De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 6 december pagina 7

6 december 1896 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 1015 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD V O O R NE D ERL AND. Twee Emelsche Romans. Er was er eens een Franschman. die aan zijn landgenooten voorhield, dat zij nog wel wat van de Engelschen konden leeren. Hij had het over de lichamelijke reinheid en zong den lof van zeep en water, terwijl hij pommaden, zalven en blanketsel de wereld wou uithelpen. Weg met al die kunstmatige verontreinigingen, riep bij, wij moeten worden als de Engelschen en zeggen dat de reinheid een demi-vertn is. Wat nu is het komieke van het geval ? Dit, dat deze Fransche heer meende de Engelschen te kennen en te hegrijpen, en hen maar half begreep. Want de Britsche uitdrukking voor de reinheid is niet een halve deugd, doch the rirtite next to godliness, de deugd die het naast bij de goddelijkheid komt. Dit dus was een Franschman, die meende de Engelschen te begrijpen en het niet kon. En nu heb ik een boek, waarin het omgekeerde verscb\jnsel zich openbaart: het verschijnsel van een Engelschman, die zich verbeeldt nu eens even pervers te zijn als een echte geraffineerde perverse Franschman, en vergelijkenderwijs gesproken, zoo onschuldig is als een jonge-dameskostschool. Het is een zeer beminlyk en innig boek, dit jour naal van Basil Brooke, van een jongen man, die zich gevoelt als een wezen van het einde der eeuw, die ly'dt onder overgevoeligheid van zinnen en zenuwen, en wel de kracht heeft om veel te begeeren, doch niet om iets groots te doen. Het is een zeer beminlijk en innig boek, en naar ik mij verbeeld, met smaak en vlijt en bekwaamheid geschreven. Doch het meest er van heeft mij ge troffen, wat ik reeds opmerkte, dat hier een Engelschman zich zelf beschrijft als een voorbeeld van de verdorvenheid dezer tijden, dat hij zich den gelyke van verfijnde Franschen acht, en ten slotte niets is dan een dood-goede jongen. Al dadelijk, de verüjning van den wellust, en de wellust zelf zijn met de meeste gratie uit het boek geweerd. Er komt een doodgewone, be koorlijke, Engelsch-decente verliefdheid in, waar tegen ook de deftigste huismoeder geen bezwaar zal maken. En de eenige zonde, waarvan sprake is, is het gebruik van morphine en zelfs daartegen tracht de arme hrave Brooke zich nog met al zijn kracht te verzetten. Maar, zal men zeggen, hier blijkt wat de zaak is. De Engelsche schrijver kent de zonde wel, maar hij durft er niet ttver schrijven; en durfde hij er over schrijven, dan zouden de nette menschen zijn boek nog niet koopen. Want zoo onschuldig is geen man, of hij weet wel, dat er zoo iets bestaat als vleeschlijkheid en wat men noemt zonde van het vleesch. En dus, niet bij ongeluk, bij toeval, of uit instinct zijn de groote hartstochten en de perversiteit uit het boek ge bleven, doch met opzet vermeed Langley alles wat kwetsend kon zijn voor het publiek, waardoor bij gelezen wilde worden. Misschien is dit zoo, maar dan is iets anders ook waar; dit namelijk, dat zulk een Engelsch 6de Jaargang. G December 1896. Redacteur: RUD. J. LOMAX. Adres : Stonehaven Streatham London S.W. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. niiiuiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiMiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii CORRESPONDENTIE. X. te A. "Verzoeke beleefd Weekblad van 6 Dec. te zenden aan : Pastor J. Jespersen, Svendborg, DanmarkE. Pradignat, Saujon, Fiance (t'harante inférieure);' K. Erlin Vil/2 Kirchei gasse 36, 2 Stock 14 WienM. Feigl l Biickerstrasse No. 14 Wien; J. Mulle/ Fiolstrade 17' Kóbenbavn K. Denmark; J. Kotzc, <3aféJedlicka Prague; Max J. Meyer Gorey Jeisey; J. Gunsberg 25 Trent Itoad Brixton London ;*A. Gues't. Morning Post (Chess tditori Loudon. Van Emile Pradignat, te Saiijon. Vervaardigd voorden 4en Halfjaar!. Internationalen probleemwedstrijd in dit blad. No. 301. Mat in vier (4) zetten. a b c d e f g h Wit: K b.4, T ei, U b2 eu f l, P cö; c2enb3 = 7 Zwart: K e3: f5 = 2. Oplossing van Xo. 359 (Lindmark). l P f7 enz Opgelost door C. Kockelkorn, Keulen .0); W.Albregts, Amsterdam (2); A. Mende.* da Costa, Antwerpen (3); H. Mendes da Costa, Arasterdam (3); S. te Gorssel (3). auteur zich met genoegen onderwerpt aan de eisehen van zy'n vermoedelijk publiek, en den smaak in het schrijven en het schrijven met toewyding niet verliest, omdat hij sommige belangryke zaken niet vermelden mag, wat voor een Franschman een onlijdelijke dwang zou zijn. Niet thans kan men dit voor het eerst zien. Over het algemeen is de Engelsche novellistiek van deze eeuw zeer decent, en hebben de grootste novellisten hun werk met ijver en genoegen ver richt, ook al moesten zij steeds aan de voor waarde der decentie zich onderwerpen. Thackeray klaagt er over, het is waar, dat tfociely een schrijver niet toelaat een man te geven zooals hij is; mis schien benijdde hij Fielding en Smollett om de vrijheid hun gegund en zoo volop gebruikt. Maar. die afgunst was dan meer een zaak van nadenken dan van instinct, want een ieder die Thackeray'a boeken kent, weet dat zij met veel lust zijn ge schreven en geenszins de verzuchting naar meer vrijheid doen gevoelen. Neen, indien al eens bij Thackeray de wensch is opgekomen om geheel realistisch waar te zijn, ik geloof, zoo hij zich aan het schrijven had gezet, hij ware niet ver gekomen, niet uit vrees voor zijn publiek, maar omdat het gevoel voor decentie en pudeur er bij hem te diep in zat. Neem ook den krachtigen Stevenson, dien men om zijn aanprijzing van de illusie een pervers denker zou kunnen noemen. Hij wist alles af van de onbetamelijkheid en verborg dat niet, maar hy heeft er geen seconde met minder lust zijn gezonde en jongensachtige hoeken orn ge schreven. En eens zelfs had hij een prachtige schets voor een vertelling, en hij heeft ze niet uitgewerkt, omdat hij op eenige indecenties zou stuiten, en hij vertelt dat zonder een klacht te laten hooren. Kom daar in Frankrijk eens om '. Wil men nog een voorbeeld ! Zie hoe Meredith in the Ainn.:ing Marritiye de indecentie hanteert. Hij geeft te kennen wat voor den loop van zijn verhaal noodig is, doch met welk een terug houding ! Hier is de decentio niet meer oen rnet lust gedragen juk, zij is een schat op zichzelf waaruit de schrijver een poëem weet te halen, waarin hij al de nobele en teedere poëzie van de schaamte vindt. Vertel dat eens aan een Fransch realist. Ik wil maar zeggen, dat de erkenning van de decentie bij de Engelschen een tweede natuur is geworden, en men den heer Langley niet moet aanzien voor iemand die zich zelf'geweld aandoet, wijl hij belooft oprechte confessies te geven van een jonge-mans-bestaan en toch een zachtaardig boek schrijft, dat ook in de huiskamer zou kunnen gelezen worden. Van een ander Engelsch boek ~2) is het ge noegen mij eenigzins bedorven, wijl ik er in meen te zien een niet meer dan redelijke behandeling 1) The Tides ebb out to the Nigbt. Edited by Hugh Langley. '2) The l'assion for Romar.ee, by Edgar Jepson. Beide werken zijn uitgegeven bij II. Ilenry iv, Co. Ltd. London, !i:ï, Saint Martin's Lane W. C. IS!»;. TWEEDE NAT. COilllE3P.\VED8TlUJD. Acht-en-veertigste zet van Wit. A , B F l R b3 6 P c5 3 K 7 7 P eü: J» K c3 In 10 KL en opgave ontvangen. In E 3 is gespeeld -17 P il-l 11 d 2 f. 3 K el 5 K V2 8 P gi: 10 J. J. S. van het thema, door George Meredith in zijn Amaziny Murriuge aan zulk een glorieus werk ten grondslag gelegd. Misschien is het thema thans in Engeland aan de orde, misschien is het in de lucht; misschien wordt op vele plaatsen gesproken en geschreven over de gevaren waar aan het karakter van een lord blootstaat, van een man dus, die door rijkdom en aanzien over zijn omgeving den tyran spelen kan. Natuurlijk is dit thema i iet nieuw, en de invloed van den rijkdom op het karakter wordt door Aristoteles rei ds kort en krachtig aangewezen met de stelling: geld maakt de menschen paflig, lui en ploertig, ploertig dan op te vatten ah;: brooddronken, overmoedig, onbeschoft, onhebbelijk en wat dies meer zij. Nu is deze uitspraak van den wijsgeer in haar beknoptheid zeker te absoluut. De Engelsche lords althans, die de romans van den laatsten tijd ons toonen, zijn zeker niet lui en verwijfd, in zoover dat zij voor lichaamsoefening niet bang zijn. Maar het ploertige, het overmoedige en onbeschofte, daarin kan men Aristoteles zijn spreuk nog nazeggen, indien de Engelsche schrij vers naar waarheid de natuur nabootsen en in Lord Fleotwood, den grcoten meneer uit The Amrt.:i»y Miirringe, kan men gelooven de tragedie van den rijkdom te zien. Want wat maakt dien man ongelukkig, hern die niet essentieel slecht is, en op een beter lot recht had, dan op de wanhopige afzondering in een klooster 'l Niets j anders dan zijn bandelooze trots, zijn wilde over moed, waardoor hij niet kan dulden, dat een vrouw hem aan zijn woord houdt, waardoor hij i niet kan dulden dat zij een voorname en tlinke i ziel is, waardoor hij in al haar daden een poging ziet om zijn onschendbaar gezag aan te randen. En Meredith laat het ons duidelijk merken, deze overmoed spruit voort uit den rijkdom, uit rijkj dom en aanzien on de daarmede samengaande macht, waardoor hij altijd gewoon was zijn zin te ; krijgen, en w.meii kou de eerste in zijn omge ving te zijn. i Kdgar Jepson uu vat de zaak zóó ernstig niet o]), on heeft goen lust gehad eon tragedie i te maken. Xijn boek besluit met een blij einde; de groote mijnheer buigt vóór het te laat is, en ; wint het arme meisje, dat in haar armoede tier was gebleven; hij wir.t het arme meisje, en wij hebben alle reden om te gelooven. dat zij een lang en gelukkig huwelijk hebben. Maar (och komt in dit biij-einde-spel het thema van den door rijkdom overmoudigen man aan het woord. Lord Lisdor gunt zichzelf het recht om allerlei dingen te doen, waar een ander mensch ter nauwernood om denkt, en het moet erkend worden, dat zijn omgeving hem wel stijft in zijn verdorvenheid, want die omgeving is, niet tegenstaande haar hooge woorden, voor den rijken lord al tamelijk toegevend. Inderdaad men verwondert zich wel, dat deze groote hoeren nog niet mér verdorven zijn. ]!ij Lord Flretwood, noch bij Lord Lisdor ontbreekt het aan goede neigingen en goede daden; zelfs de invloed van zeer vee! geld maakt hen niet VIJFDE BALFJAARLIJKSCHE INTERNATIONALE PIUBLEEMWKUSTKIJÜ, uitgeschreven door do Uitgevers van 'fc Weekblad de Arnstenhuumer" l Januari?30 Juni 1HU7. Wij brengen ter kennis van heeren binnen- en buitenlandsehe probleerndieliters. dat onze as. halfjaar!. wedstrijd onder de volgende gewijzigde voorwaarden zal plaats vinden : lo. Elk inzender kan een onbeperkt aantal pro blemen inzenden , waarvan echter hoogstens drie in den loopenden wedstrijd kunnen mededingen, en wel een opgave in twee, jn in drie en een in vier zet ten mat. 2o. De prijzen zijn als volgt vastgesteld; Afdeeiing A. Vlerzetten, een prijs van ? 10. B. Driezetten (i. ., C. Tweezetten 4. De overige bepalingen blijven onveranderd. Wil' billen die AnsUuidischen ScUac'.tredaetionen gefalligst unser IVuiftes Internat.. Turnicr in Ihrem resp. Bla'.tern umi tipalten zu annondiren Halbjahrlk'hc Preisen : A. Eiir den besten Yleizi'iger 10 il. B. Drei/uger Ij tl. C. /we'zuger t il. Von j.-dem Teihiehmer we: den imrlistens drei Aufgabe .Kin Zv.ei-, ein Drei- umi ein Vimziiger) wahrenc. eines laufenden llalbjalms aul'genominen. Die iibrigen Beslimmungeu sind dieselt e wie in unsoron vorigen Turnieren. Die Kedaction: llnd. Loman. Stonehaven, Streatham, London S. W. Our Eoreign exchanges are kiudle\ requested to notice in their columns tbe reviscd comlitions ufour contimious Half yeai-ly Inteinat. pujblem compctitum, the tiflh of whicli wil! hèstarled on January IsL l.s''.(7. Prizes : Eor the best Eounnover 10 tl. Threemover G 11. Twomover 4 tl. Every competitor may enter with "m eontribulion for eaeh of the three prizes. Contrlbutions to be sent. to the editor Huil. Loman. Stonehaven, Streatham, London S. W. OVERWICHT VAX DEV NATIOXALEX SCHAAKWEDST1ÜJD. uitget-ch-even door 't Schaakgenootsehap Stauntou" ter gelegenheid van zijn 25-jarig bestaan, op 2ü, '27 on 2S November l HlHi. in 't Huis de Beur»" td (;reningen. E e r s t e Klasse. Groep A. l 2 3 45 1. Jhr. A. E. v. F.n-eest, Amsterd 2. L. Benima, Winschoten . . O ;! 1). ISleijUinans, Amsterdam . I) 4. L. D. Deelman, Groningen . (J 5. K. Heeren, Tornaard ... O l l l" l l 1. 11. van Dam, Leiden . . K. Wieling. Groningen . l! P. D. v. Xeelilirgn, Gron. l l! li. Xiudema, Win-.-!,,, en. O l Mevr. ,M. . . . , /ntphen. » O B. Pak, Jl ilterdam . . O O 101 1. Dr. X. \V. iiiierina, Gron. '2. K. Dijkveld Stol, Eenruni. 3. G.Ilalbert.-ma l.euiward. 4. K. llagenn-. /uidbroek , , Leiden . . . Groep B. 1. W. B. H. Meinors-, Amsterdam ' .. l 2. M. L 11 L, flrecht . . .ij-- l 3. II. \Vieisema, l'ei/e ... n 1. H. B. van !,hijn, Groningen o .. il 5. A. Bleijkrnaiis, Amsterdalli .0 U T we ede KI a s s e. Groep A. l H. Scholten-, Cn,hingen . l ._, l G. J. Jieuki ma, l;< duin n ; - - l o J. Dijk.elil Siol, Umin ; il l A. Y('('s, Leeuwarden. O l (l II U. /ijlst.'a. Gronlngen l) il '. O i M. Mamiinga. Zuidbioek O i; n u C. L. G. Pot t, Groningen . O 'l geheel ploertig, zoodat men van de minder rijk bedeelden het beste verwachten kan. Wat voor ons arme stakkers nog zoo'n onaan gename conclusie niet is. Cit. M. VAN DEVENTKK. De hersenen van den criticus. In de Xoiirelle Jtevnc komt een artikel voor van dr. ilaurier de Fleury over de hersenen van den criticus. Aanvankelijk zou men meenen, dat de schrijver doordrongen is van de superioriteit van den critischen geest. Immers hij schrijft: »Daar de ontwikkeling van den menschelijken geest gaat van bet eenvoudige naar het ingewik kelde, naar minder geestdrift en meer bewust heid, is de ziel van een criticus, die dezen naam verdient, klaarblijkelijk subtieler, moderner, ge avanceerder dan de ziel van den grootsten dich ter .... De uitvinder, de man van de daad, de man die schoone dingen en kraohtige werken tot stand brengt, heeft slechts bijna elementaire herseinen, machtig, maar eenvoudig, veel minder gedifferentieerd dan de hersenen van den geleerde. van den philosoof, van den criticus.'' In zijne conclusie constateert de psycholoogmedicus echter »de geringe inferioriteit van de rol, die zich bepaalt tot het philosofeeren over de voortbretigse'en van anderen." Volgens hem is bet succes weggelegd voor de moderne scUiijvers, die tegelijkertijd ontleden en voortbrengen. tot den dag waarop een reusachtig genie van inventie, trotsch, instinctief, bijna onwetend, stomp voor alles wat niet hij-zelf zal zijn, de wereld zal verblinden door zijne kracht en een legioen van critici zal doen ontstaan, die zich zullen toeleggen op het begrijpen van hetgeen !uj zijn zal. LLERLEI Eene apologie der stierengevechten. Gil l'erez, de eerste Matador van Madrid, heeft aan de Londenscho Duilij t 'In'fm'u />: het volgende: schrijven gericht: -Hoffelijke redacteur! Ik heb in uw peeën! blad eenige ongegronde bedenkingen gevonden tegen de wreede en met de beginselen van den sport strijdige'' praktijk der stierengevechten. Veroorloof mij, als een der oudste //' itmlijrcx van Spanje, u te verzekeren, dat ons edel beroep zulk een laster met de verachting van een Hidalgo straft. Ik heb mijn stieren steeds op de humaanste. en fatsoenlijkste manier, die in onze edele kunst bekend is, gedood, even als al mijn eminente voorouders deden, die hunne schoone dierun steeds zoo slachtten als of zij ze liefhadden. De heiligen zelven en onze koningin zijn de schutspatronen van onzen nationalen sport." liij dit schrijven is het volgende attest gevoegd van den veearts Alvarez de Alva(l): «Hiermede verklaar ik. dat ik in mijn langdurige ervaring nooit een geval van wreedheid bij de stieren gevechten heb waargenomen. . . . Onze stieren zijn er trotsch op, hun energie te kunnen toonen. En wat de paarden betreft, het is een werk van barmhartigheid,aan hun leven een einde temaken " Groep D. 1234 l 1. II. D.B. Meijer, Amsterd. - l 2. H. Bnlteiua, /uidbroek. O l o 3. B Bruin;-, Bat'o . . .0 '._>. 4. J.Spornheijer.Hoogezand O O O ,"). E. P. M. Baetens, Gron. O O O 0?11! J 6. L. Eenken, Grouingen. .0 O 1.0 O i ! l Stand der match te Moskou: Lasker 5, Steinit/ (!, l remise. GEWEIGERD DAME GAMBIET. Bekroond ex aequo" op den \\edstrijd te VVcenen. De pi ijs voor de brillantste partij werd gedeeld tussehen .lanowski eu Mlese>, laatstgen. voor zijn partij met Jati'jwski. Wit. Zwart. D. Janowïdii (Parijs). (.. M^areo (Weeneni. U K cS De eenige plaats waar do raadsheer >oekom~i heeft. 15 g1':>: H 17»; K! K f5: T 17,: 17 P e5 T f.S Dit mort aüii l' u7 voor;iiYra;ii] . daar aiidi.T* i 2 o 3 P <?:$ l H g5 ó c3 C P f3 «14 d.> «>6 P f<> K e? S I{ (13 <,» 0-0 10 I! 11 11 I) e-2 R b l eda: 0-0 P e-t 1) fj-t Zuil Volgen. 18 K hl K Hl.' P o:ï:.' Zuart haii tot zoovel go. d gespeeld, maar deze 'l sP(l1 '» weinige zi.tt.n en de beide volgende zet- verloren gaan. teii.diedienen moeten om l'.»Ts"l ?><> 't eenlnini te blokkeeren 20 D gl ' 7 y.ijn een strategische fout. ->1 D e(ï-\ IC llS 12 bc!!: cl.' 2-2 T «:! I! t-5: 13 R f-2 f ii J -2:5 R eó: T o 7 H- SU 21 D Ml 1) d7 Inlt-idin^s/.ct tot oen o;( np ,j,rj T <rS m er «t er l ij k (lof.r^evuer- .,- p ]\^ ? tien aunval. AYit bt stormt ~ " * onmi.KhmjU 't x^akL,- X^Viirt jreeHop. punt in 't vijan'lflijk .-qxjl.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl