De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 23 augustus pagina 5

23 augustus 1896 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No.1000 DE AMSTEKDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. DAMEjS. Parus, IV. Terwijl ik toebereidselen maakte om naar Parijs te gaan, stond mij nog levendig voor den geest al wat ik den laatsten tijd op vergaderingen en door middel van geschriften, zoo van vurige voor- als heftige tegenstanders, vernomen had omtrent school kindervoeding. Gedurende de wintermaanden twee malen 's weeks, bij hooge uitzondering drie malen, een portie eten van twijfelachtige voedzaamheid, verstrekt aan een kinderlichaam, hetwelk zich zoo zeer vereenzelvigd heeft met den hongertoestand, dat de maag nauwelijks meer voedsel vraagt en nog veel minder verdraagt, is het hoogste, wat te Amsterdam kon worden bereikt een half heid (?) even verklaarbaar als verwerpelijk, zoolang kinder voeding een uiting van particuliere liefdadigheid zal zijn. Hoe het met deze zaak te Parijs gesteld zal wezen, was een vraag, die zich aan mij opdrong. Van hetgeen ik door de breede opvatting van: les amis de mes amis sont mes amis" zag en vernam, volgen hier eenige mededeelingen. Het Parijsche gemeentebestuur acht regelmatige voeding ook noodzakelijk voor het volkskind groote sommen stelt het alzoo den 20 arrondisse menten daartoe beschikbaar. Aan het hoofd van ieder arrondissement staat een maire, die ambtshalve voorzitter is van ,/F inspection des enfants assistés", een onbezoldigd college, waarvoor het nooit aan liefhebbers ont breekt, omdat die betrekking meermalen gebleken is de eerste sport te zijn van de ladder, die tot roem en eer, alsook tot winstgevende baantjes leidt. Dat kinderen, evenals menschen, van tweeërlei geslacht zijn en hunne belangen dus slechts ten volle door de beide seksen te zamen kunnen be hartigd worden, daaraan dacht niemand, totdat op zekeren dag, hetzij gedreven door een onweerstaanbaren lust anders te doen dan anderen, hetzij genoopt door het juiste inzicht, de maire van het 18de arrondissement zijn vrouw in dat college opnam, en deze, zich overtuigd hebbende, dat een gewetensvolle vervulling dier betrekking meer tijd en toewijding eischt, dan de manlijke leden gegemeenlijk kunnen of willen geven, niet rustte voordat zij er het volgende jaar nog twee vrouwen inbracht. De schoolvoeding van dat arrondissement heb ik leeren kennen. Als regel geldt, dat de school den leerlingen geen ontbijt verstrekt, maar komt een kind met een leege maag binnen de muren, dan wordt het gevoed, en wel, in overeenstemming met 's lands gebruik, door middel van een kop bouillon met brood. Ieder volkskind kan in de school zijn middagmaal nuttigen de ouders hebben zich slechts betreffende dit punt uit te spreken. Na de aangifte gaat een schoolcommissielid persoonlijk onderzoek instellen naar de meerdere of mindere welgesteldheid van het gezin. Zijn de verdiensten voldoende dan moeten de ouders het maal betalen, 4 sous. Bestaat er twijfel omtrent de toereik baar heid van het inkomen, dan kunnen zij volstaan met halve vergoeding, en is het gezin werkelijk noodlijdend, dan wordt het maal geheel kosteloos verstrekt, trouwens zonder dat iemand anders dan de finantieële commissie zulks te weten komt. Deze maaltijden nu worden niet twee, hoogstens drie malen in de week voorgediend, maar dagelijks, zelf» desverkiezende des Zondags en dat het geheele jaar door, OOK IN DE VACANTJES. Geen Parijsch kind boven de 5 jaar behoeft dus honger te lijden, want er is schoolplicht. Vervallen gezichten staande op uitgeteerde rompen, heb ik dan ook in de door mij bezochte school niet gezien. Mijn bezoek begon bij de keuken. Niet aan iedere school is een keuken verbonden, hetgeen trouwens een geheel overbodige vermeerdering van kosten zou wezen. Het bereide voedsel wordt in blinkende bussen op rolwagens naar de bijgelegen scholen gebracht. Het gereedmaken van het voedsel zag ik toevertrouwd aan twee vrouwen, die onder strenge controle staan van een superintendente, zonder wier toestemming niets de keuken in- of uitgaat. Zij beslist over het tijdstip van inkoop en zij keurt al het geleverde, terwijl de voedingswaarde der grondstoffen voor haar een zaak van ernstige studie vormt. Dagelijks krijgen de schoolkinderen vleesch. Reuzenstukken zag ik staan en van de malschheid overtuigde zich mijn gebit in alle opzichten verdiende het den naam van eerste kwaliteits rundvleesch. Nadat de stukken in plakken zijn gesneden en ontdaan van elk zenuwtje en peesjc, wordt het heel klein gemaakt. Dit laatste zoowel ter vereen voudiging, omdat nu het gebruik van een mes voor de kinderen onnoodig wordt en velen zelfs te klein zijn om het te hanteeren, alsook om het doorslikkcn van te groote stukken te voorkomen. Het vleesch werpt een bouillon af, waarvan ieder kind als aan vang van den maaltijd een vastgestelde hoeveelheid ontvangt meet een sneedje brood er in. De kwantiteit van het vleesch is ook voor allen gelijk en mij werd het aantal grammen genoemd, maar dat cijfer herinner ik mij niet juist genoeg meer om het hier te durven noemen, wel weet ik, dat het een ectlepel opgehoopt vol vormde. Het brood, dat de kinderen bij het vleesch nuttigen, wordt ondersteld door hen te worden meegebracht, het geen verreweg de meesten ook doen; de weinigen, die er te arm voor zijn, ontvangen liet uit de school. Behalve soep en vleesch krijgen de kinderen een napje vol boonen of groenten, waar bij de keus vooral op de voedingswaarde wordt gelet. Tegen het einde van den schooltijd begaven wij ons naar het spijslokaal. Op lange tafels werden de borden vol eten met de nappen soep daarnevens, een en ander van een lepel voorzien, gereed gezet. Klokslag twaalf traden de kinderen twee aan twee binnen onder opzicht van het schoolhoofd. Een ieder kende zijn plaats, ging bij het gegeven signaal daar achter staan, om bij een tweede te gaan zitten en na het derde een aanvang te maken met eten. Of ze het lekker vonden! Daar de hoeveelheid spijs steeds berekend is op het volle aantal, dat zich voor voeding aangaf, hoewel er altijd enkelen om de een of andere reden de school verzuimen, wordt hetgeen zou overblijven verdeeld onder hen, die blijken geven nog wel een hapje te lusten, hetgeen gewoonlijk de grootsten zijn. Wie bij dezen maaltijd iets anders dan water wil of moet gebruiken, heeft dat natuurlijk zelf mede te brengen. Zoo zag ik enkelen een fleschje donker bier naast hun brood zetten; een paar andereu een zekere hoeveelheid wijn beide categorieën naar ik hoop op voorschrift van een dokter, daar het mij ongewenscht voorkomt om zonder hooge noodzakelijkheid kindertongen de ge legenheid te geven zich aan prikkelingen te ge wennen, dewijl gewennen zoo licht verslaven wordt. Na de jongensschool bezocht ik de meisjesschool, waar ik alles op dezelfde leest geschoeid vond. In beide zag ik kinderen, wier behoefte aan een woordje van liefde, aan eenig blijk van genegenheid te groot is om zich te kunnen verbergen enkelen hun kerden als 't ware naar een handdruk of groet van de bezoekster, welke hun werd voorgesteld als een persoon, die kwam van verre en belang stelde in de jeugdige Parijzenaars. De leerlingen, die na den middagschooltijd, wegens gedwongen afwezigheid der moeder, in de eerste uren geen geschikt tehuis kunnen vinden, mogen tot 's avonds blijven. Dat zij niet aan zich zelf worden overgelaten, spreekt van zelf; wat echter niet van zelf spreekt, is het verstrekken van een namiddagmaaltijd, en toch is dit zoo. Onder den indruk, dat inzake schoolvoeding Parijs in een benijdenswaardigen toestand verkeert, nam ik afscheid van mijn vrienden. A,ii8tc,-<l<n;i, 1] Juni '90. EIJSE HAIGHTOX. NlilHiiiiiltiiiiiiiflliiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiimiiimiiiiuuliiniiuiim Arvède. Barine bespreekt het boek van miss Violet Hnnt The Muiden* l'rm/resx onder den titel: »Une Gyp Anglaise". Wel is die vergelij king niet geheel juist; de Peggy en Moderna van miss llunt zijn niet zoo aantrekkelijk als Chifi'on, Fred en Bob, omdat ze minder naïef zijn, meer weten en meer poseeren ; toch is het artikel er over wel aardig, en waarschijnlijk heeft miss Violet llunt zelf de vergelijking willen uit lokken en daarom ook haar boek in dialoogvorm geschreven. «In Engeland, zoowel als in Frankrijk, zijn sommige ouders allerjammerlijkst ten achteren. Men staat wat uit op avondjes, als men ze niet heeft kunnen thuis laten en men is telkens bang dat ze onhandigheden zeggen. Moderna, de heldin van miss Hunt, komt 's nachts om drie uur vnn haar eerste bal thuis. De kleinere zusjes komen op bloote voetjes vragen: «Hebben pa en ma zich fatsoenlijk gedragen ?" »Nu, zoo-zoo," antwoordt Moderna; en het blijkt ook dat mijnheer en mevrouw Maskelyne wat burgerlijk en ouderwetsch geweest zijn. Het zijn brave menschen, volstrekt niet lastig of hinderlijk, maar wat ouderwetsch. Mevrouw Maskelyne is althans zoo verstandig, dat ze het zelf inziet. »Ik ben uit den tijd," zegt ze; »het spijt me, maar ik kan er niets aan doen. Ik doe wat ik kan om de strooming der moderne gedachten te volgen. Ik lees feministische romans, ik hoor zonder een spier te vertrekken de afschuwelijkheden aan, die ze in mijn salon zeggen." Het geeft niet. Men kan zijn plaats in de wereldorde niet veranderen ; men kan de denkbeelden van een volgend geslacht ondergaan, maar niet deelen. Chacun son batean. Nooit zal de goede mevrouw Maskelyne, met haar antediluviaansche vooroordeelen,van ganscher harte bekeerd worden wat betreft de groote quaestie van den «sleutel", een der bitterste vruchten van de «moderne gedachte" in het oog van vele Engelsche moeders. Bedoeld wordt de huissleutel. In Frankrijk zijn we nog pas zoover, dat we er over praten op welken leeftijd de jongens dien mogen hebben. In Engeland hebben de meisjes beslist, dat zij hetzelfde recht als haar broers hebben, »om vrij uit en in te gaan. zonder dat men haar een hoop idiote vragen doet." Ze heb ben den sleutel geëischt, en velen hebben hem gekregen, want, »het is tegenwoordig niet gemak kelijk redeneeren met jonge meisjes. Ze zetten je telkens vast ik heb maar toegegeven om rust te hebben." Zoo heeft Mevr. Maskelyne gedaan, maar rust heeft ze er niet mee gekregen. ?Nu hebben ze ieder een sleutel, en ik kan niet in slaap komen, ik lig maar te luisteren of ik de deur ook hoor. En er is niets aan te doen; de meisjes zeggen dat ik niet zenuwachtig moet zijn, en dat het mijn schuld is, als ik het ben." Om vrede te vinden moet men overtuigd zijn en Mevr. Maskelyne is nog niet meer dan overbluft. De meisjes leven dus als jongens ; ze gaan ju en uit zonder rekenschap te geven van wat ze uitvoeren, dineeren men weet niet waar, gaan naar bed op elk uur van den nacht en dresseeren er papa en mama op, geen > idiote vragen" te doen. Mevr. Maskelyne weet zoo ongeveer, dat Moderna een vriendin heelt die reporter is en die de liedjes van Yvette Guilbert zingt -met de coupletten er bij, die Yvette voor Londen weglaat" ; dat Moderna omgaat met decadente poëten die een groene ziel hebben, en verzot is op een acteur, van wien zij de portretten beeft in alle rollen; dat zij lid is van een radicalen vrouwenbond en hoopt te dineeren met een uit geweken anarchist. Dit alles maakt haar een beetje ongerust omtrent Moderna's vooruitzichten, want de trouwlustige jongelui zijn even ouder wetsch als zij, zelfs in Engeland ! Mevr. Maskelyne wordt droevig gestemd, wan neer zij aan de toekomst denkt. In vroeger ty'd had eene moeder het recht haar dochters te waar schuwen als ze verkeerd en onvoorzichtig han delden. »Ik zou hun heel wat kunnen vertellen. Ik weet heel wat. Soms zijn eenvoudige toeschou wers het best ingelicht. Het is mode, een moeder als een oud blind mensch te behandelen, maar ik zie meer dan zij zich wel verbeelden. Maar dikwn'ls doe ik ook maar alsof ik niets zie ; dat geeft minder soesah." Sommigp menschen verwijten moeders dat zij zwak zijn. Mevr. Maskelyne zou ze wel eens in haar geval willen zien ! »Men vraagt mij of ik mijn dochters toexla dit of dat te doen." Toestaan ! Ze doen alles waar ze lust in hebben. Aan de moeders wordt niets toegestaan ; die moeten hun plaats weten, die worden op de vingers getikt, die worden kort gehouden. En zeker is er geen ondankbaarder rol in de moderne maatschappij dan de moederrol. Het publiek weet nog niet dat de toestand geheel omgekeerd is, en dat er voor de ouders niet anders overblijft dan »se soumettre ou sedémettre." Het stelt nog steeds Mevr. Maskelyne verant woordelijk voor de slechte manieren van Moderna, voor de onhebbelijkheden die deze zegt of doet; en dat is heel onbillijk, want inderdaad, Mevr. Maskelyne kan er niets aan doen. Moderna is op een gevaarlijk pad. Gelukkig heeft ze een jonger zusje, dat nog korte rokken draagt, Peggy, en dit houdt haar op den rechten weg. Peggy (een type als Jacqueline in .Les demi- Vierges en Simone in Mard/le) waakt met zorg over haar oudere zuster. Niet uit liefde; Peggy is van een nog nieuwer »bateau", waar de laatste sporen van sentimentaliteit verdwenen zijn. Maar Peggy is het verpersoonlijkt practisch verstand; dat werkt bij haar zoo goed als hart of zedelijk bewustzijn. Ze zegt tot Moderna, als deze lust heeft in ge vaarlijke dwaasheden : »Ik ben niet van plan een al te loszinnige zuster te hebben, dat zou me zelf kwaad doen." Peggy heeft zelf haar leven geregeld. Ze heeft er in toegestemd, een gouvernante te hebben ; maar ze heeft die zelf willen kiezen. -?Met zorg. 't Is een Franraise en in 't geheel niet gênant. Ik mag haar nogal lijden. Ze weet dat ik niet graag heb, dat iemand zich met mijn zaken bemoeit, en ik zie haar zelden. Wij eten samen in de studeerkamer ; zij leest aldoor romans. Ik weet dat het ongepaste romans zijn, - dat weet ik door anderen, maar ik heb waarlijk geen tijd om ze in te zien. Misschien zou ik ze niet eens begrijpen . . ." Peggy wil absoluut geen lange japonnen dragen. De droom van alle jonge meisjes is de eerste sleep; Peggy is zoo kleingeestig niet. Integendeel. De korte rok is de -huissleutel" van de kleine meisjes. Zoolang men zijn kuiten laat zien, mag men alles doen en zeggen wat men in :t hoofd krygt: het telt niet mee. Dan gaat men 's mor gens oji do kamers van de jongelui; men snuffelt in alles; de familie lacht er maar om. *Kort is mijn jurk," zegt Peggy. naar haar kuiten kijkend, »heel kort. De menschen denken dat dat is om mijn zusters, en dat deze bang zijn, dat ze oud zullen lijken. Geen quaestie van! 't Is mijn eigen idee. Als ik een lange japon droeg, was ik een jonge dame, en daar heb ik nog geen lust in. Zoo is 't veel grappiger. . ." Peggy moet telkens alles weer in orde brengen. Die eend van een Moderna heeft geen lust meer in haar aanstaande, Arthur. Hij heeft eene moe der, een «heilige vrouw", die voor een modern meisje volkomen onduldbaar is. Fn Arthur zelf! Zoo ouderwetsch! Hij heeft zelfs plan. de witte broodsweken ergens in een klein nest te gaan doorbrengen, om daar zijn vrouwtje-.geheel alleen voor zichzelf" te hebben. Hij preekt tegen Ibsen, met citaten uit Tennyson. Moderna heeft genoeg van hem en is besloten hem den bons te geven. Maar zulk een gesprek is moeilijk en een ver broken engagement is geen aanbeveling voor een jong meisje. Peggy belast zich met alles. liet komt er op aan, niet waar ? dat Arthur zich terugtrekt, zonder spijt en zonder scène. Peggy vertelt boe zij een tête-a-tête met hem gehad heeft. »Ik heb hem gezegd, dat hij je nooit goed begrepen bad ; dat je allerlei vreeselijke theorieén er op na hieldt; ik heb hem daarvan een kort overzicht gegeven en dat pasto hem in 't geheel niet. Hij zei maar aldoor: >dathadik nooit gedacht. . . Toen heb ik hem al je gebre ken opgesomd, dat je lui bent en slordig en niet netjes op je persoon en heel slecht gehumeurd en vervelend en vermoeiend; hij zal nu denken dat ik jaloerse)! op je ben, maar dat laat me koud; ik zou hem toch voor niets ter wereld willen hebbon. Moderna: .Ie hadt niet behoeven te zeggen dat ik een slecht humeur heb, want dat is niet waar. Peggy : Niet als je altoos je zin krijgt, anders wel. Moderna: Toonde hij volstrekt geen spijt ? : Peggy : Jawel, zoo'n paar verplichte gebaren. Maar ik geloof dat hij in den grond blij was. i dat bij er /.DO afkwam, nu hij bijna getrouwd was met zoo'n huiselijke aardbeving, zoo'n kamer; cycloon. ! Zoo is het; Arthur is blij, zijn -heilige moeder' ook; iedereen is tevreden, en dat alles is Peggy's i werk. Intusschen is Moderna aan 't oud worden. Ze beeft >,alles gedaan wat jonge meisjes doen en uo« { wat meer." l laar laatste streek is geweest het huis uit te loopen en te gaan inwonen bij de j jonge dame die in de bladen schrijft en de liedjes j van V vette Guilhert zingt. Ze komen samen in een heel gemengde wereld, waar Modevna's op voeding voltooid wordt. Ieder jong meisje," zegt eene vooruitstrevende vriendin van de moeder, «moet haar leerjaren hebben. Moderna heeft gelijk, laat haar begaan.'' Inderdaad loopt de proef zonder groote ongelukken af, en Modenia begint er genoeg van te krijgen. Ze is nu zevenentwintig jaar en meent het leven door en door te kennen. De broer van haar vriendin heeft haar meegenomen naar een caf chantant; een blad heeft haar voorgesteld berichtjes uit de groote wereld te leveren ; zij heeft gedi neerd met den anarchist. . . Wat heeft zy nog te leeren 't liet is nu tijd om afscheid te nemen en in veilige haven tot rust te komen. Maar hoe ? Ze kan natuurlijk een domino trouwen ; in Engeland is er altoos een dorpsdominéte vin den die wel een rijk en mooi lam in de schaaps kooi wil opnemen. Moderna behoeft den heer Brown maar een wenk te geven . .. Maar dat zou al te vervelend zijn. Katholiek worden en in een klooster gaan ? Ook al niet amusant. Het beste zou zijn, weduwe te worden, dat is een prettige positie. »Ik wou dat iemand mij weduwe maakte." Als uitkomst zal zij maar met Edward trouwen, een neef en speelkameraad, die al rustig tien jaren lang afwacht of zij er genoeg van heeft. Zulke Edwards zijn de redders van Moderna's, maar vindt men die altoos ? De Newfoundlander te zijn om zulke meisjes op te visschen die in de strooming der moderne gedachte zijn gespron gen en nu »hulp !" roepen, is ook een taak vol bezwaren. Het kon wel eens zijn dat de Edward's zich lieten bidden, en men beweert dat ze daar mee in Engeland al beginnen. In elk geval had miss Violet Hunt aan haar roman verschillende andere oplossingen kunnen geven, en heeft zij wel de gemakkelijkste gekozen. Hlllll llllTïml l lilinilllll iiiiil Ceintuurs. Corselcts. Glacé. Mos. Bloem rci'sieriny. Het ceintuur is op dit oogenblik een der belangrijkste deelen van het toilet; men maakt ze in alle vormen. Sommige zijn met twee einden en grooten Japanschen strik; andere met vier, waarvan twee transparante. Men neemt, om ze bij alles te kunnen dragen, deze liefst wit met zwart; wit zijden mousseline of witte kant op zwarte zijde, of zwarte kant op witte zijde; ook wel een breed entredeux met een smalle kant