De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1897 29 augustus pagina 3

29 augustus 1897 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1053 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. sedert 1817 heel dikwijls, ook te Berlijn opgevoard; Byron's Kaïn in het Deutsche Theater zelf; in Goethe's Faust, tweede deel, komt als «Mater gloriosa" de Maagd Maria voor. Het is waar dat een Passiespel als te Oberammergau te Berlijn niet op de planken geweest is, en ook naar de meening der Berlynsche critici en dichters er niet op passen zou; maar Sudermann's Johannes ver toont in 't geheel de figuur van Jezus niet, alleen die van den Dooper en van de verdorven familie Herodes, die hier niets heiligs heeft, maar ook in den Bybel niet heilig voorgesteld wordt. Hoe het zij, Sudermann heeft zich by het verbod moeten neerleggen, maar toch onder de pers stemming willen maken voor zijn werk en tegen de politie. Hy heeft zyn werk voorgelezen aan een een klein getal genoodigden, ruim twintig. Hjj en de directeur hebben aan deze heeren ge vraagd, zoo weinig mogelijk voor den inhoud van het stuk te vertellen om het niet te defloreeren, maar de dichter heeft zich heel nauw aan de legende gehouden; de inhoud is dus gemakkelijk met een paar woorden weer te geven. Sudermann's voordracht, langzaam, krachtig en duidelijk, kwam aan de levendige of humoristische volkstooneelen ten goede, het pathos van den Dooper scheen er overtollig lang en zwaar op de hand door. In het voorspel ziet men het Joodsche volk, hoe het vol verlangen naar een nieuwe periode, naar den Dooper toestroomt; het lijdt lichamelijk en geestelijk tusschen de Romeinen en de Oude Wet. Johannes is machteloos, hij weet, dat hy slechts de voorlooper is van een Hoogere, den Verlosser uit Galilaea. Daar verneemt hy van het bloedschendig huwelijk van Herodes, en als wachter van de Wet trekt hy naar Jeruzalem. Hier begint het treurspel. Hij predikt tegen Herodias en wordt gevangen genomen; de indruk dien zijne verschijning maakt, bedwingt intusschen nog alle harten. De slimme Herodias laat hem in vrijheid stellen, Herodes is hem nog gunstig gezind, de schoone Salome ontbrandt in een zonderlinge liefde voor den wilden woestynprofeet. Johannes intusschen rijst boven zijn vroegere taak; hy' voelt dat de Verlosser nadert; hy begint hem te begrepen. Het gebod dat de liefde hooger is dan de wet wordt hem duidelijk; klein schynt hem nu zyn eigen stryd tegen Herodes' onwettig huwelyk; wat Herodes en Salome liefde noemen schynt hem eene zonde tegen het woord en het. begrip van liefde. Met minachting wyst hij ook de verlokkingen van de schoone dochter van Herodias af en het meisje zweert hem wraak. Schijnbaar onschuldig laat zij zich door hare moeder overreden om te vragen wat zij zelf wenscht: het hoofd van den Dooper als loon voor haren dans. Ten besluit van een fraai geschilderd feest in eene stad van Galilaea wordt Johannes onthoofd, maar stervend hoort hy het hosanna, waarmede Jezus van Nazareth de stad wordt binnengeleid. Wat de politie in deze voorstelling oneerbiedigs heeft kunnen zien, vragen de critici zich af. De familie Herodes is erg fin-de-siècle slecht; maar niet erger dan in den tekst. Johannes zegt en doet in het drama niet anders dan wat een predikant (b.v. Pastor Brose) op het tooneel of buiten het tooneel doen en zeggen kan. Alleen is hij poëtischer dan deze soms zyn, en soms wat hoog-philosophisch, zooals bijvoorbeeld, wanneer hij zegt dat alleen die man de wereld verlossen kan, die haar iets onbereik baars als taak stelt. Maar dat is niet aanstootelijk. Omtrent de waarde van Sudermann's Johannes, waren het critici het, ofschoon het niet tot eene uitvoerige beschouwing mocht komen, zeer oneens. ?HIWIIIIIHIIIIUIIIIMIIIIIllllllllllllllllflIIIIHIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIMIIIIIUIIllllll Naar het Engelsch, VAN GRANT ALLEN. (Slot). Clo moest onwillekeurig bijna lachen; zijn ern stigheid was zoo grappig. U moet me bedenktijd geven," antwoordde zij eindelijk, blozend de oogen neerslaande. //Ik ik weet tot nog toe niet meer van u, dan dat ik u erg aardig vind, en dat u heel vriendelijk voor me is geweest." Chauncey Lothrop boog zich voorover en staarde haar in de oogen. //Neen, neen," zei hij. /,U moet 't mij nu zeggen. U moet me oogenblikkelijk ant woorden. Ik kan de onzekerheid niet verdragen. Mijn instructeur had groot gelijk, hij koa het aan mijn gezichïzien; ik ben bezig mijn land te ver raden en de race in gevaar te brengen om uwent wil, miss Percival. Ik kan nergens anders aan denken, overdag of bij nacht, dan aan u. Ik denk dat het gekomen is net, zooals ik op 't eerste ge zicht Engeland zoo lief heb gekregen dat mooie land van u, dat er als een keurige, zorgvuldig onderhouden tuin uitziet; uw dorpen, die schil dersidealen gelijken; uw vredige kerkjes verborgen achter guirlandes van levend groen; uw kathedra len, die met hun slanke spitsen indrukwekkend oprijzen; 't was mij alles als een droom. En zoo ook met de vrouwen. Van af het oogenblik dat ik aan wal stapte en de .blozende wangen, de in nemende bevallige manieren, den ougekunstelden Benigen deelden ds meening van den dichter zelf, dat dit zijn beste werk, zyn standaardpro ductie was; anderen lieten doorschemeren, dat hy' zich vooral niet verbeelden moest, eene soort van mystiek-religieusen Faust gemaakt te hebben. Toch zyn er ook in de korte verslagen heel mooie opvattingen op te merken, bij voorbeeld de omwenteling in Johannes zelf, die zich een gansch > anderen Messias gedacht heeft, dan Jezus ten slotte blijkt te zijn, en, nu het te laat is, eerst voelt wat hij had kunnen uitwerken, wanneer hij den Meester vooruit begrepen had. Wanneer hij dat inziet, is ook de kracht die hem bezielde verdwenen en hij ziet zonder smart het eind van zyne loopbaan. Dan begrijpt ook het volk hem niet meer; wanneer Herodes met de misdadige Herodias den tempel betreedt, ziet het den profeet vol verwachting aan, drukt hem een steen in de hand en huilt: »Steenigt ze!'1 Maar Johannes laat den steen vallen als hij denkt aan Jezus leer van liefde ; het volk scheldt hem voor verrader, zijn invloed is weg, Herodes zelf glim lacht om den dweper, en ware het niet om het gevlei van Salome en haar moeder geweest, hy' had hem het leven wel gelaten. Het slot der tragedie, wanneer Johannes, evenals Mozes het beloofde land ziende, maar niet be tredend, den Messias met triomfgejubel hoort inhalen en sterft, is zeer dramatisch. v. L. In de keizerlyke theaters te Sint-Petersburg is een nieuw model souffleurshokje ingevoerd, waarvan men veel goeds verwacht. Een acteur van den schouwburg te Moskou is de uitvinder; het ziet er uit als een groote schelp die in een kist gesloten wordt. De wanden van het kastje zijn van heel droog, zwaar gevernist hout, als een vioolkist, maar van buiten omgeven met lagen vilt en geperst papier. De souffleur zit veel dieper dan gewoonlijk; de toeschouwer ziet hem niet. Maar het voornaamste voordeel is dit, dat het publiek geen woord verstaat van wat de souffleur zegt, en de acteurs er geen woord van missen, «terwijl," naar de verslaggever meent, «tegenwoordig juist het omgekeerde het geval is." tlllllitilllllllllllllHIIIIIIIIIIIIIMIIIIIHIIIIIIIIIIIIillllHliilllHIllinilllllllHIIMIII KerünnM. Den Weledelen Heer S. VAN MILLIOEN. (Ingezonden). Onlangs las ik in het Weekblad de Amster dammer de volgende regels in een artikel van uwe hand: »De heerlijkste uiting van de protes tantsche kerkmuziek is en blijft het koraal. Zoodra die muziek echter daarbuiten gaat, krijgt zy een katholieke tint". Ik heb een tijd van betrekkelijke stilte in de muzikale wereld afgewacht, om u, zoo ik hoop, van eene onjuistheid te overtuigen. Volkomen stem ik met u in, wanneer u beweert, dat het koraal de heerlijkste uiting is en blijft van de protestantsche kerkmuziek. Maar ik zag er liever op volgen: «zoodra die muziek daarbuiten gaat, krygt zij een wereldsche tint." Nu is wereldsche muziek en katholieke kerk muziek, wat vele lezers misschien wel in uw schrijven gelezen hebben, echter volstrekt niet synoniem. Wel heerscht bij vele niet-katholieken de meening, dat de godsdienstoefeningen der ka tholieken aan wereldsche concerten gelijk zijn en misschien waren zij wel eens toehoorders bij de uitvoering eetier muziekmis van Beethoven of Haydn, meenende toen kerkmuziek te hooren, omdat het toch muziek was in eene kerk gezongen. Niets is evenwel minder waar. De heerlijkste uiting van de katholieke kerk muziek is en blijft het gregoriaansch koraalgeeenvoud uwer Eugelsehe vrouwen zag, zei ik in mij zelven: Ik moet een Engelsch meisje trouwen!" En gisteren was het gisteren pas 'f toen me vrouw Hambledon u aan me voorstelde, keek ik u aan en dacht ik onmiddellijk: Dit is de vrouw die ik moet trouwen, of anders geen. Herinnert ge u hoe Geraint Enid zag aan haar spinnewiel en dadelijk bij zichzelf zeide: Daar staat bij God's gena de een'ge vrouw voor mij?" Nu, ik ondervond precies hetzelfde. Ik gevoelde dat ik u moest vra gen mijn vrouw te willen worden, of sterven. En o^choon ik maar drie dagen voor mij had, besloot ik het te doen. Daarom vraag ik smeek ik u wilt u mij nemen of niet?" Clo nam haar toevlucht tot uitvluchten. Het aanzoek kwam zóó onverwacht, dat ofschoon zij den jongen man wel mocht lijden en blijkbaar getroffen was door zijn vurigheid en ernst, zij vau haar eigen gevoelens op dat punt nog niet zeker was. //Win deze race," antwoordde zij na een oogenblik zwijgen, en dan en dan zal ik verder zien." Lothrop keek haar met teedere oogen strak aan. Is dat afgesproken V" vroeg hij, als ik win, neemt u mij dan r1' O, dat beloof ik niet," antwoordde, zij schuchter terugtrekkend. Ik weet nauwelijks wat ik zeggen moet. Maar... doe uw best, en probeer; en mocht uw boot winnen, kom dan terug en vraag 't me." Dank u, dank u," fluisterde hij zacht, haar diep in de oogen ziende. U bezielt me met nieuw leven. Ik zal mijn best doen, voor de eer vau Baldwin en voor het hart eener Eugelsehe vrouw." IV. Dien avond nam de instructeur van Baldwin Lothrop in hun hotel ernstig ter zijde. Hoor eens, zeven/' zei hij, als een vader die zijn kind beknort, dat is ronduit schandalig. Je bent pardoes ver liefd geraakt en dat in de week van de race!" Chauncey Lothrop zocht zijn misslag niet te zang. Het is de katholieke kerkzang, omdat zij door de Kerk zelve is voorgeschreven. Mannen als Rousseau, Wagner, Halévy, Liszt, e. a. roemen om strijd de schoonheid van dien zang, zij kun nen geen woorden genoeg vinden om den aangrijpenden eenvoud, den rijkdom en de lenigheid van dien zang te waardeeren. Naast den gregoriaanschen zang staat de Kerk een plaatsje toe aan die muziek, welke in den Palestrinastijl geschreven is. Bestudeert men Palestrina's werken, dan ziet men voortdurend welk een ruim gebruik hy' gemaakt heeft van de gregoriaansche melodieën. Als men nu den gregoriaansche zang vergelykt met de muziek van Beethoven, Haydn en nog zoovele levende mee sters, dan komt men gemakkelijk tot de conclusie, dat deze laatste nimmer kerkmuziek kon zijn. Op de hooge muzikale waarde van vele meester werken wil ik niets afdingen, maar ik blijf be weren, dat de toonkunstenaars de kerk niet mogen beschouwen als eene plaats, waar men alles mag hooren, wat op de eene oi andere manier de ooren streelt. 't Is waar, in enkele groote steden van ons land wordt de zoogenaamd moderne kerkmuziek vaak uitgevoerd. Maar daarmede is zij nog niet tot eigenlyke kerkmuziek verheven. Eene beweging, in Duitschland ontstaan en op vaderlandsche toestanden van grooten invloed, heeft de theatrale kerkmuziek reeds van ettelijke plaatsen verdreven. De Vereeniging tot verbe tering van den Kerkzang neemt in bloei toe. De Katholieke kerkmuziek zal zeker haren goeden naam terugkrijgen en niet langer met wereldsche muziek verward worden. Hopende b\j UEd. en de lezers van dit blad eene onjuiste voorstelling van den aard der katholieke kerkmuziek weggenomen te hebben, verblijf ik met de meeste hoogachting, Uw dienstw. A. J. W. BRUGMAN. Het spijt mij den heer Brugman de illusie te moeten ontnemen dat hij mij overtuigd heeft en tevens moet ik mijn verwondering betuigen dat de schryver mijn artikel, waarin ik de grenzen van het Protestantsche kerkgezang besprak (dat ik ongeveer vier maanden geleden schreef) niet beter gelezen heeft. Ik ben het echter volkomen met hem eens dat het jammer is dat in zooveel kerken nog allerlei werken gezongen worden, die een veel te wereldsch karakter dragen, doch daarom kan men toch niet aan alle katholieke zangen, behalve de Gregoriaansche en die van Palestrina's een streng kerkelyk karakter ontzeggen. Ik moet een stukje geschiedenis ophalen om de zaak duidelijker te maken. Oorspronkelijk werd de kunst niet hoofdzakelijk als middel tot stichting aangewend in de katho lieke kerk. De woorden van de mis en andere bij de eeredienst in gebruik, werden gezongen omdat de stemmen in de groote kerkruimte zich dan beter konden voortplanten en iedereen de woorden zou kunnen verstaan. De schilderingen werden evenmin als kunst beschouwd doch als een middel om de gewijde geschiedenis gemak kelijk in het geheugen van de gemeente te prenten, dus als aanschouwelijk onderwijs. Doch spoedig zag men in, dat de muziek een heerlijk middel was tot opwekking van een heilige stemming bij de toehoorders, en op deze wijze kreeg zij hoe langer hoe meer beteekenis, evenals de schilder kunst, dank zij de geniale kunstwerken die ont stonden. Drie eeuwen na Gregorius kwam het meerstemmige in gebruik en weer later ontwik kelde zich de school van de contrapunctisten, Palestrina's voorgangers (waarom noemt de heer Brugman die muziek niet ? of vindt hij die ook al te wereldsch?) en tal van echt kerkelijke mees terwerken ontstonden. Zonder strijd ging het echter niet. De onmuzikale geestelijken hebben indertijd genoeg moeite gedaan om den gefigureerden meerstemmige zang weer uit de kerk te verbannen, omdat, naar zij beweerden, die muziek ongodsdienstig was, daar men die woorden niet kun ven/aait. Op het concilie van Trente is deze kwestie llitiliMiiMiitiiimiiiiiiiuimiiM ontkennen; hij trachtte dien alleen te vergoelijken; ,'t is een ongeluk waar ieder fatsoenlijk man op eiken tijd aan bloot s'aat," antwoordde hij. We kunnen het geen vau allen vermijden." De coach" fixeerde hem met zijn donkersten blik. -Luister nu eens goed naar me, zeven," vervolgde hij ernstig. //Als je voortgaat m«t 's nachts wakker te liggen eii aan dat meisje te denkeu, en onze race in gevaar te brengen, dan nu, al wat ik zeggen kan is, dat de jongens zullen weten, wiens schuld het is." //'t Is goed," gaf Lothrop gedwee ten antwoord, «ik zal probeereii te slapen ; en zoo hard te trekken als ik kan. Maar zeg, Bryant, zou je niet deuken, dat er aan den anderen kant ook iets voor te zeg gen was dat vrouwenoogen iemand ter over winning zouden kunnen leiden?" De coach" wierp hem een verachtelijken blik toe. Dat's allemachtig snoezige poëzie,waarde vriend," zei hij met omgekrulde lip, maar geloof me gerust op mijn woord, 't is verduiveld slechte training." Ghauucey Lothrop ging dien avond naar bed met zijn geest vol van Clo Percival. Hij deed eerlijk ziju best om te slapen; hij spelde tallooze malen zijn naam van voren naar achteren en vau achteren naar voren; hij dacht aan een onafzien bare kudde schapen, die door eeu heg sprongen ; hij nam alle beproefde middelen te baat die iemands gedachten heeten te kuunen afleiden, maar te ver geefs. Geen slaap ontfermde zich over hem. Hij lag wakker en woelde en dacht aan Clo's wenk brauwen. Of hij de race 'won of verloor, zijn Engelsch meisje moest en zou hij trouwen ! Ook bij Clo duurde het lang, eer de slaap haar oogen look. Zij dacht voortdurend aan Chauucey Lothrop. Als hij de race eens verloor en nooit terugkwam om ziju vraag te herhalen? Toen die gedachte zich aan haar opdrong, kwam het haar eensklaps voor dat als hij nooit terug kwam Chauncey Lothrop nu een verschrikkelijke leegte in haar leven zou achterlaten. Tegen den morgen sluimerde zij in en droomde ernstig ter sprake gekomen, doch gelukkig heeft de muzikale meerderheid besloten, dat die styl wel degelijk stichtelijk was en dus behouden moest blijven. Dat was tijdens Palestrina's verblyf te Rome. Wanneer de heer Brugman nu beweert dat de Gregoriaansche zang alleen mag worden toegelaten omdat die in de kerk ontstaan is, en dat de muziek in Palestrinastijl wel een klein plaatsje daarnaast mag hebben omdat die meester hoofd zakelijk Gregoriaansche melodien bewerkt heeft, dan stelt hij zich bijna op een even achterlijk standpunt als de onmuzikale groep, die indertyd voorstelde die meerstemmige werken uit de kerk te bannen. Wanneer de muziek vars de kerk een plaats inneemt, dan moet men die ook van een muzikaal standpunt beoordoelen en dan is het niet alleen de traditie, die den doorslag moet geven, doch vooral het karakter van de werken, welke men doet hooren. Dat heeft de heer Brugman blijkbaar niet begrepen. Mijn artikel was geschreven naar aanleiding van de uitvoering vanBach's Johannis Passion. Zoowel Bach als Palestrina hebben den strengen kerkstijl tot de hoogste ontwikkeling gebracht. Toen ik dus van kerkmuziek sprak, had ik alleen muziek van een echt kerkelijk karakter op het oog. Dat een lezer uit mijn artikel zou opmaken dat ik wereldsche en kerkelyke muziek synoniem acht, is mij ten eenenmale onver klaarbaar. Men kan uit al mijn vroegere artikelen weten, dat ik steeds tracht zoo nauwkeurig mogelijk te onderscheiden. Doch de heer Brugman heeft & tout prix eens een pleidooi willen houden voor de Gregoriaan sche muziek in de kerken. Dat is zeer loffelijk, want nog in veel te weinig katholieke kerken wordt die muziek naar waarde geschat. Het spijt mij alleen dat h\j een verkeerde ge legenheid heeft aangegrepen om dit te doen en dat hij niet voldoende ten strijde toegerust is gekomen, want de aangehaalde argumenten zijn, voor zoover ze juist zijn, zoo oud en bekend (voor bijna dertig jaar heb ik de beweging voor het herstel van den Gar;naauschen zang reeds gevolgd) dat ik niet begrijp dat hij met die argu menten mij meent te kunnen bekeeren. Ik ben het dus niet geweest die een onjuiste voorstelling van de katholieke kerkmuziek heb gegeven, doch wel de heer Brugman, die de muzi kale eischen van de kerkmuziek bijna geheel over het hoofd ziet en die niet schijnt te weten, dat in andere landen, in die kerken waar alle muziek in vrijen wereldschen stijl streng wordt geweerd, naast den Gregoriaanschen zang een zeer ruimen plaats aan de werken niet alleen van Palestrina, doch ook van de oudere Nederlandsche. Italiaan sche en andere meesters wordt gegeven. Doch bij ons stuiten wij eenigzins op de be zwaren van het middelmatige gehalte van vele onzer kerkkoren. Wanneer de heer Brugman te Parijs komt moet hij eens een dienst in de Eglise St. Gervais bijwonen waar uitsluitend in strengen kerkstijl wordt gezongen, dan zal hij begrijpen wat er ten onzent nog te doen valt op dit gebied en inzien in welke richting moet worden gearbeid. Over deze kwestie is heel wat te zeggen en zij verdient voorzeker in de hoogste mate de aandacht, doch het onschuldige aangehaalde zinnetje, waarvan ik aecn woord tenuj neem, kon allerminst aan leiding tot deze polemiek geven, wanneer het geheele artikel goed gelezen en begrepen ware. Wanneer de heer Brugman zóó streng is wat de oorsprong van de kerkzangen betreft, dan moet hij het ook sterk afkeuren dat de Grego riaansche zangen met orgelbegeleiding worden gezongen. Wel is o. a. in de Duitsche uitgave een strenge harmonisatie toegepast, doch de oudste wijze van harmoniseeren is van veel lateitijd dan de muziek van Gregorius. Wie dus de kwestie alleen van een traditioneel of historisch standpunt wil beschouwen, komt soms tot resultaten, die den invloed op do stichting van de kerkbezoekers van onzen tijd zeer zouden verzwakken. VAN MJLI.K,EN. jllllimillltllllMMIIimilllllimimMHIIIMIIIIIHIIimilllllllllimilllllMllllflIIII van Chauncey Lothrop. De rit naar Henley den volgenden dag scheen eindeloos. Eveuzoo schenen de nummers, die de race tusschen Baldwin en Oxford voorafgingen. Clo verwonderde zich, waarom zulke flauwe, on beduidende races op het programma werden gezet. Geen sterveling maalde een zier om de laatste match voor Ihe Diamond Sculls. Waarom maakten ze niet wat meer haast met het eenige glanspnut van den geheelen wedstrijd? Dien geheelen morgen kwam Chauncey niet in haar nabijheid. De instructeur zorgde ervoor. Nummer zeven stuurt de race in 't honderd," bromde hij. Tegen 6611 uur werd de baan ontruimd voor den internationalen wedstrijd. Clo zat verlangend aan den waterkant naar de verschijning der twee achten om den hoek uit te zien. Toen zij in het gezicht kwamen, kon zij haar hevige opgewondenheid niet langer bedwingen. Zij sprong op haar stoel en tuurde naar de booten. Zij kon ze goed onder scheiden. Daar kwamen ze aan Baldwiu vóór. Zeven was hun zwakste man bij het baantje trekken," riep een stem dicht naast haar uit. Zijn slag is beter vanmorgen." En zij bloosde van ge noegen; want zeveu was Chauncey Lothrop. Tegenover het grasveld maakten de Oxfordlui een kranige spurt. De toeschouwers juichten; kreten van Baldwin! Baldwin!" klonken door de lucht, gevolgd door even luide kreten van Oxford ! Oxford!" Baldwin is op," merkte iemand aan, ,/Oxford is zoo frisch als een hoentje! De Ameri kanen zijn goed, maar zij houden 't niet zoo lang uit als wij!" Toen, dicht bij de eindpaal, schoten de Engelschen vooruit en een oorverdoovend ge jubel: Oxford! Oxford! Oxford!" doorkliefde de lucht. jWie heeft gewonnen?" vroeg Clo bevend. Oxford, met een halve bootslengte," antwoordde de generaal opgetogen. Het was een roemrijke overwinning. Maar de

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl