, niet veel gevorderd mocht worden; en dat hij was gekozen omdat niemand anders wilde gekozen zijn. Ik h -b toen aangeraden de boekerij van de rharmaceuten in bruikleen af te staan aan een groote Bibliotheek, in de verwachting, dat dan alle zorg eraan zou worden besteed. Die raad is opgevolgd, de boeken zijn geborgen in de Universiteits-Bibliotheek van Amsterdam en de catalogus is vernietigd. Wanneer eens de catalogus van het MuseumWillet zoo'n prul ware, dan zou ik het zelfde willen rilden Maar 1. is het conservatorschap van het Museum-Willet geen ////-baantje, '2. is daar een bibliothecaris benoem,!, omdat hij beter was dan anderen, die te vinden waren, .'1. zou daar MiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiE natuurlijk een deskundige alty'd gaarne geholpen hebben, omdat de figuur van een openbare in stelling te redden viel als er soms kans was dat het misliep, 4. zijn daar ook kruiken, kannen, stoelen, vazen, tapijten en ingelegde tafeltjes te conserveeren en die dingen kan men niet naar de Universiteits-Bibliotheek brengen, en 5. alles afdoend deze catalogus is immers, zooals ik heb aangetoond, een pronkstuk ! . . . . FKRD. WIKIIDELS. Amsterdam, 2G Mei '9G. Naschrift. Het blijkt, dat niet ieder zoo bar is ingenomen met Coenen's meesterwerk als ik. De heer W. Nijhoff sprak, zooals ik in liet Handelsblad vermeld zag in den Ned. iïiie.cttitor minder gunstig er over. Hij schijnt niet voldoende te hebben gevat, dat hier een nieuwe wereld ontdekt is. De heer Coenen maakte nu in het Handelsblad, al weer al te bescheiden, een smoesje. Ily noemt zijn werk een eenvoudige inventaris en belooft tegen later een /i-c/eiKcha/)jx'lijken catalogus. Och kom ! De heer D. Franken Dzn. schrijft toch niet een Fransche voorrede voor een inventaris ! En een zoo knap ('onserratenr als die van Willet kan toch niet anders dan gezond-verstandig en wetenschappelijk werk leveren. Wetenschappelijk en baanbrekend blijft het werk in elk geval, hetzy dan inventaris of catalogus! F. W. iiiiiiiiimmtiiililiiim een oo<_renblik aan gedacht, een vrouw rnijn hart oi' mijn naam te schenken ... en de liefde, die ik u aanbied is in weerwil van mijn »lioogen leefiijd" nog jeugdig en oprecht... Het zachte armpje, dat hij aldoor in den zijne had gehouden, vast tegen zich aan drukkend, fluisterde hij : Laat mij hopen... toe... ik smeek het u ... Als ik niet dadelijk ja zeg... ant woordde ( 'uryse openhartig is het omdat ik alleen een man wil trouwen, dien ik lief heb of dien ik voel, dat me dierbaarder is, dan alle anderen . . . om de wereld maal ik Lreen zier! . . . en fratsen en opsmukkerij kan ik niet uitstaan!... ik heb tot nog toe al leen wezenlijk gehouden van oom en tante de Lauiiay. papa, oom Mare, ouden Jean, mijn kindermcid, Oribouille en mijn bloe men . . . wat ik voor rnijn man wil gevoelen moet iets anders zijn, zoo niet de liefde die ik niet ken, dan toch iets heel innigs en onwankelbaar* . . . Kolonel d'Aubières was blijven staan. Hij nam ('hiilbns beide handen in de zijne en drukte ze aan zijn lippen. Ik zou zoo vreeselijk ellendig zijn, als ik u moest opgeven ... Hij trok haar tot zich en zij, bewogen door die stem die trilde, door de geheele uiting dier zoo ontwijfelbaar echte genegenheid, liet hem begaan. Chiil'on stamelde hij eenige, lieve ChifFon!... IIIIIIIIIHIDHIItHII iiiimmiiiiiiiiitiiiiiHii 40 cents per tegel. lllliiiiimmiliiiiiiiMliiiillliiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiriHiiiiiiiiiniHiMitiiiiiii MU Hoofd-Oepót VAN Dr. JAEGER'S ORIGK Rif »* K. F. DEUSCI1LE-BENGER, ?f ~-"^S> Amsterdam, Kidverxt raat 157. ^^"jrjSfl^ Eenig specialiteit in deze (.j*?*^ ^ artikelen in geheel Nederland. Magazijn KEI/E RS H O F", Nienwendijk 19«j. ZijdenstO f f en. Grootste sortccririg zwarte en gekleurde, effen, gewerkte en ijadamasseerde Züde, Satijn en Surah. De nieuwste des sins en kleuren steeds voorhanden. SCHADE & O L D E N K O T T. H. RAHR te Utrecht. Pianofabriek. Binnen- en Buitenl. Muziethandel. Amerikaansche Orgels. Ruime keuze in Huurpiano's. MIIIMIIIHIIIIKIIlmHIlHUJIllmlIMIIlm* Zij vleide het hoofd tegen zijn schouder, peinzend, zich afvragend, of /ij mettertijd dien man niet zou kunnen liefhebben, die zoo veel van haar hield en zoo goed scheen. Maar de heer d'Aubières, verward door de aanraking van het slanke, zachte figuurtje dat zich zoo vertrouwelijk tegen hem aanvleide ; ovevprikkeld door.de omringende stilte en duisternis, bedwelmd door de sleuren, die in het nachtelijk uur uit de tallooze bloemen opstegen, verloor /.ijn bezinning. Met een plot selinge beweging sloeg hij zijn armen om ('orvse heen, drukte haar aan zijn borst en bedekte haar voorhoofd en haren met harts tochtelijke kussen. Het meisje rukte zich heftig los, bijna met walging. K n toen de hertog, tot bezinning gekomen, spijt ge voelend over zijn onstuimige daad, verlegen mompelde: Vergeef me ... ik heb u zoo lief! .. . antwoordde zij reeds bekomen van den schrik waarvan zij zich, in haar on schuld, niet eens rekenschap gaf: Ik vraag u ook wel excuus . . . maar ik kon 't heusch niet helpen ... 't kwam, weet u... ik heb zoo'n hekel aan zoenen ... (Wordt vcrcolrjd).

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl