Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No.1007
stoffelijk geschenk, maar dat die hulde op
eenigerlei wijae zoude kunnen ten goede komen
aan de bevordering van een liefdadig doel.
Volkomen duidelijk is ons deze mededeeling
niet. Volstrekt duidelijk is, dat men ten Hove
besloten heeft, geen kroningsgeschenk voor
Wilhelmina te begeeren. . Wij zeggen ten
Hove, daar het moeilijk is te denken, dat de
jonge koningin zelf op IGjarigen leeftijd er vast
van overtuigd zou zijn op ISjarigen leeftijd
geen geschenk van de natie te willen aanvaar
den. In elk geval achten wij dit besluit, door
wie dan ook genomen, een verstandig besluit
daar op de kroningsplechtigheid spoedig eene
andere plechtigheid kan volgen, die niet
minder tot het aanbieden van een geschenk
uitlokt.
Ook verstandig, omdat, indien H. M. de
Regentes wél een geschenk wil
aanvaarderhet n door het ander dan geen schade zal
kunnen lijden.
Of nu de Regentes zelve ook van het aan,
vaarden van een geschenk afziet, is uit de
slot-alinea van het communiquéniet met
zekerheid af te leiden. Wil men doen weten,
dat H.M. reeds dadelijk zóó noode aan den
wensch der commissie heeft toegegeven, dat
zij even als de Koningin toch liever in het
geheel geen geschenk zou ontvangen, of heb
ben die woorden deze beteekenis: geef mij
desnoods een geschenk, maar dan een in
geld, waarmede ik een liefdadig doel kan
bevorderen ; ofschoon, dan zou het toch
weder een stoffelijK geschenk zijn.
Ons dunkt, zij die deze mededeeling in de
wereld hebben gezonden, zijn niet bijzonder
gelukkig in de keuze van hun woorden ge
weest; ook doet het slot van dat communiqu
denken aan een te groot gebrek aan takt.
Het doel zou zijn der Regentes een huldeblijk
aan te bieden. Welnu, daarvoor had men dan
de bijdrage te vragen, en eenmaal wetende
hoe groot het geheele bedrag zou zijn, het te
besteden of het H. M. aan te bieden, in over
eenstemming met de inlichtingen die men
aangaande hare bedoelingen ontvangen had.
Nu echter reeds twee jaren van te voren te
adverteeren, de bijdragen ter huldiging van de
Regentes zullen dienen voor een liefdadig doel
dit ontneemt aan het huldebewijs zelf zijn
eigenaardig karakter, daar de Regentes op
deze wijs onmogelijk zal kunnen te weten
komen, hoeveel men te harer eere geeft, en
hoeveel om der liefdadigheids wille.
Nu maakt men de zaak nog erger door in
die slot-alinea te schrijven: liet is bekend
dat H. M. de Regentes slechts toegaf aan
het denkbeeld in het jaar 1898 een huldeblijk
te aanvaarden, onder voorbehoud, dat de haar
te brengen hulde zoude kunnen ten goede
komen aan de bevordering van een
lieidadig doel". Hiervan was tot dusverre niets
bekend. Het behoorde ook l hans niet bekend te
worden .... En ware het bekend geweest, dan
zou men het nu niet nog eens bekend maken !
Waarlijk een linkscher commissie, dan die
waarvan de heer Heemskerk, met zijn bekende
twee linkerhanden, voorzitter is heeft er
zelden bestaan. Had zij niet beter gedaan
met zich geheel naar ons advies te voegen,
door zichzelf voor goed op te bergen, zoodat
zij verdwenen was, vóór zij nog andere fouten
had kunnen voegen, bij die, waardoor hare
samenstelling en haar zoo ontijdig optreden
zich kenmerken ?
Een Averechlsch Plan.
(Een iroordje aan 't adres van den heer
11. Mr.telerkamp).
Het jongst verschenen nr. van de Wereld
kroniek doorbladerende, viel hoe zou 't
anders kunnen? aanstonds mijn oog op
de afbeelding van het monument o/> den Dam
en tegelijk was ik aan 't lezen van den tekst
van de hand des heeren R. Metelerkamp.
Z.Ed. herinnert 't is dezer dagen al meer
gedaan aan ?t veertigjarig bestaan van
het monument, dat in herinnering moest doen
voortleven dagen van geestdrift en daden van
trouw: geestdrift voor een heilige zaak,
trouw aan een heerlijk beginsel.
Naar aanleiding van dit 40-jarig jubil
oppert de geachte schrijver een zeker plan,
waarvan ik nog niet met mijzelf eens ben
welk adjectief ik er naast zetten zal.
Het is ook den heer M. niet ontgaan, dat
het oude gedenkteeken, uit aesthetisch oogpunt
beschouwd, zich niet meer in de sympathie
zijner landgenooten mag verheugen. 'Welnu,
wat belet der Nederlandsche natie om't oude
monument op te ruimen, en er een nieuw voor
in de plaats te stellen", vraagt hij, en gaat
dan voort met te betoogen, hoe gemakkelijk
het is eene commissie te doen vormen, die
met eenige inschrijvingsbiljetten de noodige
fondsen wel zal samen brengen om dan in
korten tijd de geheele zaak in orde te maken.
En »als dan over ee-nigen tijd dat nieuwe
moHument onthuld wordt, wrelk een prachtige
gelegenheid zal die onthulling dan aanbieden
om aan de veteranen van 1830 een nationale
hulde te bewijzen!"' Tot zoover de schrijver,
op wiens welgemeend woord een nalezing niet
achterwege mag blijven.
Er zullen ik cursiveer nu fondsen genoeg
worden bijeen gebracht, en : wat zou die hulde
aan die ouden van dagen goed doen aan 't hart!
Met warme sympathie druk ik de hand van
den rechtschapen zoon, die weet te eeren de
nagedachtenis zijns vaders, die ook eens be
hoorde tot de orde van 't Metalen Kruis....
maar, in de eerste plaats, waarde heer, zijt
gij een vreemdeling in Jeruzalem, dat gij niet
weet van de dingen, die geschied zijn?
En dan, wat zijt gij een idealist! Gelooft
gij, dat maar zoo dadelijk de noodige fondsen
bijeen zullen zijn voor de oprichting van een
nieuw monument, waar nog jaarlijks gebedeld,
en altijd meer gebedeld moet worden voor die
ouden van dagen, aan wier geestdrift en aan
wier trouw dat monument de herinnering be
waart ?
Maar al zou dit ook alles zijn, gelijk gij
het u voorstelt och, laten wij over de
restauratie van dat gedenkteeken later maar
eens praten eerst dient gehandeld in de
zaak, die door u in de laatste plaats aan
de orde wordt gesteld. Weet gij niet, dat
over eenigen tijd" als uw monument gereed
zou zijn, onze veteranen tot hun vaderen ver
zameld zullen wezen! Denk eens aan, de zuil
op den Dam schrijft 5 Oct. 1830, en wij schrij
ven GG jaren later. De Benjamin der Oudjes
vierde l Sept. j.l. zijn SOsten verjaardag!
Neen, laat die Vrouwe op den Dam
voorloopig maar staan zooals zij staat haar
uiterlijk schoon moge ons niet meer bekoren,
wij hebben haar toch nog lief om haar
afkomst en wilt gij iets doen, eerende de
nagedachtenis uws vaders, verhef dan met
andren en wij uw stem, opdat alsnog aan
onze mannen van '30 gegeven worde de eer
die hun toekomt. Geen bedelbrok en dan
nog wel zoo karig 1) hebben zij verdiend,
maar wel naar 't voorbeeld van Belgiëeen
staatspensioen, groot genoeg om geen armoede
te moeten lijden. Z. E. de Minister zou, als
ik 't wel heb, destijds een onderzoek doen
instellen naar de te lang vergeten helden.
Of dat onderzoek al heelt plaats gehad en
wat het aan 't licht heeft gebracht? Wie
weet welke verrassing ons straks bij de voort
gezette behandeling der begrooting wacht!
Weet u intusschen iets in 't belang der
oudjes te doen, wacht niet op het nieuwe
monument, evenmin als op de afhandeling
der begrooting. Allermeest ook hier geldt:
»al wat gij doet, doe het haastiglijk.''
GIIOOTIIUIXKN (N.-H.), Oct. '<J(i.
F. W. DIU.TVKI;.
1) 't Xicincs i'fin /Jen J)nr/ wist dezer dagen o.a.
no.ir te vermelden, dat de Oudjes, dank /ij de
lietdevolle en onbaatzuchtige bemoeiingen van
»Trouw aan Koning en Vaderland," naar gelang
hunner omstandigheden, nu f 1.?of/ l.öo per
week krijgen!
Marianne en Nicolaas.
Georg Brandes, de welbekende Deensclie
aertheticus, vertelt in de -te Weenen ver
schijnende Ze. 11 het een en ander over de
Russische censuur in Polen. Alle couranten
moeten, voor zij worden afgedrukt, in
proefbladen aan de autoriteiten worden voorgelegd.
Daarom zijn bijna alle artikelen, waarin wer
kelijk iet? wordt gezegd, zoo geschreven, dat
men ze bij de eerste lezing niet begrijpt. De
bewoordingen zijn abstract, onbepaald, dubbel
zinnig. Het lezend publiek is er sedert lang
aan gewend, tusschen do regels te lezen.
Bijna allo feuilletons zijn allegorieën en druk
ken iets geheel andeis uit dan zij schijnen
te zeggen. Daar woorden als rrijluid en
vaderland altijd verboden /ijn, is het begrij
pelijk, dat men hierover omschrijvingen noodig
heeft. Te vier uur komen de door de censuur
gecorrigeerde proef bladen bij de mlactiën
terug. Het doorgeschrapte moet worden ver
vangen door reserve-artikelen, die men vooraf
dorr de censuur heeft laten goedkeuren en
als vulstukken in voorraad houdt. Het is te
begrijpen, dat de boeken, die in het land
uitkomen, eveneens met de uiterste gestreng
heid worden onderzocht. Zelfs de klassieken
der oudheid ontgaan dit lot niet. De Latijnsche
versregel ive Itntco renxores fulurox werd
geschrapt: men meende daarin te lezen: »ik
ben niet bang voor de censoren der toekomst,''
ofschoon de dichter natuurlijk bedoelde: ^>ik
ben niet bang voor het oordcel der toekomst."
In een drama, dat het verleden van Polen
behandelt,schrapte men voor den naam Jagidio
de woorden: «Koning van Polen" en verving
die door «hertog," ofschoon er nooit hertogen
van Polen zijn geweest. Zelfs de kookboeken
worden zoo kleingeestig nageplozen, dat men
onlangs in zulk een werkje de uitdrukking:
»op een zacht vuur koken" schrapte, omdat
die, in het Poolsch, letterlijk luidde: ->over
een c r ij vuur."
Brandes wilde te NVarschau voorlezingen
houden over Poolsche literatuur en moest
eerst zijne manuscripten aan het oordeel der
censuur onderwerpen. Geheele bladzijden
werden geschrapt; het citaat van Schiller
?»der Lebende hat Recht" had geen genade
gevonden ; de woorden résignation et tristesse,
waarmede de Poolsche literatuur werd ge
kenschetst, mochten evenmin blijven staan.
Deze censuur-staaltjes dagteekenen niet
uit den tijd, toen Charles FJoquet te Parijs
den grootvader van den tegenwoordigen czar
zijn »Vive la Pologne, Monsieur,'' toeriep,
maar uit de dagen, waarin de Fransche
republikeinen, die nog steeds de woorden
vrijheid, gelijkheid en broederschap in hun
devies voeren, den Russischen
alleenheerscher Nicolaas II toejuichen en toejubelen,
als waren al hunne idealen belichaamd in
dezen jongen man, die met een effen, strak
en bleek gelaat al deze uitbarstingen van
geestdrift en al die uitbundige hulde aanziet
en aanhoort.
De czar heeft in een zijner bestudeerd
kalme antwoorden op eene warme toespraak
van president Faure het woord «republiek"
gebruikt. De Russische cei soren in Polen
zouden het stellig hebben gesihnpt: het
denkbeeld alleen van een volk. dat met
schromelijke ondankbaarheid zich van de
gezalfden des Heeren afwendt en zichzelf
wil regeeren, is immers majesteitsscl.ennis en
heiligschennis tegelijk. Intusschen, de czar
heeft dat schennende woord gebruikt en de
Fransche republikeinen zijn verrukt over
deze »wijding" van hun régime. En nog
grooter vreugde wachtte hun : de e/ar zou zijn
visitekaartje brengen bij de presidenten van
den Senaat en de Kamer en de leden dezer
wetgevende lichamen in corpore ontvangen;
hij zou zelfs zeggen, dat, het hem verheugde,
de vertegenwoordigers der Fransche natie te
zien. Welk eene nederbuigende goedheid
van een man, die voor zijn eigen natie eene
volksvertegenwoordiging overbodig en ge
vaarlijk acht!
Hier en daar gaan enkele stemmen op om
tegen deze houding te protesteeren. Een
comité, bestaande uit de socialistische afge
vaardigden Chauvière, Baudin, Vaillant en
Walter, den onder-voorzitter van den
Parijschen gemeenteraad, Landrin, en eenige an
dere socialisten, heeft proelarnatiën doen aan
plakken, waarin deu regeeremle klassen en
der burgerij wordt -verweten, dat zij, de
republikeinsche en de nationale waardigheid ver
getend, zich vernederen aan de voeten van
den czar. De ondertcekenaars geven verder
uitdrukking aan hun broederlijke sympathie
met de proletariërs van alle landen, in het
bijzonder met de Russische socialisten en
bannelingen, die moedig strijden tegen de
lyrannie van den czar en voor de vrijheid van
het Russische volk. Hetzelfde comitéroept
tegen den volgenden Zaterdag eene protestmee
ting bijeen.
Het'is niet waarschijnlijk, dat deze 'plak
katen langer dan enkele minuten zijn aan
geplakt gebleven. Want in de geestdrift der
Franschen speelt een sterk chauvinistisch ge
tint patriotisuie eene groote rol. en de socia
listische onderteekeniiars zijn immers maar
w/r* fiiiis-jii(h'ic'\ lieden die zich niet zouden
ontzien, zelfs met l'riiN.iir//x, met een Bebel
en een Liebknecht te fratcrniseeren. Xeeu,
elk onderscheid van ras, van aanleg, van
neiging, van politieke overtuiging, moet wij
ken voor het grootschc en vi-rhotlende denk
beeld, dat de czar komt als />o,,,/,/, ,,o(,i Van
Frankrijk. Zelfs de Orleanistischc Sniril wordt,
er warm bij en heeft CPU complimentje over
voor het door de republikeinsche regeering
geregelde progromma der feestelijkheden.
»Men zal den czur het Frankrijk toonen van
het verleden, maar men zal hem ook liet
leger foo::en, dat aan Frankrijk eene
rechtvaardi'^e veigoeding voor de toekomst waar
borgt. De czar kent, de gevoelens der
Fransehe patriotten ; hij weet, wat zij hopen."
Dat zal wel zoo zijn. Maar juist daarom
is hel, te meer in het O'.>gloopend, dat de exar
dat lang verwachte en vurig begeerde woord
nl'tnnlii maar niet heeft willen uilsproken.
Hij scheept zijn enthousiaste Fransche vrien
den af met allerlei surrogaten, zooals
»kostbare vriendschapsbanden" en hij geeft den
heer Faure geen rechtstreekseh t/i:n/''ii/i,
als deze spreekt van de vyreeniging (lUiimt)
tusschen het «machtige keizerrijk' en de
«arbeidzame republiek", ofschoon hij in zijn
antwoord liet woord iniinn voorzichtigheids
halve door /i in il i'' vervangt.
Lieve hemel, dat hal Nikolaas II ook
wel te Weenen en te Breslau kunnen zeggen !
Wij weten uit dozijnen van troonreden, dat
er tusschen twee staten al een buitengewoon
groote spanning moet bestaan, als de
traditioneele phrase der vriendschappelijke be
trekkingen niet meer wordt gebruikt. .Maai
de Fransche bladen lezen tusschen de regels,
evenals de slimme courantenlezers in Polen.
Het, Journal di-x .liélmtx, dat op zijn manier
een diplomaat is, merkt, op, dat de czar zoo
duidelijk is geweest als hem veroorloofd was
in een officicelen toast, :>waarin de kleinste
nuances van uitdrukking eene bijzondere
intensiteit verkrijgen." En het blad conclu
deert hieruit: -/Het bestaan der
FranschRussische alliantie, welke men thans als
oftieiëel geproclameerd kan beschouwen, werd
eigenlijk door niemand meer in twijfel ge
trokken, die sedert eenige jaren den loop
der gebeurtenissen heeft gevolgd. Maar gis
teren konden nog uitmuntende burgers zich
afvragen, of de Russische alliantie schijn
of werkelijkheid was. Thans heeft de czar,
met een zeer juist inzicht van de behoeften
eener regeering, die gelijk de onze, van de
openbare meening afhankelijk is, het
oogenblik gekomen geacht om de ongerustheid weg
te nemen, die, zelfs ten onrechte, de
nederigsten onder ons bezorgd kon maken."
Wij geven gaarne toe, dat de toenadering
tusschen Rusland en Frankrijk (waarbij
Frankrijk in den regel drie stappen deed
tegen Rusland n) voor geen mensch, die
oogen heeft om te zien en ooren om te hoorer,
een geheim gebleven is. En aan het al of
niet bestaan van een geschreven traktaat
willen wij geen overdreven beteekenis hechten.
Toch blijft het zonderling dat, terwijl de
keizers van Duitschland en Oostenrijk en de
konitig van Italiëelkander bij elke voorko
mende gelegenheid ;>bondgenooten" noemen,
de czar met angstvallige zorg een dergelijk
bindend woord vermijdt. En die zorg zal
nog duidelijker in het licht worden gesteld,
wanneer de czar, zooals men verzekert, na
de bezoeken aan zijne familie te Darmstadt
en te Wiesbaden, eeu tweede bezoek aan den
Duitschen keizer gaat brengen.
* *
*
In de Parijsche café's-concert maakt tegen
woordig een liedje grooten opgang, waarin
Marianne (de Republiek) en Nicolas (de
czar) de hoofdpersonen zijn. Marianne stelt
haren p'til Nicolas met een briefje gerust;
ze is zoo erg niet als ze er uitziet:
Je sais bicn, ma foi,
Qu' c'est assez comique,
Que tu vieuu's chez mui,
Uu' siinpl' Itépublique ;
itais traiKjuilhb' toi,
J'u'ai rien d'auarchiquc.
Zij stelt zich veel voor van het bezoek en
zal den czar allerlei moois laten kijken, want,
zoo zegt ze tot zich zelf:
Car jamais t'as r'c/u
L'u typ' si cossu !
Het is voor Marianne te hopen, dat zij
die vriendelijke qualificatie niet aan een
ondankbaren gast heeft verspild !
Inhoud van verschillende bladen.
Hot Handelsbl. C Oct. Nogmaals Kallantsoog."
!) Oct. Praatjes voor cijfers" IV (Geinecntclinancien).
De Standaard. 5 Oet. Koeis" ''slot).
7 en l) Oct. Constitutioneel of praktisch'.''' [ en II.
(Do positie, de r Kamer).
II e t C c n t r n in. 5 Oct. Een geheirnziiriige
persoonlrjkheid (op liet anti-maconnieke congres te Trente,
Miss Yanghai' ?.
7 Oct. l*o 11. K. VTerkliedenvereeniging St. Jo/ef'
to TI recht."
8 Oct. Onzekerheid" (omtrent samenwerking van
de- democratische partijen'.
!) Oct. F.en belangiijke gebeurtenis" De Cxaar te
Pari».
I) e (antir.) N e d e r l a n d e r. 5 Oct.
,.1'oliticophobie" (slot .
7 Oei. Splitsing dor gemeenten" (ingezonden door
Van Idsiiiga).
!) Oct. De jongste schoolwetwtjzigiug" vrje en
IM de-ot toningen."
L i m b. K r, e r i e r. 3 Oct. Schadeloosstelling
van miliciens
j Oct. Nog '1 millioen voor nieuwe ourlogsehepeii'1
(door .H. de Kas.
y. i d d e l l,, ('t. 5 Oct. ..Vrije- en crde-oc leningen
der gymnastiek.'
I) i ,Y v o n d p o s 1. Oct. De, aanstaand!.1
winterbi-e.'iikomsten v. d oiV. der li.i'.
Prcv. O r o n. ('t. 5 O 4 ..De vronw.'uvraag. '
iMr. fokker's brochnre en het lierl. C'ongro- .
Nieuwe Win se h. (..'t. 5 Oct. liet begin der
aetie" (van de liberale partij).
7. a ii n 1. (.' t. l Oct. ttaagsche brieven." (De ra
dicale bond i.
Il e t V o ] k s d a g b l a d. 5 Oct. Het nut van
ge/.ant'.'n.'
U e e'u t voor Allen. G en 7 Oei. /eer lang
zaam is de onl\\ ikkeling van liet meiisehengt -lacht.
tiet S o c i a a l Weekblad. '.'> ('et.
t'aclitmeestors ter verbetering van het paehtcontract door
Mr. /. v. d. 15.
P a i r i m o n i n m. 3 Oct. De arbeids\vng,-ving en
de rechtstreeks daarbij be'anghebbeinh'n" .sint).
Do Volksslem. '-> Oct. ..Kadicalen en Verkie
zingen" I. - - ..Hoe Kegout /ijn arbeiders om den tuin
lei.d." - - Landbomv, au Woord op twee vragen",
door \V. Meijer.
De S o <? i a a 1-t) e m o c r a a t. 3 Oct. Samen
werking bij de Verkiezingen'' door J. II. S-haper.
De V o l k s h a n l e r. (K. K. Volksbond!. :> Oct.
Over de organisatie van en 11. K. Yoik-boii.il.''
Voor eeu paar weken sprak ik over de
outwikkeling' die llavdn aan de symphoilie heeft'
gegeveu en de v:.i/.e. waarop hij (te p'i|iukiire miuiek
in de groote kiinstvonneit heeft, binngeiigcleid.
De ,s>,,(/;//>,,.//' was vroeger niets dan een voor- of
tusschcnspel voor orkest, in een opera of oratorium.
Daar de. iuleidii'.'j; het voornaamste ii.sl nnneutale
stuk was, werd de naam ,V,</',,//<< hoe langer hoe
meer alleen voor dit nummer gebruikt, te meer
daar in den tijd van Allcssandro iSc.irliitt.i, een viiste
vorm iu drie saUeu wa>. vastgesteld. De S/:ifi,n/,/
werd ook als eoneeilatuk. valk afzonderlijk uit
gevoerd.
L Daar men echter in dien tijd meende dat men