Historisch Archief 1877-1940
8
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1043
Onze pede vriend Wilhelm,
(Moonshine.)
De keizer: Geef hem nog een opstopper Islam, dan krijg je
mjjn plaats om naar 't jubilee van Grootmama te kijken.
Nog eens oppompen!
(Life.)
INGEZONDEN.
Kleine Maud: »Kyk eens, Mama, hoe komt dat? al de lucht
is uit Papa's kuiten gegaan!"
Te rechter tE
(Lustige Blaffer.)
«=>.?!(£?? i,1.- j.' V.
-i,,/' AW..-H." ..'
??'V." *V"' .' '.'
???? - -
Eerste hinnibaal: «Wat een lekker vet hapje heb je daar!"
Tweede dito: »Ik heb den kerel nog net gepakt vóór dat hy
naar Karlsbad ging."
Een beeld uit de toefcomst.
(Fliegende Slatter.)
Pnlefc op een Maturen-tentoonstelling.
(Lustige Blatter.)
Koor: Waar halen de artisten toch die zotte gezichten vandaan ?
Controle in net Stemtean!
Bij de Dinsdag jl. gehouden algemeene verkiezingen, de eerste
volgens de nieuwe kieswet, zal ik waarschijnlijk niet de eenige
zijn, die ondervonden heeft dat de controle op het stemmen nog
verre van volmaakt is.
In het bezit van mijn kaart als stemgerechtigde in 's Gravenhage
district I, was het my' op den verkiezingsdag aangenaam, aan
die burgerplicht te mogen deelnemen, edoch.... nog slechts
korten tyd inwoner van onze residentie, zoo ben ik nog niet
juist op de hoogte met de ligging der verschillende straatjes en
steegjes, terwijl het stembureau, waar ik myn stem moest uit
brengen, was gevestigd in de Lepelstraat (meer steeg dan straat,
zooalg mülater bleek).
Kortom, na ingewonnen informatie naar de ligging van de
Lepelstraat, (welke informatie zooals mij later bleek en zooals
meer voorkomt niet juist was weergegeven), kwam ik aan het
stembureau waarheen men my verwezen had en vroeg, om zeker
te zijn, aan den politieagent, die voor het stembureau stond, of
dit het bureau voor district I was, want op de aldaar geplaatste
borden, die overigens niets aan duidelijkheid te kort schieten,
staat niet vermeld, tot welk district het desbetreffende bureau
behoort. Enfin, tot hiertoe wil ik myn abuis, want in werkelijk
heid werd daar zitting gehouden voor district II, aan eigen
schuld toeschreven. Maar spoedig bleek my dat ik niet alleen
stond in vatbaarheid voor misleiding. Luister slechts:
»Ter goeder trouw, stap ik het lokaal binnen, waar ik tegen
de bekende inruiling van myn kaart, van een der heeren achter
de groene tafel een stembiljet ontving, terwyl de heeren die by
myn aankomst in druk discours waren, nauwelijks den tijd namen
om den kiezer de volgens de wet gestelde vraag te doen, om
vervolgens hun gesprek te hervatten. Gewapend met myn stembiljet
begaf ik mij naar de aangewezen lessenaar met potlood(je), maar
zocht vergeefs op 't biljet, naar den candidaat, op wien ik voor
nemens was te stemmen. Ik wendde my daarom nogmaals tot
den heeren van de groene tafel, dien ik opmerkte, dat op mijn
ingeleverde kaart andere candidaten vermeld stonden, dan op het
ontvangen biljet. De voorzitter toonde my' daarop nogmaals een
stembiljet, niet erg leep, want dat was natuurlijk gelijkluidend
met het eerst ontvangen biljet. En toen ik vroeg om de kaart
nog even te mogen zien, kwam natuurlijk tot niet geringe verba
zing van de heeren eindelijk aan 't licht dat ik in een verkeerd
stembureau was. Zonder myn opmerking, had het my dus niet
de minste moeite gekost om te stemmen in een district, waarin
ik niet stemgerechtigd was; me dunkt in de eerste plaats met
dat gevolg dat de stemming van onwaarde moest worden ver
klaard. A qui la faute?
Ontegenzeggelijk zou in het gestelde geval, deze valsche stem
ming een gevolg zijn geweest van onvoldoende controle.
En de verantwoordelijkheid hiervoor kan dunkt my' heel
gemakkelyk uit den weg geruimd worden.
Een voorstel hiertoe zou ik gaarne in uw veel gelezen blad
doen, want het doel van my'n schreven is niet een hately'kheid
te richten aan de heeren van het betrokken stembureau, doch
het systeem kan gemakkelijk in een waarborg voor betere
controle voorzien, n.l.: »In steden die uit meer dan n kies
district bestaan, kan men de kaarten voor de verschillende
stembureau's van diverse kleuren nemen; dan wordt een valsche
stemming, die in bovengenoemd geval had kunnen worden ver
oorzaakt, vrywel onmogelijk gemaakt. Daarbij zou myns inziens
niet overbodig zy'n op de aangebrachte borden bij de stembureau's
het betrokken district te vermelden.
U, mijnheer de redacteur, dank zeggende voor de verleende
plaatsruimte,
Hoogachtend:
's Gravenhage. Een Kiezer.
Waarde Redacteur!
Zoudt u my ook kunnen zeggen, of aan het verzoek van
president Faure om hem Hugo de Groot's koffer van het Rijks
Museum eenigen tijd in leenbruik af te staan, voldaan is ? Veel
kwaad was daar anders niet bij, dacht ik, want ik heb er onlangs
nog een gezien bij de familie, en misschien zijn er wel meer.
Weet u ook hoeveel?
Uw belangstellende lezer,
Redactie »De Amsterdammer'
M. de B.
Montreal, 3 Juni 1897.
Weelcblad voor Nederland.
Amsterdam.
Voor het onverhoopt geval dat gij bij ontvangst dezes nog in
het onzekere zyt omtrent de in uw blad van 16 Mei opgeworpen
plagiaat quaestie, diene het volgende:
De auteur van »An Englishman in Paris" is Albert D. van Dam.
Diens eerste publicatie was »An every-day heroïne", vertaling
van J. J. Cremer's »Anna Rose" en kwam uit in Londen 1877.
De prioriteit van de Amelica-parabel is dus ongetwijfeld van
Multatuli.
Hoogachtend,
K. BOISSEVAIN.
(getrouw lezer van »De Groene".)
Fooien.
Geachte Eedacteur!
3. vermeldt in Uw blad 30 Mei j.l. de wijze van betalen in
café's en restaurants te Chicago tijdens de tentoonstelling van
1893. Het is niet noodig zoover te gaan, in Parijs toch vindt
men deze methode in vele restaurants, en verdient zulks zeker
aanbeveling, daar waar het geldt eene goede en gemakkelijke con
trole op het personeel uit te oefenen. Dat daarmede echter het
fooienstelsel wordt bestreden, vermeenen wij ten zeerste te mogen
betwijfelen.
Om slechts een enkele gelegenheid in Parijs te noemen: bij
Duval betaalt men met zijn bestelkaart den kassier, gezeten aan
den uitgang, terwijl in de Passage Jouffroy veel bezocht door
onze landgenooten alvorens de restaurantzaal te betreden de
prys van déjeüner of diner (prix fixe) den kassier wordt voldaan.
En toch zal wellicht niemand heengaan zonder een fooi naast
zijn bord te hebben gedeponeerd. Waagt men zulks, dan zou
men allicht bij een volgend bezoek de onaangename gevolgen
ervan ondervinden, want voorwaar, in dit opzicht is het geheugen
van kellnerin of kellner al zeer scherp.
Wil men met ernst het fooienstelsel bestrijden, dan is eendrach
tig samenwerken van alle café's- en restaurantbezoeken noodig,
dan trachte men in de eerste plaats te verkrijgen dat de eigenaren
hun bedienden voldoende loon betalen.
UEd. Dw. D.
E. M.
ALLERLEI.
Of de menschen altoos even ongelukkig zijn geweest, is de
vraag, maar zeker is het dat zij zich altoos even hard beklaagd
hebben. L.
»Het ideaal", met dien eenigzins belachelijken term bedoelen
wn: ons zelf in een behagelijken toestand. L. Dénret.
* *
*
Ondervinding is de stem van de menschen die zich vergist
hebben; waarom zouden wy er naar luisteren ? Het is veel
aardiger zelf te probeeren, op 't gevaar af van zich ook te ver
gissen. L. Dénret.
* *
*
De weelde der armen is somtijds aandoenlijker dan hun armoede
zelf. E. Wertheimcr.
Wie vleit, bedelt.
* *
*
E. Wertheimer.
Oud worden is ondragelijk, als men er niet een ideaal of een
ondeugd op na houdt. Alexander Dumas fils.
By liefde rekenen we op 500 percent interest; by vriendschap
toch minstens op 200 percent. Alexander Dumas fils.
* *
*
Ik gaf mijn boek aan een vriend; ik moest het ook aan een
vyand geven. Wie heeft het het eerst gelezen ? Wel, my'n
vijand. Charles Chincholle.
* *
*
Een sergeant-instructeur: Je denkt, geloof ik,
dat ik de rekruut ben en jij de sergeant, waarachtig! Je bent
er stom genoeg voor!
* *
*
Geesje, je brengt me een laars met knoopen en een met
elastiek!
't Is zoo, mijnheer, maar ik heb nog goed gekeken en het
andere paar is net eender.
* *
*
Een laatkomer b ij De Hugenoten: Heeft hy al
gezongen: Rein als de sneeuw ?
Neen, valsch als een kat.
* *
*
't Is hier een heel vroolijke stand.
Zoo vlak by den trein?
U kunt de gezichten zien van al de menschen die te
laat komen!
* *
*
't Is een schande, zoo laat in den nacht thuis te komen!
Zoo laat in den nacht ? ... even 12 uur ?
Je hebt niet op de klok gekeken; 't is bij drieën!
Ge .. geloof je nou eer een klok as je l.. lieve man ?
* *
*
Ik heb mijn vrouw pas drie maanden vóór ons huwelijk
leeren kennen.
En ik de mijne pas drie dagen na ons huwely'k!
SCHETSJES.
Een trnc,
naar liet Franseh door A.
Neen, Subu is niet gierig, voor een goed soupézou hy gaarne
10 francs gegeven hebben, maar even als alle employés in een
magazyn, hield h\j er niet van geld uit te geven om naar een
theater te gaan.
Er zijn een aantal betrekkelijk verstandige personen, die het
beneden zich achten, een stuk van vijf francs te verwisselen
tegen een plaats in de stalles.
Het ongeluk echter wilde dat Subu geen enkelen dagblad
schrijver, geen enkelen secretaris van eenig theater kende ; de
dramatische schrijvers waren hem onbekend; maar hoe kwam
het dan dat hij overal gratis entree had ? Hoe kwam het dat
men hem bij alle eerste voorstellingen zien kon.
Nu wordt mijn geschiedenis leerrijk. Subu had een bizondere
manier uitgevonden om tot zyn doel te geraken. lederen morgen
opende hij zijn dagblad en doorliep de lijst der vermakelijk
heden; de matinees, de weldadigheids-concerten sloeg hy over,
maar lette nauwkeurig op het programma der premières en be
studeerde met de grootste attentie de lijst der personen. Ver
onderstel bijvoorbeeld dat men in de Nouveautés »Champignol
malgrélui'' gaf. Subu vloog naar zijn mooi schrijfpapier en
met wel versneden pen, schreef hy aan meneer Georges Feydeau:
Myriheer!
Ik zie daar uit het dagblad dat voor morgen de eerste voor
stelling van »Champignol malgrélui" is aangekondigd. Zeker
ben ik van een nieuw succes voor U. Vergun mij echter een
kleine opmerking: uw voornaamste persoon heet Champignol;
nu wil het toeval dat ik ook Champignol heet Het is zeker
niet zeer aangenaam zijn naam op een tooneelaffiche te zien;
maar, daar de programma's gedrukt, de affiches aangeplakt zijn,
is het niet mijn verlangen dat gij den naam van uw' held ver
anderen zult. Als compensatie verzoek ik U alleen, aan de controle
twee plaatsen op mijn' naam af te geven, die ik zal komen halen.
Met de meeste achting
(get.) Champignol.
De heer Feydeau dacht, dezen brief ontvangende: »Kijk, dat
is gek" en hij durfde de twee gevraagde plaatsen niet weigeren;
den volgenden dag begon Subu met Gaudillot, Brieon, Valabrègue
en hij teekende Lecar donnel, Blésinard, Pontbiquet of Laluretof
Bourgarel; aan Cousteline schreef hij onder den naam van
Bousbourouche en aan Capres onder den naam van Brignol. Daar
de dramatische schrijvers edele zielen zijn, gelukte de truc ge
woonlijk, 's Avonds verscheen Subu aan de controle en vroeg:
»U hebt twee plaatsen voor mij, ik ben meneer Champignol of
ik ben meneer Pontbiquet".
Eens echter liep het gekker. Hij had een familielid uit de
provincie over gekregen, die 's avonds naar het .Theatre Francais
wilde gaan.
Subu zei tot hem : Wacht tot morgen, ik zal je een première
laten zien." En den volgenden dag vertelde hij zijn truc aan
zijn bloedverwant. »Zij geven van avond Sganarelle, of Ie
Courimaginaire ; nu heb ik aan den auteur geschreven dat ik Sga
narelle heette en .... enz. enz., in 't kort ik vraag hem twee
plaatsen ; ik heb geïnformeerd, het is een zekere meneer Molière,
zijn ware naam is Poquelin, met zulk een naam begrijp je wel,
kan hij mij niets weigeren."
»Maar ongelukkige, heb je aan Molière geschreven !"
»Hè, ik heb er wel aan slimmere geschreven, die mij geant
woord hebben."
»Maar hij is meer dan tweehonderd jaren dood ! Hij kan je
geen biljetten bezorgen."
»0ch kom ! dan zou hij de eerste zijn, die mij plaatsen wei
gerde," zei Subu.
En hij had gelijk, want 's avonds waren er aan de controle
twee plaatsen op den naam van Sganarelle.
BILL SHAKP (Le Rire).
Omdat het te verwachten is, dat binneniort heel wat
landgenooten het Kanaal zullen oversteken, bea ik van mijn
voornemen teruggekomen om maar geen beschrijving te