De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 31 mei pagina 7

31 mei 1896 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 988 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Een Nest Menscien Door: ADG. P. VAN GKOENINGEN. 1) 'Gaat ge nog n stapje lager in de maatschappij de schr\jver van deze schetsen deed, dan staat ge midden onder dieven en moordenaars. Want Van Groeningen brengt u niet slechts onder arme lieden, doch onder lieden van de allerarm ste soort, waar het plegen van grove misdaden reeds niet onverwacht is. Inderdaad was Van Groeningen in onze letter kunde bij uitstek de realist van de achterbuurt, Tan de stegen en sloppen. Anderen waagden zich ook een enkele maal aan de beschrijving van het arme volk ; Van Looy gaf in een zijner Feesten «en brok leven van werklui, en vroeger de fysiono mie van een vagebond. Een maand geleden vond men in het Ttceemaandelijksch Tijdschrift een achterbuurtschets van den heer Hartog. En mis schien is ook deze laatste, gelijk Van Groeningen het scheen te zijn, vooral voor ziilk een realisme aan gewezen. Want het blijkt uit een Nest Menschen .zoowel als uit den roman Martlm de Bruyn, dat de vroeg gestorven kunstenaar het meest en het best te vertellen had over de zier arme lieden. Schetsen als de hier genoemde bewijzen ons een dubbele dienst. Zg geven ons kunst, maar ook inlichting; zij kunnen treffen, doch ook leeren. Van Groeningen brengt ons in aanraking met een wereld, waar wij door eigen aanschou wing weinig van weten, en men krijgt van zijn werk niet den indruk, dat hij de lieden van zijn wereld veel beter of slechter heeft voorgesteld dan zij zy'n. In zoover helpt de kunst de leering : de eerste doet ons gelooven aan de tweede. En welke is die leering ? Het moet gezegd worden, een leering van zeer weinig verblijding en verkwikking. Er is geen enkele grootheid aan het leven der bewoners van het nest, en uiterst weinig aanwijzing, dat in hen de kiem voor een toonbaar zielsleven schuilt. Hun bestaan is aan alle kanten gedrukt, en zelfs de dierlijkheid komt slechts zelden tot een krach tige uiting. Inderdaad is Van Groeningen hier nog wat minder optimist dan toen hij Jlfartha de Enujn schreef. Want in dien tijd noemde hij als kenmerk van de gewone menschen, dat zij wonderen verwach ten, 2) maar de arme lui in een Nest Meiiselien missen daartoe zelf het vermogen, zij zijn niet eenmaal sterk van verbeelding en verlangen. Wat voor een mensch is Haagsche Leen ? Zij leeft in de geringste aspiraties. De wereld van liaar verbeelding is niet ruimer en schooner dan ?die waarin haar lichaam woont. Zij vraagt niet naar een groot geluk; zij verlangt niet dat eenige hoogere macht haar een fraai leven schenkt; zij beschuldigt niemand en klaagt niet over een noodlot; zij heeft het veel te druk met onaan «iiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiinmiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiii 6<"> Jaargang. 31 Mei 1896. Redacteur: RUD. J. LOMAN. Adres: Stonehaven, Hitherfield Road, Streatham, Londen. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek ?betreffende, aan bovenstaand adres te richten. iiHiiiiiiiiiilllliimiimiiiiii COHBESPONDENTIE. E. S in Steglitz. "Wir haben vergebens versucht die SteJlung herbei zu führen. Weiss hat die Eröffnung (Englisch) s-eür planlos gespielt nnd wir haben folge dessen den Verlauf'nach dem 5ten (!j Zugo vollstandie vergessen. Fieundlichen f Gruss. Van Max Feigl en Ottmar Nemo te AVeenen. Vervaardigd voorden ">en Halfjaar!. Internationalen probleemwedstrijd in dit blad. No. 337. Mat in drie (3) zetten. a bcdefgh AVit: K b2, D f l, B el en f5, P cS en f G ; b3, 6. c6, dB, e4, 6 en g7 en Ii2 = 14. Zwart: K e5, T bl en g8, 11 f8 en b.3, P a8 en hl; aC, 7, bi, el, f3 en g4 = 13. l D d7, Oplosasing van No. 335 (Pra-lignat). f3 2 T d3 f, K f4 ed3 : K e2 2 T e6, E d3 K e2 2 D b5, P e6 P f3 2 T dl, P f3 P f6 : 2 T f6 :, K e2 K e2 2 T dl, K f l f3 Opgelost door C. Kockelkorn, Keulen (31=,); Prof. .Berger, Graz (4); C. T. v. Ham, Gorredp (3 l/s). R bl P f8 P g5 3 g4 3 D eüf 3 T e3 f 3 T e4 : f 3 D d2 f 3 D d3 f 3 D c5 f 3 T d2 3 D d2 f 3 D b5 f 3 D d2 f zienlijke daden, die telkens onmisbaar zijn voor haar bestaan van het oogenblik, om voor nadenken en droomen tyd over te hebben, om zich zoo iets van een theorie over leven en geluk op te bouwen. En de mogelijkheid dat een droom ooit werke lijkheid zou worden, ligt zóó ver, dat ver-reikende gedachten niet eenmaal bij haar opkomen. Want dit is het, wat het inwendig leven dier arme lieden aan alle kanten verdrukt, het besef dat het bestaan een zorgen is voor den dag van morgen, en er niet te rekenen valt op een voor langen duur verzekerde toekomst. Het morgen is het verste punt van hun streven, en hun denken en verbeelden wordt als stelselmatig er toe gebracht in een kleinen kring te werken. En zoo gaat het ook met Haagsche Leen. Zij heeft geen groote voornemens, droomen, verlangen en verwachtingen, en geen ander vooruitzicht dan ook den volgenden dag nog te kunnen bestann. Zij wordt mechanisch voortgestooten door de kleine noodwendigheden van haar broodwinning ; haar instincten werken met kleine schokken. Zoo min als een verbeelding van geluk, heeft zij een verbeelding van liefde. Zij gaat leven met een slampamper, de hemel weet waarom. Een kleine neiging, een oogenbliklijke opwelling van zinlijkheid is voldoende om haar tot een besluit te brengen. Evenmin is hare verbeelding krachtig op het punt van goed en recht. Haar codex heeft slechts enkele artikelen : buiten de politie blijven ; zich met haar eigen zaken bemoeien, en zorgen dat zij haar centen krijgt. Erkend moet worden dat zij er veel voor over heeft de twee laatste artikelen te handhaven. De meeste menschen uit het nest zijn niet krach tiger dan Haagsche Leen. Bij hen allen is het in wendige leven verdrukt door de onzekerheid der toekomst, en ontbreekt het heroïsche en fijnmenschelijke nagenoeg geheel. Van Groeningen zal u niet leeren, dat er bij de arme lui mér deugden te vinden zijn, dan velen wel vermoeden en toe geven willen. Hij is zelfs aandoenlijk als hij zien laat, hoe het heroïsche geen uitweg vinden kan, zoo het even opduikt. Wat wil die arme man die nog wel wat teederheid in zijn armoe bewaard heeft, en zijn zoontje sterven ziet ? Hij krijgt vage gevoelens van onrecht, aanvechtingen tot opstand. De rijke lui zijn de schuld. Zij sturen een dommen dokter naar de achterbuurt, want 't kan hun niet schelen, hoeveel er daar sterven. Hij moet zich wreken... Zoo komen er brokken den ken in zijn hoofd opwarrelen, maar de stakker mist de oefening en de kracht om op een den king door te gaan, een plan uit te werken, een theorie op te bouwen. En deze man heeft nog eenig gemoed. Maar bij zijn vrouw is er enkel klein en naar egoïsme. En hoe zou zij ook ooit verbeeldingen van zoo iets als een gelukkig huiselijk leven kunnen hebben? lllllllltHIIIIHIIIUIIIUIIIIII 1) T dl P «G Kh7:i . . ? ? d5 e4 T e7 K Cl g T b5 f ? ??? * ? * * :it T I) T j) T Ii5: cl: el H» m SS: \Vat kan zij anders hopen dan morgen althans nog te leven zonder te veel honger ? De ziekte van het kind geeft haar geen andere angst dan dat de zaak zal benadeeld worden, en later, dat het huis besmet is en haar zelf ook de ziekte aangrijpen zal. Maar verder dan bij haar man gaat het gevoel van pathos niet in die benauwde wereld. Er is echter wel eenig begrip van humor. Zoo voortdurend dreigt de ellende, dat zij ook buien van onverschilligheid voor het morgen aanbrengt, en de lust het heden wat vroolijk te maken. De man, die op zoo'n leuke manier zijn vrouw een gulden weet af te zetten, is een guit, al gaat zijn guiterij niet zeer ver. Hij kent het zwak van zijn vrouw, en slaat er een slaatje uit. Ja, die streek met het loterijbriefje van Neeltje de kaartlegster bewijst wel, dat alle fut er nog niet uit is in het bedompte nest. Die kaartlegster is anders nog een der meest vertroostende figuren. Zij weet zich althans in haar koel egoïsme nog eenig geluk te bezorgen; een weinig gemak in het leven en eenige zeker heid voor de toekomst. Maar als dit gemak en die zekerheid op zulk een wijze verkregen moeten worden, dan is er niet veel beminnelijkheid en zachtaardigheid in de maatschappij van het nest te verwachten. Nu wordt voorzeker ook in de jeugd dier menschen geen zachtaardigheid aangekweekt. Er steekt in hun opvoeding geen plan, door welwillendheid en liefdevol overleg geleid. Het is al veel, zoo de ouden vinden dat zij voor hun kinderen zoowat zorgen moeten, maar verder gaat de opvoeding niet. En niet eenmaal bestaat die zorg altijd. Menigmaal, als een arme jongen uit school thuis komt, don ganschen dag zonder eten is geweest, en hoopt op een bote/ham in den avond, vindt hij zijn vader als een dronkaard op den vloer liggen, en zijn moeder zonder eenig geld om wat voedsel te koopen. Menigmaal is de vader tyranniek, heeft hij er pleizier in om zij i kinderen af te snauwen en te brutaliseeren, en houdt hij er geen rekening mede, dat ook zij een maag hebben. Vroegtijdig reeds leeren de kinderen, dat het geen liefde is, die hun leven bestuurt en hun leven een bestaan is van dag op dag, van een zorgen voor den dag van morgen en verder niet. Wat voor verplichting gevoelen deze kinderen voor hun ouders ? Kan er iets zijn van teederheid, van liefde ? Zij verbreken den band, zoo spoedig zij een weiiiig voor zich zelf kunnen zorgen. Het ouderlijk huis maken zij 7.00 snel mogelijk tot een kosthuis, waar zij slapen en eten, maar het weinigje genoegen dat te veroveren valt, zoeken zij buitenshuis, op straat, in kroe gen en in danshuizen. Zulke inlichtingen verschaft ons \7an GroeBeoordeelingen (No. 335). No. 335 zeichnet sich durch eine ticfe Anlage und einen reichen Inhalt aus. Selbst die Nebenvar, l?P go 2 T dl, P f3 3 T d2 ist sehr fein consuuiert. Weiin ich auch nicht mit allen Enzelheiten einverstanden bin (z. B. mit der Herbeifiilirung des Hauptspieles durch Schachget ot im zweiten Zuge, mit den 3 llanorn f6?hSi, so kann ich doch dem l'robleuio die Zilïer 4. nicht vorenthalten. Jou. Berger. Eine vorzüglicho Aufgabc, der nur eine wcniger hiisalich uud unnatürhcbe Bimernstellung zu wünschen wiire. Der erste Ziig liegt wohl nalie, aber es f.-lilt nicht an gutcr Verführung (z. 13. D e? schettert nnr an R bl) Dem HauptspKl (nach i'3j stehen 3 werthvolle und schwierige Varianten zur Seite. C. Kockolkoni. De sleutelzet valt vrij spoedig in 't oog. Do stuud der pionnen, hoewel niet onmogelijk, is toch zeer onwaarschijnlijk; doch dit alles betcekeat niet voel, tegenover de verdiensten van dit probleem. Vooral de verdediging l?P g5 ia lijn. Ook de var. l?l'3 l?K bl en l?P 18 zijn zeer goed C. T. v. Ham. Toegekend cijfer Xci. 333 (Kool) 25 2f>. 'Mi (üold; l 47. TWEEDE XAT. COÜllESP.WEDSTUIJD. Yijf-en-dertig.ste zet van Wit. I A l R d5: 2 3 K h2 4 5 D c-3 6! 7 8 D f2 s) r r s 10 de4: R In C 5 is gespeeld 31 -- c5 en ia B 2 31 T G 31-- l' a7. S. te D. Danl, voor ('en j^-maakten spoed. L. H. D. te (i. Het is inderdaad waar. succes. Beste groeten. In A 7 geen opgave ontvangen. J. J. S. UIT DE SCUA.VKWKKKLD. De Schaakclub te Neurenberg heeft tegen 2(1 Juli een Internat, \vedstrijd uUgescUroven met de vol gende aanlokkelijke prijzen: I f 1200. II /' yno, ! II f GOO, IV ? 3<iO,'V ? 240, VI /" 120, VII /" 00. Deze prijzen zullen naar wij hopen voldoende zijn om meesters als Lasker, Steinitz, l'illsbury en T-ehigorino tot deelneming te bewegen. Dat de Meistcrspieler von Nürnbcrg", door wiens toedoen voor een groot deel 't congres i» tot stand gebracht, van de partij zal zijn, durven wij, als van zelf sprekend, aannemen. In New-York heeft door zijn brillant spel een jon ge Duitscher, Otto Roething, groot opzien verwekt. Hij speelde in de City Club aldaar 15 partijen ge lijktijdig tegen vrij sterke spelers (en in New-York atelt men hooge eisehen !) en won 13, verloor l en l remise. ^ Overzicht A'an ^ den driekamp te , ,£ Berlijn. 5 C. von Bardelebcn A. C. Walbrodt J. Mieses ca 01 M;, 001 r » ^ ' i5 '^ ^ l! Sl 0 HU 001 110 4 3 2 Mas. Weiss K-irl Sehlechter Btrth. Ivigliscli. Geoig jlarco d/a Kjl'ii 01 1 ?' .; ~ ] 'j i ., l'jl ri0 | .0 01 10 !-l 10 31 '2 3: ;> 2' '2 2' '-3, ningen over de arme lieden, die in het nest bijeen leven. (Slot volgt.) CH. M. VAN DEVENTER. 1) Met voorwoord van P. Tideman. Amster dam, S. L. van Looy, 1895. i?) Vergel. Voorrede, blz. IV, aanhaling uit een opstel van Van Groeningen: »die geschiedenis wordt gemaakt door twee elementen: het pas sieve d. i. het menschengeslacht dat steeds nonderen vraagt maar ze niet doen kan en het actieve, goddelijke, dat ze wel doet, het genie.'' In den wedstrijd in 't Caféde la Uégonce. 'vaaraan alle spelers van Parijs niet uitzondering van 11 isenthal deelnamen, is de uitslag reeds xoo goed ais zeker. De eerste; prijs werd behaald door Janowski, die thans, na deze en zijn overwinningen te Leipzig en Hastings wel officieel als lYa-du'ijk's eerste schaker kan geilen. Da 2de en 3de prijzen worden gewonnen (volgorde nog onbekend) door den Veteraan Arnous de Kivnve en A. Goetz en de 4de prijs wordt waarwehijnli^k behaald door l!o*on, een jeugdig schaker, die volgens Strategie" grooten aanleg bezit, maar wien 't nog aan de noodige theoretische kennis hapert. In een Australisch blad verscheen on'atigs een portret en biographie van onzen voormaligen land' genoot W. Siebeutiaar. Tot ons genoegen zagen wij Prof. Allard Pierson is verleden Woensdag gestorven. Het Nederlandsche volk verneemt met droefheid die tijding, want het verliest in hem een veelzijdig geleerde, een scherpzinnig denker, een smaakvol schrijver; een beminnelijke figuur, rustig en onvermoeid, zachtzinnig en onversaagd ; een man, lijn van geest, breed van opvatting, eerlijk van gemoed, warm van hart. Lang zal men hem betreuren, en oprecht. Het recht van bestaan der Ned. Opera. In eene brochure, uitgegeven bij de Algemeene Muziekhandel, houdt de heer C. van der Lin den een pleidooi voor de instandhouding der Ned. Opera. De schrijver geeft als citaat: alles was entsteht ist werth dass es zu Grunde geht, zooals Mephisto zegt. Hij wijst er eerst op dat in het buitenland ook niet alles volkomen is en dat men dus aan de Ned. Opera geen onmogelijke eisehen moet stellen. Met warmte komt de heer van der Linden voor zijne instelling op. Dat hij in zijne beoordecling van opgevoerde werken bij zijn eigen instelling wat optimistisch en over die van andere instel lingen wat pessimistisch is, wie zal het wraken? Ook een enkel kritikus die z. i. te veel over het accent van sommige leden heeft uitgeweid wordt even ond -rhanden genomen met Wagner's citaat over Beekmesser. Dat zijn de zwakke zijden van het betoog, want het is beter niet te vergelijken. (Het is toch heel wat anders of men zelf eene uitvoering le:deii moet of die kalm in ecne loge kan fianhooren). D.ich de heer van der Linden belooft aan de/.e instelling een meer Nederlandsch karakter te zullen g^ven en daarin ligt de hoofdkracht van zijn betoog, want ook wij hebben in het afg'eloopen seizoen meermalen gevraagd waartoe het diende uitsluitend vertaalde opera's te geven (on in welke Uial) en waarom eenige nieuwe werden geweerd. Doch dit lag niet aan den lieer van der Linden, die niets liever ver langt dan ze op te voeren. Daarom zouden, wij het toejuichen wanneer de Ned. Opera bieet voortbestaan en daarom raden wij aan de in'".'lam; te lezen, in de hoop dat men de zaak OOK zul steunen. Want nu IK t «ehlek'.;ii is dat men alleen door hooger macht gedwongen niet kon handelen zooals men w'hi'i'1. t.u hopen wij dat het ook blijken zal dat do Xe.d. opera een verhoogd geestes leven zal iv 4<- :;.? :: g iAll. Behalve TI t. vaste subsidies kan men ook een lot nemen a /' l, uit welke verloting men trekken kan een gratis abonnement voor alle voorstel lingen, v. M. lliiiiliiimmiiuimiiiiitiiii! hieruit d;U de lieer Siebenhaar in de Anstraliseh Schaakwereld ee;i eerste' plaats inneemt. Hi^ is sedert eenige jaren te Perth ui West Australiëgevestigd .'n redigeert o a. do schaaUrubriek in de "Western Australian Mail." STKIXITZ.GAMBIET, gespeel'! op de simultaanseance van Stelr.iU te llottcrdam. Wit. Zwait. Stemitz. Heijeriuans. J £.£ {«5 had zich echter veel h -t 3 f "l «j r i: 4 «11 Dlil-j5 t «2 ati Ei.'ii verouderde verde diging, die o. a. weidgovol-d U;vH^Yii;av, ,-i U'-.'M btt'iuitz op ;t nmgi'i-s te Londen in l s^i^le n i'if'r >. Tegenvroc'i'.i ig s|M.'eH men algemeen j?d->. G r ra K -4 7 R i't! R l o: j! S sï;»,; 0-0-0 !) K e:l 1) h-> Sterher was o. i. !'ö. 1<) K 1-2 iUS iJi'^e /et i-j wegen,-. een cveiit. aunvai UK i. b-i z<-er bedenkelijk. J)-,- /.-t \v;i:; echter een ':<?. uizal.e!\\\< gi-Yotg V.UI /\\,U't S VUUL'jii'g.uuiden zet. 11 }' d i 11 <M 1-2 3' n R h i f K5 K ?! K e2 dan D böv er,;:. 13 D gi t U l» 'f'l I> e< 15 1)4 U g J 1(> f4.' Dit verzwak*, 't cen trum. De voorki tir ver diende o. i. l (j D <12. 1(5 K ii('. 17 d5 l' 1)8 18 11 (U5 l' 1\> 11» 1) f3 T deS Beter was T heS. 20 e 5 dc5: 21 R f5 t P f<17! Beter dan 't andere paard, wegens b5, ab5:, al enz. 22 R a7 g6! D bl: dan 23 c3, D b2 21 T bl enz. met onweerstaanbaren aanval. Zwart Wit is tengevolge \an zijn z\\akkeo liiiieu z-t ge hvongei; coit'.e t;e-3 eofiteop a inval te s, rlen. 23 c<i«: cl dan 21 l' i 2'.. '! c,:.'. .-.o. antwoord uut ;,a'i ei veorivomt. 24 J) c!} t P c<; 23 R (.4 l' US Sterker was o. ?-. rio ~2 11 da: (b5diin l) U! .ex.!. 1) bl: '27 1) bl.. !? b l : 2s K t'7 :. 'J' e7 ,i!i !1 cl, ei'l: en /wart in'>e: niet zijn pionnenou'rih.'e iii .>p den K-v!ellr e! 't p!. :: i, tl ?2(5 R ct>: " '-C,: ±1 al :> c7 IN R 1-2 V, .H) l) ,!?> ;u l' u; :U K f l ;;.?) b:; 37 1) c4: 38 T g l :;<.» T a-2 41 ;i.->' 4-2 T Ir2 13 K «2 "-' ;.:\ v ":' (S » ,-» v i» ctt T fre-t : T cl T col P :i(i: T at T aó; T !>4 en Steinitz ^"eft op. Den lieer iit i'eniuuis komt allen lui.' toe vour zijn moeotoi lijkt- behan deling van tii1/:" in#;?wik kelde partij. l[r\ h^e.t't bovendien de voldoening van Steinitz i;i xijn eiyoii gambiet te hebben ver slagen. Bravo!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl