Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 999
THEE-E. BRANDSMA
Trademarfc
Trademark
Koldeweij & Corbière,
OA AMSTERDAM Ofl
«v LEIDSCHESTRAAT " U
ASTBMALIJDERS.
Beproeft de Cigaretten van
KRAEPELIEN & HOLM, te Zeist,
verkrijgbaar in de Apotheken, in
Etui's a 8O en 5O cents
Depots te Amsterdam bij de H.H.
J. H. VAN MBDBS, Kalverstraat 199;
ULOTH & Co., Zeedijk; J. M. POLAK,
Hoogstraat en Galerij 34; M.
CLEBAN & Co., Heiligenweg; A. VAN
TUYLL, Paleisstraat.
Wiegen, Kinderledikanten, Bad
kuipen, Baby Waschtafeltjes,
in groote collectie.
Vraagt geïllustreerde Catalogus.
RIJTUI6FABRIEK
H. J. Ovfiriijer& Zn.,
Hofleveranciers,
AMSTERDAM-HILTOSÜM
SINGEL 302-304-312,
Verschenen:
Levenslicht
uit
Eeuwen.
vroeger
VERZAMELD DOOE
P. H. HÜGENHOLTZ Jr.
Prfjs in prachtband / 4.90.
33, Amsterdam.
DAGELIJKS CONSULT.
PHILIPPONA KETELAAR,
Fournisseur de la Cour.
KALVERSTRAAT 166, AMSTERDAM.
GRANDE SPECIALITÉPOÜR
Trousseaux & Layettes.
Sur demande envoi franco de Devis et de modèles.
A. L. SMIT Jr.f
opvelger van
S. H. PEREL,,
IIO l-I'*: l» l C H K H
van wijlen Z. M. den Koning,
KAL.VERSTRAAT 208
A m * t e r Aa m.
Maypole Zeep
verft Goederen in alle vaste kleuren.
Verkade's
. Prima Zaansche
Beschuit in Bussen.
handhaaft den goeden naam, die
zij zich door haar lekkeren zui
veren smaak, fijne rijs en onover
troffen broosheid verwierf. Het
groote debiet bewijst, hoe ze,
mede door haar doelmatige, zin
delijke verpakking in bussen, door
het publiek wordt gewaardeerd.
Groote Ronde 25 st. 25 et.
Kleine 25 15
Lange in M blik 100 50
, . . . 50 25
In kruideniers- en
commestibleswinkels verkrijgbaar.
YEHKADE & Coiup., Zaandam.
's LiimeMoeèreD? zoo niet
franco ter inzage,
Firma E. TER BRAAKE, Almelo.
DRUKWERK?
Warmoesstraat 147, AMSTERDAM.
Cacao fabrikanten,
KOOG a. d. ZAAN,
HOLLAND.
KINADRUPPELS van Dr. DE VRIJ
Het krachtigst werkend middel tegen
Malaria (binnenkoortsen) algemeene
zwakte, bloedarmoede en bleekzucht.
Vraagt overal de Q verzegelde flacoiis
a f 1.?, voorzien van nevensstaand
fabrieksmerk. Men lette daarop.
Bij overmaking van een postwissel a
/ 1.15 volgt franco toezending door de
Chemische Fabriek
van H. NANNING, Den H a a gr.
u ziek
t Henn Bosmans
Zoo juist wordt mij het bericht geseind, dat de
voortreffelijke tooukunstcnaar, Henri Bosmans, is
bezweken aan de kwaal die zijn gestel op zoo
jeugdigen leeftijd sloopte. Er is altijd iets zeer
weemoedigs iu, wanneer jonge meuschen sterven,
doch dubbel treurig is het, wanneer een man heen
gaat, die uitmunt door bijzondere gaven, en die een
der meest geachte vertegenwoordigers is van eene
kunst of wetenschap. Wij weten allen welk stand
punt Bosmans in ons muziekleven innam, eii hoe
hij voor ons de verpersoonlijking was van den uit
voerenden kunstenaar, in de edele beteekenis van
het woord.
Die getuigenis zegt veel, doch niet te veel.
Want nooit waren voor hem zijne gaven als vir
tuoos het middel om te schitteren. Hij was af keerig
van alles wat naar effect maken zweemde; het
liefst vertolkte hij de werken van de groote
meesters. Bij uitvoeringen van werken voor kamer
muziek was hij het meest in zijn element, doch
ook wanneer hij als solist optrad, wekte hij altijd
uwe verbazing op, door de groote gcmakkeiijkheid
en zekerheid waarmede hij alle technische
mocielijkheden overwon, doch nooit liet hij dit te veel op
den voorgrond treden. Voor de artistieke vertol
king van het, werk vroeg hij uw volle aandacht.
Bosmans heeft het voorrecht gehad een zeer
degelijken leermeester te hebben, doch wanneer
dat onderwijs niet in zoo vruchtbaren bodem ware
gevallen zou het niet zulke heerlijke resultaten
hebben gehad.
Hij bouwde op dien degelijken grondslag voort
zooals weinigen dat vermogen en daar ieder kunst
werk hem heilig was, rustte hij niet voor hij eene
vertolking kou geven die het werk geheel waar
dig was.
Ik heb Bosmans tallooze malen hooren spelen,
doch nooit herinner ik mij dat hij ongelukkig
speelde, of minder gedisponeerd was. Sommige
solisten hebben wat men noemt erg hun
avonden, m.a.w. er is een groot verschil op te
merken in hetgeen zij den eeneu of anderen avond
presteeren.
Bosmans had altijd zijn avond, en zelfs iu het
laatste jaar, toen zijne gezondheid reeds sferk was
aangetast en zijn uitzicht zijn vrienden met zorg
vervulde, was hij als kunstenaar nog met
ouverflauwde en onverzwakte kracht werkzaam, want
er was een audere kracht uit hooger kracht
gfsproteu dan lichaamskracht, die hem staande
hield, dit was zijn geestkracht en de geestdrift
voor zijne kunst.
Het is treurig, dat op zoo jeugdigen leeftijd zoo
groote gaven voor goed weg zijn, en dat niets dan
de herinnering overblijft. De uitvoerende kunste
naar kan niet zooals de scheppende, de nalatenschap
van zijn geest aan het nageslacht vermaken, met
zijn dood is alles wat hij ons als kunstenaar geven
kon, vernietigd.
Toch houd ik mij overtuigd dal niet alleen de
Amsterdamsche niuziekvnendeii, doch alle Neder
landers die goede kunst weten te waardeeren,
Bosmans niet zullen vergeten. En voorzeker zal
dit nog minder het geval zijn, nu zijne leerlingen
de bauierdragers zullen zijn van zijne kunst.
De levensgeschiedenis van Bosmans is in weiuige
woorden verteld. Te 's Gravenliagc geboren, werd
hij leerling op de Kon. Muziekschool en behaalde
hij reeds zeer joiig, (ongeveer op zevciitien-jarigcu
leeftijd) het einddiploma als violoncellist.
Onmiddelijk daarop werd hij benoemd tot solo-cellist bij
het orkest van de vereeniging: »de Harmonie" te
Groningen, welke betrekking hij slechts enkele
jaren bekleedde, daar de heer W. StumplFhem toen
als solo-cellist van het Park-orkest engageerde. Tot
voor drie jaren was Bosmans aan de orkesten van
het Park, vervolgfns aan het Concertgebouw en
daarna aan het Paleis voor Volksvlijt verbonden.
Wat hij als leeraar aan de muziekschool van Toon
kunst, en het Conservatorium was, is algemeen
bekend, en hoe hij als solist, en kwartetspeler zijn
taak opvatte, stelde ik hierboven reeds in het, licht.
Het liefst, hoorde men hem, wanneer hij eeue
sonate van Bach of Beethoven vertolkte, en een
buitengewoon genot schonk hij den hoorders van
de kamermuziek-soirées voor een paar jaar met
eene Suite van Bach voor de Viola Pomposa of
voor de violoncel met vijf snaren geschreven.
Bosmans had met dit werk kennis gemaakt, en
was er zoo mede ingenomen, dat hij niet aarzelde
alleen ten behoeve van dit werk een nieuwe
violoncel te laten vervaardigen en zich de inspan
ning te getroosten, de applicatuur van dit instru
ment opuieuw te leereu.
Slechts eenmaal is deze Suite te Amsterdam uit
gevoerd rn Bosmans wist zeer goed dat al die
studie slechts voor een of enkele avonden was,
doch dit deerde hem niet. De overtuiging iets
artistieks te hebbeu verricht, en een meesterwerk
ontdekt en in zijn kring bekend te hebben gemaakt,
was hem de grootste voldoening.
Slechts een tiental jaren was liij gehuwd met
de uitstekende pianiste Sara Benedicts. Een kort,
doch hoogst gelukkig huwelijk ! Als kunstenaars
wogen deze beide menschen tegen elkander op;
dat bleek iederen keer dat zij te zamen in het, publiek
optraden. Iu richting en kunstsmaak waren zij ten
volle geestverwanten en bij weinige
kuristeuaarsparen zal men van beide zijden een zoo serieus
streven kunnen constatccren.
Bosmaus is nog betrekkelijk onverwacht geste
rvcn en wel iu een tijd dat de meeste zijner kunst
broeders buitenslands zijn gaan uitrusten van de
afgeloopeu inspannende wiutercampagne en krach
ten op gaan doen voor het, volgende saizoen. /ijn
beste vrienden zullen hem dus niet de laatste eer
kunnen bewijzen, doch gelukkig is die uitdrukking
onjuist, want ik houd mij overtuigd dat wij allen
den kunstenaar zullen blijven eeren, die een sieraad
voor onze kunst was.
Het is mij eene treurige gedachte, datnakorten
tijd andermaal een mijner jongste kunstbroeders,
die ook mijn vriend was, is heengegaan.
Wel neemt het aantal van hen, die zich aan de
kunst wijden, verbazend toe, doch kunstenaars a's
zij laten een ledige plaats achter en dezulken mist
men noode.
VAX Mu.ucicx.
Den Haag, 7 Augustus '9(1,
Aan den Heer A. C. J.o/jeK.
? Wc! KI J f eer !
In het \ieincx run den J')mj van lieden, Me
blad, bladzijde 5 schrijft u op lafhartig-tergende
wijze over den Ifaagschen schilder Daalhof, wiens
voornaamste eigenschap u schijnt te vinden in
de omstandigheid »dat hij zich lang bezig heeft
gehouden met het bakken van broodjes en ka
detjes en eensklaps den geest heett gekregen om
schilder te worden," want dit stelt u voorop en
blijkt u als richtsnoer hij de beoordeeling van
zijn werk te willen doen bezigen. U heeft al
eens meer als u over Daalhof spreekt in zijn
vroeger beroep aanleiding gevonden tot dergelijke
geestelooze aardigheden ; ik wil u nu eens voor
goed zeggen hoe ieder, die niet als u in artistiek
en ook meer zuiver menschelijk opzicht verblind
is daarover denken moet.
Vooreerst deel ik u dan mede, dat uwe
»zoogenaamde" aardigheden bepaald niet geestig zijn ;
veel geestiger is 't b. v. iemand, die 't beklagens
waardig lichaamsgebrek vertoont, zijn hoofd niet
stil te kunnen houden, te vergelijken met de
Chineesche poppetjes, die. even aangestooten, wel
een kwartier lang blijven knikken, of een hond,
die wel viermaal zoo lang als hoog is, en ook
om andere redenen een zoölogisch wonder ge
noemd kan worden, in vergelijkend verband te
brengen met een raagho), dweil of ander vies vod.
't Is wreed en daarom ongewenscht, niet waar,
met zulke rariteiten den spot te drijven. En toch
is de waarde van uwe aardigheden, als u, Daalhof
vermeldende, spreekt over kadetjes, brood en
deeg, daaraan gelijk, alleen zijn ze bij u wat
minder spitsvondig uitgedacht en in hunne
barbaarschheid nóg wreeder.
Dan moet ik u zeggen, dat u, in uwe hatelijke
ironie, Daalhof zeer juist gekarakteriseerd hebt
als een wonder. Als artiest kan hij te goeder