De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 11 oktober pagina 7

11 oktober 1896 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 1007 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Een Visioen, Indien het kunst is om den jongen, die zoo .graag huiveren wou leeren, zyn zin te geven, dan mag ik althans niet ontkennen, dat de heer Hora Adema in de laatste twee bladzijden van Ken Visioen kunst heeft gemaakt, want zelden ben ik door een schrijver zoo aan het fjzen ge bracht, als by dit gruwzame slottooneel, en ik erken gaarne dat ik een paar uur ijverig mathesis ben gaan werken, om zonder te veel akeligheid in myn hoofd naar bed te gaan. Nu ben ik den heer Hora Adema geenszins dankbaar voor dit effekt, ik vind het walgelyk. ?Gelijk er schrijvers zijn die een gemeenen aanval doen op uw ordinaire gemoedelijkheid en u tranen in de oogen kunnen brengen, ook al weet ge dat zij prullen van artisten zijn, zoo werkt ook de heer Hora Adeina op een laag gevoels element en mist zy'n werking niet: doch de werking is slecht, zy bevat op geen enkele wijze iets weldadigs. Een bekwaam dramaturg moet zoo iets kunnen doen wellicht, maar als hij het doet en zich houdt als geeft hij kunst, dan neemt hij u beet, tenzij ge zijt als de onver schrokken jongen uit het sprookje, of zoo onToerbaar van natuur of door afgeleefdheid, dat ige den kiespijn zelf inroepen zoudt om toch <maar iets te gevoelen. Wanneer ik tracht na te gaan, waarom het slottooneel een effekt maakt, enkel leelijk en op .gén wij2e weldadig, het komt daarvan, meen ik te vinden, dat de heer Hora Adema meer man van wetenschap is dan artist. Zijn fragment is -ten slotte niet veel meer dan een met een zekere tooneeltechniek bewerkte vertooning van een geneeskundig geval, en een vaardige truc om de pointe treffend te maken.' Er ligt geen poging in om den indruk van algemeenheid te bereiken. De monomaan is, voor zoover hij iets is, enkel ?én mensch, en niet de vertegenwoordiger van een menigte. Men gevoelt op geen wijze met wat anders te zijn dan met het ne geval; ziel en geest gaan niet verder dan wat het oog te zien en de ooren te hooren krijgen, en dit is n der redenen, waarom het weldadige geheel ontbreekt. Of moet de medische discussie tusschen mevrouw van Breughele en den psychiater Bronkhorst voor zulk een poging worden aangezien ? Maar dan heeft de heer Hora Adema niet bereikt wat hij zocht. Men kan zich een medisch drama voor stellen, gevende het confiikt tusschen twee methoden van behandelen, voorgestaan ieder door een tiguur die haar woord weet te doen en een mensch is, terwijl de hevige scène in een zeker verband staat met onze meening over het conüikt. Maar in Ken Visioen geschiedt niets van dien aard. De douairière moet klaarblijkelijk een gezonde krachtige vrouw zijn, maar toch weet men niet of het geneeskundig inzicht door haar verdedigd, een overtuiging of een vroom bedrog is, zij maakt als levend wezen weinig indruk, zij is uitermate onaardig tegen den psychiater, die dan toch met den meesten ernst en goeden wil zijn advies geeft. De psychiater lijkt ook al zeer weinig op een mensch, hij spreekt als een verhandeling. Hij noemt de monomanie van den patiënt in kwestie »de ziekte van den ontzenuwde, die niet meer tot gezond passioneel genieten in staat, toch nog genieten wil door onnatuurlijke scherpe prikkeling van zijn zenuwen, en die alleen vindt immimimiiimimMMiiiiiiiinimiMiiiiiiiiii 6de Jaargang. 11 October 1896. Redacteur: Iluj>. J. LOMAX. Adres : Stonehaven Streatham London S.W. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. niiiiiiiiiiiiiiiiieiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiitiiimiiimiiini iiiiiiiiiiiiniiiiiiin Van Konrad Erlin, te Weenen. Vervaardigd voorden-ten Halfjaarl. Internationalen probleeinwedstrijd in dit blad. No. 353. Mat in vier (4) zetten. a b ede f g h Wit: K aO, D hl, R cl. l' il 8; a3, bi!, i!2, dG eii, f4, g2 en ga = 12. Zwart : K (15, P b2 en g7, K hM ; aö, c(i, d 7 en gl -- S. Oplossing van Xo. 351 (Kuijers). l b5, K i 5 2 g t f enz. K d5 : 2 D i o : "i" K gfi 2 I) c3 : -iM 2 1) Ijl f Opgelost door C. Kockelkorn, Keulen (2); II. Mendes in de opscherping van zijn drang door den wellust van het wreede". Daar men nu bij geen der beide figuren uit de discussie een sterken indruk van hun mensch-zijn krijgt, en van de eene bovendien niet goed weet wat zy wil, heeft het gansche tooneel geen andere werking, dan die van een langdradige doktersvisite, en niet van een drama tisch conflikt. En hoe staat de afloop in verband met de discussie ? Ten slotte krijgt de medicus gelijk, die het op de visite vrywel afgelegd heeft, Een dramaticus zou het anders gedaan hebben, verbeeld ik mij, en had van de tragedie de tra gedie der moeder gemaakt, die uit goeden wil stijf hoofdig is en daardoor haar zoon in 't ongeluk brengt. Maar aan het eind denken wij om de moeder in 't geheel niet meer, heeft de schrijver alweer de gelegenheid verzuimt om zy'n vertoo ning van het anecdotieve tot het algemeene te brengen, en de kunst versmaad waarmede hij zijn didaktische strekking, zoo die bedoeld werd, treffend had kunnen maken. Hier wordt niet gezegd dat denken gevoelen is, doch enkel dat het leiden van het denken van het bgzondere op het algemeene een der mid delen is om ook het gevoel verder te doen gaan dan het waargenomen geval. Er zijn nog andere middelen, maar ook daarvan meen ik in Een Visioen ongeveer niets waar te nemen. Er is na genoeg geen poging om medelijden te wekkenNagenoeg, zeg ik, want in de figuur van Aleid van Rheden ligt die poging eenigszins. Zij is een eenvoudig en teeder meisje, dat men door een groot onheil bedreigd ziet, en daarom beklaagt. Doch met haar houdt het op, en ook bij haar is de poging niet ver voortgezet; ik bedoel, dat ook zij wel eenigen, doch niet veel indruk maakt, en haar lieftalligheid tegen het slot, ik heb reeds gezegd dat de heer Hora Adema in de slot scène, naar mijn meening, zijn publiek grovelijk misbruikt en beleedigt. Een ander middel, waarvan de schrijver ge bruik heeft willen maken, is een soort van sym boliek. Henri's zuster is wat meer dan een persoon in het verhaal. Zij is een dramatisch hulpmiddel om de atmosfeer van het stuk met de verwachting van het onheil, de suggestie van de vrees, te vullen en zóó in de zaal te dragen. Doch haar optreden is ter bereiking van dit doel ook al weer te weinig sprekend, en bovendien is het in haar verschijnen onaangenaam, dat ook zij dienst doet om den toeschouwer medische inlich ting te geven. En nu moet er nog een middel genoemd worden, en wel het schoonste en grootste. Het is de alles heiligende poëzie der taal. De gedachte is niet geheel van mij, dat de heer Hora Adema bij het schrijver, van Ken }'!nioen aan Maeterlinck gedacht heeft: ook deze lieveling van goden en menschen maakte dramatische schetsen van angst. Maar het is niet enkel angst wat hij geeft, het is weemoed, wat een weldadig gevoel is, en het is de poëzie van de angst, gelijk het ook de poëzie van het gevoel voor het geheimzinnige is. Hoe maakt hij de poëzie ? Óók door zuiver dramatische techniek, maar voor een zér groot deel door zijn taal. En ik behoef hier niet in een definitie of een analyse van het poëtische te treden, want ik ben er zeker van, als ik den heer Hora Adema op den man af vraag:->meneer Hora Adema, met de hand op het hart. is er iets van schoonheid, van grootheid, van treffende soberheid, is er iets van poëzie in /urtaal" ik ben IfUIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlmmlllllllllllllllllllllllllllHH da Costa. Amsterdam (l'o1; H. J. don Hertog, Am sterdam (2); S. te Gorssel (2). Beoordoilingen i No. 351). Die mangclhafte Ansnutzung der weis9en Ofli/iero, von denen ytets einer oder zwei in den Matstellungen unthatig bleibt, beeintrachtigt sehr die gute \\~\rkung der Hauptspiele (naeh 11 g(ïund K t'5). IJas bei der gewagten Aufstellung uur der miseheinbare Xug b5 zum /iele iïihrt ist allordings merkwitrdig. leh bin von den Aufgaben Je.-i Hernii Knijors iin Allgemeinen nicht selir erbant. Er arbeitet mii. Vorliebe aut' Verführnng und Kcluvierigke.it, liat daher sebr gewagte Stellnngen, uiiseheinbare Anfangs/iige und das ist alle* nicht iibel, alier er macht sich gar nichts daraus1 ob untliatigo Ol'liziero in den wicht igsteii Matstellungen tigurireM. Der cmbarras de richesse" gcutattct ihm natü'lich leirhter mehrere Hanptspiele 7U eombiniren nnd duroh Uniibersiehtliehkeit der Stellung die Aufliiiilung der Lüsiing zn ers-ehweren. C. Kockelkon*. Een heel goede variant is l k t'5 2 g-t | enz. De eerste zet is niet. mooi, ligt erhkT niet voor de band. 't Probleem is niet bi/oiHler xnivcr van be\\ o> king : l k d5: 2 D e3 : dreigl op ''/, r manie] en mal. t D e2 faalt slechts op l , p 14! 11. J. den Hertog. Beoordeeling van N». ;)3U (Kuijers . Een vrij goed dreigprobleem. Verrassende maiMellingen zijn er niet, maai' de slntpi .sities na K. en i'. :\ (?:} laten niets te wen^eben over en van de \-( rdodigings-tnkken is een goed gebruik gemaakt i'vgi. l T c7) 2l':; 1. H. J. den Hertog.' TWEEDE XAT. COiïRESP.YVF.DSTUIJD. Yier-en-veei'tigste zet van Wit. A B D F J K dl ............ 3 K h7 : ........ I' (-2 4 ____ ____ l' 1G .... S .... .... .... <><!."> : er zeker van, hij zal my antwoorden »geen spoor" en niet eenmaal zal hij Henri in bescherming nemen, waar deze spreekt van kreunende boomen en ranselende takken. En ik zal den heer Adema waardeeren om zyn oprechtheid, maar hem tevens er op wijzen, hoe hij al weder heeft nagelaten zijn vertooning van het anecdotieve tot het algemeene te brengen, en het gruwzame feit met een wolk van weldadigheid te omhullen. Ja, en dan moet ook deze dramatische fout genoemd worden, dat het slottooneel al heel on handig wordt mogelijk gemaakt. Mevrouw van Breughele moet van het tooneel af, anders kan Henri zijn moord niet doen. Maar waarom gaat zij weg ? Wel, er komt een boodschap, dat de psychiater op weg naar huis is overreden, en nu gaat de oude mevrouw hem helpen. Geen mensch in de zaal, die begrijpt, waarom deze brave genees heer, die niets anders is geweest dan een vlijtig en ernstig dokter, en toch al zulk een onbeleefd coni/éheeft gekregen, in de gauwigheid nog eens overreden moet worden. Maar een anecdotïef tooneelist, als de heer Adama, vraagt er ook niet naar of de toeschouwer in de war wordt gebracht. Hij neemt het feit enkel als feit, en niet als dramatische aanwijzing. Een ieder, die aan recenseeren deed, weet dat het zeer moeilijk is om te vermijden, dat men zegt wat een werk niet, in plaats van wat het icel is; een boek kan mooi zijn, al is het geen roman, al lijkt het wat op een roman, en al heet het een roman. Misschien is lïcn Visioen een wonder van medische wijsheid en als zoodanig zeer leer zaam : in dat geval wensch ik den heer Hora Adema een professoraat in de medische faculteit toe. Maar ik kan er niet veel meer in zien, dan de tooneelbewerking van een pathologisch geval, die niet me&r is dan dit geval zelf, plus een heftig en uiterst onartistiek slottooneel, sterk van effekt alleen daarom, wijl tot dusver niemand de brutaliteit had om het publiek zóó grof aan het schrikken te brengen. En waarom dan geef ik een kroniek aan een stuk, dat ik enkel leelijk vindt ? Omdat lic n \'ixioen indertijd de tongen gaande maakte, omdat het een merkwaardig geval is van de anecdotieve behandeling eener gebeurtenis, en omdat het slot ongewoon afbchuwlijk is. Ch. M. VAN DKVFNTEU. Multatuli in een Duitsch kleed. De l-'nuil.'/inicr /.eitumj, die in bare nummers van 1:2 en K! September eene belangwekkende biographische en letterkundige studie over Mul tatuli van de hand van Dr. II. Otto bevatte, geeft in hare nummers van '21 en i'S September eene door denzelfden schrijver bewerkte vertaling van de beroemde Saidjah-episode. Als proeve der bewerking geven wij hier het volgende: h'h \\eiss nit-hl, wo ich sterben wrrde, leh hahe die grn.-se S.'e grscheii au der Siidküsle, al* irii ilorl \\ar mil inrinem Valer, mn S:ilx zn inarhea. | \\rtm irli slin'br aut' drr SIT, mul man \\ h'fl mrim'ii | KnrjxT in il as I 'e 11: '\\ n-ser, \\ erdcn H ai I i si' l ie kommen. .Sic werden lii-iMinisrhu mimen mn nieint' Lru-lu- und f ra gr n : wrr von mis s >1] il .11 1,-irhnani versrhliutren, der iia nn-dri'siiikl in das Wnssrr r" leli wrrde es uirhl liorini. Irn \\riss nirlil, \vo ir)) >!i'rbrll nn'dr. !i-h hahc ilas Ibtus schcn bruinen \IMI l'a-iinsii, d;H er ,-elhst lialh- an^e/'ilnlit. \\i-il erverdiistertrn Aimrs\\ar. \Yrun iek in lim'lll bivu lu-nden llause Merlii'. uel'ilrn U'hihiiidc Sliickim l lol/ nirdenalleu auf ineinr Leirhe. t 'id u'n das Hans \\ M'd ei:i i^i'n.-sr^ tiri'nle sein \ on Mruscheu. dir Wasser \\erlVn, mn dus 1'YueL1 /,u lod'.eu. leli \\erdc is nicht horen. Ich weiss nieht, wo ich sterben werde. leh liabe den kleinen Si-imah sehen fallen aus dern Klapnabaum, da er eine Klappa nttüekte fiir seine M utter. ^fV enri ieh aus einem Klappabaume falli', werde ich todt uiitea liegen an dctn Füsse, in den Striiueheru, wie Si-unah. Dann \\ird rneine Mutter nicht weinen, deim sie ist todt. AbiT Andere werden rnfen : Sieh, da liegt Saidjah!" mit liarter Stimrne. leh werde es nieht horen. Ich weiss nieht wo ich sterben werde. Ieh habc die Leiche geseheu von Pa-lisu, der gestorbcu \\ar an hohem Alter, ili-nn seine llaare waren \u-i>.s. Yverm ieh slerbe ani Alter mit weisseu Haareii. werden die Klagefraucu um meiuc Leiehe stehcn. Und sie werden Geschrei erhebcu, wie die Kla<;efrauen bin l'a-lisii's Le ehe. Und auch die kleinen Kiniler \\erdeu schreien sehr laut. Ieh "ucrde es niclit horen. lelt \\ciss nicht. v\o ieh sterben werde. Ich hahe Viele geselieii zu Bailnr, die gestoi'beti \varin. Man kleidete sie in ein \\eis^rs Kleid nnd begi'üb sie in den Gruuil. AVenn ich /n Badnr stcrbe nud man mich vor der Dessah begriibt, ostwails gegen den ilügel, wo das. Gras hoeli ist, Dann nird Adinda dort vnrlieigchen. nnd der Hand ihres Savoni.' wird leise cntlang streil'en um Grase, l e li werde es h r e n. De heer dr. J. de IIullu mocht het genoegen smaken een werk van Hendrik de Keijser terug te vinden, van denzelfden de Keijser wiens geest in deze dagen wel zal rondspoken in de buurt van den Dam. Hij toch was o. a. de bouwmeester van de Amsterdamsche beurs, welk fraai gebouw ter kwader ure door zoogenaamde «deskundigen" werd afgekeurd, omdat de fundamenten niet meer betrouwbaar heetten, terwijl na de slooping bleek dat die niet betrouwbare fundamenten het nog wel een paar eeuwen hadden kunnen uithouden. Na de vernieling van de Keijzer s beurs is in onze goede stad de beursquostie geboren, welke telkens opgelost schijnt, om daarna op nieuw weer voor den dag te komen. Wat nu de ontdekking van den heer dr. de IIullu, betreft, vinden wij van diens hand in de /.irolxijir. ('rt. o. a. het volgende: >;Zooals bekend is versiert thans de voormalige Deventersche Bergpoort, die indertijd bij het slechten van de vestingwerken werd weggeruimd. thans het Rijksmuseum te Amsterdam, waar zij ruggelings aangebouwd i« ten;en een slechts twee jaar jongere poort uit (ironingen. Zij verdiende gespaard te blijven om de fraaie sculpturen vooral, die die het werk zijn van niemand minder dan den beroemden Amsterdamscben bouwmeester en beeldhouwer Hendrik de Keijser. die onder anderen ook de graftombe van Prins Willem van Oranje te Delfr heeft vervaardigd. De Uaadsresolutie, waaruit ;nij deze belangrijke en tot nog toe niet bekende bijzonderheid bleek, is van den .'Sden October Kil!) en luidt aldus: Ordannantie gepassiertt op Com. I'eter Scliolyr omrne ahn Hendrick die Keijsser beltt, und stienbouwer tott Amsterdam van wegen heft waepen der stadtt und '2 manner und anders in sten gehouwen in die muyre van die vuyterste stadtt berchpoorte gesatt, vuyt tho kyren die som van ~2~i(\ g( uiden c. ende '2 pondt groot voer syn huysfr(ouwei". Inhoud van Tijdschriften. Inhoud van Kii/i-n II«anl'SoA\ : Jonge harten. door Betty D. Moor, II. liet Begijnhof te Amsterdam, door ,(oh. de Vries, met afbeeldingen, (slot). De oude wever, (bij de plaat). Tus schen de Alpenrozen, door Thérèse Hoven. (slot). Oude wever, naar de aquarel van l'rof. Allebé. De Uijkstuinbouwschool te Wageningen, door l'h. J. Ketner, met portret en afbeelding. In partij Ti G geen zet ontvangen. J. l', il. In partij A 7 ontving ik geen opgave; daar de zet evenwel gedwongen is heb ik die maar ingevuld , ten einde geen vertraging te veroorzaken. Mei be^te groeten. J. J. S. VIT DE SCII.YAKYYF.UELD. Uit (ïroningen ontvangen wij 't verl liidemle bericht <!at 't bestuur van Stannton'' van U. M. de Koningin een groote y.ilvei'eii medaille beeft ten geschenke ontvangen en van H. M. de l\oi.ingir.«l'iegentes een g:oote bronnen medaille, beide bestemd als prijken voor den a. s. grouten nat. wedstrijd. Verder heeft de Xcd. S. ]!. voor ;i Holt'lc J-irl/30 toegeZ' ;;d en ib' Vereeniging tot heyordenng van 't Vreemdelingen verkeer hei t'l medailles uitgeloot''!. 't Is zeel' te liepen dat dit goede voorbeeld 't gewenschte gevidg /al bobben ('ii dat 't oomi'éweldra uit alle doelen dos lai.ils tlinke bijlragen 7,;\\ ont vangen. \Vanneer men xiet welke verba/ende tinaneieole opodefiiigen men /.ieli in andere landen ,aeli-oi.nt tor organisatie van groou- si-baakvi-edstrijden, , dan v.'ordl 't iijii <lat nok uit ons land, waar zoo velu : sl-.'rke sj'olo;'-. vi'oni', n gevoiulen, eenig tiseken van leven w< rdt vornonton. iSehalve iii.' intern, \\odslrijil t" Amsterdam in 's1!), i^ in ons !:iiji no:;' goi'ii woiKtrijd van eenige b toe- ; ,^o!ii^ u'tbor. on: danl: xij don (Ml'lonielnmgs^rec s[ v;lii ,lo (i i'niii 'iLsi'lio -''hakei s zijn \\ :j thans in de gelegen heid gostt-l'l oen groot nationaal cuneuuis te kumien '? lielp. n {(,( stand breng.-n. L oor r, c],i geaard M'hakel' i ii'koiu. 't d.ióroin als i.on iM'o/.aak xijn pi-nniiigsiio > (o liobi.oo l:ijgi.'dr:igon tot do ven\ exenlijking van ilit Aan d. n internat. Wodstiij.1 te .iedapest nemen de Volgen,lo -p, l, is ,'??(?! : (!. X. l'ili-l.n.y, Xew-1, ..ris : Sf. .1. 'l'srliigorine, IVier-bnrg: Dr. 'l'ai l'üsi'b. en \Vail.nult uit. Dnil^ebland : .lanow-ki. l'anjs: Winaver. \Vai>ebau: Albin. .Maren on Scideehioi uit Weoinii; (haiousek, Maroez.'-, I>r. No;:. on \on rt.|i>l nii ilongari/io. In.' 'litshej d(.'i' tor-Ie i'Hido v\ as als volgt : SPAAXSCHE PAltTIJ, gespeeld op den v. edstrijj te Clil'ton, S"pt. 1S9". Wit. Zwart. Herbcrt Jacobs. H. J-j. Atkins' l e4 e5 25 D g3 1) t-6! 2 P f» IB «'6 -«TM Pfó! _ De wijze waarop /«-art 3 lï!>*> !»6 nu 't pleit beslecht is e. :i 4 K 114 (IC Lasker waardig Atkius TJ ,[;} beeft in dexen wedstiij'l Voor s'terkor houden wij 't duidelijkste bewijs ge5 dl, 1)5, 11 \>3, l' dl: leverd, d;d de b(».ge rm '7 l' dl- edl: S l'. d5, lml~. 'IR' mt'" «igimeon T liM 'l U cl! -'<- K (17 10 in Engeland van hem koel; .17: f DdT: 11 U dl: ?"<-''?', cict ongegrond is. 1> t C, 12 O-e, c7 131'ea. i'-vcn.'ds op t amatoui.0-0 M ai en/. tomnooito i las! .ngs, wa.,r - O.^j btj met oen liodacieii! . !e '. o ,, "- 2de en :ide (.rüxoii lieolü'.-, ^ !'^ II"'- le.dliiiookoodoxonsto,,; ' ''" *? S?' bex( tien! kwaiitatiot ; >\ o iS li ('?? strijd gei n ei hel" no HrMot l' (PJciiB U komt laag. l'ii 't le:t. dat 1. .j \\"il o. i. Ije'o i' te staan. ju tjo laatste vn r jaii n S 0-0 g. en enk-ie partij ' w ,<) ;>-4 (15 ioor. kan l. lol' oolilor , .ol; !l) P i)ll_' K llS atl-idon. dal 't Mom ,?, U I> 0-2 (14! inillJe/,-.-""oil,,i'?gl,el:i , , ,. , , ol.tbl'oko'li \ an /.:::>' rt. t J- U -'» '(t gaat 'l virba:.!. a, f , :: i", i; (??» i . i a'* »^ ( - oen vriemdei -,^ h. -m :.: !:i dit geval was 1: b:; s.mpsi MI'S Divan lot o, .1 ;?? veriviox( o. \\:l krijgi ' i ^ 13 3> du van dozen do \ ei /(kin:. g U F i'l 1) C.'J ontving, dal Id.i !., ,? j-; {J (]?_» jl5 IK.Olt ,?( l, p:,l iji Vollol', .'l 10 r ha 1!:li1'- '? ";'! i V'1 ''"'''"' ' 7 K a:? s r u» ? ? ? ? 1) l' d-2 10 ---- .... K ff l .... T o5 j s l) 1-3 11» 1,4 ?:« i: c;!: ,,, j, (|1 2:! !*:> :!:ïIijrU: ?2-1 It t!i: 1) d?; l»-3: r <n: ,.-( M: 1) ^r(i: ('il i : -^ !' s-"*: '» ^ "?-'?' 'l <?- [t a(> -O T !':? T HCS ' !i( ' .-_ ,'. ,"'{.' , ?!'"' ? - V-; -' 1- ' '

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl