De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 13 september pagina 6

13 september 1896 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1003 f, Conyngliai Greene, de nieuwe Engelsche zaakgelastigde te Pretoria. Saitl Hamert de overleden Sultan van Zanzibar. De Banp Ottomane te CoBstaiitinopel. Noi maar eens probeercn, Cl'imcJi.'l Lnitenant-Generaal f on Goszler, de nieuwe Pruisische Minister van Oorlog. Inhoud van verschillende bladen. 'Het Handelsblad. 5 Sept. Rustige rust", (Kieswet). 6 Sept. Een noodzakelijke regeling" (Caüantsoog.) Nog eens Nieuw Guiuea". 8 Sept De algemeene bevelhebber te Helder." Het Indische leger in 1895. 11 Sept. De rede van den lieer Van de Putte". De Standaard. 7 Sept. Wereldmacht en wereld handel" (slot). 9 Sept. Achteruitgang" (landbouw in Duitschland). 11 Sept. Een schandvlek der natiën' (De Armeniërs). Het Centrum. 7 Sept. Middenstand en a'beidersklasse" (ingezonden). 8 en 10 Sept. De nieuwe aera" (kieswet). D e (antir.) Nederlande r.7 Sept. Maatschappe lijke feiten" (slot). 11 Sept. Splitsing van gemeenten". De Limb Koerier. 5 Sept. De B. K. onder wijzersbond'' (door J. H. Wijnen) 7 Sept. ,.0ud strijders van 1830?31" (door M. de Eas). De M i d d e l b. C t. 8 Sept. De verklaring (van baron Schimmelpenninck van der Oye omtrent de kieswet)". Pro v. G r o n. C t. 7 Sept. De ware beteekenis der verkiezingProv. Staten te Winschoten". Vrijhan del of protectie". Nieuwe Winsch. C t. 7 Sept. 31 Augustus een abetrachting". a a n 1. C t. 9 Sept. Haagsche brieven" (Kieswet). Het V o l k s d a g b l a d. 7 en 8 Sept. De Kieswet in de Eerste Kamer". E echt voor Allen. 5 en C Sept. Na Koningin nedag''. 10 en 11 Sept. De strijd op Cuba". Sociaal Weekblad. 5 Sopt. Geneeskundige hulp", (door Dr. B.) De Vol k ss t ein. 5 Sept. De radicalen en de verkiezingen". De alcohol kwestie in Noorwegen". F r i e s c h V o l k s b l a d. 6' Sept. Grondgebruik en onteigeningsrecht", (naschrift door Societus . De Werkmansbode. 6 Sept. Ontwaakt, gij die slaapt". (De nieuwe kiezers). ilinimum loon of eigen beheer." Het nieuwe Schoolblad. 4 Sept. Dersn^exameus to Amsterdam", III. Inhoud van Woord en Beeld: Opleving, door Mevr. Simons-Mees, (illustraties van W. L. Bruckman). Het Museum Willet-Holthuijsen, (illustr. van G. Reuter). Helene Lspidoth-Swarth, (portret van H. J. Haverman). Gottfried Mann, Nog een liedeken van Smerte. De t~'iiU«ii rim Turkije: 't /al me benieuwen, of ze mij op dit pakje concessiën nog wat willen Jeenen ?" VARIA. Bestuurderen der maatschappij Arti et Amicitia, der maatschappij tot bevordering der bouwkunst, van het Genootschap Architectura et Amicitia en van de afdeeling Amste dam der maatschappij tot bevordering der bouwkunst, hebben zich gewend tot den burgemeester van Amsterdam met een schrijven, waarin er op is gewezen dat in de commissie van ingezetenen voor de ontvangst van Hare Majesteit Koningin Wilhelmina, bij gelegen heid van Harer Majesteits inhuldiging binnen Amsterdam in het jaar 18'Jö, (/een enkel kunste naar zitting heeft. BOEKBEOORDEELING. Bij den uitgever II. D. Tjeenk "\Villink, te Haar lem, is verschenen een vierde druk van \'u>-*/enguntt, den beroemden roman van A. S. C WAI.I.IS. Deze vierde druk bevat, behalve het portret in houtgravure van de schrijfster, geheel nieuwe reproducties der teekeningen van E. S.Witkamp Jr. en N. van der Waay. Wel deden deze teeke ningen ook dienst voor de platen in den vorigen druk, maar de groote vooruitgang op liet gebied van reproductie heeft de uitgever doen besluiten nieuwe autotypieën te laten maken, welke dan ook heel wat beter zijn dan de vorige, waartoe verder het betere plaatpapier, voor dezen druk gebruikt, het zijne bijdraagt. Moge een ruim debiet liet loon zijn voor ilc geldelijke opofferingen, welke de uitgever zich voor deze uitgave getroostte. NIEUWE UITGAVEN. Bij de redactie zijn ingekomen: AYarendorf's Novellen Bibliotheek No. Hd, lüjtijd* l'i<l<icl(i. door MAIMA YKKKKIIK. lic 'Tr.:o<7,'<'>/<i run <li'n 11. Autoiint*, naar (o STAVK. FI.ALT.KÜ. Fragmenten door L<>i ii- Coi riuirs, li. .1. Veen, Amsterdam. J)e < liiiiccxclte J'V/nso/ic, toegelicht voor nietsinologcn I. l\IC<n-ii<i /?'"<? '/k:' (Cunfïieius), door Hi'.xiii lioiiKi., Amsterdam, Van Kampen en Zoon. ])e l <ot<fci'<fllt'n i'ftH flat >^!ini/.'/,'(_'/i>i(r, door .V. I''. ('UKM i-'.u. I h' rourhit rni>' J )n i/^tin'rs/!/' ot do (ti-erluitink' l:'iu>i>. vrij naar het Fransen door llKNiiiKTTi;, met lli illustratie* naar teekeniniren van A. Hobida. - l.ri'lniir rooi' -Iniiiji n.i i-n .l/(<>/'-s onder red. van TITIA \. n. Ti IK, Mijn rrinul J./nl.'cr '><rc;',vrij naar het Franscli door HUM:u. r n . met 15 houtgravures. De .[i'niihii'eii run I'n,il Knul-er, een verhaal uit liet Indische krijgs leven, door Tn. J. A llii.cKi.'s. l.-'c/niii' fnin" Juut/en* en Mci^ji'x. onder red. van TITIA v. i>. 'i'i'VK. Deventer, Kluwer it t o. Inhoud van Tijdschriften. Inhoud van i'.uirn llannl, No. ','n : Moed, door Wilhelmina Ileijnbach. ]V. Maknssar en Um streken, door M. C. van Uouveroy van Nieuwaal. met afbeeldingen naar fotografieën van den schrij ver. Truitje, door M. ('.. de Vries (bij de plaat). Truitje, naar de schilderij van Mei. A. Heil. Ons geld en hoe het wordt gemaakt, door Dr. J. E. Itombouts. met afbeeldingen naar fotogratieën van den schrijver. (Slot.) Mahmoed's Kinderen, naar het Russisch van Nemirowitsch Dantschett'ko. Feuilleton, Losse Bladen uit mijn Heisboek, DOOR JUSTUS VAN MAURIK. VI. Pff! van middag wordt er waarachtig te veel gevergd van een normale maag, zei blazend een der jongere heeren, die aan tafel gewoonlijk ongeloofelijk veel goeden wil en volharding toonde. .Even zuchtend wischte hij zich herhaaldelijk voorhoofd, wangen en hals. U heeft meer dan je plicht gedaan, lachtte de administrateur en hem toeknikkend: dat bewustzijn zal u sterken tot verdere grootsche daden, mag ik u eens even zien ? Hij hief zijn glas op. Dank je wel, daar ga je, maar als ik morgen katterig van boord ga, heeft dekominandant 't op zijn geweten. Neen, dank je, geen champie meer! Kom? Nu, dan nog centje, om u bescheid te doen. Drommels 't is hier vetpot van daag, en zich even omwendende tot den bedienenden Javaanschen jongen: koffie en'n Sopi manie*)? Wel ja, geef maar op ik zal volharden tot den einde toe! Flang! daar vloog, van het andere eind l der taiel, ren kurk tegen de vloeipapieren muts, die hij ophad en een vroolijke meisjes stem riep: Raak, luitenant! weêromgooien, hoor! en op den dokter! De goede, bedaarde medicus van de Ainnlla kreeg het hard te verantwoorden, want de jonge meisjes en een paar getrouwde dames, eenigszins opgewonden door de champagne, die kommandant Visman had laten rondschenken, bombardeerden hem onbarmhartig met kurken, hazelnootschillen en proppen, gemaakt van de papieren mutsen, die uit de pistaches aan 't dessert waren te voorschijn gekomen. Lachend de dokter wordt nooit boos op dames dekte hij zich zoo goed en kwaad het ging met zijn bord en servet, totdat de dikke Oostenrijker, wiens wangen glimmend rood waren geworden, omdat hij eerst nog het restantje uit zijn rlesch had moeten verschal ken, hem, nog hijgend van inspanning, toe riep: Herr Dokter, je bint an die heideii overjelevcrd, komm mit an dek, ik zoljewol besjermen. Die weiber kann jij alleinig nicht be\v;iltigeii, dafür bin je zoe mager; komm mit! Donnerwetter war dass heute mal goetes essen? en hij klopte op zijn dikken buik. Jetzt ein glas frisches bier, hè'? So roeliig oben in die rauchkammer; hier wird's ein pan ! 't Was inderdaad een buitengewoon groot menu, een erg vroolijk diner geweest, aan boord, bijzonder luidruchtig zelfs, tot dat er een oogenblik stilte kwam, even voor 't dessert. De kommandant namelijk was opgestaan, had zijn glas champagne opgeheven^ en gezegd: Dames en heeren, ik heet U allen welkom in Indië, want binnen eenige uren hopen wij Padang te bereiken. Dan zullen eenigen uwer dezen bodem verlaten: ik wensch de d bar(jtieerende passagiers verder goede reis en ge zondheid en dank hen, evenals al de anderen voor de betoonde welwillendheid en samen| werking, waardoor de harmonie onder de pasi sagiers geen oogenblik is verstoord geworden. j Ik moet u verlaten, mijn plicht roept mij op de brug. Dames en heeren, daar ga je! ! Leve de kommandant, leve onze gezellige i' Visman! klonk het van alle kanten en met j een =lang zal hij leven in gloria!" defileerden ! de passagiers, zoo goed en zoo kwaad de zachijes schommelende boot het veroorloofde, voor den komiuiindant, om even met hem te l klinken. | 't Dessert begon, de tongen kwamen hoe langer hoe meer los, want het vooruitzicht spoedig land' onder de voeten te hebben luid alle harten opgeruimder doen kloppen; hoe goed men het aan boord ook heeii, het denkbeeld eindelijk weer op vasten grond te zullen staan, drijft toch liet bloed sneller door , de aderen. Mijnheer! zei fluisterend de hofmeester, achter mijn stoel komend, do kominandant laat vragen of l' eens bij hem op de brug wil komen'?' Ik heb je even laten roepen, zei de kapitein, toen ik, een oogenblik later, op de brug kwam. 'i Is hier een boel lekkerder dan beneden en 't wordt er nu te rumoerig. Ik wou je hier toch eens een kijkje geven: je bent nog niet op de brug geweest, wel? Neen kommandant. Geef dan je oogen maar eens den kost. 't Is een heerlijke avond; kijk! daar in de verte neen, je kijkt niet goed, daar aan 'bakboord, heel in do verte -- //>?'>, nu ben je in de goede richting, d;i;ir heb je 'L licht van l'oeloe l'isang, daar houden we op aan. Hij rekte armen en beenen een maal of wat. uit, nam zijn pet even af en streek y.ich snel met de hand een paar keer over't voor hoofd : Hè, dat doet me goed; ik voel me hier 't lekkerst. Op de brug ben ik eerst goed in m'n element. 'n Heerlijk briesje van avond! Wat 'n maantje, zoo iets zie je in Holland toch niet. Hij stak een sigaar op, de lucifer tusscheu *! Likeurtje. zijn breede gespierde handen voor den wind beschuttend. 't Was «en mooi, een indrukwekkend ge zicht daarboven van die ranke brug, als ge spannen over 't schip, dat rustig met ons in 't prachtige maanlicht voortsneed door de golven. Op de zonnetenten vooruit, goot de maan een tooverachtig, blauwig-wit licht, het want, de masten en ra's, het touwwerk, scherp afstekend tegen de heldere lucht. Hier en daar in felle kantlichtjes schitterend op 't blank gepoetste koper- eu ijzerwerk, of zwarte slagschaduwen neerwerpend op de schuins gispannen zeilen. Dartelend in de golven, vóór ons, of sprankelend, opsprin gend in 't witte schuim Jaugs beide boorden, tintelde het overal. /ie nu eens om, zei de commandant. Prachtig! 't Achterschip, van ons afgescheiden door den grooten schoorsteen, strekte zich, grooter en bretder lijkend dan anders, achter ons uit. Met ons, maar schijnbaar alleen, deinde het zachtkens op en neer, overwuifd door den golvenden, zwarten, breed uitwaaienden rookpluim, die in rollende ringen uit de dikke pijp opklom, voort vliegend, naar de achter ons wegdrijvende wolken, hier en daar zilverig gerand door de maan, die, vlak boven onze hoofden, haar lachend gelaat vertoond. Beneden gloeide 't vurig tusschen de naden en langs de randen van de zonnetenten.. Goudachtig glommen achteruit de koperen randen van 't stuurrad en de kap van het kompashuisje, door den lichtschtjn uit de kleurige, papieren lampions, die ter cere van 't afscheidsfeest, dat straks op dek zou wor den voortgezet, reeds ontstoken waren. De zee was kalm en nauw gerimpeld. In 't kielwater blonken of schitterden, spelend, millioenen weerkaatsingen van maan en sterren en als een blank metaalachtig glimmend spoor, doortintelt van vonkende diamanten, verloor zich, heel in de verte met den donkeren horizont samensmeltend, de voar, die het met volle kracht stoomende schip door de golven sneed. Zacht ging de boot op en neer; van de brug af gezien, scheen zij een groot, kalm. levend wezen, regelmatig, diep ademhalend. bewust van zijn kracht, met zekerheid toesnellend op de kust, waar in de verre verte het heldere licht van l'oeloe Pisang, als een vriendelijk oog nu en dan geruststellend pinkend, scheen te wenken: kom! kom! bij mij is 't veilig, kom ! De kommandant stond in zijn witte jas de uniform trekt hij altijd onmiddellijk uit na 't diner naast mij. /ijti forsche, krach tige gestalte was iets voorovergebogen en hij hield de rechterhand uitgestrekt. Met de linker steunde hij op de leuning der brug. Daar achter ligt Pndang, over een uur of wat loopen we de Emmahaven in. Jammer dat we niet bij dag aankomen dan zou je nu de heerlijkheid der Sumatraansche bergen al kunnen zien. Daar in die richting moeten de Ophir en de Merapi liggen, recht vóór ons de Goenong-Talang. Je kunt ze nu niet onderscheiden, maar morgen zul je je hart wel eens ophülen aan al dat groen. Je hebt nu zoo lang alleen water en lucht gezien, hè? Hij klopte mij op den schouder: Ja, ik ben een oud-zeeman, 'k heb honderd maal minstens, diezelfde dingen gezien, maar t tv kens zie ik ze weer met t zelfde genot, dezelfde bewondering aan, hè? Hij Hep even heen en weer, keek een oogenblik in den i electrisch verlichten zee-kaartenbak, gaf een paar bevelen aan den roerganger en aan eer van zijn officieren en bleef tot-n een poosje. starend in de donkere verte, zwijgend staan. Kapitein YI-MAN. Naast God. schipper vnn mijn schip i.' dat moet de kommandant volkomen gevoelen als hij daar, hoog op de brug, als 't ware : bovfii zij;; bodem, staaL Die bodem zoo groot en breed, hijuv-nd en kuchend door'Ie krachts inspanning in zijn binm-'ii-K'. girboivn door't felle vuur, dat brullend en loeiend in zijn ! ingewanden woedt. i En toch luistert, dat brullende vuur, die i ontzachlijke kracht, naar zijn gebiedende sti-m en volgt, gedwee als een knul, zijn leidende hand, die schip en opvarenden veilig tustcheji ; klippen en reven henenvoert naar 't land, waar zij hoopvol de toekomst tegengaan. Kommandant. 't is onbeschrijfelijk mooi hier, wat 'n sterrenhemel, wat 'n prachtige zee ' Ja. maar zóó trtilen we 't niet altijd kameraad! 't Kan tonis ieelijk blazen en dan is 't hier zoo'n dorado niet maar ik beu 't

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl