De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1896 20 december pagina 4

20 december 1896 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

'f ,J DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1017 taire, ce document si poignant, et si plein de faitg, on remit en place la plus grande quantit possible des bibelots qui l'intéressaient. Tout eela ne devrait pas avoir un air de vitrine, d'étalaze, mals de vie intime. D'ailleurs si la Hollande ne savait pas arranger cela, qui Ie tanrait ? Enfin, Ie jour oül'on transporterait les tableaux de Rotterdam et de la Haye a Amsterdam, dans «ne maison définitive et incombustible, Grand Dien!!! Ce qui serait beau, c'est que ses tableaux fnssent portés a pied, en cortége et accompagnés jar tous les admirateurs du grand homme et du grand artiste. C'est comme cela et non autrement que Ie deménagement devrait se faire, et si je Ie pouvais i ce moment la, je consentirais bien & porter nn cierge a la main, et a chanter avec les pieux Sdèles, mes frères, des hymnes en l'honneur du flus mystérieux, du plus mouvant des maitres, «ans eraindre Ie ridicule, et pour Ie salut de mon ame. VITTORIO PICA, de bekende Italiaan«che kunstcriticus te Napels schryft: Je ne peux qu'approuver avec Ie plus vif en thousiasme Je magnifique projet d'honorer R-in brandt, un des plus hauts et lumineux phares de l'art moderne, par un musée tout-a-fait consacr a son oeuvre geniale. Je trouve en outre tres judicieuse 1'iJée de construire ce musée, autant que possible, dans Ie style et dans Ie gout de l'époque, oüvécutet peignit Ie grand Maltre du pinceau et du burin. Hg spreekt verder van het Intelligente et courageuse initiative", »le beau projet" enz. De beroemde Duitsche Schilder JIAXHEBERTlAjMN laat zich als volgt uit: C'est avec Ie plus vif intérêt que j'ai lu votre circulaire: il est vident que l'idée de fonder «n musée-Rembrandt me remplit de joie. C'est un beau rêve que je voudrais voir realis ftt je serais heureux si je pourrais vous y aider. Que ce serait beau de voir une reconstruction e son atelier d'après l'inventaire qu'on a trouve dans l'archive ! Combien de foic, en me promenant devant la maison dans Ie quartier juif oti il demeurait, j'y ai pensé! Et en reconstruisant l'oeuvre de Bembrandt ce n'est pas seulement la piétédevant la plus grand ^.éMe de votre nation qui devrais vous guider, mais anssi l'intention de nous faire voir a tous nous autres artistea qui sont ses lèves l'oeuvre du mattre adorésous ce jour Ie plus fevorable. Et que Ie bon Dieu vous y aide c'est mon désir Fe plus vif. De beroemde engelsche etser en President van de oyal Etcher's Society, Sir FRANCIS SEYiMOl R HADEN, een der origineelste en kundigste kenners der etsen van Rembrandt, is in principe een vóórstander van het Rem brandt-Huis. Hy schreef mij: »Si l'administration dn musée national ne s'oppose pas au projet je suis entièrement en faveur de l'aggrégation dans nn batimer.t couvenable de l'oeuvre complete de Rembrandt. Je ne vois qu'un seul inconvénient a un tel assemblage c'est Ie danger qui pourrait se présenter de l'admission parmi les oeuvres authentique d'eaux-fortes et de tableaux faux." uuiiimuniMii llllllllllllllltlllllllllllllUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Ik sprak over mijn kleine meid, hernam Roseval. Ze is zwaar ziek geweest. Maar nu weer beterende? O, ja! De dokter zegt, dat ze nu buiten gevaar is. Maar ik moest nog verschrikkelijk met haar oppassen. Als ze weer instortte, was 't hoogst ernstig. Ja, stemde Floriac verwaand toe. Je kunt met zulke dingen niet te voorzichtig zijn! En nogmaals herhaalde hij: Niet te voorzichtig! maar nauwelijks had hij het ge zegd, of hij sprong op en riep met den voet stampend: Wel sakkerloot!... en mijn karwats ?... De regisseur schrok. Wat!... Heeft Lucien u die niet ge bracht? ... Dat zie je toch! brulde de acteur woe dend. En zich tot mij wendend: Tijd om ep te komen en geen karwats! 't Is me een boeltje hier! 't Tooneeltje wél! De ongelukkige jeune premier had geen tijd om mij in zijn verontwaardiging te doen deelen. Roseval, die bij zijn eersten kik achter de coulissen was gesneld, keerde met een prachtige rijzweep terug. Floriac rukte hem die uit de hand, sloeg de vleugeldeuren open en, met waarlijk verbazende gauwigheid zijn gelaat in de vereischte plooi brengend, sprak hij op een ironischen opgeruimden toon, die mij nog in de ooren klinkt, de woorden: U verwachtte mij niet, mevrouw de gravin ? Dat was trouwens alles, wat ik verstond. Roseval duwde zachtjes de beide vleugels dicht, die Floriac achter zich had opengela ten; de deur viel toe en ik bleef met den ouden regisseur in de wachtkamer der gravin. Moet u overal voor zorgen? vroeg ik. Voor alles! ja, mijnheer! antwoordde Roaeval. Dan is die niet klaar; dan blijft de andere in den foyer praten en vergeet, dat 't zijn tijd is om op te komen ; dan weer vergist er een zich en valt te vroeg in. liiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiMHWHmmmiiiiiiiiiiimiiiiiiiii Nu, dit laatste punt is van later en onderge schikt belang. Men moet, deze opmerking lezende, in 't oog houden dat Seymour Haden nog in October '95 in de Royal-Painter-Etcher's Society eene zeer belangrijke lezing heeft gehouden be treffende de authenciteit van een vrij groot aantal etsen van Rembrandt. Door een ingénieuse toepassing van projectie op een scherm liet hij in zeer vergroote lijnen de etsen duidelijk zien en vergelijken, en con cludeerde hy' tot het verwerpen van niet minder dan 35 etsen, door Bartsch en anderen beschouwd als werken van Rembrandt. Dit verklaart de vrees van den grooten etser voor valsche werken die in het Rembrandts-Huis zouden kunnen worden opgenomen. Een der meest bevoegde Duitsche kunst specialiteiten en Rembrandt-kenners, W. TON SEIULITZ, schryft hoogst eenvoudig het vol ge de : »Da ich Museen nur für ein nothwendiges Uebel halte, so bin ich wohl für deren vern nftigere Anordnung und geschmackvollere Ausstellung, nicht aber für Scbaffung neuer Museen. Ich bedaure also, mich Ihrem so anziehenden Vorschlage, ein besonderes Rembrandt-Museum zu grimden, nicht ausschliessen zu können. Eine i Förderung der unabhangigen und fortschrittlichen Bestrebungen unserer moderner 'Kunst scheint mir mehr im Sinne Rembrandts als solch eine antiquarische Beschiiftigung mit dem Meister selbst, Deze meening staat op zich zelve, en is te discuteeren. Juist omdat een Museum, zooals Von Seidlitz schryft een noodzakelijk kwaad is werd de stichting van een Rembrandt-lfHis voor gesteld. De redacteur schreef dienaangaande: ?Onder de dingen die men op de wereld als een »noodzakelijk kwaad" heeft aangeduid, telt een schilderijen-museum zeker mede; iets waarmee men zich tevreden stelt, omdat het nu eenmaal niet anders kan. Elk schilderij, gerukt uit zijn oorspronkey'ke omgeving; bijna zonder uitzondering be straald door een ander licht, als waaronder zijn maker het werk heeft gedacht en gewrocht; geheele reeksen van op deze wijs mishandelden naast, onder of boven elkaar, tegen een wand ge drukt, zoodat de een den ander overschittert of overschaduwt ; meestal te samen vormende een ;eheel zonder eenheid, een samenvoeging zonder larmonie; een heksendans van figuren, lijnen en [leuren; een spookhuis der kunst; een der on rustigste plekjes van het gansche heelal. Ware zulk een inrichting eens niet een «nood zakelijk kwaad," welk een kritiek zou zij te verduren hebben?" Als eenigzins aan deze opinie verwant aat ik hier volgen die van F. Khiiopft't, den zeer gedistingeerden brusselschen schilder, een der beschaafdste en meest ontwikkelde artiesten van België, aldaar niet alleen bekend door zijn veelbesproken schilderijen, maar ook door zijne zeer merkwaardige conférences: »Votre projst doit tre encouragé, fortement. Il me faut vous avouer, avant tout, que je n'ai jamais vu Ie Musée d'Amsterdam en question; mais il a tétrop souvent décrit, et decri pour que je ne puisse ne l'imaginer. D'après tout ce qui existe encore en ce genre, Ie premier Musée parait avoir te construit pour dan de zorg voor de requisiten, de geluiden achter de coulissen en de heele rataplan . .. Ik verzeker u, dat er heel wat te doen valt, lioor! Vraag er onzeu directeur maar eens naar ... 't Is een heele deun geweest, verleden, om mij te vervangen . . . Had u dan vrijaf genomen ? De oude regisseur glimlachte droevig. Vrijaf... neen! vrijaf zooals u dat be doelt, ken ik niet. 't Was toen mijn kleine meid zoo naar lag... Ik was alleen bij haar: de oudste die voor modiste leert, was nog niet van den winkel terug ... Nu! ik bleef thuis, 'k Heb laten zeggen dat ik mijn voet had verstuikt; de dokter een goeievent heeft net gedaan of hij 't geloofde, en 't is gelukt... maar anders!... Zou u denken dat 't anders geen geldige reden was geweest ? Och! De directeur houdt zich met al die redenen niet op, begrijpt u? En dat 's begrijpelijk! De zaak moet marcheercn . .. (lelukkig was het kind den volgenden dag iets beter; anders had ik moeten kiezen tusschen haar en mijn betrekking . .. En 'k heb mijn betrekking noodig!.. . Een oogenblik bleef het stil; toen vroeg ik : Hoe oud is uw andere dochter? Mijn oudste? Die is ruim veertien jaar, de tweede is twaalf en de laatste, een jongen, is ... Roseval voleindigde den zin niet. Daar! riep hij eensklaps, zei ik het niet!? En op een als dienstbode gekleede jonge vrouw toesnellend, die eenige passen van ons af was komen staan, vroeg hij: Wel heb ik ooit! Wat voer je daar uit? Ik? Niets, mijnheer! antwoordde de aangesprokene bedeesd: ik wacht tot 't mijn beurt is om op te komen. Maar, stoethaspel, dan moet je immers hier niet wezen! Ik heb je gezegd voorplein; je staat hier aan den tuinkant. (Slot volgt). donner asile a des ouvrages d'apparat, de grandes dimensions, dont remplacement primitif, (palais on glise) avait disparu. Plus tard, et sans modifier en rien la disposition de ces locaux, on y place aussi des oeuvres d'un art plus concentré. Alors on put voir, au Louvre, ceci: la merveilleusement unique »Cène d'Emmaüs" de Rem brandt exposée immédiatement au dessous de ces débordantes machines décoratives »la Galerie de Medicis", de Rubens et Co." Ik wil heden deze reeks «interviews" en brieven sluiten met de zoo smaakvol en fijn geuite conclusie van Madeleine Deslandes, de bij ons bekende parijsche schrijfster van llse (Ossit), die ook ean op kunstgebied zeer bizonder ontwikkelde artiste is: »La pensee de réunir en un musée special toutes les oeuvres de Rembrandt se trouvant en Hollande, me parait naturelle et bonne. Mais ce que j'apprécie Ie plus dans ce projet, c'est l'idée nouvelle et ingénieuse de faire de ce musée une maison dont les lidjleau.r seraicnt les hulntants, au lieu de les ranger contre Ie mur, serres péni blement l'un contre l'autre, comme si la pr occupation unique d'un musée, et son but special taient de ne pas perdre un centimètre de place . . . Et sürement c'est une belle tentative de justice que de vouloir procurer aux chefs-d'oeuvre qui nous donnent la joie, un asile digne de leur prodigieuse bienfaisance." Pil. ZlI.CKKN. August Allebé. In de jongste aflevering van Elseviers maand schrift heeft men weer eens een levensbeschrijving van een Nederlandsch artist gegeven. Ditmaal van prof. August Allebé, en ik wil nu niet de algeheele ondeugdelijkheid van dit schryven gaan betogen, waar zelfs de meest bekende, en beste werken van dezen niet genoeg bestudeerde onbe grijpelijke aan ontbreken, maar wel wenschte ik er de aandacht op te vestigen dat het mij een schande lijkt dat een leerling zoo weinig piëteit voor zijn leermeester voele en er toe kome hem zoo monsterlijk te portretteeren. Want er is een heele studie voor noodig, deze tot nog toe door eenig bevoegde misschien niet naar zijn juiste waarde geoordeelde, te kennen, en in beeld te brengen. Want onder al de buitengewone zenuwachtigheid van den man, de door onwilligen soms verkeerdelijk uitgelegde, niet goed begrepen raadgevingen, schuilt meer fond, meer subtiele gevoeligheid,, een heel andersoortsche kundigheid dan van de meesten zijner tijdgenooten. Zijn altijd juiste en soms door de nauwkeurigheid poignante gezegden, zijn groote liefde tot bedaarde studieu-sheid, zijn onvermoeide zorg zijn leerlingen de rechte weg te doen inslaan om van den leermeester alleen te spreken hebben hem in (teoogenvan allen die eens het voorrecht hadden onder zijn leerlingen geteld te worden, een niet te schenden aureool van eerbiedwaardigheid gegeven, die, bij een dergelijken aanslag als door Krabbéin zijn niets beduidend portret daartegen gepleegd, met volle recht als ge»ioleerd kan beschouwd worden. Het gaat zoo maar niet aan met zekere bedenkelijk-handige-zwier eenige krabbels op het papier te zetten waar het geld de beeltenis te geven van den man die, uit vroeger ondervonden weldaden, steeds onze dankbaarheid blijft ver dienen, er, zeker is die weinig uitgedrukt in een met zoo bijzondere afwezigheid van kiesch gevoel, en ware op prijsstelling van de eens genotenleeringen, waar een van hen die hem moest eeren in een bij uitstek bestudeerde beeltenis, zich daarvan afmaakt met zoo vee! oppervlakkig heid, grofheid en kortzichtigheid. Tu. M. De verppriiging --Voor de kunst" te Utrecht zal van K! D'!C. t'>t en met :!. Jan e.k. van 11 tot ,'ïure in haar lokalen, Domplein \X1I, een tentoonstelling van kleurteekeningen van Nederlandsche kunstenaars houden. Boei en T VermiXH'tl Idrnliniiie van den nieuwen auteur l'hénix is een bock in twee dikke deelen en blijk baar het werk van vele jjaren. Helaa^ ! P'hénix verdient nu eigenlijk jaren lang verdriet van dat werk te heliben. Er wordt de geschiedenis in ver haald van een draaf kunstenaar,die natuurlijk lijden moet en strijden, nergens rust, troost of vöJdoening vindt, ten slotte arm en verlaten, na ellendige avonturen, in een eenvoudig en stil «exin wordt opgenomen en daar tot kalmte on vrede komt. En toen, zpgt l'hrnix »dook diep in zijn hart een groot verlangen op : mee te werken aan de opvoe ding der menschlieid. En toen dit verlangen <j<. ? ateyi'n was tot het ;/ei7 <le>'t*'h<>e/'tcrffrefi>ltijnitur tk jien, om den schat zijner ervaring neer te legden op het altaar der samenleving " Zóó schrijft de auteur l'ünix. Twee dikke deelen, met de nauwgezetheid en uitvoerigheid van een Dickens samengesteld. Het is een moord voor iemands idealisme om dat bonk dóór te maken. Allén als do auteur in vuur rankt, is liij weieens overheerlijk. Dan schrijft hy als een notaris in extaze. Een paar proeven van stijl : >En een groote, ontzettende droefheid over stroomde als een banjir zijn gemoed." »Ik heb den lezer verschooning te vragen, dat ik den gang der gebeurtenissen een paar dagen vooruit ben en dus verzoeken moet met mij te rug te gaan," enz. »0p den adem van zomerkoeltje zweven dui zend etherische geuren, streelend de organen van den wandelaar, die zich verlustigt in het hoogtij van de natuur; door dit zinnelijk genot den wel lust verhoogend waarin zijn schoonheidsgevoel zich baadt." »En ook nu weer beult ze zich onder 't oog van de boerin vergeefs af om de grens van haar krachten te overschreden." Genoeg. * * * Los en Vast. Het tweemaandelijksch tijd schrift «Los en Vast" neemt met de volgende groet afscheid van zijne lezers : »Deze aflevering is de laatste, die van Los en Vast verschy'nt. Het Publiek heeft bewezen dat het in onze uitgave niet meer voldoende belangstelt en nu moeten wij gaan . .. gelijk zooveel anderen vóór ons." Het tijdschrift stond onder redactie van den heer F. Lapidoth, bekend door romans, kriti k, poëzie enz. Het was half modern en half oud bakken. Het zou kunnen behooren tot de roze richting. Voornaamste medewerkers waren F. Lapidoth, Edw. B. Koster, Pol de Mont, Mevr. Helene Lapidoth?Swarth (met proza). Er werd nu en dan wel eens heftige kritiek in geleverd, vooral tegen v. Deyssel, maar dat wekte heelernaal geen gerucht. Er stond verder van alles in: novellen en schetsen, poëzie en economie. Over 't algemeen was 't niet te heftig en niet te fluuw, niet te sterk en ook niet te zwak, niet te goed en niet te slecht. Het was middelmatig, geluid loos, roze. En daarom ju<st wees het publiek de uitgave misschien van de hand. Van kleur loosheid is in deze onz kere tijden geen afspie geling noodig. Tegenwoordig kan een tijdschrift wel veelzydig en algemeen zijn, maar dan supérieur, anders moet er sterke, desnoods eenzijdige over tuiging spreken. Aan halfheid is geen behoefte. * » * Caitseries du Mercredi, par Philippe Gille. De bekwame medewerker van .Le Figaro verzamelde hierin een 100 tal van zijn bescheiden, zeer korte causerieën. Zoowat alle merkwaardige boeken uit de fransche literatuur van de laatste jaren krijgen een beurt. Over Dumas en Rodenbach, Loti en l'éladan, praat de heer (iille met 't meeste gemak. Het zijn eigenlijk niet meer dan beknopte opmer kingen, maar ze zijn ZÓ.T juist en zeer leesbaar. De heer (Jille waardeert veel, zoowel het nieuwe als 't oude en hij is nooit onhoffelijk. Lu Hei'tiu blcnc van 5 Dec. heeft o. a een novelle van onzeu landgenoot, den bekenden Gidsmedewerker W. Jaeger: »La chance du commo dore". De vertaling is van A. Noel. In la notirelle l terne alweer een reeks brieven van George Sand aan haar vriend l'abbëRocket. Dikwijls zeer onbeduidend. * * Het belangrijke tijdschrift der jongeren Le Hlercnrc de Franci:, plaa'st op 't oogenblik niet minder dan twee romans. Eén zeer bizondere, fraaie,erotische van Rachilde: L/;» Faclicex (moeurs contemporaines) en het slot van Hugues Rebell: JM AVc/i-i'iirt (histoire d'une courtisane Venitienne). Het laatste boek heeft zeer groote verdiensten, maar toch niet die iijnheid en pracht van taai en kleur als het bekende Aijliroditt- van den jon gen 3ltrcnre-redacteur Pierre Louys. 4- ^» In. hpt mooie tijdschriftje- IM 11nmc o. a. een fantastisch, delicaat ballet van Uugues Rebell, getiteld: »La Clef de Saint Pierre", met illustra ties van bekende, jonge teekenaars. ' F. R. Inhoud van Tijdschriften. Inhoud van Kit/en Haard no 51: Zondags kindje, door Ida Haakman. In vroegeie jaren, door 11. Een Balata-concessie in Suriname.. door A. II. de Balbian Verster, met af beeldin£;en. Wintergezicht, naar de aquarel van J. C K.. Klinkenberg. In wintarkleerea (bij de |»laat). D. J. A. Haspels, door Mr. J. Kalff J r., niet portret en afbeelding&a. Vijftien bankbilleUeiu naar het Fransch van lienéKazin. Verschei denheid. Schriftlezing. Feuilleton. Keclames. 40 cents p e r r e g e 1. TRAUE MARK. MARTELT COBNAQ, Dit beroemde merk is verkrijg baar bij alle soliede Wijnhandelaars en bij de representanten 144»til'YB »,%«4*rESItt IXIKiS. te Amsterdam. H. RAHR te Utrecht. Pianoi'abriek. Binnen- en Buitenl. Mimekhandei. Amerikaansche Orgels. Ruime keuze in uurpiano's. MËIJ&OÓ4 & KdlSHuVEN^ Arnhem Piano-, Orgel- en Muziekhandel. Kuime keuze in Huurpiano's.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl