Historisch Archief 1877-1940
N*. 1059
DE AMSTEBDAMMER
A*. 1897.
WEEKBLAD VOOK NEDEKLAND
Dit nummer bevat een bijvoegsel.
Onder Redactie van J. DE KOO en JUSTUS VAN MAÜRIK Jr.
Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124).
Uitgevers: VAN HOLKEMA & WARENDORF, te ? Amsterdam,
Dit Blad il verkrijgbaar Kiosk 10 Boulevard des Capucines tegenover liet
Grand Café, te Parijs.
"^ l 4 XN A% * 1
Zondag 10 October,
Abonnement per 3 maanden ?1.50, fr.
Voor Indiëper jaar
Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar .
Advertentiën van 1 5 regels ?1.10, elke regel meer .
Reclames per regel
p. post ? 1.65
« mail « 10.
. . , 0.12'
. . 0.20
. . 0.40
Aan onze Abonnés.
Redactie en Uitgevers van De
Amsterdammer Weekblad voor
Nederland" hebben gemeend bij
gelegenheid van de opening der
Nieuwe Tweede Kamer hunne
abonnés te verplichten door de
samenstelling van een Album,
bevattende de Portretten van
de leden der Tweede Kamer,
benevens eenige mededeelingen
betreffende partij, maatschappe
lijke positie enz.
Het album is in bewerking.
Niettegenstaande de groote kosten,
aan die uitgave verbonden, wordt
dit album uitsluitend aan de
abonnés van ons Weekblad aange
boden voor slechts vijf en twintig
cents.
Reeds thans is de gelegenheid
opengesteld om zich de ontvangst
van een exemplaar te verzekeren.
Abonnés in de stad gelieven
daartoe 25 Cents te storten ten
onzen kantore, Singel 542 bij de
Vijzelstraat, terwijl den abonnés
buiten Amsterdam verzocht wordt
dit bedrag in postwissel te zenden
aan de Uitgevers van het Weekblad,
Van Holkema & Warendorf,
te Amsterdam.
I N H O U Di
VAN VEEEE EN VAN NABIJ: Een professor in de
Microchemie, door Microcensor, met beoordeeting van
P2-of. Dr. S. Hoogewerfl'. Stniting van collecten, uoor
Mr. M. C. Nijland. SOCIALE AANGELEGENHEDEN:
door D. Stigter. TOONEEL EN MUZIEK: De
maagd van Orleans, door F. v. d. G. Arthur
Nikisch, door Wouter Hutschenruijter. KUNST EN
LETTEBEN : Ernst Sigismund Witkamp f, door P.
Boek- en Tijdschrift, door F. B. Een bezoek bij
Verlaine. SCHAAKSPEL. FEUILLETON: Een uit
velen. BECLAMES. VOOB DAMES: Een arbeid
der liefde, door M. K. Allerlei, door E-e.
SCHETSJES: Finale, Naar het Duitsch, van Alfred
Lorek. INGEZONDEN. PEN- EN
POTLOODKBASSEN. ADVEETENTIEN.
iiiiiiniiiiiHmiiiinniiiimiiMiinttiiMMiiitmiiiuHiiiiinii
Een professor in de Microchemie.
Onder den bovenstaanden titel werd ons
het volgende ter plaatsing toegezonden:
De begrooting voor 1898 vraagt ?4000 voor
een te benoemen professor in de Microchemie,
?1200 voor zijn assistent en ? 500 voor zijn
amanuensis. Er zullen niet veel Kamerleden zijn,
die niet voor het eerst dit woord in de begrooting
gelezen hebben en nog minder die precies weten
wat microchernie is. Misschien zijn er enkelen die
de aankondiging gelezen hebben van het in LS95
te Hamburg uitgegeven boekje van Prof. H. Behreus
te Delft, <? Anleitungzurmicrochemischen Analyse"
gevolgd door nog enkele deeltjes en later, zöoals
nu onlangs, eenige verhandelingen van de Konink
lijke Academie over hetzelfde onderwerp van den
zelfden prof. Behreus. Men nias vreezen, dat dit
niet voldoende is, om het Nederlandsch publiek
met het wezen der microehemie bekend te achten.
Al licht, niet waar, denkt men aan een ander klein
boekje, eenige jaren vroeger verschenen van een
andere landgenoot, dat voor langen tijd een monu
ment zal blijven voor de Hollandsche wetenschap.
Ik bedoel: La Chimie dans l'espace" van J. II.
van 't Hoff. Toen Van :t Hoff in dat boekje den grond
gelegd had voor een geheel nieuw soort
,-cheikunde, de Physicocbemie, is hem te Amsterdam
een leerstoel aangeboden, niet in de Physicochemie
doch in de Chemie. Nog later, toen zijn roem door de
geheele chemische wereld was verspreid, kon Neder
land met zijn beperkte middelen hem niet geven,
wat Duitschland hem aanbood, en zoo verloren wij
een onzer grootste wetenschappelijke krachten. De
geschiedenis is bekend en ik vermoed dat het be
sef, dat Nederland iets goed te maken heeft aan
de scheikunde, een krachtig werkend argument zal
wezen voor het inwilligen van hi-t voorstel. Dat
echter ten onrechte, want prof. Behrens is geen
prof. v. 't Hoff en de microehemie is geed
physicochemie.
Physicochemie is een 'geheele nieuwe voorstel
ling der scheikunde. Vau af het optreden van
v. 't Hoff gaat het scheikundig onderzoek een ge
heel andere richting uit. De scheikunde neemt een
andere wetenschap, een physica, in zich op en er
ontstaat uit deze combinatie, een geheel nieuwe,
die met de vroegere scheikundige wetenschap alleen
een historische verwantschap heeft.
En wat is nu de microchemie. Laat ik het in
enkele woorden zeggen. Microchemie is de schei
kundige analyse van zeer geringe hoeveelheden
van te onderzoekeu stof. Zooals Bunseu met behulp
der vlam geringe hoeveelheden eener stof doet op
sporen (Flammenreactionen), heeft Behrens een
systeem gegeven om hetzelfde te bereiken met de
microscoop. Geringe hoeveelheden worden in een ge
schikt oplosmiddel in oplossing gebrac'it, met een
geschikt reagcns wordt een verbinding gemaakt, die
in karakteristieke kristallen zich voordoet en deze
kristallen worden onder de microscoop
Rediagnosticeerd. Reeds H^rting heeft van dit middel gebruik
gemaakt in 1SGC> tot het bepalen van
plantenbestanddeelen; later heeft Borichy in ].S77 dezelfde
methode tot het onderzoek van ertsen aauarewend.
Streng Haushofer (18S5), Clement en llenard (1,88(5),
Levy en Bourgeois en Otto Lehmaun hebben
nadere gegevens verzameld eu ten slotte heeft prof.
Behrens het verspreide materiaal tot, een systeem
bijeengebracht en het systeem met een aantal zelf
gevonden reacties verrijkt. Zoodoende hebben wij
aan Behrens te danken een zorgvuldige bewerking
van een onderdeel der analytische chemie, die in
enkele gevallen, welke echter zelden voorkomen, daar
meestal de gewone methode zekerder en nauwkeu
riger tot het doel leidt, aan den analytisciien
chemicus nuttige diensten kan bewijzen.
En hiervoor gaat men nu een afzonderlijken leer
stoel oprichten, als de Kamer het toestaat. Ik vraag
aan de scheikundigen van Nederland of werkelijk
de microchemie een zoo belangrijk onderdeel der
chemie is om de groote uitgaven aan een dergelijken
leerstoel verbonden, te wettigen. Want, een
hoogleeraar alleen is niet voldoende ; er komt bij een
assistent, een amanuensis, een laboratorium met,
zijn jaarlijksche onkosten, microscopen, toesteilen
enz. Bovendien, de microchemicus van Nederland
is professor aan dezelfde universiteit als waarvoor
de leerstoel gevraagd wordt. Hij kan microchemie
doceeren zooveel hij wil. Wordt een ander tot
hoogleeraar in de microchemie benoemd, dan is
het de vraag, of dit aan het microehemisch onder
zoek ten got-de zal komen.
Ons hooger onderwijs kost een schat geld. Alleen
onze universiteiten hebben vijf physisehe laberatoria,
met kostbare toestellen, die eei.s in 't, jaar uit de
doos gehaald worden, om gedurende enkele minuten
vertoond te worden. Zou de Tweede Ivainer niet
wel doen te weigeren de oprichting van een leer
stoel, die van gering belang zal zijn zoowel voor
de wetenschap als voor het hooger onderwijs?
MirKOCENSOK.
Daar de beschouwingen van »Microcen,«or"
ons minder juist toeschenen, hebben wij het
oordeel ingewonnen van den Delftschen
hoogleeraar in de scheikunde, Dr. S. Hoogewerft'.
Van dezen ontvingen wij het volgende
schrijven :
Door de welwillendheid der Redactie word
ik in staat gesteld kennis te nemen van den
inhoud van bovenstaand stuk. Het geeft
naar het mij voorkomt een geheel verkeerden
indruk omtrent het doeltreffende van het
voorstel der Regeering, dat daarin besproken
wordt, door de onjuiste en scheeve voor
stellingen, die het stuk bevat. Van de ge
legenheid mij tot weerlegging gegeven, maak
ik in het belang der zaak gaarne gebruik,
waarbij ik echter niet, kan vermijden in eenige
bijzonderheden te treden.
De omschrijving, die Microcensor van de
physicochemie en hare geschiedenis geeft en
de wijze waarop hij zoodoende den naam van
onzen beroemden landgenoot Van 't Hoff in
verband brengt met de microchemie, waarvan
de beteekenis hoofdzakelijk op praktisch gebied
is gelegen, zou op zich zelve reeds tot ernstige
kritiek aanleiding geven.
Immers verraadt reeds de bewering, dat in
het boekje »La chimie dans l'espace" door
Van 't Hoff de grond is gelegd voor een
geheel nieuw soort scheikunde,'Ael'liijsicoe-hemir.,
voor eiken deskundige, dat Microcensor noch
van den inhoud van dit geschrift, noch van
de Physicochemie eenig begrip heeft. Door
»La chimie dans l'espace" werd namelijk tot
een anderen, nu bloeienden tak der scheikunde, j
de Stereoehemif, de grond gelegd, terwijl door l
geheel andere geschriften van Van ''t Hoff !
dan Microcensor schijnt te kennen de groote j
vooruitgang der physisehe en theoretische '
scheikunde, dien wij aan onzen landgenoot te
danken hebben, werd veroorzaakt.
Maar van meer belang dan de weerlegging
dier holle onjuistheden is het voor de lezers
van boyenstaand stukje, die van het onder
werp niet op de hoogte zijn, dat de aarc
en de beteekenis der microchemie duide
lijk worden in het licht gesteld; ook hierom
trent toch blijkt telkens Microcensor's on
kunde. Want waarlijk, het pseudoniem
Microcensor kenschetst des schrijvers kleine
opvatting van zaken op treffende wijze. Zijn
gezichtskring is zoo beperkt, dat hem de be
langrijkste zijden van zijn onderwerp ontgaan,
en de schets, welke hij van het wezen der
microchemie geeft, de wijze, waarop hij hare
beteekenis en den omvang van het terrein
waarop zij zich beweegt, omschrijft, geven
eenvoudig een caricatuur van de voorstel
lingen, die omtrent dien vorm van natuur
wetenschappelijk onderzoek door eene ernstige
studie van de werken van Behrens en anderen
worden verkregen.
Ik krijg den indruk alsof Microcensor
slechts de inleiding totde anorganische
microchemische analyse van Behrens heeft gelezen.
Daaraan ontleent hij blijkbaar de historische
data, die hij aan de lezers van het Weekblad
ten beste geeft. Men moet echter, ook om
juister over de verdiensten van Behrens te
dezen opzichte te kunnen oordeelen, aan die
citaten nog het volgende toevoegen.
De eerste eenigermate volledige publicatie
van Behrens microchemische analyse (in de
Annales de l'Ecole rolytechnvme 189_') trok in
het buitenland dermate de aandacht, dat
Bourgeois den schrijver verzocht die
verhandeling_ te mogen opnemen in Frémy's Ency
clopedie chimique, van welk klassiek werk de
arbeid van Behrens, eenigszins door hem om
gewerkt en aangevuld, het IVe deel (1893)
uitmaakt.
Gelijktijdig deed de heer Judd, F. R. S.,
professor aan het Royal College of Science
te Londen, het aanzoek eene engelsche uitgave
te _mogen bewerken, waarna in 189f> de door
Microcensor aangehaalde duitsche bewerking
verscheen.
Renard, door Microcensor zelf genoemd,
begroet die werken met de woorden: »(J'est
l'oRUKre d'uu saecmt, q/ti peut eire considér
(} juste Utre comme, l'initiatcur de eettc belle
methode."
En Renard staat niet alleen in zijne waar
deering. In 18!);") kwam reeds dr. Piloty, op
verzoek van profespor E. Fischer, directeur
van het universiteitslaboratorium te Berlijn,
eenige maanden te Delft doorbrengen om zich
onder leiding van Behrens op de hoogte te
stellen van de toepassing der toenmaals door
hem gepubliceerde microchemische methoden,
teneinde_te Berlijn daarin onderricht te kunnen
geven. En de overkomst met, het zelfde d<^l
van een docent aan een der aruerikaanscne
hoogeseholen is kort geleden slechts verhin
derd, doordien het professor B;:hrens aan tijd
en gelegenheid ontbrak, om dien geleerde als
leerjing te ontvangen.
Kan men, na van deze feiten te hebben
kennis genomen, aannemen dat Microcensor's
schets omtrent Behrens's verdiensten ten op
zichte van dit deel der microchemie juist is,
of wat van nog meer gewicht is dat zoo
warm door de eerste deskundigen zou begroet
zijn, eene methode die, altijd volgens Micro
censor, »in enkele gevallen, welke echter slechts
zelden voorkomen, daar meestal de gewone
methode zekerder en nauwkeuriger tot het
doel leidt, aan den analytischen chemicus
nuttige diensten kan bewijzen"?
Met Microcensor's omschrijving van micro
chemie als »de scheikundige analyse van zeer
geringe hoeveelheden der te onderzoeken
stof" is dan ook slechts op n der
voordeelen, en niet het meest belangrijke, gewezen,
die de toepassing der mikrochemische methode
boven den gewonen vorm van scheikundig
onderzoek aanbiedt, Een der hoofdkenmerken,
waardoor de microchemie zich gunstig onder
scheidt, is de groote besparing aan tijd, die
zij mogelijk maakt.
Op het jongste Natuur- en Geneeskundig
congres te Delft in April van dit jaar, is in
aanwezigheid van vele belangstellenden ge
demonstreerd, (lat met behulp der microchemie
een qualitatief chemisch otiderzoek in 10
minuten kan afloopen, dat langs den gewonen
weg 3 _ uren zou gekost hebben. Het aantal
te verrichten bewerkingen, hoewel subtiel van
aard, is tot een minimum gereduceerd; het
is een arbeid van hooger orde geworden.
Ijverig wordt er dan ook door de mijn
ingenieurs en technologen aan de Polytech
nische school, althans voor zoover ze toilieden
gelcgcnlieid hadden, iets van microehemie te
Ifcren, van die methode partij getrokken.
Daarbij biedt d« microchemische analyse het
voordeel, dat zij evenals het
blaaspijponderzoek, dat zij in _algemeene bruikbaarheid en
vertrouwbaarheid verre overtreft, weinig ruimte
en toestellen vereischt en dus overal, onaf
hankelijk van chemische laboratoria, kan
worden toegepast. De beteekenis van dit feit
springt in het oog. wanneer men bedenkt
onder welke omstandigheden de mijningenieur
op zijne tochten, de technische chemicus in
de fabriek dikwerf hunne onderzoekingen
moeten verrichten.
Maar om dit belangrijke hulpmiddel te
leeren toepassen is, ook nadat men zich
vooraf in de gewone scheikundige analyse
bekwaamd heeft, uitnemende deskundige
leiding noodzakelijk bij de hooge eisenen
aan vaardigheid en kennis, die de
mikrochemie stelt en de veelvuldige afwijkingen
van de bekende methoden van werken.
Tijdroovend is dit onderricht, dat veel meer
door practische oefeningen, dan in de college
kamer moet worden gegeven. Onjuist is dan
ook Microcensor's uitroep: »De microchemicus
van Nederland is -docent aan dezelfde uni
versiteit)?) als waarvoor de leerstoel gevraagd
wordt. Hij kan microchemie doceeren zooveel
hij wil." Onjuist, want de microchemicus van
Nederland is aan de polytechnische school
overladen met ambtsbezigheden: college-uren
in de mijnbouwkundige vakken en het leiden
der mineralogische oefeningen der
mijningeriieurs. Slechts nu en dan, in een welwillend
door hem ter beschikking gesteld avonduur
of na afloop van den cursus, kan hij tot heden
den leergierigsten eenige kruimels van die
kunde aanbieden, waar zoo gaarne velen volop
gespijsd zouden worden. Zoo _ heef t b.v. inden
aanvang dezer zomervakantie professor
Bshrens aan de heeren dr. SjoJ-lema, direkteur
van het rijkslandbouwproefstation te Gronin
gen, dr. Klobbie, assistent aan het anorga
nisch chemisch laboratorium te Leiden, de
heeren van Breukeleveen en Eydman, assis
tenten aan de polytechnische school, een
kleinen cursus in de microchemie gegeven.
Anderen, die gaarne hadden deelgenomen,
werden uit gebrek aan tijd en ruimte afge
wezen.
Talrijk is dus het aantal van hen, die dit
onderricht verlangen en dit op veel ruimer
gebied dan dat der anorganisch scheikundige
analyse! Want het gebied, waarop de microche
mische methoden eene zoo doeltreffende wijze
van onderzoek vormen, is door Microcensor
veel te beperkt voorgesteld.
In 1894 heeft Behrens een werk gepubli
ceerd (wellicht een der deeltjes door Micro
censor in zijn aanhef bedoeld) Ueber das
mikroskopische Gefüge der Melalle nnd Lcgirungen.
Dit werk ontlokte in de Oesterreichtche
Zeitschrift f TL r Berg- und Hutten wesen den
uitroep : »Ei>t Faehmann auf mikroskopisclien,
cheinischen, nnd petrotjrafisclien Gebieten musste
die Fraye der Mikroxtnictur der Metallc in die
Hand nel/men, nnd ivir kontie.it das voiiiegende
lley/i dcshaih uur auf das Warmste begrüssen.
Osmond, autoriteit op dat gebied, maakte
in zijne belangrijke voordracht, die hij kort
geleden op het congrts voor het onderzoek
van bouwmaterialen te Stockholm hield, in
ruime mate, ook in de lichtbeelden, die hij
daar demonstreerde, van de waarnemingen
gebruik, die Behrens in dat boek heeft
medegedeelt en het Instituut van Ingenieurs hier
te lande, is zoodanig van de praktische
beteekcnis van het onderwerp overtuigd, dat het
den technoloog Baucke uitnoodigde eene voor
dracht, door hem op het congres te Delft
gehouden, in uitvoeriger vorm in de zitting
van het Instituut van U September 11. te her
halen. Uit het zittingverslag blijkt voldoende
tot welke belangrijke gedachten wisseling die
voordracht aanleiding gaf.
Waar zuiver scheikundig onderzoek voor
den werktuigkundig-ingenieur het antwoord
moest schuldig blijven op zoo menige vraag,
door den drang der praktijk gesteld, komt het
microehemisch onderzoek van metalen en
metaalalliages, bepaaldelijk het onderzoek
van hunne oordeelkundig blootgelegde
microtructuur, voor hen nieuw licht verspreiden
:n voelt hij zich gedrongen zich daarin ter
beoordeeling zijner grondstoffen te bekwamen.
Maar bovendien, ook op het gebied der
analyse van organische stoffen heeft de
microhemie eene ruime en belangrijke toepassing
jevonden. Ze is daar van veel meer beteekenis
dan Microcensor ons zou doen vermoeden.
lot voor korten tijd waren het buiten het
;errein van den botanicus en den pliysioloog
in hoofdzaak slechts de pharmaceuten en
medici, die, bepaaldelijk ter opsporing van
enkele alealoïden en bij het onderzoek van
urinesedimenten, zich van microchemische
reakties bedienden. Door een werk, in afleve
ringen verschijnende en waarvan sedert 1895
een 300 pagina's groot octavo met tal van
)laten, de waarnemingen weergevende, het
icht zagen, heeft Behrens eene handleiding
roor de microchemische analyse der belang
rijkste organische verbindingen gegeven,
(Ancilung zur microchemisclien Analyse der
vielitigsten ortjanisclien Verbindunyen, von
'rof. H. Behrens, Delft) die hem als
baanreker op dit gebied stempelt. Thans is ook voor
Ie analyse van organische stoffen, een wellicht
uitgestrekter en moeilijker gebied dan de