De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1897 19 september pagina 7

19 september 1897 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No 1056 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Boei en Tijdschrift. In de Nouvelle Revue van September, neemt Antoine Albalat het in M. Francois Coppée et la doctrine littéraire de Victor Hugo opvoerden auteur der overal voorgedragen »Grève des Forgerons". Hy toont aan, dat n de versificatie n de democratische poëzie van Coppée, met zy'n liefde voor het gewone burgermansgedoe en het lyden van het volk een voortzetting is van den arbeid door Hugo begonnen, hoeveel diens werk ook verschilt van de meer realistische litteratuur. In l'Essai sur la Perversitémaakt Camille Mauclair een scherpe onderscheiding tusschen de sexueele perversiteit en de geestelyke van groote mannen. Hy' verstaat onder die laatste soort hoegenaamd niets ziekelijk?, maar wil er alleen mee bedoeld zien, dat bepaalde menschen, buitengewoon begaafd, zóó door hun geestelyke arbeid worden in beslag genomen, dat hun denk vermogen zich noodwendig van al het aardsche afwendt. We laten het aan anderen over de nog -al vage spiritistische hypothesen te bestrijden, waarmee Camille Mauclair de oorzaken van die geweldige verstrooidheid, van die gehéle wijding van het wezen aan n idee tracht te verklaren. Mme. Mathilde Shaw geeft in een Lynch joyeux, die inplaats met het ophangen van een neger met diens bruiloft eindigt, een aangenaam schetsje van toestanden in de Far West. Het spreekt van zelf, dat ditmaal het politiek overzicht van 't russophile tijdschrift eindigt met: »Que vivent grandes a la fois la France et la Mussie «amies et alliées!" Men schijnt zich tegenwoordig in Frankrijk te interesseeren voor Zweden. Althans Maurice Gandolphe schrift in de Revue des deux Mondes over l'Art et les Artistes de Suede en ook Erik Sjoestedt. zoo al geen Zweed dan toch stellig een Scandinaviër, heeft een studie in la Revue de Paris: FM Suede en bespreekt o. m. de stijl, die tegenwoordig in Europa byna overal wordt ver breid. Pierre Loti opent een reeks Impressions d'Annam. Wel is er iets spannends in het noteeren van een landing der Franschen in Annam onder kanonvuur zóó dat iedere vy'f minuten de situ atie der strijdende partyen wordt beschreven, maar de indrukken, voor zoover ze nu gepubli ceerd zy'n, hebben toch niet de kracht en zuiver heid waarmee Loti anders kustpanorama's van vreemde landen weet weer te geven. De Pages inconnues van J. J. Weiss zy'n ook niet by'zonder sterk. Het zyn bladzijden uit een dagboek gedurende en na de Commune. Uitmuntend in Henri de Régnier in Contes pour trois soirs d'automne. Hy leeft zy'n droomen, zooals steeds, in saters en sirenen voort. Van Henri Chantavoine: Sonnets Forestiers, het woud gezien in gouden blijheid, in zilverblauwe nachtplechtigheid, in zwaar-zwarte droe fenis; fijn realistisch en soms naar Helleensche conceptie bewerkt. * # * Weer een interessante Jlollandsche Revue deze maand. Vooreerst een kloeke karakterschets over Mr. A. Kerdijk. De heer Netscher volgt het be langrijke leven van dien pówticus en geeft menig leerzame bladzy'. »De trekken dezer schets zijn los en ruim"; zegt hy aan 't slot, »'t is geen miniatuur-werk. Maar het doel was ook slechts om in groote lynen, niets meer dan contours, de politieke en sociale figuur van deze superieuren, geavanceerden geest aan te geven van Mr. Kerdijk die door zy'n ijveren voor leerplicht, voor uitbreiding van kies recht, zy'n bemoeiingen in zake het spaarbankwezen; .zijn verzachten der scherpe maatschappelijke cfiaa&yp&l. 7de Jaargang. l!) September 1897. Redacteur: R. J. LOMAN, adres: Stonehaven Streatham, L o n d en S. W. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. Mftiiiiiiiuiumn IIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIMMIIIII COEEESPONDENTIE. Verzoeke beleefd Weekblad van as. Zondag te zen den aau Pastor J. Je^persen Siendborg, Danmark. J. J. 8. te B. Dank voor uw gelukwenschen. Aan uw verzoek hebben wij voldaan. Hartelijk gegroet. Vervaardigd voor den On Halfjaar!. Internationalen probleemwedstrijd in dit blad. No. 400 van H. Mendes da Costa, te Amsterdam. Mat in drie (3) zetten. abcdefgh Oplossing van Xo. 298 (Jespersen). l P d4, K d4: 2 K b4:!, efG: f 3 d6 enz. eC: f 3 T f8 cf6 : 2 K b5, e6 b3 gf6: 2 T f8, 2 T bC 2 K b5, R c5 K d4: oo w K d4: 3 D c5 3 D c4 f 3 K b4 3 T b3 3 D c4 afscheidingen door middel van het Toynbeewerk; zijn wyzen op onhoudbare en onmenschelyke toestanden in fabrieken en bedrij ven; zy'n dapper polemiseeren in de Vragen des Tijds en het Sociaal Weekblad in deze nieuwe periode, welke bij de behandeling dier vraagstukken weer voor ons zal opdoemen, als de voorganger in het sociale werk, dat wij nu moeten gaan volbrengen reeds twintig jaar wachtend, tot wij eindelijk bij hem zouden komen. En nu komen wij." In de rubriek »Het Boek van de Maand" wordt deugdelijk besproken: Ruskin et la Religion de la Beautédoor Robert de la Sizeranne. De bekende redacteur van het Haarlemsche tijdschrift Woord en Beeld, de heer W. G. van Nouhuys, heeft weer een verzameling Studiën en Critieken laten verschynen. Het zy'n opstellen over moderne auteurs, over v. Deyssel, Kloos, Maeterlinck, van Eeden, Emants, Ada Negri enz. Werk van iemand die niet al te vurig is en niet al te bekrompen. Verstandige, degelijke woorden en meeningen. Van geen groote of litte*raire waarde. Uitmuntend voor menschen die nog alty'd een bekrompen idee hebben over de Nieuwe Gids. Ze kunnen in dit boek bedaardheid en »gezond verstand" waardeeren. * * * Van den jongen auteur Phociuc, die verleden jaar door zijn bundel novellen: Een Kalverliefde bekend werd, verscheen dezer dagen een lijvig boek, getiteld : De roman van Bernard Bandt. Het is onberispelijk werk, maar geen werk dat groot is en krachtig, geen werk waarvan men zeer sterk houden kan. Het is te klein van opzet en gevoel, ook al schy'nt 't zeer spontaan. We zullen 't weldra uitvoerig behandelen. F. R. Een jongensstreek van Alphonse Daudet. Alphonse Daudet heeft aan een redacteur van den Gaulois, die hem vroeg, waarom hij de feesten der Felibres te Orange en te Avignon niet medemaakte, verteld, dat hij niettegenstaande zijn kleine schermutselingen met zijn Proven^ialsche landslieden toch zelf iets van de door hem zoo geestig beschreven Tartarin-natuur had. Dit bewees hij door de volgende herinnering uit zijn jeugd. »Het was in den tijd van den Krim-oorlog; ik was toen nauwelijks dertien jaar. Men had mij de zorg toevertrouwd voor een klein neefje, dien ik naar Lyon zou begeleiden. Gy kunt u denken, hoe trotseh ik was op die opdracht. Stel u voor : men liet mij aan mij zelf over en maakte mij nog bovendien tot mentor van een klein kereltje ! Van Nimes gingen we naar Beaucaire met zijn lage poorten, zijn Sarraceensch karakter, dat deed denken aan een anderen ty'd en een anderen breedtegraad ! Het was voor my' een voorproefje van Algiers. In de stad heerschte een opgewekte drukte door de inscheping van de uit de Krim terugkeerende soldaten, die met dezelfde stoomboot gingen als wij. Ik had een aanbevelingsbrief aan den kapitein in mijn zak. Die kapitein neen maar ! als ik aan hem denk, moet ik nog schudden van 't lachen. In myn onervaren oogen was hij een oude zeerob, die reeds de ongeloofelijkste heldendaden moest heb ben verricht, zoo iets als een admiraal. En in myn jeugdig hoofd werkte en gistte het onophoudelyk. Plotseling viel mijn blik op een kleinen scheepsjongen, en bij het zien van diens aardig zeemanspakje, met de kranig, schuin op 't hoot'J gezette baret en de geheele houding, die den knaap iets avontuurlijks en tevens iets gezaghebIIIllllIUIIIIIIIIIIIIIIMIllllIlllllllltllll Opgelost door C. Kockelkorn, Keulen (21/2); L. A. Kuijers, Amsterdam (2) ; C. T. v. Ham , Kralmgsche Veer (2); H. H. v. d. Goot, Harich (2 U); W. Albregts, Amsterdam (3); E. S. Schortinghuis, Fmsterwold (31/3); G. Hovinga, Fiusteiwold (2); D. L A. Hemsius, Hoorn (l'-2); W. Beekhuis, Groningen; Juh. M. Keuning, Beetsterzwaag (2'2). Beoordeelingen (No 298). Die sehr originelle Idee ist dreizügig, aber die Aufgabe ist durch den geradezu erzwuugenen Spriuger*ug nur mangelhaft zu eincm Vierzüger erwcitert. Auch durch die beiden correcten, aber wenig bed utenden Nebenvarianten wird die Erweiterung nicht genügend motivirt. C. Kockelkorn. De 1ste zet ligt te zeer voor de hand, de werking der torens is zeer eenzijdig on 't vele slaan is ook minder fraai. Daarentegen is de 2de zet K b4: inte ressant om 'i gewaagde ervan. L. A. Kuijors. Wit is tot den Isten zet wel gedwongen. Behalve de var. K d4:, is er niet veel moois. Du dreiging 3 D c3 of D c4 is ook zeer sterk. C. T. v. Ham. TWEEDE NAT. COUEESP.WEDSTEIJD. O v e r w i n u a a r s g r o e p. Ze rende zet van Wit. Partij No. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. la. P b5 R e3 D e2 T el dc(>: 0-0-0 D f3: T el h g-j: D d2 e5 h4 d4 «U di Partij No. 16. 17. 18. 19. 1:0. 21. 22 23. 24. 25. 26. 27. 28. 2!). 30. d-5 P c3 P e4: fa R b3 0-0-0 ed6:e.p. a3 0-0 P e2 0-0-0 P b3 R b3 d3 Partij No. 31. 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45. h3 c3 P c3 R b3 P 13 R c6: R d2 R b5 R a2 0-0 Rd2 R a2 0-0 P d5 D d3 J. J. S. bends bezette, kwam ik op een vroolijken, een dollen, een stoutmoedigen inval, de echte »gal jade" van het Zuiden. Ik vertelde, dat ook ik uit Rusland terugkwam, en wel uit Varna, waar ik op de marineschool was geweest. En nu maar volhouden! »Men gelooft mij. Ik vertel de ongerijmdste zaken, maar alles wordt in goed vertrouwen ge slikt. Al die brave soldaten, die uit Rusland terugkwamen, maar die eigenlijk niets van het land hadden gezien, hingen aan mijn lippen en dronken my'n woorden in. Trouwens, ik ont leende de stof van mijn verhalen aan handige interviews. Wat ik van den een te weten kreeg, vertelde ik aan den ander, en zoo de rij langs. En om aan myn voorstellingen iets schilderachtigs te geven, behoefde ik hun slechts in de oogen te lezen, die groote, naieve oogen, die lachten en mij alles zeiden. »Wat een strop, die kleine man ! Hij heeft alles gezien! En wat een geheugen!" Het geheugen waren voor mij hunne oogen, die getrouwe spiegels. Mogelijk was het Tartarin, de latente Tartarin in mij, die mij al deze phantasieën toefluisterde. Wat hier intusschen van zijn moge, my'n brutaal optreden bewerkte won deren. Ik was spoedig een soort van kleine koning, de koning van het schip. Ik wandelde rond op het dek en in de kajuiten, alsof ik thuis was, met de zakken vol vijgen, pruimen en lekkers van allerlei aard, terwy'l mijn kleine neef, die nog nooit zoo'n pret had gehad, mij op den voet volgde. Aan de stations ging ik met de matrozen aan wal. Ik herinner mij, hoe ik uit een venster een klap om de ooren kreeg, toen ik, op de breede schouders van een stevigen matroos zit tend, aan een jong meisje een roode granaat bloesem wilde geven. Maar op een leeftijd van dertien jaar duurt de koningsheerlijkheid kort. Op een goeden dag vroeg mij een passagier, die meer scheen te weten dan de artilleristen en de matrozen, mij in tegenwoordigheid van de geheele bemanning, zonder dat ik op iets bedacht was, hoe het eigenlijk kwam, dat ik, die op de marine-school van Varna was, op de knoopen van my'n buis had staan: Lijcée de Nimes. Het antwoord bleef mij in de keel steken. Ik voelde dat het met mijn roem gedaan was. Gelukkig waren wij dicht bij de plaats onzer bestemming. En toen men Lyon" riep, klonk het mij in de ooren, als een kreet van verlossing." iiiiimiiHiiitiiiiiiiiiitiiiittiimiii iiiiiiiiiiiimmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii c/nazzcnban. <y Mijnheer de Redacteur, Daar u en het Handelsblad beide de opmer king maken dat ik, ofschoon gcloovige Katholiek, toch de LeerplivM voorsta, zou ik mij wel een paar aanmerkingen willen veroorloven. lo. Heb ik noch in het Evangelie, noch in mijn godsdienstige leerboeken ooit door mijn kerk een uitspraak gevonden, welke Icijen de Leerplicht zou zijn. Het is natuurlijk mogelijk dat een wet op de Leerplicht dusdanig zou zijn ingericht, dat het voor een geloovige onmogelijk zou wezen die te onderschrijven. 2e. Heb ik alleen de leerplicht genoemd als een geneesmiddel om de levensgevaarlijke operatie van ontzetting uit de ouderlijke macht, in veel gevallen te kunnen voorkomen. In het Katholiek orgaan De Noord-Brabanter van 7 September komt een hoofdartikel voor, waaruit blijkt, dat ik me niet duidelijk heb uit gedrukt, althans dat ik misverstaan word. Ik zou de wet op de Leerplicht het liefst hebben iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii miiimiiilllllliiiili UIT DE SCHAAKWERELD. In de September vergadering van het Kotterdamsch Schaakgenootschap" (Leeskabinet) gaf het be.stuur mededeeling van zijne plannen voor het aanstaande speelseizoen. Ouder ineer werd besloten dat er zal gehouden worden een doorlooponde wedstrijd van October tot Mei 1898. Gedurende elke maand wordt rcne partij gespeeld met denzelfden persoon, zoodat iedere speler vier partijen met Wit speelt. Er wordt daarbij voor den geheelen wedstrijd eene verplichte opening gesteld. Het d-)el van dezen wedstrijd is, dat de leden zich in eeno opening goed zullen inwerken. Er zullen 3 prijzen zijn, terwijl als premie voor correcte notatie 2 prijzen worden toegevoegd. De notatie zal niet verplichtend zijn. De wedstrijd valt blijkbaar in den geest der leden, daar vele deelnemers zich reeds opgaven. INTERNATIONAAL SCHAAKCONGRES te BERLIJN. Uitslag der eerste ronde, Maandag 13 September. Wit. Zwart. Marco l Cohn O Spaansch. lilackburne l Teichmann O Spaansch. Walbrodt l Charousek O Hpaanscli. Zinkl O Alapiue l d 4 opening. Metger l'2 v. Bardeleben l o Spaansch. Januwski l 2 Engliseh ' ?> Spaansch. Tschigorine ' > Schillers '^ Gew. Evansgambiet. Burn l'5 Albin l jj Weener. Caro l'-' Winawer l v? d 4 opening. Stichting '.' Schlechter 'l Gew. Evansgambiet. FHOMS' GAMBIET. onlangs gespeeld te Weonen. Wit. Zwart. L. l'Yied. K. Slechter. l fi e5 8 K f2 P c4 9 fr-,. p ,.,; 9 e3 Si L ie.). i u> JQ ^ jf^j Meestal geschied! hier y.m dezen zakken zet dü3 ed« :, R du: 4 l' l 3 g j treU Scblct.htel. umnia_ enz- dellijk partij. 'D Nu vol3 P f3 d(i gende slot is hoogst bril4 ed(>: R d6: Jam, 5 d4 P f6 10 gf3:! 6 R ?5 h6 11 R d8: f2 f 7 R Ji4 12 K e2 R g4 | Beter was 7 11 f C: 13 K d3 P 1)4 f 7 go! 14 K e4:J f5 t WEENER PARTIJ. Correspondentiepartij. Wit. Zwart. C. Methner, A. Rhode, Myslowitz. Schildberg. l el e5 2 P c3 P «6 ingevoerd zooals die sedert 20 jaar geleden in Duitschland bestond en zooals ze my zeer een voudig toeschy'nt. Door die wet werden alle ouders verplicht, hun kinderen van 6 tot 14 jaar te laten onderwyzen door geëxamineerde leeraren of leeraressen; de ouders bleven daarbij geheel vrij dit onderwy's in huis, in Staatsscholen, in par ticuliere scholen enz. te doen plaats hebben. Voor elke week zonder geneeskundige autori satie werd boete opgelegd. De Noord-Brabanter wyst me op de toestanden in Frankryk die zeker eerder afschrikkend zy'n dan tot voorbeeld kunnen strekken, en haalt daarbij zelfs criminalistische statistieken aan. Dit bewyst alleen niets dan een slechte organi satie. Ik weet ook niet of het onwetendheid is of opzet van den kant van de Noord-Brabanter, als deze verzwijgt dat in Pary's alleen by' de 30.000 kinderen rondloopen, hoewel de wet de Leerplicht voorschrijft: omdat gedeeltelijk de localen ontbreken en anderzijds de controle heel slecht uitgevoerd wordt. Een land dat op deze manier de Leerplicht invoert, kan er zich evengoed van onthouden. CATH. AMERDISGK THIJM. Offlcierstratteienten, Geachte Tempo! In No. 1053 van 29 Augustus bespreekt gij myn stukje voorkomende in No. 1049 van l Aug. Gij zegt daarin wel, dat ik niet kan lezen, maar toont niet aan, dat bijv. een school met 2 hoofden (bijv. Ie en 2e hoofd) niet even goed mogelijk zou zy'n als een compagnie met '2 kapiteins. Slechts als dit aangetoond is, vervalt het door mij geopperde bezwaar. Evenmin weerlegt gij mijn bewering, dat de mindere kans op promotie, die in uw stelsel de kapiteins zouden hebben, later weer reden zou geven tot nieuwe onte vredenheid. Dat het tractement in verband met de opleidingskosten voldoende is, spreekt gij niet tegen. Het aantal aspiranten voor de cadettenschool is nog altijd ruim voldoende. Gebrek aan jongens, die officier willen worden, is dus ook geen reden om 't tractement te verhoogen. Rest dus alleen de voorgeschreven leefwijze. Maar waarom stelt gij dan niet alles in 't werk om dat voorschrift veranderd te krijgen in plaats van een beginsel van promotie uit te denken, dat, toegepast op andere takken van dienst, enorme kosten voor Rijk en Gemeente ten gevolge heeft? Gij schrijft van »oude wijven", maar is wellicht die voorge schreven leefwijze, dat peinzen om zich meer voor te doen dan men is, oorzaak van het »oude wijven" worden? Heeft wellicht degene, die 't meest vertooning weet te maken, die zich in het salon 't best weet voor te doen, de meeste kans om hoofdofficier te worden ? Als de toestand van vrede, waarin wij nu sedert CO jaren leven, een nadeeligen invloed op het corps officieren heeft, zou dan detacheering in Indiëgeen verbetering kunnen aanbrengen ? Zou dit laatste niet tevens een middel zijn om jongens terug te houden, dien het meer te doen is om het »mooie pak" dan om het »vak"; jon gens, die meer aanleg hebben om een fat dan om een held te worden ? Ten slotte wil ik U er even op wijzen, dat niet alleen van de officieren maar ook van zeer veel andere ambtenaren de finantieele positie achteruitgegaan is door de wijziging in onze be lastingwetten. Met verschuldigde hoogachting, Uw dw. dr., J. K. Deze variant der Wee ner partij is van Louis Paulsen afkomstig. Zij werd o. a. met groote voorliefde en met veel succes jaren achtereen door Mieses aangewend. 3 R c5 4 R g2 P f6 5 d3 0-0 6 P ge2 do! 't Eerst gespeeld in een correspondeutiepartij tus schen Leipzig en Berlijn. 7 ed.">: 7 P d5:V dan P d5: 8 ed5:, P b-t 9 P c3 O c4> dan K f 5! en wint), R d4, gevolgd door R c3: en P do: met goed spel voor Zwart. 7 P b4: 8 P e4 P e4: 9 de4: f5 10 0-0 10 c3 lijkt sterker, doch is inderdaad veel minder goed, want Zwart zou dan aldus in 't voordeel komen 10 c3, fee : 11 cb-t , R f 2; f 12 Kd2, c5! enz. 10 fe4: 11 c3 Sterker was P c3. 11 P d5: 12 R e4: P 16 R eü'! dan 13 b4 en 14 ei. 13 D b3 f Ten gevolge van dezen slecht ovei legden zet krijgt Zwart een onweersUanbaren aanval en gaat de f-pion op den Uden zet voor Wit verloren. Dejuistc voortzetting was: 13 D d8:, Td8: 14Kc2: enz. 14 R g5 zou ver keerd zijn wegens 14 P e4:! 15 R d8 :, R g4 enz. Ook 14 E g2 was slecht. Bijv 14 B g2, U g4! 15 T el, B e2: 16 T e2:, T dl f 17 H f l, P g4 18 h3, P i'2: 19 T f2:, R i'2: 20 K f2:, T t'8 f enz13 K hS Nu moet E e4 gedekt en P g4 verhinderd wor den. Op 14 D c4 volgt P e4: 15 D el:, 11 h3 en Zwart wint den f-pion. 14 R g5 h6 15 T adl D e7 16 R f(5: D f6: 17 R &2 R 12: f 18 K hl e4 19 P f4 E e4:/ dan K h3 20 R g2, R g2: 21 K g2:, D f3 t enz. 19 e3 20 D c4 R 15! 21 R b7: Wit hoopt hiermede weder 't mateneelo even wicht te herstellen. 21 T abS 22 D c7: B g2 was de zet. Zwart krijgt door dit verzuim gelegenheid tot 't volvoe ren van een schitterende slotcombiuatie. 22 D b7:! 23 D b7: 1) e5 24 D b4 R e4 f 25 P g2 D fa! 26 T gl e2 27 ]) c4 T al dan R gl: 28 T gl:, R g2:, t 2'J T gl (of K g2:j, D f l f en 't mat is niet te beletten. 27 I) h3! eu Wit gaf op. Op D b4 wint D g2: f! en op D e4: volgt R g3 :! en mat is niet te dekken.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl