De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1897 21 februari pagina 2

21 februari 1897 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1026 een naam alleen ter verduidelijking van onze raeening, we zouden evengoed op den heer i de Savornin Lohman of een ander kunnen j wijzen. Minister van Houten heeft een vrij j lang leven achter zich" zegt het Handels- : blad, en dat ia waar; men kent hem sedert ! jaren als journalist, wijsgeer, advocaat, af gevaardigde, Maxwell-specialiteit, minister; ; hij heeft een rijk verleden, hij heeft veel gedaan, veel gesproken, veel geschreven, soms ook veel vergeten; maar zou het geen aanbeveling verdienen zijn handelin- j gen, als minister die posten en onderschei dingen te begeven heeft, geheel afzonderlijk te beschouwen ? En dan herinnert men zich dat hij den hoofdredacteur van de N. Itott. \ Ct., den verdediger van den heer v. Tienhoven, ' die het door hem zelf gevormde kabinet af brak, tot ridder van de Ned. Leeuw heeft gemaakt; dat bijden kameroverzichtschrijver van het Handelsblad tot ridder van de O. N. verhief; dat hij Mr. v. Tienhoven, na alles wat er met deze gebeurd was, benoemde tot Commissaris der Koningin in Noord-Holland ; dat hij te Groningen, volgens mededeeling van het Volksdagblad, tegen den wil van het college van Curatoren der Universiteit, een neefje tot secretaris van dat college verkoos, en eindelijk, dat hij buiten den heer Bredius om, den heer Waller het Mauritshuis bin nenleidde. Door dit alles loopt een gouden draad van gemoedelijkheid, die tot na- | denken dwingt. | * * * De Heer Veth heeft in de Kroniek een oplossing aan de hand gedaan. De heer Bredius zou zijn Mauritshuis kunnen verlaten om direeteur der schilderijen-afdeeling aan 't Rijksmuseum te worden. Indien dit mogelijk ware! Bredius en 't Hooft te samen hun krach ten wijdende aan ons Rijksmuseum! Ook het Handelsblad zou dat plan toe juichen. Wie zou er iets tegen hebben tenzij misschien de Heer Bredius zelf? In elk geval kan hiervan eerst ernstig sprake zijn, als Bredius ten opzichte van het | Mauritshuis door den Minister in zijn eer is hersteld. Kreta. De Groote Heer te Constantinopel zal alles behalve tevreden zijn over de snelheid van het tempo, waarin de gebeurtenissen op Creta i worden afgespeeld. In het stellen van diplo- j .matieke nota's h de Turksche regeering on overtroffen, maar een eerlijk »ja" zal men in die staatsstukkeu even vruchteloos zoeken als een krachtig »neen". Uitstellen, op de lange baan schuiven is de quintessens der Turksche politieke wijsheid, die zich veilig voelt, bij de gedachte, dat lange wegen lig gen tusschen doen en zeggen, en dat de hooggeroemde eenstemmigheid van het Europeesch concert eene fictie is, tegenover welke het onloochenbare feit staat van den ouder lingen naijver der groote mogendheden. Het geheele verloop der Armenische quaestie is bij uitnemendheid geschikt om de autoriteiten op Yildiz-Kiosk in deze opvatting te stijven; de schandelijkste gruwelen blijven ongestraft, omdat de protesten daartegen uitgaan van particulieren, die geen gewicht in de schaal kunnen leggen, en omdat zelfs aan een brutalen uitval, zooals die, welke zich Lord Salisbury als Engelsch Minister President tegen den »grooten moordenaar" veroorloofde, niet door de geringste actie kracht wordt bijgezet. Sedert maanden confereeren thans de gezanten der groote mogendheden te Con stantinopel over de dringend noodzakelijke, de onafwijsbare hervormingen, die in het Turksche rijk moeten worden ingevoerd; wat den sultan betreft, mogen ze tot in lengte van dagen blijven confereeren, want hij weet best, dat het gemeenschappelijk optreden zich op zijn ergst in platonische vertoogen op het papier zal openbaren. Het papier is geduldig, en de sultan heeft geen haast. Thans is in dezen weinig verkwikkelijken toestand plotseling eene verandering gebracht door het eigenmachtig optreden van het kleine Griekenland. Wij willen de motieven voor dezen gewichtigeu stap niet beoordeelen, en ze allerminst veroordeelen, want wij zijn over tuigd, dat de pressie, waaraan koning George heeft toegegeven, niet slechts het gevolg is van moer of minder phant.astische Panhelleensche aspiratiën, maar dat zij in de eerste plaats haar ontstaan dankt aan de oprechte sympathie van het Grieksche volk met de verdrukte stamgenooten op het naburige Kreta. Zulk eeiie sympathie wekt zelve sympathie, en de openbare meening in de meeste landen van Europa heeft zich op ondubbelzinnige wijze uitgelaten ten gunste van het kleine volk, waarvan onze beursmannen niet veel goeds kunnen vertellen, maar dat toch een groot verleden heeft en dat in elk geval een bewijs van zedelijken moed heeft gegeven, door niet voorzichtig te vragen: »Ben ik mijn broeders hoeder ?", maar door de daad bij het woord te voegen en aan de gevoelens van stamverwantschap uitdrukking te verleenen op eene wijze, die aan duidelijkheid niets te wenschen overlaat. Intusschen blijft de vraag over, wat koning George, die op zijn manier een wijs man in zijn tijd is, heeft bewogen plotseling toetegeven aan den onstuimigen, maar zich zeker niet voor de eerste maal openbarenden drang van zijne onderdanen. De heer Gennadios heeft ons in de Times herinnerd, dat de Kretensers in 1831, in 1841, in 1858, in 1866-68, in 1877-78, in 1889 en in 1896 in opstand zijn gekomen tegen het ondrage lijke Turksche juk, dat de Porte hun tallooze malen hervormingen heeft beloofd, onder anderen bij het traktaat -van Berlijn, bij de Halepa conventie van 1879 en nog zeer onlangs, in Augustus 1890, terwijl al die beloften onuitgevoerd zijn gebleven. De toe stand, die ontegenzeggelijk allerellendigst is, kan dus chronisch worden genoemd: wat heeft hem iri de oogen van koning George en van diens raadslieden plotseling zoo acuut gemaakt, dat daardoor het uitzenden van eene vloot en de landing van Qrieksche troepen op Kreta onvermijdelijk werd? Wat heeft den koning doen vergeten, dat de mogendheden in 1886 een zelfstandig optre den van Griekenland tegen Turkije hebben belet en door eene blokkade, aan welke alleen Frankrijk niet deel nam, zijne regeering hebben gedwongen hare aanspraken op te geven ? Het is mogelijk, dat de koning zich aan het hoofd der beweging heeft gesteld, omdat hij inzag, dat hij haar niet meer kon tegen houden zonder zich in de hoogste mate impo pulair te maken, en dat dus overwegingen van dynastieken aard den doorslag hebben gegeven. Het is ook mogelijk, dat hij van eene of meer mogendheden de toezegging heeft gekregen, dat men zijne stoute daad wel niet openlijk zou goedkeuren, maar toch zou zorgen, dat die voor hem en zijn volk geen nadeelige gevolgen zou hebben. Indien dit laatste het geval is, zal het ge heim niet zoo spoedig, en misschien in 't geheel niet worden ontsluierd. Want voor het uiterlijk en voor zoover het officieele communiqués betreft zijn de mogendheden n ziel en n zin. Of zij echter zelven en allen precies weten wat zij willen, mag men betwijfelen. Lord Salisbury zegt in het Engelsche Parlement, dat zijne regeering blijft bij , , ' J i i- ? de eenmaal aangenomen houding, om in overeenstemming met de mogendheden en samen met haar te handelen. Maar »hij kan zich onmogelijk met zekerheid uitlaten over de politiek, welke de mogendheden voorne mens zijn te volgen." De Fransche minister president Méline zegt in de Kamer, dat zijne regeering op dit oogenblik niets kan zeggen, en dat zij, door thans te spreken, gevaar zou loopen haar gezag in Europa te compromitteeren. Blijkbaar zijn dus de executanten van het Europeesche concert het nog niet eens over het programma. Nadat de Grieken op een Turksch trans portschip hadden geschoten, te Plutania troepen aan wal hadden gezet en bij monde van kolonel Vassos, den bevelhebber van het expeditie-legertje, verklaard hadden het eiland in naam van koning George te bezetten, hebben de commandanten der voor Kunea liggende E-ngelsche, Fransche, Oostenrijksche en Italiaansche oorlogschepen (het Duit.sche pantserschip Kmurnn Atujuxtit was nog niet aangekomen) gezamenlijk Kanea bezet. De Porte heeft bij uitzondering! dit maal niet geprotesteerd, maar zelfs den wensch uilgesproken, dut de mogendheden Kreta ?oen dt:pij/" zouden nemen, en de Turken te Kanea zijn natuurlijk zeer verheugd, dut zij door dezen maatregel tegen de opstandelingen zijn beschermd. Niets is eenvoudiger, dan een detachement marine soldaten aan wal te zetten, vooral wanneer geenerlei tegenstand te vreezen is, maar de vraag is niet zoo een voudig, wanneer en onder welke omstandig heden men dit geïmproviseerde garnizoen weer zal kunnen inschepen, liet gaat, stellig niet aan, de Grieken weer naar hun land terug te jagen en dan Creta opnieuw aan de teedere zorgen der Turksche autoriteiten over te laten. In een telegram uit Parijs aan de Frruikf'urtcr 'Liilinni wordt de mogelijkheid besproken, dat men aan Griekenland eene kleine -moreele voldoening" /al geven, door het aan de bezetting van Kanea en enkele andere havensteden op Kreta te laten deel nemen. Of de Sultan ook dun nog bititnr: niiiif 'i wrmt'rtix jnn- zou maken;' Verder wordt, bij wijze van gerucht, ver meld, dat de mogendheden bereid zouden zijn voor Kreta volledige autonomie te bedingen, onder eene zuiver nominale suzereiniteit van den Sultan. Dit klinkt in elk geval waarschijnlijkerdan eene toestemming tol annexatie van Kreta bij Griekenland. Want wanneer Griekenland zoo zijn gebied vermeerderd en zijn wenschen vervuld ziet, komen Servië, Bulgarije, Montenegro misschien, om compensatiën vragen, evenals Griekenland heeft ge! duan, toen Oost-Roemeliëbij Bulgarije werd geannexeerd. Eri als het in de kinderkamer van Europa begint te spoken, is het leed j niet te overzien. Socialo, iHiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiitmiiHiiitiiimmit Uit de geschiedenis onzer arbeidersbeweging. (Slof). Van '84 tot '89 heeft «uitkeering van geld bij ziekte" inderdaad een plaats gehad in de statuten van den A. Ned. Typ. Bond. Het waren de laatste magere jaren. Van '81 ver nemen wij: alle propaganda stuitte af op de lauwheid der vakgenooten. Van '82: lauw heid en zorgeloosheid heerschten ; van 83: moedeloosheid en lauwheid; van '84: de bond bleef ziekelijk; van '85 en '80: malaise. Ver schillende denkbeelden kwamen op, maar kwa men hoogstens tot een begin van uitvoering. Zoo een eigen drukkerij, een consumptievereeniging. Sedert '71 was de beweging voor algemeen kiesrecht ingedut. In '70 werd zij door het A. Ned. Werkl. V. weder gewekt. In '80 wies zij in omvang, en de typografenbond deed aan de agitatie mede. In '82 maakte zich een meer vooruitstrevende geest in den bond merkbaar; in '87 was de bond in zijn geheel overtuigd, dat er te veel een slakkengang werd gegaan; hij toonde dit, door zich van het Alg. Ned. Werkl. Verb. af te schei den. In '88 had hij niet meer dan 4 afdee lingen, en 200 leden. Maar van dezen tijd .af dagteekent de her leving. Zeker mede tengevolge van het ont staan eener typografenafdeeling van den Soc. Dem. bond (in '87) kwam er vlotter beweging, vooral te Amsterdam. De invloed der sociaal democratie blijkt duidelijk in een resolutie van een nationaal typografencongres, in '90 gehouden, die de invoering der zetmachine verklaart te zijn in het belang der werklieden, maar er tevens voor dezen geen voordeel van verwacht, indien niet alle arbeidsmiddelen algemeen eigendom worden. De uitkeering bij ziekte wordt uit de statuten van den bond geschrapt ('89); daarvoor in de plaats komt als eisen de invoering van een normalen (in '92: bij de wet geregelden; in '90: ver korten) arbeidsdagen een algemeen loontarief; het bevorderen van coöperatie op lypografisch gebied wordt onder de middelen van den bond opgenomen, in '92 echter weder ge schrapt. Het congres van '90 ontkende met 8 tegen 2 stemmen, en 3 in blanco, de moge lijkheid van samenwerking tusschen patroon en gezel; eischte de invoering van staatswege van een 10 urigen arbeidsdag, vergezeld van een minimumloon van ? 14 per week, en leer plicht tot het 14e jaar, om de jongensexploi tatie te beteugelen. Verder een fabriekswetgeving, ter voorkoming van ongelukken en ter verbetering der hygiënische toestanden in de werkplaatsen. Men spreekt de noodzakelijk heid uit van een politiek program voor typo grafische vereenigingen van welken aard ook. Tegelijkertijd wordt het plan opgevat voor het vormen van een weerstandskas. De bond neemt dit denkbeeld in '92 op in zijn statuten, | geeft er in '93 uitvoering aan en noemt het i reservefonds. Zijn bestemming is om «bij financieele crisissen, ontstaan in den strijd om het bestaan, steun aan typografen en aanverwante vakgenooten te verleenen." In verband hiermede zal niet gestaakt worden, vóór met het hoofdbestuur in overleg is ge- i treden, en dit, of door hem gemachtigd de J betrokken afdeeling, zul de leiding der siuking j nemen. De uitkeeringen mogen niet meer j bedragen dan '-',: van het loon. , Sedert 'SU zijn dus ook in den tij l, dat de Bond geen invloed hoegenaamd uitoefende \ langzaam de, loonen een weinig gestegen. Uit Sl worden enkele loonsvei hoogingen medegedeeld. In 's.'! zijn de, toestanden iets beter geworden". Maar dat ,iets beter' beteeker.t nog weinig. In ,','ft'lti n/ur Allen weid in 's!) de voorslag gedaan, dal de werklieden een enquête op eigen hand zouden houden, en de lypograien bingen dit plan onmiddel lijk aan. Een agitatie, voornamelijk weder te Amsterdam, was het gevolg ervan. In ''JU verklaarden de patroons, de loonen wel te kunnen verhoogen, indien sl.'/chts allen het deden. Daar echler niet allen het deden, deed het bijna niemand. De jongens-exploitutie duurde onverminderd voort; in Nijmegen werd 12. 13, Int 15 uur gewerkt; hoewel ook op enkele werkplaatsen de arbeidsdag tot ]U uur was teruggebracht, en n puiroon zelfs aankondigde, hem lot 9'/..> uur te zullen inkorten. De slakingen, in September en Ociober '91 te Amsienlum uitgebroken, en nagevolgd in verschillende andere plaatsen, zuilen de meeste lezers zich herinneren. Mi;,der algemeen be kend is allicht, dal zij, ook voor de leiders, onverwacht uitbraken. Er was een looncomitó gevormd in Maart '91; hel had als eischen gesteld een werkdag van lu uur, met een loon van 2u et. per uur; op 5 gezellen hoogstens l leerjongen en 2 jongmaatjes; gelijkstelling van vrouwen- met mannenarbi ld, en afschatling van stukwerk, (ulijk in de eerste levens jaren van den bond, was men begonnen, de | patroons tot onderhandelen uit te noodigen; l ge-en hunner verscheen echter, en daarom vormde het looncomiiéhot plan, met l l)ec. '95 over het geheele land te slaken. Tol dien ! datum, van Juni '91 af, zou worden liijge| dragen aan een strijdkas. Het plan werd i verstoord door de onverwachte stuking aan de Electri;-clie, drukkerij, om 23 et. per uur en een arbeidsdag van lu uur, met 25 pC.'t. verhoogiug i voor overwerk. Deze staking ging op ; op de overige Anistenlamsche zetterijen werden de eischen geheel of gedeeltelijk toegegeven, maar de nieuwe regeling kon er niet worden ge handhaafd. Er werd ook vruchteloos gestaakt te Groningen lom / 7,50, ?9.51.1 en /' 11 per week, voor IS , 20- en 23 jarigen) te Utrecht (om /' 9, / 1U en ?11 voor de verschillende categorieën van werklieden) in den Haag (met dezelfde eischen als te Amsterdam) te Arnhem en te Breda. Er rezen moeilijkheden te Rotterdam, Nijmegen, Edam, Wormerveer; het succes van al deze agitatie was gering. De beweging kostte ? 14173.53, waarvan door het buitenland ? 4351 werd bijgedragen. Sedert '92 nl. is de bond met andere nationale bon den in contact, het internationaal Boekdruk kerssecretariaat is van deze organisatie het middelpunt. De Kerstdagen van '90 zien eindelijk de toepassing van een nieuw denkbeeld: het nationaal congres wordt omgezet tot een fe deratieve samenwerking van alle Nederlandsche typografen-vereenigingen, op den grond slag van erkenning door de patroons van elke vakorganisatie (tegen stemden de katholieken) een minimumloon, naar den omvang der ge meente wisselend tusschen ?10 en 1250, zon dagsrust, en een leerlingstelsel, waarbij de 19 jarige leeftijd het critirium is voor vol wassen gezel, de leertijd op 4 jaar is gesteld, en de patr on leermeester den leerling na afloop van die 4 jaar nog een vol jaar in dienst zal houden. Tot deze federatieve samenwerking hadden 51 vereenigingen zich doen vertegenwoordigen De A. N. T. B. telt op het oogenblik 30 afdeelingen, niet ongeveer 1000 leden. Denietaangesloten vereeiugingen behooren deels tot den R. K. Volksbond, deels tot Patrimonium, een enkele, de Amsterdamsche vereeniging Voorzorg en Genoegen", is aangesloten aan het A. N. W. V. Omtrent al deze vereeni gingen vinden wij in den IVden bundel der Bijdragen van de commissie voor de statistiek slechts spaarzame mededeelingen. De typo grafenafdeeling Amsterdam van den R. K. Volksbond heeft in '94 geweigerd, aan de stakingen deel te nemen. Zij zoekt aaneen sluiting tusschen patroon en gezel. «Draagt Elkanders Lasten", dat bij «Patrimonium" is aangesloten,tracht geschillen tusschen patroons en arbeiders langs minnelijken weg op te lossen, maar was niettemin bij de stakingen van '94 betrokken. Van de oude vereenigin gen, die den Bond hielpen stichten, verbiedt »Door Eendracht t' Zaam Verbonden" te Breda, haar leden met het lidmaatschap van iedere andere typografische vereeniging, dat van den A. N. Typ. Bond. »Koster's Fakkel" te Rotterdam, dat medewerkt Hot alles wat voor den maatschappelijken welstand van den werkman in het algemeen, en van dien van den typograaf in het bijzonder kan bevor derlijk zijn", sluit alle lidmaatschap, behalve juist dat van den Bond uit. De Amsterdam sche vereenigingen »De Nederlandsche Druk pers" en «Voorzorg en Genoegen" werkten meermalen met de afdeeling van den Bond samen bij toonbewegingen. Te Deventer ein delijk bestaat een niet aangesloten vereeniging, «Laurens Koster", die sedert '95 deelneemt aan bewegingen ter verkrijging van betere levensvoorwaarden voor den arbeider, meer dere politieke rechten, enz. Zij is aangesloten bij de Nederlandsche Volkspartij. Een drietal uitgezonderd, hebben de afdeelingen van den Bond aan de commissie voor de statistiek iedere inlichting geweigerd. Van dit drietal is «Broederschap" te Nijmegen schijnbaar (wanneer men alleen afgaat op het in de Hijilnujcn vermelde) een louter ondersteunende ea feestvierende vereeniging. De afdeelingen Utrecht en Haarlem, de eerste met ruim SU, de tweede met 11U leden, onder steunen, adresseeren.confereeren met patroons, houden protestmeetings, enz. Zoo zien wij de veelomvattende werkzaam heid van den bond en zijn afdeelingen voor ons, weldra aangevuld door den steun van meer behoudende en kerkelijk gekleurde ver eenigingen.Men oudersteuntelkander bij ziekte, sterfgeval, sterfgeval van de echtgenooic, haar bevuJl'iig, bij ouderdom, werkloosheid t-n s ta king. Men helpt elkander aan rei.-geld, g( eft rentelooze voorschotten, bewijst elkander de laatste eer, viert den koppermaandag, richt cursussen op voor vei'deie ontwikkeling en verzamelt bibliotheken. Ik zou een belangrijk ding vergeten, indien ik niet melding maakte van hei, steunen door den Hond, reeds in (K van hot blad i/e U'r.i'kiiMii. dal in '7o door den Bond hall' werd overgcnoinen, luier ge heel zijn eigeiidom werd, in '70, uil nood, werd overgedragen aan het Alg. Ned. \\eikl. Vei b., maar als l''i'i-kmaiisljudo in 'su weder werd gesteund. In '77 verschenen boven.ti<-n de driemaandclijkircho Mcdadci-linijfu, in '92 W(,'i'd l Int \'n!dii iniiy gesticht, dal eerst maan delijks, sedert !I5 tweemaal per maand uit komt, en als vei plicht orgaan van den Bond een iniddenpunt van zijn organisatie vormt. Laat mij ten slot.ie den stand der loonen niededeelen van enkele steden in ons lund. Een vergelijking van deze cijfers met die der federatief gesteide ei^ciien wijst dan aan, welk een laak den typogrufen in de naaste toekomst wacht. Te Anu-lerditm is luit loon gemiddeld 2U cl. per uur, bij een arbeidsdag van 10 uur i.eisoh /'125o,, ie Rotlerda.ni /' s u / S.50 'eisch ? 1250), te Leeuwarden geldt / 7 voor een hoog loon 'eiscli /' 10). Van verschillende kleinere provincieweden geldt hetzelfde als van Leeuwarden. Men zal niet kunnen ont kennen, dat ook nu nog in die plaatsen van een ->geheel beklagenswaardige!! ' toestand van den ivpograuf kun worden gesproken, en wrel weinigen zullen aan de federatie, met haar minimum-eisch van / 10 geen succes wenschen. F. M. C. u ziek iii fle Hoofdstad. Na de inleidende woorden over den gast (Jrif:g voor 11 dagen in dit blad geschreven, hebben

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl