Historisch Archief 1877-1940
No. 1061
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
~&~ II*
DAMEjS.
Londen,
Education Congress; de stichtingen
van Lady Aberdeen en die van
Mrs. Philipps.
't Is bekend, dat de zon nooit ondergaat in liet
rijk van koningin Victoria. Het gebied ligt over
de geheele aarde verspreid, zoodat, nu hier dan
daar, de wereldverwarmer hoog aan den hemel
staat. Bij gelegenheid van het onlangs gevierde
feest stroomden derhalve van alle kanten
waardigheidsbekleeders toe om de Jubilaresse hulde en eer
te brengen. Zelden of nooit zijn er zooveel kolonie
autoriteiten tegelijk te Londen geweest ah in de
maanden Juni en Juli. Dat was te verwachten en
werd blijkbaar voorzien door het Comitévan de
Woman's Work Section de regeling van het
Education Congress, vastgesteld op 12,13 en
14 Juli, getuigt het. Gretig aanvaardende de ge
legenheid nauwkeurige en betrouwbare inlichtingen
te bekomen omtrent het peil en de uitkomst van
het onderwijs in de koloniën, ten einde het verder
van dienst te kunnen zijn, werd in het program
aan de overzeesche bezittingen het leeuwendeel
toegekend.
ste dag 2.30. Education in the Colonies, presi
dent Lord Loch; sprekers: The Marquis ofLorne,
Canada; Hon. W. P. Rewes, Nieuw-Zeeland; en
Sir W. Windeyer, Australië, 's Avonds 9 uur:
Receptie der gedelegeerden bij de Countess of
Warwick.
2de dag 11.30. Education in India, president
Lord Hobhouse; sprekers Hon. H. M. Birdwood
en Professor Gokhle.
2.30 's middags : Medical Training for Woman
in England, presidente Mrs. Henry Fawcett,
inleidster : Mrs. Garrett Anderson, M. D. Medical
Women in India, ingeleid door Mrs. Scharlieb.
M. D. //The Care of the Sight in Childhood and
outh," door Miss Ellaby, M. D.
3de dag 11.30. Agricultural Education for Women
in Great Britain and the Colonies, president llt.
Hon. H. C. Plumkett, M. P., sprekers: Lady
Georgina Vernon, Mr. Macan en anderen.
Debat overal toegestaan.
De eerste zitting heb ik niet bijgewoond, en er
door evenveel bezoekers hoog over hooren opgeven,
als het niet al te belangrijk hooren brandmerken,
hetgeen opnieuw bewijst, dat een ongemotiveerd
oordeel alle waarde ontbreekt.
Den 2den dag, als den Isten, gaf de hooge
regeering, gelijk verschillende besturen van
onderwijs-instituten, blijk van belangstelling door hun
afgevaardigden, mannen van beteekenis naar hun
schitterende kleedij te oordeelen ; ook zaten er
op het platform vele vrouwen van heinde en ver
gekomen om den bestaanden toestand te schetsen,
aanwijzende, waarin deze uitblonk en wat er in
ontbrak.
Voor mij echter had de middagzitting meer waarde.
Mrs.Garrett Anderson, als tal van Engelsche vrouwen,
spreekt bijzonder goed. Van hetgeen ze echter zei,
ben ik lang niet alles eens. Zoo bijv. ried zij jonge
meisjes aan om een medische school voor vrouwen
te verkiezen boven een gemengde universiteit, als
die van Londen. Op welken grond ? De vrouwe
lijke studenten, vergeleken bij het getal manlijke,
witte raven, voelden er zich, zij sprak uit ervaring,
in haar vrijen tijd zoo eenzaam en verlaten, ter
wijl haar in de speciaal voor vrouwen ingerichte
scholen allerlei ontspanningsmiddelen: leeszaal,
lawntennisveld etc. etc. ten dienste stonden. Dit
lijkt mij een pover argument toe. Wanneer toch
manlijke en vrouwelijke jeugd zich kan scharen in
dezelfde colegezalen, werken in dezelfde operatie
kamers, waarom zoa zij zich dan niet kunnen
spijzigen aan dezelfde tafel, ontspannen in dezelfde
reading-rooms of op dezelfde velden ? Voor mij
vaststaande, dat onderwijs zonder groot opvoedend
element steeds weinig zaaks zal blijken voor het
leven, en voor opvoeding boven alle theoricn der
boeken het verkeer tusschen man en vrouw gaat,
ben ik een onvoorwaardelijke voorstandster van
gemengd onderricht in alle perioden. Dat
landgenooten van de inleidster mijn meening geheel of
gedeeltelijk deelen, bracht de discussie aan het
licht. Mrs. Garrett's bestrijdster, eenmaal aan 't
woord, maakte van die gelegenheid gebruik om
aanstaande medica te raden niet direkt na de
high-school zich aan de studie te gaan wijden, maar
ten minste een jaar vacantie te nemen ter werke
lijke ontwikkeling van den geest en ter voorbe
reiding voor het leven, daar de high-schools niet
veel anders gaven dan oppropping met feitenkennis.
Als die beschuldiging waarheid bevat, waarom de
high-schools dan niet in een andere richting ge
dreven, is de vraag, welke, hoewel voor de hand
liggend, waarschijnlijk om een glibberig pad te
ontkomen, niet door de inleidster werd gedaan,
zich bepalende tot de opmerking, dat studie aan
wier eindpaal een of meer examens staan, heel wat
gemakkelijker gaat vóór dan na de 25 jaar.
Mrs. Scharlieb sprekende over Medical W
omen in India, maakte de opmerking, dat de
vorming der meisjes vooral zou geschieden met het
oog op de koloniën, hetgeen een ander deed zeg
gen, dat ze daarin niet veel anders dan tijdverlies
zag, daar de vertrouwdmaking met koloniale toe
standen en koloniale moeilijkheden niet anders dan
in de koloniën zelf kon geschieden.
Een soortgelijke meeaing hoorde ik den volgen
den dag uiten, nadat Agricultural Educa
tion for Women in Great Britain and
the colonies werd ingeleid door den voorzitter
Rt. Hon. II. C. Plunkett, M. P., een Ier, van wien
men getuigde, dat hij voor den landbouw van zijn
geboortegrond in 25 jaar meer had gedaan dan de
regeering gedurende een geheele eeuw. Aan de
discussie werd deelgenomen door een lersche vrouw
van veel ervaring, hoewel lang niet oud. Zij sprak
met zeldzaam gemak en tintelend van gezonden
humor. Toch verwierf zij niet de eer, welke haar
toekwam. Hoe dat? Het ging haar als velen, zoo
niet allen, die ik ooit heb hooren improviseeren
zonder voldoende aanteekening; ze verdwaalde in
bijzonderheden, zoodat ze tot de orde moest ge
roepen worden, waardoor zoo min spreekster als
't gesprokene tot zijn recht kwam.
Aan het einde van dit welgeslaagde congres,
werd door meer dan een dank gebracht aan de
Countess of Warwick, zonder wier krachtig initia
tief het nooit tot stand zou zijn gekomen.
ELIZE A. HAIGHTOX.
iiiiiiiiitiiiimiiiiiiiiiiiiiiMiiiiifiimiiiiiiiiiiim
Een fora Yoor aitiflzoeisters,
Sinds lang is men het er over eens, dat de
agentschappen en bureelen voor vrouwelijke
werkzoekenden in alle deelen der wereld, vol
komen onvoldoende zijn. Het is overbodig te
wijzen op de gevaren en onaangenaamheden die,
behalve de gewone gebreken, sleur, zorgeloosheid,
afzetterij, daarbij te duchten zijn. In The Woman
at Home zet Mrs. Tooley uiteen, welk plan door
Sir Walter Besant is bedacht om aan de gebreken
van die agentschappen enplaatsing-bureaux tege
moet te komen. Het plan is bij hem niet pas opgeko
men; de leidende gedachte was sinds lang deze :
de vrouwen voort te helpen in de talryke vakken
die zij tegenwoordig ter hand nemen, en vooral
in het belang van de vrouw en van den man
te zorgen dat zij niet er toe gebracht worden,
onder den markt te werken. Sir Walter Besant
heeft hier niet het oog op fabrieksmeisjes, win
keljuffrouwen en dienstboden, daar wordt elders
voor gezorgd; zijn plan betreft op dit oogenblik
voornamelijk de dames-journalisten en
tweedehand-schrijfsters, die voor spotprijzen werkenen
het honorarium der mannen met het hare doen
dalen.
Het plan is dan, te Londen een hoofdbureau
te vestigen, en in de provincie filialen; het eerst
zou noodig zijn een zeer bekwame secretaris,
met organiseerenden geest, of nog eer een secre
taresse, want dames hebben, zooals ons bij de
liefdadigheidsinstellingen blijkt, dikwijls veel meer
talent voor organisatie, dan mannen. In de kleine
steden en dorpen zou men honoraire secretaressen
benoemen, maar in de groote steden, Manchester,
Birmingham, Liverpool, zou het werk een be
zoldigde vereiscben, die er al haren tijd aan gaf.
Alle filialen zouden in gemeenschap zijn met het
hoofdbureau, waar een compleet register zou zijn
van alle vrouwen, die in deze vakken werk zochten.
Gouvernantes, particuliere secretaressen, journa
listen, voorlezeressen, vertaalsters, zouden zich
tot het hoofdbureau wenden en de werkgevers
zouden kunnen uitzoeken en precies krijgen wat
zij noodig hadden. Het bureau zou zorgen dat
een behoorlijk salaris voor behoorlijk werk werd
uitbetaald. Er zou een uitgebreid
informatiewerk bij behooren ; het bureau zou moeten zorgen
dat niemand in de boeken kwam, omtrent wiens
goeden naam en bekwaamheid geen goede inlich
tingen verstrekt konden worden. Hetzelfde zou
ook moeten gelden voor de werkgevers.
Er zouden aan het plan kosten verbonden zijn;
Sir Walter Besant meent die te kunnen bestrijden
door twee dingen: een tijdschrift als orgaan,
waarop ieder lid zich abonneeren zou, en waarvan
hij in Londen en Manchester 10.000 exemplaren
per week denkt te slijten, en een kleine
jaarlijksche contributie, b.v. drie gulden, hetgeen veel
goedkooper is dan hetgeen de verhuurkantoren
of agentschappen nemen. Een koloniale editie
en eene voor het vasteland zouden al spoedig er
bij komen. Voor de oprichting van het bureau
zouden dan ook geen giften of subsidies moeten
gevraagd worden ; met een beetje voorschot zou
het zich al heel spoedig bedruipen. Toch zou
men al gauw voor groote kosten komen ; al heel
spoedig zou het blijken dat men een rechtsge
leerd raadsman noodig had, om de leden om
trent wettelijke eischen en verplichtingen voor te
lichten, haar te helpen om van failleerende uit
gevers het geld te krijgen, of tegen onbillijke
wegzending op te komen ; maar dit alles gaat bij
de Authors Society evenzoo, en levert daar geen
bezwaar op.
Het plan van Sir Walter Besant is al in
handen van uitvoerders. Het is aangenomen als
eene afdeeling van de National Union for Workers,
en zal door het »Womens' Institute" dat door
Mrs. Wynford Phillips te Grosvenor Crescent
wordt opgericht, voor practische uitvoering uit
gewerkt worden.
Te Philadelphia heeft een dergelijke
damesvereeniging eene betere waterleiding voor de stad
verkregen ; te Pittsburg heeft zij de rivier gered
van verontreiniging door den afval der
slachtplaatsen. Deze twee en eenige
zustervereenigingen zijn zelfs bezig de nationale Amerikaansche
gewoonte van het spuwen op openbare plaatsen
tegen te gaan. Te Boston onderzocht eene
vereeniging van «Collegiale Alumnae'' zonder eenige
ofticieele opdracht de schoollokalen; zij ver
klaarden dat slechts 13 van de 180 een voldoende
hoeveelheid versche lucht verschaften, in 41
percent der gebouwen waren nooit de vloeren
geschrobt. Toen zij dit in orde gebracht hadden,
begonnen zij aan de winkels en fabrieken. Chicago
heeft het eerst vrouwen als
gezondheidsinspecteurs aangesteld.
Vrouwen-initiatief.
Wanneer in Europa huisvrouwen last hebben
van een aschbelt, een poel, een stilstaande sloot
of iets dergelijks, klagen zij er onder elkaar over,
soms spreken zij er over met haar man, en
vragen hem, aan het gemeentebestuur te schrij
ven, wat hij niet doet; soms, bij toeval een
gemeenteraadslid ontmoetend, vertellen zij het
hem terloops, en hij belooft er iemand over te
spreken, wat hij vergeet.
In Amerika is dat anders. In New York City
waren elf dames, die last hadden van de lucht
van een vuilnisbelt; zij vormden in lss| een
«Ladies' Health Protection Association" met elf le
den en begonnen te werken, /ij hadden veel moeite
met de Gezondheidscommissie, mot Publieke
werken, met den Senaat van Alliany, maar na een
paar jaar waren zij de ergerlijke nabuurschap
kwijt. Toen begonnen zij met de slagers en
dwongen hen in plaats van de ouderwetsche
slachthuizen een model-abattoir te bouwen. Twee
jaar later wisten zij «klein Italië'' te reorganiseeren,
een overbevolkte dievenbuurt vol met krotten.
Nu zijn zij bezig om de stalhouders te
persnadeeren hun stallen netjes en zindelijk te houden,
maar dat heeft meer moeite in. De autoriteiten
die eerst tegenstrevend waren, berustten langza
merhand in de bemoeizucht der dames en be
gonnen haar de hand te reiken, zoodat haar
invloed steeds wassende is.
Jloeilcn en veeren. Vrijheid roor jonge
meisjes. J'elotn. Hands of Hope.
Opéra-comique. Tafelver&iering.
Recepten.
De overwinning der veeren schijnt volkomen
te zijn. Struisveeren, Indische haneveeren,
pelikaanveeren, zwaneveeren met wat fluweel en
wat bont, is al wat de dames dezen winter op
het hoofd zullen dragen. Wat den vorm van den
hoed betreft, te Parijs ziet men drieërlei: een
geheel vlakken vorm, met breeden platten rand,
waarop de Struisveeren (gewoonlijk twee, met
een gesp boven het voorhoofd verbonden) bijna
glad om den bol van den hoed liggen. De tweede
vorm was er dezen zomer al: de bol is hooger,
de rand aan den linker kant hoog opgebogen,
en daar door een dikke toutïe fluweel gesteund.
Eindelijk de derde vorm, voorloopig de meest
geliefde, de vorm van een ineengefrommelden
baret, die zich uit den turban van verleden j aar
ontwikkeld heeft; deze is ook van fluweel, moest
versierd met fluweel in verschillende nuances en
met veeren, die niet meer als messen of pluimen
in de hoogte staan, maar zich meer dwars en
achterover om het hoofd vlijen.
De kleur is blauw, violet, rouge-IIérodiade,
en warmbruin. Men heeft niet enkel al die
slappe en gekrulde pluimen, maar ook wel vleugels,
Walkyrenvleugels aan beide zijden van het
hoofd of boven het voorhoofd door een kopje
met snavel en juweeloogen vereenigd, als het
hoofdsieraad eener Egyptische koningsdochter.
Er was beloofd dat de groote hoed in den
schouwburg verdwijnen zou, en vervangen worden
door een klein kunstwerkje, een niets, een wonder
van kant en juweelen spelden. Er is nog niets
van te zien. De hoeden zijn misschien niet zoo
hoog meer, maar breeder, zoodat het voor de
achter de dames zittende hoeren op hetzelfde
neerkomt.
* *
*
Waar geniet het jonge meisje de grootste vrij
heid V Volgens Mrs. Gertrude Atherton (in het
Octobernummer van Womaii' «t llomc) niet in
Amerika. In Europa meent men wel, dat het
Amerikaansche meisje volkomen geëmancipeerd
is, zegt Mrs. Atherton, maar dat is alleen toe te
schrijven aan de horden luidruchtige j ongedochters
van minder allooi, die jaar op jaar Engeland en
het Continent overstroomen. In Amerika zelf is
het anders. De publieke opinie is er eene Mrs.
Grundy, niet minder streng en duizendoogig
dan in Engeland en waakt met angstvallige
zorg. liet is waar, het meisje van goede familie
wordt in Amerika even vrij opgevoed als haar
broers, zij kiest ook zelf haar man en weet
waarom, zij krijgt evenveel zakgeld als de jongens
en veel royaler uitzet, zij regeert haar ouders
vaak met een ijzeren roede ; maar andere dingen
staan daar tegenover. De meisjes, die een beetje
de moeite waard zijn, worden niet minder goed
bewaakt dan in Europa; ze komen gewoonlijk
niet op straat of in een winkel, zonder gezel
schap ; uit rijden te gaan met een heer, zonder
oude dame als chaperon, zou uitsluiting uit
haar kring tengevolge hebben; met hem te wan
delen in een niet-fashionable gedeelte van de
stad, zou dwaasheid zijn ; cadeaux aannemen, is
geheel verboden. Als een aantal jongelui naar
concert of schouwburg gaan, is er altoos een be
jaarde dame bij.
Mrs. Atherton bekent, dat zij zelf een heel
onaangename ondervinding heeft gehad, /ij heeft
zes maanden allerlei smaad en uitsluiting moeten
lijden, omdat zij bij afwezigheid van haar man
en zonder geleide, een gezelschap jongens en
meisjes, beneden de zeventien jaar, meegenomen
bad naar een kermesse d'ététe San Krancisco,
en met den nachttrein met ben teruggekeerd Was.
liet grootste onderscheid tusschen do Ame
rikaansche meisjes en de Engelsche is dit, dat
de eerste worden aangemoedigd, om haar eigen
opinie te hebben en uit te spreken en de laatste
niet.
Waar is dan de vrijheid 'i In Noorwegen,
volgens Anna llvoslef' in 'Vla' llinnnnHnriiin.
De volkomen vrijheid der vrouw in .Noorwegen
is oorzaak, dat vreemdelingen haar gedrag wel
eens verkeerd uitleggen: de overijlde opmerker,
die taal on gewoonten niet kent, vertrekt met
een geheel onjuisteu indruk, liet jonge meisje
wandelt alleen, waar 7,ij wil; zij gaat naar schouw
burg en concert geheel alleen, /ij wordt van
partijijos door niemand gehaald ; men kan
baaidus 's nachts geheel alleen op straat tegenkomen.
De oorzaak ligt misschien in de groote massa
arbeidsters, ook onder de vrouwen; zij passen
wel op zichzelf, de anderen ook. Dames dineeren
geheel alleen in restaurants, drinken het een en
ander in café's ; een jonge man, dien zij kennen,
komt bij haar zitten, lang oi' kort, niemand be
hoeft daaruit te denken, dat zij verloofd zijn.
Ken gevolg is wel, dat de zoo opgevoede
meisjes, veel minder op etiquette lettend en wat
mindor verfijnd in manieren- wat minder dame;1,
zijn vlnn de vrouwen irv andore landen ; maai1
ze lu'.blien daarentegen veel gezond verstand, veel
kennis, veel lust en aanleg om in de wereld
rond te kijken en meestal een onbedorven hart."
* *
*
»Wie een nieuwen schotel uitvindt, bewijst aan
de menschheid een grooter dienst dan hij die
een nieuwe ster ontdekt," moet Brillat-Savarin
of Piossini of een ander practisch philosoof ge
zegd hebben. Eveneens wie een nieuw spel
ontdekt. In Spanje is men zoo gelukkig geweest,
en het spel heet »Pelota". liet behoort bij de
soort waarin tennis, football en cricket beroemd
.zijn. Het eigenaardige is, dat alle ballen »over
eenige banden" moeten gespeeld worden; dat
wil zeggen, men heeft voor het spel eene binnen
plaats noodig met vier muren. De bal wordt
tegen den eenen muur geslagen, zoodat hij terug
vliegt naar den tweeden, het doel van beide
spelers is, te maken dat hij den grond niet raakt.
De pelota-hof moet liefst GO meter lang, minder
dan 40 breed en de muren ongeveer elf meter
hoog zijn; er zijn dus heele gebouwen voor
noodig. De bal moet de muren niet hooger dan
tien meter raken. De vloer, met asphalt bedekt,
is afgedeeld in 15 a 20 vakken; wanneer de bal
het eerst wordt opgeslagen, moet hij van den
voormuur tusschen het vierde en zevende vak
terugkaatsen. De spelers hebben een soort
sikkelvormigen handschoen aan van mandewerk,
die den geheelen voorarm bedekt; daarmee slaan
zij den bal; deze is van leder of caoutchouc en
weegt vier (Eng.) ons. Er zijn vier spelers, twee
aan iederen kant; de ballen worden met verba
zende snelheid geslingerd en eene partij, die
soms wel 80 of 90 minuten duurt, vereischt de
heftigste en inspannendste lichaamsoefening. De
Basken zijn bekend als de krachtigste en vlugste
«pelotaris".
* ., *
In Engeland wordt dit jaar het vijftigjarig
jubilee van de «Bands of Hope" gevierd; de
matigheidsgenootscBappen onder kinderen. Het
denkbeeld ligt in de erfelijkheidstheorie, die
door de stichters werd gezien, lang voordat zij
mode werd. Mrs. Carlile, de oprichtster van de
eerste «Band of Hope", bezocht gevangenissen;
zij nam een aardig meisje van een der gevangen
vrouwen bij zich in huis, om het op te voeden
en te trachten het aan alle slechte invloeden te
onttrekken. Het kind groeide heel lief op, maar
op een dag, toen de meid een flesch brandewijn
liet vallen, en het kind de lucht er van in den
neus kreeg, kroop het er terstond op haar knieën
bij en begon het scherpe vocht op te likken. Dit
geval maakte een diepen indruk op de pleeg
moeder ; zij besloot tot de oprichting van een
Idnder-niatigheidsgenootschap. In November 1817
werd de eerste afdeeling gevormd.
*
* :'f
Er wordt wel eens geklaagd dat de oude
1-Vansche opéra-comique in verval is, niet de
dramatische tragische, die alleen opéra-comique
heet omdat er in gesproken wordt, Curwen,
JM'xjnon, maar de oude vroolijke opéra-comique
die veel van een vaudeville had, en wier succes
evenveel te danken had aan den amusanten tekst
als aan de vroolijk-opwekkende of aangenaam
teedere muziek, JM dame Manche, 7>c /lostilloit
de Loiii/jiinieiin, JM fille tin regiment, en zoovele
van Adam, Auber en anderen, dat men nog wel
aardig zou vinden. De groote publieke instel
lingen schijnen er geen nut meer in te zien, maar
het genre leeft weer op in handen van dilettanten.
Op de l'ransche kasteelen wordt nog gezongen en
comedie gespeeld. Mme de Trédern, zelf een uit
muntende zangeres, deed op het kasteel Brissac
uitvoeren Lc Jïritru van Salvayre en Madame
Tarlapin van Guiraud ; de hertog van Massa gaf
op zijn kasteel Francoville twee stukken van
Labiche, Mon Itsnihiic en 7/c.s 37 sous de Monsieur
Montandoin, waarvoor hij zelf zeer verdienstelijke
muziek geschreven heeft.
De herfst met al de feesten op de buitens is
weer begonnen. De jachtpartijen worden er af
gewisseld met diners, races, en vooral ker messen
d'été, waar zakloopen. mastklimmen, draaimolens,
tietscircussen, hippodrornes en dergelijken aan de
invites gelegenheid geven om hun vlugheid te
toonen.
*
* *
Iets nieuws voor tafelversiering is in Frankrijk
ingevoerd, als afwisseling van de guirlandes van
versche bloemen op tafel, waar oorwurmen
uitj kruipen en die zoo gauw verwelken. Men laat
j een gepolijst zilveren plaat maken zoo groot als
de tafel, het is vooral toepasselijk op de
diners en soupers aan kleine tafeltjes. en
haar, als men wil. met een zilveren rand omgeven.
De jonge meisjes knippen dan papieren bloemen,
heel veel en zoo mooi mogelijk, en schikken die
op de zilveren plaat, als losse bouquetjes. als
guirlandes, los of in strengen stijl, regelmatig of
wild. Dan wordt er esn glazen plaat van dezelfde
grootte overheen gelegd, en de bloemversiering
op den zilveren spiegelgrond doet zich uitmun
tend voor.
liet eigenaardige is, dat met het afnemen en
schoonmaken der tafel, do geheele ordonnantie
verstoord is, en men dus gedwongen is den
volgenden dag een nieuw arrangement te bedenken.
In plaats van de heele tafel te bedekken, kan
men ook een ronde of ovale spiegelplaat in het
midden leggen, met bijpassend glas in lijst
er over heen.
'f- ':?'.
Di/iit^tn i:/td'^c, De iltintxoi: is een Engelsche
pruim: men maakt er een stijve nurrnelade van
op deze wijs: do bodem van de pan wordt goed
l vochtig gemaakt, tegen hot aanbranden ; dan laat
] de damsons er tot moes in koken dit duurt
] ongeveer oen uur - - en duwt ze door oen
gvoven zeef. I!ij elk pond moes voegt men.'!/1 pond
broodsuiker, laat alles nog zacht een uur in de
i pan warmen, dan een half uur tlink koken, kraakt
dan de pitten en voegt er de kernen van bij
het tiK'os. E-e.