De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1897 29 augustus pagina 8

29 augustus 1897 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1053 Het bezoefc te St. Petersburg. (Caran d'Ache in den Figaro.) De stoet in de zaal der borstbeelden (op den voorgrond de buste van Louis XIV. ie grens na de badreis. (ülk.) Dames-Mening, (Scraps.) Halve biefstuk geen fooi. Plat du jour vijf centen fooi. Wedstrijd van caricaturen op sport betrekking hebbende. Teekening door CHK. VAN NIFTRIK, te Petersburg, met den derden prijs bekroond. Diner van een daalder drie stuivers voor de bediening! Diner van een riks een kwartje voor Polly ! SCHETSJES. Chloroform, Naar het Fransch. Lolotte, z\j heet eigenlijk Clémentine, maar Paul, haar echt genoot, noemt haar altyd Lolotte, omdat hij beweert, dat zij en profil op Charlotte Corday gelijkt, Lolotte is erg ziek. Zy heeft een groote, witte vlek aan haar pink en daaronder Ijjdt z\j vreeselyk, en haar lief klein gezichtje is bleek en door p\jn verwrongen, en haar arme kleine zenuwtjes zijn zoo strak .gespannen als de snaren van een mandoline. Terwijl z\j op den dokter wachten want er moet een operatie De beste stuurlui staan aan wal. gedaan worden ! doet Paul zijn best, het arme kleine ding te troosten. Lolotte: »Zeg, zou de dokter me erg pijn doen?" Paul: »Welneen, schatje. volstrekt niet. Een klein prikje met een lancet en pst! alles is voorbij." Lolotte (huiverend van ontzetting): »0 ! .. .. dat is ver schrikkelijk ! Het denkbeeld alleen al.... Maar, zeg, hij zal me toch zeker wegmaken?" Paul (min of meer geërgerd): »Wat een onzin ! .... Voor een prikje, dat nog geen seconde lang pijn doet! .. . . Wees toch een beetje moedig!" Lolotte (pruilend): »Neen, ik wil niet moedig zijn, ik wil niet! Ik ben maar een arm, klein vrouwtje, en meer niet ! Ik ben niet een van Napoleon's grenadiers, die niets dan »0ef!" zeiden, wanneer hun hoofd door een geweerkogel werd afgeschoten!" Paul (ernstig) : »Luister nu eens naar me, lief klein poesje. Ik verzoek je vriendelijk, je niet te laten wegmaken !" Lolotte (huif schreiend') : »Maar waarom niet'/..., Je bent zeker bang, dat de dokter je dan meer zal laten betalen ?" Paul (verontwaardigd): »Maar Lolotte!" Lolotte: »0f vindt je het soms prettig, mij te zien lijden en my te hooren kermen ? .. .. Je bent een ongevoelige, slechte, wreede man !" »P a u l: »IIoe kan je nu zoo iets zeggen ! Als het maar kon, zou ik het immers graag in jou plaats willen doen !" Lolotte: »Nu, waarom wil je dan niet hebben, dat ik wordt Paul: »Wel, omdat sommige menschen geen chloroform kun nen verdragen .... Dan hebben ze na de operatie nog een tijd lang erge hartkloppingen.1' Lolotte: »Nu ja, maar dan hebben ze niets van de pijn gevoeld." Paul (aarzelend): »Het kan ook nog wel slechter afloopen. .. . Het is wel eens gebeurd, dat menschen, die bedwelmd waren, heelemaal niet meer wakker geworden zijn". Lolotte (onrustig): »Dat zeg je toch zeker alleen maar om mij bang te maken ?" Paul (ernstig): »Neen, werkelijk niet, dat bezweer ik je. En daarom wil ik niet hebben, dat je wordt weggemaakt! (Opaangedanen toon). Stel je eens voor .... ik zou immers zoo onge rust zijn ! Ik zou den heelen tijd door moeten denken : Als mijn kleine Lolotte nu eens niet meer wakker werd, als zij haar armen Paul nu eens alleen op da aarde achter liet! Wat zou er dan van Paul worden 'i Hij zou ook sterven ... ." Lolotte (zenuwachtig): »0ch neen, neen, zeg toch niet zulke dingen ! Dat is allemaal onzin.... Wat is dat nu voor een idee, om zóó tegen mij te spreken. En bovendien zul jij er toch bij blijven, als ik in slaap word gemaakt, en als je dan ziet, dat ik ziek ben, dan maak je me maar wakker, dat is immers heel eenvoudig." Paul: »Maar, lieveling, dat zou ik dan misschien niet meer kunnen." L o lo 11 e : »0ch ja, dat zal wel gaan .... In ieder geval w ik chloroform hebben." (Er u-ordt gescheld; de dokter komt linnen.) Dokter (vroolijk): »Goeden morgen, mijn klein patientje." Lolotte: »0, dokter, u zult me toch immers chloroform geven ?" Dokter: »Zeker kind, als ik je daarmee pleizier kan doen." Lolotte: »En belooft u me, dat er geen gevaar bij is ?" Dokter: »Gevaar ? Waarom zou er gevaar bij zijn?" Lolotte (triomfantelijk tot Paul) : »Daar, zie je nu wel ? (Tot den dokter) Paul heeft namelijk beweerd, dat ik niet meer wakker zou worden ...." Dokter (een sponsje, ziuachtels en chloroform te voorschijn halend): »Neen maar! hoe kom je er bij !" Paul: »Ik heb gezegd, dat het dikwijls ernstige gevolgen kon hebben . . .." Dokter: »Ja, bij zieken, die den dokter onbekend zijn of die een hartkwaal hebben waarvan de geneesheer niets afweet... Maar bij mevrouw, die ik om zoo te zeggen in de wereld gezet heb, die ik van haar jeugd af heb behandeld, e"n die ik net zoo goed ken, als mij zelf .. ." Lolotte (blozend) : »Maar, dokter"! Dokter (joviaal). »Nu, je hoeft heusch niet bang te zijn, kindlief; ik heb gisteren nog een patiënte gechloroformiseerd .... (tot Paul) Wilt u de spons vasthouden ? . .. . Dat was zelfs heel amusant! Stel je voor, het was een weduwe, een preutsch oud mensch, in wier tegenwoordigheid je de onschuldigste woorden niet kunt zeggen, zonder dat ze moord en brand schreeuwt.... En toen ze gechloroformiseerd was, begon ze te vertellen:..." Lolotte: »Wat ? ! sprak ze hardop ?" Dokter: »Ja, zoo iets gebeurt dikwijls." »Maar wat zei ze dan ?" »Ze zei maar aldoor: »Geef me nog een kusje. Lolotte: Dokter: Edgar!" Lolotte: Dokter: »Edgar ? Heette haar man zoo ?" >Wel neen ! Dat was juist het grappigste van het geval.... Haar man heette Anatole .... Ja, ja, dat behoort tot de kleine aangenaamheden van ons beroep." Lolotte (onrustig) : »Zij wist zeker, dat alleen u en misschien uw assistent er bij waren " Dokter: »A1 was de heele stad er bij geweest, dan zou ze het toch gedaan hebben ! (hij geeft Paul de spons) Wilt u nu maar zoo goed zijn.. . ." Lolotte (rerschrikt): »Maar .... ik .... Doet zoo'n prik met een lancet erge pijn?" Dokter: »0ch hemel! Wanneer je moest kiezen tusschen een kus en zoo'n prik, dan zou je geen oogenblik aarzelen .... Maar gelukkig zal je er niets van merken, ik za) je immers becfwelinen." Lolotte: »Ja,.... maar .... als ik nu eens mijn best deed . .. het zonder chloroform uit te houden " Dokter: »Ik zou het je niet aanraden.... Je bent veel te zenuwachtig en zoudt misschien flauw vallen Paul: «Bovendien staat de dokter immers er voor in. dat er geen gevaar bij is ...." Lolotte (op vastbesloten toon) -. »Neen, neen, ik wüniet! Ik zal dapper zijn. U zult het zien, dokter!" Paul (cerb/tasd): »Maar mijn kleine Lolotte, hoe kom je daar nu bij ? .... Zooeven wou je je immers met alle geweld laten ehloroformiseeren ?" Lolotte: »Ja, lieve man, maar ik heb me bedacht Zie je, ik doe het om jou, omdat jij er bij zoudt blijven, als ik bedwelmd was (op teederen toon) Je zoudt je veel te ongerust maken !"

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl