Historisch Archief 1877-1940
No. 990
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
YOOEl DAMEjS.
Te Parus,
(Slot.)
't Was me wat waard als ik vermocht in beeld
te brengen de finlandsche afgevaardigde Maikki
Friberg, die begon met te zeggen, dat zij tien
dagen geleden Fransch was gaan leeren, opdat zij
dit congres in de taal van het land zou kunnen
toespreken ; een verklaring, die wel beteekend zal
hebben, dat ze tien dagen genomen had om haar
rede te memoriseeren, nadat deze door bevoegde
hand was vertaald.
Deze jonge dochter van het ruwe noorden boeide
louter en alleen door hetgeen ze zeide en zooals
ze zeide. Een gullen lach verwekte haar guitige
blik, toen zij na een korte schets der finlandsche
toestanden welke de vronw een betere plaats
toekennen, dan in menig rijk van politieke
beteekenis het geval is haar auditorium toevoegde :
,/vous croyez pevit-être que nous voila satisfaites,
que nous n'aurons plus rien a désirer", om een
ironisch : Loin de la" te doen volgen, opgehel
derd door: II est vrai que nous autres femmes
de la Finlande, nous avons atteint déja une
certaine hauteur de l'échelle de l'égalité, mais nous
ne sommes cependant pas arrivées au sommet, et
les degrés qu'il nous reste encore a gravir sont
comme ailleurs ceux qui nous procureront Ie
suffrage universel dans la législation et au gouver
nement,"
De fmlandsche vrouwelijke geestesadel koestert
dus blijkbaar precies dezelfde wenschen als de meest
vooruitstrevenden onder ons.
Een geheel andere verschijning was het
armenische vronwtje, Kh. Nersessian, met haar mat
teint, sprekende gitzwarte kijkers en kleine gestalte
gehuld in een eenvoudig vlekkeloos wit zijden
kleed, de afspiegeling van een nog onbesmette ziel.
Ja, spreken deden haar oogen, die niets dan droe
fenis hadden te vertolken, toen een veeltijds ge
broken stem ons een schets gaf van de jongste
gebeurtenissen in Armenië: gruwelijke, moorden
zonder tal, en moeders niet zuigelingen, wezentjes,
die in ieder geval nog geen aanstoot of ergernis
hadden kunnen geven levend verbrand, wel veer
tien te gelijk. Wij hoorden de hartverscheurende
smartkreten! Stilte heerschte in de overvolle zaal
zelfs het onbeschaafde element was onder den
indruk.
De uitdrukking //vlekkeloos wit zijden kleed,"
zooeven door mij gebezigd, brengt mij de vrij alge
meen gekoesterde vrees in herinnering, dat de
vrouwen baar uiterlijk zullen gaan verwaarloozen,
zoodra haar hoofd het recht wordt toegekend zich
met iets anders dan nietswaardig'neden bezig te
houden. Een bewijs voor de ongegrondheid dier
vrees, leverde dit congres. De vrouwen, daar aan
wezig, behoorden allen tot die stoutmoedigen, welke,
hoewel nog steeds wettelijk ongerechtigd, zichzelf
het recht hadden toegekend ernstig te zijn in
denken en handelen; niettemin bij geen harer:
opzettelijke verwaarloozing der kleedij. Integendeel
een ieder streefde er kennelijk naar, zooveel moge
lijk van haar uiterlijk te maken, hetzij door behulp
van een meer of minder rijk straatkostuum, hetzij
door een doeltreffend reistoilet.
Onze landgenoot en mede gedelegeerde der
Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, Mr. H. Louis
Israëls, leidde: Nationalitéde la Femme mariée"
in met een geschiedkundig overzicht, hetwelk hem
bracht tot de slotsom, niet omdat hij haar rechtvaar
dig achtte, maar wijl hij geen anderen uitweg zag,
dat in ieder land de gehuwde vrouw de nationaliteit
van haar echtgenoot zou aannemen, terwijl wan
neer de man, vreemdeling zijnde, oen inboorlinge
huwde, hij van haar nationaliteit zou kunnen
worden zonder de voorgeschreven formaliteiten te
behoeven te volgen. Die conclusie wekte geen
ahgemeenen bijval, gelijk het debat bewees, waarin
n woordvoerder aan de hand deed, dat de gehuwde
vrouw desverkiezende twee nationaliteiten zou
kunnen hebben, hetgeen mijn buurvrouw den
sarcastischen uitroep afdrong; //Quel luxe!"
Dat bij de behandeling van 't
prostitutie-vraagstuk de vrouwen zich niet onbetuigd lieten, spreekt
van zelf. 't Was echter een man, Dr. Hirseh, die
na een betoog over het aandeel der mannen in
dezen maatschappelijken vloek, recht op hun ge
weten afgaande, zeide op een wijze, die ik niet kan
weergeven: wij allen hebben in dezen gezondigd,
wij allen zonder onderscheid, en schoonwassclien
kunnen wij ons nimmer; eenmaal gepleegd kwaad
kan niet ongedaan gemaakt worden. Dat klouk
hard in de ooren van hen, ongetwijfeld niet de
zwaarste zondaars, die op dat oogenblik gaarne
hun laatsten franc hadden ter tafel gelegd, zoo dat
hun verleden ten dien opzichte had kunnen zuiveren.
De Franschen, de uitzonderingen natuurlijk niet
te na gesproken, houden op redelijke, zich zelf
bewuste wezens te zijn bij 't hooren van het woord
co-éducation (gemengde scholen). Zoo mogelijk
wordt het nog erger, wanneer ducation int
graL(gemengde opvoedingsgestichten) hun in de doren
klinkt. Sterk onder den invloed der kerkleer en
zich daarenboven nooit veel moeite gegeven heb
bende voor heerschappij over hun hartstochten,
meenen zij, dat het samenzijn van jongens en meisjes
niets anders dan demoraliseerend kan werken.
Een gevoelen in strijd met de verordeningen der
natuur, bij wie toch wel geen streven naar
algemeene ontaarding zal ondersteld worden, en die
met dat al niet het eene ouderpaar uitsluitend
jongens schenkt en het andere alleen meisjes, maar
gemengde gezinnen schept, hetgeen een streng
doorgevoerde scheiding der geslachten onmogelijk
maakt.
Op verzoek had schrijfster dezes een korte inlei
ding over dit onderwerp gereed gemaakt. Hoe kal m
ook haar woord, zij werd in de rede gevallen door
iemand, kennelijk nog niet bekomen van den schrik
hem toegebracht door den wensch van vorige sprekers,
dat het voor goed uit mocht wezen met den oorlog
en Elzas-Lotharingen geneutraliseerd zou worden.
Zijn onhebbelijkheid werkte aanstekelijk. De spreek
ster, niet van plan deel te nemen aan een wedstrijd
van schreeuwen en steeds harder schreeuwen, zweeg
onmiddellijk en trok zich terug. Kort daarop viel
haar in, dat zij in het voordeel der co-éducatie
partij kon trekken van de omstandigheid, dat zij
niet tot haar conclusie was gekomen. Den volgenden
morgen vond de presidente een briefje op haar
plaats liggen, dat zij na de opening der vergadering
voorlas. Het luiddft : //Mej. Haigton stelt den
congresleden voor als hun meeuinf; uit te spreken,
dat een houding als gisteren middag tegenover
haar is aangenomen, volkomen onmogelijk zou zijn
geweest, zoo er voor die rustverstoorders bestaan
had co-éducatie van kindsbeen af." Met luid applaus
werd deze wraakneming begroet.
Toen ik, vrijwel in het begin van dit opstel, zeide,
dat wat Frankrijk betreft, een vrouw voorzeker al
den moed harer overtuiging noodig had, om, vooral
wanneer zij haar weg door het leven heeft te zoeken,
deel uit te maken van het uitvoerend comitéof
zich als spreekster te laten inschrijven, dacht ik
zoowel aan de onderwijzeressen als aan de arbeid
sters, beiden als zoodanig op het congres tegen
woordig. De ware toestand te dien opzichte kwam
nog kort geleden aan het licht, toen te Parijs een
enquête werd ingesteld omtrent het lot der winkel
juffrouwen. Duizenden circulaires werden uitge
reikt met verzoek, om na beantwoording der vragen
het biljet terug te zenden. Wat eenvoudiger dan
dat, zal men denken, maar jawel! Veertien, zegge
14, beantwoordingen kwamen er slechts in, maar
honderden onderhandsche mededeelingen, dat ze
niet hadden durven invullen uit angst voor haar
patroon, hetgeen zeggen wil uit vrees nog dat
weinige te zullen verliezen, wat er voor haar te
verliezen viel. Hoe gezond zoo'n toestand ! !
Veel vrouwen uit den arbeidenden stand waren
niet op het congres tegenwoordig, echter genoeg
om een zuiver beeld te geven van hetgeen de
besten harer drijft bij haar willen en werken. Of
ze een eigen overtuiging hadden; of zij zich moeite
gaven het maatschappelijk vraagstuk te doorgronden!
Mij trok het meest Madme Coutaut, represen
teerende het »Syndicat des Blanchisseuses," daar
bij al haar vuur en hartstocht haar taal sober bleef
en zij zich niet belachelijk maakte door te wel
sprekende gebaren, terwijl zij met al de kracht,
welke haar ten dienste stond het recht verdedigde
van de vrouw op de opbrengst van haar arbeid.
Bij dit punt van behandeling, als bij vele andere,
werden voorbeelden genoemd, die de haren ten
berge deden rijzen. Wat men op een
Feministencongres al niet te hooren krijgt !
Zelfs bij onvolmaakte organisatie zijn congressen
nuttig; bereiken zij al niet het geheele doel, vol
komen missen doen zij het evenmin, omdat zij ons
wakker houden of schudden en behoeden voor den
waan, dat onze huidige maatschappij toch nog zoo
kwaad niet is.
De toestand onzer maatschappij is w e l erg, en
heel '.vat krachtsinspanning is er noodig om afdoende
verbetering aan te brengen dus alle handen aan
het werk ! De leden van 't Feimnistencongres deden
het hunne en zullen het hunne blijven doen
wie volgt van hen, die tot nu toe sliep V
ELISJJ A. HAIGILTOX.
Aiiistcrdaiii, 17 Mei.
De Dnitsche Msyroni,
In het St. l'etersburgsch weekblad De nicinrr
Revue komt een curieuse studie >;over huisvrouwen"
voor, waarin de Engelsche, de Fransche, de
Skandinavische, de Russische en de Duitsche met
elkander vergeleken worden. De Duitsche komt
er niet het beste af, maar het stukje is aardig.
»Veel bewonderd en veel berispt; zooveel be
wonderd, dat men van de Duitsche huisvrouw
byna alleen in lyrische lofdichten kan spreken.
In dezen zin is over de Duitsche vrouw al zoo
veel gezegd, dat ieder wiens vaderlandsliefde of
stamgevoel daaraan behoefte heeft, voldoening kan
vinden ; van de middeleeuwen tot heden ten dage
kan hij in Duitsche boeken den lof der Duitsche
huisvrouw hooren zingen. Maar blijft men op den
beganen grond, wat is dan de Duitsche huisvrouw V
Een product der Duitsche zuinigheid op den
penning. Men verlangt van haar, dat zij in de
keuken koken, slu klaarmaken, op de kin
deren passen zal. dan haar handen aan
haar boezelaar afvegen om voor haren echt
genoot een «liefdevolle gezellin'' te zijn. Dan
moet zij zijn overhemden tellen, zijn kousen
stoppen, en, dit wordt geëischt, met op
gemaakt haar en schoon schort over kunst, litte
ratuur en muziek meepraten.
Dat is het recept voor de ideale Duitsche j
huisvrouw. »Zoo zijn onze vrouwen! Zoo is de |
Duitsche huisvrouw!" kan men overal hooren en
en lezen. Alleen heeft geen enkel sterveling ooit
zulk een Duitsche huisvrouw gezien, eenvoudig
omdat zulk een wezen onmogelijk is. Men kan
niet opgaan in gestopte kousen, meelsoepen en
sla en dan terstond in geestdrift raken voor de
schoone kunsten. De keuken is niet voor de
gratiën en de gratiën niet voor de keuken en
ook niet voor gestopte kousen. En zoo vindt men
dan ook twee typen van Duitsche vrouwen ; de
huisvrouw die men met een flinke keukenmeid
ruilen kan, waarin men door de traditioneele
keukenopvoeding alle bekoorlijke vrouwelijke
eigenschappen onderdrukt heeft, en de
wereldsche vrouw, die om man noch kinderen bezorgd
is, die op bals en soirees schittert en die men
gerust kussen kan en dit is een type dat
niets karakteristieks heeft, want men vindt het j
over de geheele wereld verspreid.
Die keuken-opvoeding is een ramp, want het
Duitsche jonge meisje is een allerliefst schepseltje.
Lief, een beetje Duitsch-bescheiden en schuchter,
een beetje Gretchen, maar zonnig, bloeiend en
frisch. Zij is innemend coquet, en kan liefhebben,
innig en hartelijk. En als ze getrouwd is, sluit
men haar in de keuken op en leert haar heur
gansche ziel aan het wascbgoed van haren ITugo"
of »Franz" offeren, en hare blanke handen ver
dwijnen, hare teere wangen worden keukenrood,
haar mooi goud haar wordt door niemand gezien
en door niemand gekust.... O Duitsche Philister,
geef ons de Duitsche vrouw terug !
Maar er is een evolutie in gang. Ook de
Duitsche vrouw wil haar deel onschuldige bewon
dering hebben, hare kleine successen. Zij heeft in
den keukenspiegel gekeken, zij weet dat zij roode
lippen, zwaar goudblond haar en mooie rose armen
heeft. Zy zal haar kinderen lief koozen als vroeger,
maar zij weet dat het een praatje is dat haar
leven zou behooren af te spelen aan de
aanrechtbank tusschen aardappels, bieten en sla, een
praatje, dat de Duitsche Philister, haar man,
haar heeft wijsgemaakt opdat zij hem een, neen,
twee meiden zou uitsparen, en er meer voor liier
zon overblijven! Voortaan zult gij naast den
schoorsteenmantel in den salon een mooie dame
vinden, met frisch teint en eenigszins dwepende
oogen. Ge moogt haar complimenten zeggen
zooveel ge wilt, en als ge dan heel erg op
haar verliefd werdt, en er kwam zelfs een
kleine uitbarsting, en Franz merkte er van, wat
dan nog ? Het zou goed voor hem zijn als hij er
eens toe kwam, zich de oogen te wrijven en te
zien dat er schatten zijn, die hjj niet wist te
waardeeren. Misschien wordt hij er een ander
mensch van. Hij zal zijn kalotje afleggen, zijn
baard scheren, een nieuw pak bestellen, een roos
in 't knoopsgat steken en zelf zyn mooie vrouw
het hof maken. Dan zal hij vinden dat hare
lippen zacht zijn en haar haren geurig ; dat zal
hem goed doen !"
liet is alsof het artikel door een eenigszins
geëmancipeerde Duitsche dame geschreven is.
lltllllllttllllltUIIIIIIIIIIHIIIIIltllllll
iililntiiitiimii
]>ij de J\riininï/.?('tt/arct/cn <'n tncwit.
Jiru itlxtoilettt'ii. Jldïlftiiiiioii ircn.
l\r<'iiu etui- lu't kroiuiHfxdi net'.
l\Iitnrbordi'ii. Diictori'wn.
li/oeineiircrzciiffeit.
Wij namen eenige van de toiletbeschrijvingen
van de kroningsfeesten over. Bij het doorzien
der overigen kon men opmerken, dat een der
meest gezochte vormen was : een overkleed van
tulle, ook wel goud- of zilvertulle, waarop rozen
of andere bloemen en relief geborduurd, op satijnen
transparant. De tulle was hier en daar verbonden
met agrafen van edele steenen, of de harten der
bloemen van de tulle waren diamanten, die op
de onderstof gehecht waren. Strooisel van dia
manten of smaragden of paarlen was op tal van
costuums aangebracht. De Engelsche dames droegen
meest de drie struisveeren en den diadeem die
bij het Engelsche hoftoilet behooren.
Aan de mantels was ook veel pracht besteed.
Men vindt er beschreven van rose fluweel, van
binnen met zilver geborduurd en met Russisch
sabelbont omzoomd; van hemelsblauw fluweel,
gebrocheerd met ttuweelen petunias met dia
manten beregend.
» *
*
Men zegt dat de jonge keizerin van Rusland
zich aan het hof zeer impopulair gemaakt heeft,
door haar verbod aan de Russische dames om in
het paleis cigaretten te rooken. Een dergelijke
onhandigheid moet het begin geweest zijn van
de impopulariteit van keizerin Friedrieh aan het
Berlijnsche hof. Toen zij nog kronnprinses was,
gaf haar man een groot militair diner, waarby
zij tegenwoordig was. Er waren officieren van
allerlei rang; eenigen die toen luitenant waren
zijn nu generaal en kunnen er nog niet van
spreken zonder te blozen van ergernis. Toen
allen gezeten waren, ging een kamerheer rond,
en verzocht de officieren, uit naam van Hare
Koninklijke Hoogheid, niet met hun messen te
eten. Gelijk men weet, geldt in Duitschland met
zijn mes eten niet voor onbehoorlijk.
* *
*
liet garneeren van de rokken vindt nog heel
weinig ingang; maar de eenvoudigste van allen
zijn nog steeds de smaakvolle bruidstoiletten.
Prinses Marguerite van Orléans had niet de minste
versiering op den rok van ivoorkleurig
peau-desoie (een soort van mat satijn), waarvan de sleep
heel lang en breed was en haar daardoor zeer
imposant maakte. Van binnen was hij geheel
met breed valenciennes bezet. Het corsage, over
de borst een weinig gefronceerd en aan den kant
onzichtbaar gesloten, was spits toeloopend met
een ceintuurlint afgemaakt; de mouwen, gigot,
niet al te wijd, de ruimte naar boven geschoven
en over den geheelen verderen arm nauw aan
sluitend, eindigden in een punt, waaruit een
volant van mousseline-chiffon over de hand viel;
zulk een volant kwam ook uit de hoogen gladden
col. Alleen met den sluier, van kostbare
chantilly, een familiestuk der Orléans had
men iets bijzonders gedaan, hij was als Spaansche
mantille gedrapeerd, en met oranjebloesems ter
zijde op het hoofd vastgehecht. De moeder der
bruid, de prinses van Chartres, had zich niet
stemmig gekleed ; zij was in zware stroogele zijde
met witte margueriten gebrocheerd, een toespeling
op den naam van hare dochter; de kanten, point
d'Alenron, waarmede het costuum gedrapeerd
was, kostten 300 francs per meter. De maréchale
de Mac-Mahon, moeder van den bruidegom, had
in zwart gebrocheerde zijde met een weinig witte
tulle en veel zwarte kant, meer den toon der
plechtigheid getroffen.
Andere aanzienlijke bruiden hadden den sluier
meest van tulle illusion en recht afhangend, de
oranjebloesems soms als diadeem, soms terzijde
als aigrette; ook had men van do oranjebloesems
wel mot smalle strepen tulle illusion een tablier
gemaakt.
*
De normale duur van eene mode is vier jaren ;
het moet volgens die berekening dit najaar gedaan
zijn met de ballonmouwen. Inderdaad schijnen j
ze haar einde te naderen. Na eerst getracht te '
hebben op den elleboog af te zakken, krimpen
ze nu tot een epaulet op, en men begint de
nauwsluifende mouw reeds bij den schouder, vlak
onder het omhoog geschoven dofje. Toch zou
het ons niet verwonderen als het nog wel een
goed jaar duurde eer ze voor goed van de mode
toiletten verdwenen.
* #
*
Omtrent het kroningsdiner te Moskou schrijft
de correspondent van het Vaderland:
Schoon natuurlijk van de spijzen slechts voor
den vorm genuttigd werd, was er toch een menu
opgemaakt: twee soepen, geheel Russisch : lo.de
zoogenaamde rassolnik, die gewoonlyk uit
afsnijdsels van gevogelte gemaakt wordt, b. v. den hals,
pooten, hart en lever van ganzen of kalkoenen ;
hierin worden de in Rusland geliefde gezouten
augurken gesneden, aardappelen, eenige groenten,
als wortels, de wortel van pieterselie, enz. Als die
soep van versch, niet bevroren gevogelte wordt
toebereid, smaakt zij goed. De tweede soep is de
soep van roode beetwortels, die gewoonlijk van
vleesch en gerookt varkensvleesch, de ribben,
bereid wordt en met zuren room gegeten. Tweede
gerecht: de fijnste en beroemdste visch, de steur,
gestoofd met tomatensaus, champignons en groen
ten, waaraan witte wijn wordt toegevoegd, een
even duur als heerlijk gerecht.
Voor den Keizer zal men wel den zoogenaamd
gelen steur gekozen hebben, die veel fijner is
dan de witte. Te Moskau is die niet zoo duur
als te Petersburg en als men op de Wolga vaart,
bieden aan elke stopplaats vrouwen dien gebraden
aan voor 25 a 30 kopeken. Daarna gaf het menu
snippen en dan fazanten in gelei. Verder allerlei
gebraden gevogelte, o. a. kapoenen met salade ;
voorts asperges, dessert, vruchten in brandewijn
en ijs.
Het menu was gedrukt in oud-Russische karak
ters, in kleuren, met allerlei figuren; alle groote
letters vermiljoenrood. De letters en de figuren,
in oud-Russischen stijl, waren door groote kunste
naars geteekend.
De tekst ving aan met de woorden: »Dank zij
God in den Hemel, dank" enz.. te lang om te
vertalen ; onderaan stonden als vignet twee groote
vogels, casuarissen voorstellende, uit
antiekRussische teekeningen overgenomen.
Na dat eerste gerecht de visch werd
's Keizers gezondheid gedronken en 61
kanonsehoten gelost; bij de snippen, onder, 51 schoten,
op de Keizerin-moeder; bij de gelei van fazanten,
ook onder 51 saluutschoten, op de jonge Keizerin ;
eindelijk bij het gebraad, onder 31 saluutschoten,
op het geheele Keizerlijke huis ; bij het dessert,
onder 21 saluutschoten, op de geestelijkheid en
alle trouwe onderdanen. De bokalen werden ge
vuld door de opperschenkers, die ook de toosten
instelden.
* *
*
Gelijk men weet is het aangewezen geschenk
van een Russische stad of corporatie aan haren
Czar een gouden schotel, waarop brood en zout,
de symbolen van hulde en gastvrijheid. In alle
Russische paleizen ziet men deze schotels bij
honderden aan den muur. De Czar heeft er ook
nu weder 300 ontvangen, waaronder eenige die
in pracht van werk en kostbaarheid al de vorige
overtreffen. Die van den adel van Penza is een
wonderwerk. Hij schijnt geheel van gouden en
zilveren korenaren en relief gemaakt,
waartusschen de wapens der steden uitkijken. Het
zoutvat er bij is een korenschoof, die men voor
echt zou houden. De stad Nichni-Novogorod
zond er een van levendig gekleurd goud-email ;
het Beurs-comitévan die stad een schotel geheel
met donker violette Siberische amethysten en
witte bergkristallen ingelegd. Het Petersburgsch
Beurs-comitézond iets dergelijks in diamanten
en robijnen. Er is een robgn als een hazelnoot
bij. Ook zijn er borden met gekleurde heiligen
figuren, wier kleederen met paarlen en goud zijn
ingelegd.
Het zou ons niet verwonderen als de Parijsche
mode zich van dit motief meester maakte en het
rijk gedecoreerde muurbord, niet enkel in
oudblauw en porcelein, maar in allerlei metalen en
materialen, een nieuwe toekomst tegemoet ging.
* *
*
Van doctoressen in de oudheid is weinig be
kend ; toch is er eene die in de tweede eeuw
na Christus in Klein-Aziëhooggeëerd schijnt
geweest te zijn. Tusschen de reusachtige ruïnes
van de stad Tlos in Lyciëontdekte eene
Oostenrijksche expeditie in 1S!I2 onder anderen een
voetstuk van een zuil met het volgende geschrift:
->Antiochis, de dochter van Diodotos uit Tlos,
wier ervaring in de geneeskunde door den raad
en de bevolking van de stad Tlos algemeen er
kend wordt, heeft zich het standbeeld, haar door
de regeering toegekend, zelf laten oprichten."
Onder de oude medici wordt weinig van vrouwelijke
artsen melding gemaakt, maar juist de naam van
deze Antiochis wordt ook door Galenus genoemd,
die haar het recept van een verzachtende pleister
bij jicht, ischias en waterzucht ontleent.
# *
*
De nieuwe stof van houtvezels, waarover ge
schreven wordt en die de zijde van zijwormen
zal verdringen, is nog geen gevaarlijke concur
rent. Voor het produceeren van een kilo van deze
stof is namelijk 1% liter alcohol noodig; zijkan
dus alleen met voordeel gemaakt worden in
landen waar alcohol goedkoop is, zooals in Zwit
serland, maar niet in Engeland, waar men juist
meende hierin een nieuw veld van productie
te vinden. Het is natuurlijk ook nog de vraag
of deze zijde op den duur al de eigenschappen
zal hebben van de goede zijde van zywormen,
goed kleur houden, licht en sterk in het dragen
zijn en meer.
-XOm bloemen te verzenden zoodat ze lang frisch
blijven, wordt geraden, dit in een spanen doos
te doen, die men te voren een halven dag in
water heeft laten staan. Men kan de doos van
buiten zoo stevig inwikkelen als men wil; de
temperatuur binnen blijft frisch.
E-e.