omzet. Zwart satijnen ceintures worden geheel gereed gemaakt met plooien en schuiven eringenaaid, of zelfs met voering, zoodat het drapeeren om het middel niet aan het toeval overgelaten blijft; als sluiting figureert dan ook wel een lange gesp van email of strass. Ook beeft men de Russische ceintuurs, wit leer met een gesp van turkooizen; het metaallint met fraai geciseleerde platte sluitstukken; het corxeh't van satijn, faille, lluweel; jaltoos is zwart het voordeeligst voor het iiguur. *? * Twee jaren geleden had men eeintures-corselets van rose zijden lint met kleine rosetten. Men maakte ze van drie of vijf linten, die zich onder den arm kruisten, en opgehouden werden door drie baleintjes, een van voren en twee van ach teren, waar het ceintuur gesloten werd. Ze zijn weer uit de mode gegaan en komen nu terug, maar een weinig anders: in plaats van rose lint neemt men heel smal zwart lluweel, rdourscomi'lc: in plaats van drie of vijf linten, neemt men er tien u vijftien. Overigens is alles het zelfde. Men omgeeft de baleintjes met zwart satijn, speldt ze op de rieten pop, naait een iluweeltje boven aan de rechter balein van achteren, dan aan de benedenpunt van de voorbalein, van daar naar de bovenpunt van de linker achterbalein en knipt het dan af. Het twee fiuweelrje wordt begonnen aan een der benedenpunten van achteren, dan naar de bovenpunt van de voorbalein gebracht en zoo langs de andere zijde terug. liet derde begint iets lager dan het eerste, en wordt van voren iets hooger bevestigd, en zoo verder. Men eindigt met eene reeks rosetjes van tluweelen lussen, waardoor zoowel het aunheehtsel als de baleintjes verbor gen worden. Ten slotte vereenigt men al de gekruiste iluweeltjes op de heup door een stevigen hecht steek. Deze cointures-corsel ets, ofschoon ze veel plaats innemen, staan niet lomp, omdat de smalle Hiiweeltjes, a jour, de japon laten doorschemeren. Het smalle zwarte lluweel zal dezen winter bij duizenden meters gebruikt worden; men zet het om tullen ruches, om hoedenstrikken, om volants en berthes, om de afhangende einden van ceintures, het geeft in alle opzichten teekening aan het costuum. * * Keizerin Eugénie met hare nicht prinses Murat en de markiezin de Gallifet maken een zeetocht aan boord van bet yacht 'l'In- 'hixtlt; nu langs deze dan langs gene kust kruisend. Op deze wijze woonden zij ook de feesten te Cowes bij. Voor yachtcostumen is een nieuw materiaal ge vonden, handschoeuleer, glacé. Men heeft bv. bij marineblauw serge of laken groote revers van wit glaeé, met goud galon geboord en een vest van wit glacémet gouden ankorknoopen. I)e vierkante matrozenkraag wordt dan, om niet te veel wit te hebben, van lichtblauwe zijde geno men ; als hoed er bij een eenvoudige matelot van blauw wasdoek of een licht strooien hoedje met twee staande veeren. . \Yie in deze dagen buiten is, in de buurt van j bossclien, neemt gaarne wat mos mee. Dit wordt | intusschen al gauw geel; het beste middel daar tegen is, het in helder water uit te wasschen en hot dan door zeer sterk blauwselwater te l halen. Men laat het in de schaduw drogen en de groene kleur blijft. De prinses van Wales beeft op Sandringham. waar zij zelf gewoonlijk de bloemversiering be stuurt, als eetzaal-decoratie iets nieuws ingevoerd, groote ballons van bloemen, van het plafond hangend. Ook koningin Victoria, heeft dit over genomen. De mode is eigenlijk Amerikaansch; op diners en andere partijen te Washington en te New-Vork kan men, met de gewone Amerikaansche overdrijving, heele hangende tuinen boven de tafel zien wiegelen. Men maakt ze van de kostbaarste bloemen; het is bet eenige middel om aan een diner meer geld te besteden dan er eigenlijk bij mogelijkheid aan ten koste kan gelegd worden. E e.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl