Historisch Archief 1877-1940
No. 993
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
l*
v00:$ DAME£.
?i
De ideale Vronw
naar
PESTALOZZI en SCHILLEK
De geëmancipeerde Vrouw der 19e eeuiv.
Zoo gaat de zon van den
morgen tot den avond langs
hare baan.
Uw oog bemerkt geen
haver schreden, uw oor ver
neemt niets van haren loop.
Maar als zij ondergaat
dan weet gij, dat zij weder
op zal gaan en voortwerken
om de aarde te verwarmen
tot hare vruchten rijp zijn.
Lezer, het is veel wat ik
zeg, maar ik vrees niet
het te zeggen. Dit beeld
van de groote Moeder die
over de aarde broedt, is
het beeld van iedere vrouw
die haarhuis tot een tempel
Gods verheft en den Hemel
verdient aan haren man en
hare kinderen.
PESTALOZZI
Uenhard und Gerlrud."
Daar binnen wount dan
Een eerbare huisvrouw
De moeder der Kindren,
Zij helpt er de meisjes
Regeert er de knapen
En leert er met wijsheid
De jeugd en de grijsheid,
En zamelt en wint
Voor Ega en Kind.
Zoo vult zij met schatten
De geurige laden,
En vlecht om de spinklos
De snorrende draden,
En stapelt haar zind'lijke
Kastplanken vol
Met hagelwit linnen
En sneeuwblanke wol;
En weet zoo aan 't nutte
Nog sieraad te geven
Het gansche leven.
SCHILLER
Lied van de Klok''.
Aldus Pestalozzi en Schiller over de Vrouw.
Het is veel gezegd, als groote denkers iets zeg
gen, maar ik vrees niet de eerste te zijn die er
iets tegen zegt.
Idealistische vrouwtjes zijn het, die «Gertrud's
door Pestalozzi en Schiller gemodelleerd, want
zij waren zelf idealisten.
Wat zouden zij staan kijken van de geëman
cipeerde vrouw der 19e eeuw.
Heeft Pestalozzi ons overschat als de
broedhennen der Maatschappy ? Verre van daar! Onze
roeping als broedkippen zijn we getrouw gebleven,
maar we zyn geëmancipeerde klokhennen ge
worden, en het beeld van Pestalozzi is te
schoon om het niet even uit te werken door
alle eeuwen heen sprak de man : gy de zorg voor
het kieken, ik de eieren. Zietdaar plichten en
rechten in twee woorden.
Het standpunt der hen tegenover den haan in
het huwelijk: »gij past op de kuikens, ik de
eieren."
Daarenboven wordt de wereld, dank zy de
wetenschap, langzamerhand een machinale
broedery, men wyte het dus niet aan moeder Gertrud
als er «skolvers" onder heur broedsel zijn.
Ach! van de onzichtbare fee, die weldoende
Engel des huizes, zijn wy de beelddraagsters
niet met onze wijde mouwen en golfrokken. En
de wevende spinnende moeder uit Schillers lied
is ook overbodig geworden met al die lingeries
en confectiemagazijnen. Slechts de geurige laden,
daarin bleven we der traditie getrouw.
Maar geleerde, telegrafeerende, doceerende,
creërende, pessimeerende of alles braveerende en
probeerende en toch nog coketteerende vrouwen
zyn wy' geworden en met dat al geen rechte
Gertruds.
De wetenschap moge dienstbaar gemaakt worden
als middel van bestaan voor de ongehuwde en
om het huwelyk te ontkomen?, zij leidde nimmer
de vrouw op den weg der volmaakte moeder en
opvoedster.
Elke verruiming van onzen horizon ontvoert
ons aan het alles omvattende kleine cirkeltje
»Moeder en kind."
Men zou ons eene school willen stichten voor
des levens school.
Waar is de man die ons eene Fröbelmethode
schrijft voor de ziel?
De mislukkingen in zake opvoeding, kunnen
niet voorkomen worden door uitgebreider leer
plan of studiejaren.
Daar zy'n oorzaken voor, waar de vrouw mach
teloos en hulpeloos tegenover staat.
De vrouw die thans als mensch zelfstandig
denkt, en vaak den man op zijde streeft is als
vrouw, als moeder, als opvoedster vooral, nog
immer wat ze eeuwig was, de willooze machine
overgeleverd aan een régulateur, Man geheeten.
Ja, er zy'n mannen die ingeschreven wetten willen
reglementeeren in hunne hanenwijsheid.
Zy zyn oorzaak dat zoo menige moeder te
moede is, als de brave klokhen die na '21 dagen
broedens zonder ruste, zich de weelde ziet ge
gund een mank kieken te bezitten.
De vrouw zijn al de weeën van het moederschap,
haar komt ook het recht toe het kind tot op
zekere hoogte alleen op te voeden.
Er zijn mannen geweest die het heil der aarde
wachtend van de vrouw, hare geestelijke slavernij
hebben opgeheven; hun streven was edel, doch
de moeder baat de meerdere ontwikkeling niet,
het geeft haar slechts dieper besef van hetgeen
heur ontbreekt. Deze mannen waren idealisten
en zij vergaten dat het huwlijk geen idealen toe
stand schept voor de vrouw.
Door de meerdere ontwikkeling kon geen betere
opvoedster gevormd worden, maar is geproduceerd
dat tweeslachtig wezen half man, half vrouw, dat
fronts draagt en den naam geëmancipeerd.
Van opvoedsters pro Deo zijn we herschapen
in theoretisch- systematisch-onpractische vrouwen
en moeders.
Dit is veel gezegd, maar niet te veel. De er
varing leert, dat de wetenschap niet schiep de
ideale vrouw.
De wetenschappelijke vrouw is in huiskamer,
keuken en kelder geen harmonische verschijning.
Is er vaak misplaatst.
De wetenschappelijke kookster is niet bepaald
onmisbaar voor tafelgenot.
De systematische opvoedster is een dissonant
in het koraal der natuur.
Waar zal men, nu de wetenschap faalde, de
ideale zoeken! De vrouw die door Harmonie
van hoofd en hart, uitgaande van haar huis een
wereldaccoord zal stemmen, lieflijk als een a
Capella koor en gewyd als een psalm.
Waar zal men haar vinden! Op een fiets, in
het zwembad ! In een luchtballon! Aan de trapèze !
Op Congres of Wedren? in Katheder of Spreek
gestoelte ?
Waar, o hemel, vindt men de ideale vrouw en
moeder van Pestalozzi en Schiller !
Er is maar een antwoord mogelijk !
Nevens den idealen man in een ideaal huwlyk.
Aan U, o Heer der schepping en Meester der
vrouw, wiens meerderheid wij volgaarne erkennen,
mits ge de meerdre zijt, aan wiens voeten onze
nedrige plaats is, zoo ge maar de gave bezit ons
tot U opteheffen; aan U in wie der vrouw haren
Czaar wil zien, hem kronende met zijn Kroon,
aan U door de natuur zelf boven ons gesteld,
ons te voeren in het Koningrijk van het ideale.
M Alt A.
Parus.
(Slot).
't Is me als hoor ik hier en daar zeggen:
»Nu ja, maar zoo iets kan alleen te Parijs voor
komen. Te Pary's, nu de geheele beschaafde
wereld het als 't hoogste rekent zich te hullen
en te omringen met de Bon Marchéhandelt
ook in meubels artikelen van smaak en weelde,
daar gefabriceerd."
Zij, die op deze wijze het succes zouden willen
afscheiden van het systeem, stel ik voor een
bezoek te brengen aan de Bedford Park Stores
te Londen, thans een zeer mooie zaak, die ge
schapen werd door Miss E. Richardson, omdat
deze zich onweerstaanbaar tot handeldrijven
voelde aangetrokken. Ook daar is en was het
fondament: onbeperkte betrouwbaarheid, en de
uitslag bekroont het werk. Nooit had zij moeite,
tegen matige rente, geld te krijgen, wanneer zij
haar bedrijfskapitaal wilde vergrooten.
Een nog meer in het oogloopend voorbeeld
in dezelfde richting en stad is William Whiteley,
die ook van niet af begon en nu een reuzenzaak
drijft, waarvan hij kan zeggen en dit is zijn
groote trots nooit werd er een stuiver aan
advertentie of annonce besteed; de clientèle
vormde steeds de reclame. Langzamerhand heeft
Whiteley zijn zaak uitgebreid; nu kan men er
koopen, ja wat niet ? Behalve alle soorten van
manufacturen en huishoudelijke artiken, ook
vleesch, visch, gevogelte, groenten en vruchten,
niet slechts in bussen, maar ook versch, en in
dien staat is het vleesch van runderen en var
kens zelf gefokt en van eigen gekweekte hoen
ders, want Whiteley heeft boerderijen, ook
kweekerijen, zoo voor groenten en vruchten van
den kouden grond, als voor die, welke slechts
in warme kassen en broeibakken tieren. Niet
slechts onbereid, maar ook klaar gemaakt, worden
alle spyzen en gebakken geleverd, en de expeditie
laat niets te wenschen over.
In die stores vindt men bovendien afdeelingen
van levende vogels en honden, meer of minder
zeldzaam; voor wapenen en jachtbenoodigheden;
voor rijtuigen ; voor kunst en verder al het denk
en ondenkbare.
Ook kan men door William Whiteley roerende
en onroerende goederen koopen, huren of laten
taxeeren. Wie een huis wil hebben heeft slechts
de firma Whiteley stand, prijs en vereischten op
geven, en na korten tijd bereiken hem aanbie
dingen.
Wie goed heeft te verschepen, kan dit doen
door bemiddeling dezer firma, want ook daarvoor
is een afzonderlijk departement, even als voor
het aannemen van feesten door heel het konink
rijk. Dan nog is een afdeeling voor de levering
van steenkool.
Als ware dit alles nog niet genoeg, zoo is
Whiteley in de laatste jaren bovendien zijn eigen
meubel- en manufactuurfabrikant geworden
werkplaatsen als paleizen.
Men moet het zien om te gelooven dat zien,
wat do stores althans betreft, is niet moeilyk,
want een ieder heeft vrijen toegang, kooper of
slechts bezoeker. Ook voor den vreemdeling is
gezorgd: de »banking and monetary
department" wisselt, geeft geld op credietbrieven en
doet al wat er meer tot dit vak behoort.
Deze reuzenzaak wordt gedreven door een een
hoofdig bestuur; William Whiteley is chef' en
ziel der zaak ; niets gaat buiten hem om. Wilt
ge een bewijs V
De beste inrichting en nauwkeurigste admini
stratie voorkomt niet altijd eenig misverstand of
verzuim. Bij deze firma komen dus ook wel eens
abuizen voor. liet dringend verzoek van den chef
is, dat in dergelijke gevallen er hem persoonlijk
kennis van worde gegeven door op het adres
«private" te zetten. Nog nimmer heeft iemand
een dergelijk gewaarborgd schrijven aan de lirma
gericht, of Whiteley heeft hem eigenhandig zijn
leed over het abuis betuigd, met verzekering, dat
herhaling zou voorkomen worden. Ligt in dat
eigenhandig antwoorden niet reeds het be
wijs, dat onnauwkeurigheden uiterst zeldzaam
zijn, zou anders de chef er tijd voor kunnen
vinden ? En zou in zulk een uitgebreide zaak
misverstanden en abuizen niet enkel en alleen
zoo zeldzaam voorkomen, omdat elk der ge
mployeerden terdege weet, wie de teugels van het
bewind in handen heeft 't
Niet slechts dus te Pary's, maar ook elders zyn
groote winsten te behalen door stipte eerlijkheid
en algeheele toewijding, zoo door mannen als
door vrouwen, seijt liet roort!
Amst. 23 Mei '9G. ELISE A. HAIGIITON.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIHIIIIIIIllllll
iiiiiiiinimuH
De Grande tfeiituiite''.
Hporicostnmcit : llicycle, Amazone, BcrymslutiHt.
Noitnou. Moilehoiulen.
U'loemenmaken.
Dat de week van Longchamps »la grande semaine"
heet, is niet enkel om den Urand-l'rix; de week
begint al met het bloemencorso en de groote
steeple-chase te Auteuil, en met iederen dag neemt
de belangstelling (in paarden, in weddenschappen
en in modes) toe, tot met den Grand-Prix de Paris
alles zijn hoogtepunt bereikt heeft. De laatste
veertien dagen vóór Auteuil kent men in de
groote ateliers dag noch nacht niet, en de
ambitieuse werksters, die in dezen goeden tijd vier
dubbel verdienen, zouden raar opkijken als men
haar met den achturigen werkdag aan boord kwam.
Zelfs in de nachten tusschen Auteuil en den
Grand-Prix wordt soms, onder de inspiratie van
het oogenblik, nog het model geïnproviseerd dat
het definitieve zal blijken.
De stoften waren, gelijk wij meldden, foulard,
batist, linon en mousseline, de garneering vooral
entredeux en kant, valenciennes, gele kant,
guipure, maar ook Chantilly en de andere kostbaar
der kanten. Men kon in den vorm der rokken
een ueiging opmerken om de ruimte weer meer
naar achteren te brengen, iets waar de goede
naaisters toch nooit geheel van afgeweken zijn,
ook onder de strengste heerschappij der
jnpecloc'te. Over de mouwen spraken wij een vorige
maal; de mouw is nu geheel glad, van boven een
weinig wijd, met korte dof als epaulette. Deze
dof intusschen leent zich tot de meest fan
tastische variatiën; een der best kleedende is,
hem vlak vóór den bovenarm zoo in te nemen,
dat de lange gladde mouw uit een opgenomen
draperie te voorschijn komt. Eene andere is, de
epaulet op het buitenste van den arm zoo te
laten uitloopen, dat de stof tot aan de hand toe
een steeds smaller wordend bouillonévormt, dat
op de mouw schijnt te liggen. De mouw valt
over de hand tot op de vingers; dit benedenste
gedeelte wordt ook wel in punten of hoeken ge
deeld, en daar met zoo dikke gerucheerde tulle
of mousseline chitfon gevuld, dat ze wijd uitstaan.
Wat het corsage betreft, zijn de modevormen
legio. Boleros en revers, geheele corsages met
entredeux of met lint doortrokken, Louis XVI
met korte of lange basques en revers, zich openend
op een plastron van allerlei kant arrangementen.
Iets nieuws is het volgende: het corsage is zoowel
van voren als van achteren met breede rechte
plooien belegd; deze geven, wanneer vooral de
twee middelste van onderen wat ruim zijn genomen
of wat nonchalant behandeld zy'n, de illusie van
een los corsage; intusschen zorgt men wel, dat
het eigenlyke corsage zoo aansluitend is als men
maar verlangt. Eene variatie hiervan is, maar
enkel voor zér slanke tailles geschikt, de
plooien horizontaal te nemen; de afwisseling
tusschen het zeer aansluitend corsage en de
dwarse eenigzins dikke opgelegde plooien is zeer
origineel.
Wy vermeldden reeds het costuum van Deo
de Mérode, het was bestudeerd eenvoudig. Crème
batist, met groote bloemen n jour geborduurd,
op een transparant van gele zijde, bedekte geheel
rok, corsage en mouwen; alleen de nauwe, hooge
gedrapeerde kraag en het ceintuur waren van
sterk gele zijde; het ceintuur tweemaal om de
taille geslagen, met een eleganten strik en recht
afhangende einden van achteren. De mouw,
niet te wijd van boven, zou bijna over de geheele
hand gevallen zijn, was niet de benedenruimte
geheel gevuld geweest met gedoft
mousselinechiflon. Zwarte stroohoed, chapeau bergere, de
rand met zwart fluweel gevoerd en van voren
hoog opstaande ; garnituur van zwarte tulle met
panache van zwarte veeren, en om den bol een
smal gouden galon met een diadeem van gele
kant daarboven, men kon meenen eene kroon
te zien.
?j;
?X- 't*
De venvonderly'ke uitbreiding, die het wielrijrlcn
als sport bijna plotseling genomen beeft, maakt
dat de groote modeiirma's met deze liefhebberij
ernstig gaan rekening houden. De twee rich
tingen in het tietscostuum zijn die van den pan
talon en van den rok; ieder heeft hare bezwaren.
De rok is lastig; den pantalon vindt men in
Engeland en bij ons unladylike. Het vernuft
der dameskleermakers heeft zich dan ook ge
scherpt op het uitvinden van een costuum, dat
tegelijk gemakkelijk en goed kleedend zou zijn,
waarmee men o}> de fiets niet gegeneerd zou zijn
in physieken zin. en run de fiets niet gegeneerd
in moreelen zin.
De firma Ilirsch meent, op het voetspoor van
Engclsche, luilorn in dit opzicht volkomen geslaagd
te zijn. De bij dit nummer gevoegde modeplaat met
sportcostumen geeft een bicycle-rok, die aan alle
vereischten voldoet. Hij deelt zich (niet meer
op zijde, waarvan wij vroeger een Engelsen model
vermeldden, maar wat heel lastig was) maar van
voren en van achteren op zekere hoogte in tweeën,
en valt zoo om het fietsrad heen, zonder de draagster
ook maar eenigzins in hare bewegingen te be
lemmeren. De rok kan ook nog met xrwyw
omhoog geknoopt worden, en valt, als de draagster
de fiets verlaten heeft, in gewonen vorm om hare
knieën. Men kan zich in het magazijn zelf van
de doelmatigheid overtuigen; de lirma heeft een
salon-bicycle (onbewegelijk, van bamboe) uit
Engeland laten komen, met verstelbaar zadel en
trappers, waarop de dames kunnen probeeren of
de rok haar past.
Ook een atelier-paard voor amazonen staat
De amazone is nog steeds het eenvou
dige Engelsche model; de ideeën van de hertogin
d'Uzès en andere Fransche jageressen om het
hubit a Ja franyaise en verdere totj/ère-costumen
van vroeger tijd weer op te halen, hebben in
Engeland geen weerklank gevonden, en in alle
sport geeft Engeland nog den toon aan.
Het corsage voor het fietscostuum wordt zeer
verschillend genomen : bolero met lichte blouse,
die in den rok gestoken wordt; of het corsage
zelf in den rok, of een open corsage met groote
heerenrevers op wit of gekleurd overhemd, hooge
boord, lavallière, jabot of cravate, of smoking, al
naar den smaak. De hoed moet zoo gekozen
worden, dat hij weinig weerstand biedt aan den
wind, dus geen veeren, geen bloemen, geen
breede randen; gerecommandeerd wordt daarvoor
een kleine marinehoed van gemelangeerd stroo
of effen linnen met een enkel klein veertje, of
een reishoedje van heel fijn vilt, zoo licht als
stroo, assorti aan de kleur het costuum.
De stoften waaruit deze costumen gemaakt
worden, zijn heel eenvoudig, maar moeten heel
solide zijn. Men heeft daarvoor »homespun",
»covercoat", en de »real English government
serge," die ook in de Engelsche marine gebruikt
wordt. Voor de wandelcostumen voor bergreizen
heeft men daarenboven de Lodenstoffen uit de
Beiersche hooglanden en het Salzkammergut; ze
zijn grof maar doelmatig. Men kan van deze
costumen den rok met pattes omhoog knoopen;
de jacquettes kunnen bij koude en sneeuwstorm
tot hoog aan den hals dichtgemaakt worden.
* *
*
Beleeft de Fransche minister Barthou eer aan
zijne mooie jonge vrouw, die in haar
GrandPrix-toilet de glorie van de regeeringstribune
was, minder genoegen geeft hem zijn halfjarig
zoontje en de nourrice daarvan. Een radicaal
blad Le Jour heeft de iwiinou, een stevige boerin,
met den kleinen zuigeling Barthou voor een der
ramen van het ministerie zien zitten, en daarover
een berichtje vol flauwiteiten geschreven, als: »de
bébé-Barthou zuigt alsof hij al de fonds secrets
van het ministerie maar voor 't verslinden had";
»het departement is nu een chambre de nourrice
geworden," enz. In plaats van die lafheden te
ignoreeren is de jonge minister (misschien wel
onder den invloed van zijne mooie en gefêteerde
vrouw) boos geworden en heeft aan de reporters
van Lc, Jour den toegang doen weigeren; nu
valt de heele kleinere radicale pers, Jour, Rappd,
Peltte Jii'i»ibli</tie hem met kinderachtige praatjes
aan; er gaat geen dag voorby of men vindt iets
als : ->De minister van oorlog heeft de schildwach
ten voor de woning van zijn collega Barthou doen
inrukken. Dumanet, de soldaat van de bekende
noiiHOit, was jaloersch, en de heer Barthou, die
enkel voor de noimo/i, van zijn zoontje leeft,
wil geen andere soldaten meer voor het depar
tement." Of een advertentie met witte letters :
»Zuignesschen-Barthou, nadere informatiën aan
het Ministerie van Binnenlandsche Zaken", of:
»De journalisten, die kleine berichten uit het
ministerie willen hebben, doen alle moeite om
de gunst der bewuste 'iioimon te winnen; een
syndicaat is gevormd om haar een lait-d'honneur
aan te bieden." Of »Te Oléron zijn de ruiten van
de herberg »Le veau-qui-tette" ingegooid. Al te
scherpzinnige lieden willen daarin een groote
politieke toespeling zien," enz.
* *
*
Niet enkel kleeren hebben de moderne honden
noodig, maar ook oppassers. »Twee Yorkies,"
verklaarde onlangs een Engelsche hertogin,
»hebben meer oppassing nooding en geven meer
last dan een baby." De Yorkie is de modehond
van het oogenblik; met hem rivaliseeren de »ruby
spaniel", waarvoor onlangs 100 guinjes gegeven
werd, en de Griffion Bruxellois, door de koningin
van Belgiëin de mode gebracht. De
Italiaansche »greyhound'; en de «Chelsea pug" begin
nen hun tijd gehad te hebben ; de King Charles
en Prince Charles komen weer op, als in ouden
tijd. Een ijverig lid van de Engelsche Ladie's
Kennel Association, Mrs. Graves, prijst de poedels
aan, als niet mooi maar intelligent. Ook de
kunstenaars die met geleerde honden reizen,
kunnen dit getuigen. De hertogin van
Newcastle heeft een bijna unieke Piussische »Borzois",
lady I'robyn een buitengewoon merkwaardig
Japansch schoothondje. Overigens is het op de
tentoonstelling van de Ladie's Kennel Association
gebleken, dat de dames met meer enkel
speelgoedhondjes patroniseeren, maar ook flinke groote,
en dat de meeste eigenaressen zich moeite had
den gegeven om haar honden redelijk gehoor
zaam en welopgevoed in te zenden.
* *
Een vorig jaar maakten wij met veel ingeno
menheid melding van de Handleiding bij het
maken van papieren bloemen, door E. M. A.
van Onsenoord-Otto. Wij roemden het boekje
als duidelijk, eenvoudig, flink uitgegeven, de
platen waren talrijk en helder, de aanwijzingen
zeer volledig. Blijkbaar is het publiek het met
ons eens geweest; nu reeds is een herdruk
noodig; schrijfster en uitgevers (de firma Van
Ilolkema & Wareiidorfj hebben genoegen van
hun werk. Aan dezen nieuwen druk is nog iets
toegevoegd, het maken van bloemen van doek
(nansouck of satinet); wie zich eerst wat getraind
heeft op het maken van papieren bloemen kan
zich dan verder toeleggen op de tweede soort, en
later ook zeker wel fluweel, zijde, veeren, metaal
en wat er verder bijbehoort om een volledige
fleuriste te maken, annexeeren. liet boek heet nu
Ifundleidiiiy bij liet maken- nut lilucinen run jiujtiei'
en, duel,-; men kan er klaproos en lelie, pioen, aster
en camelia, geraniums en allerlei soorten van
i rozen, anjelier en tulp, gezamenlijk een veertig
tal typen, ieder in hun verschillende nuances,
naar vervaardigen; een afzonderlijk hoofdstuk is
| gewijd aan »het opmaken van bloemenmandjes."
E-e,