De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1897 28 november pagina 9

28 november 1897 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

Ne. 1066 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Le manneQuin il'osier. De nieuwste roman van Anatole France, Le .mannequin d'osier, sluit zich aan bij zijn vorigen, UOrme du mail en geeft, als deze, een beeld van het provinciale leven en tevens de gedachtenstrooming van een deel der Fransche maatschappij. leder moet Anatole Trance geestig vinden ; eigen lijk van hem houden zullen weinigen. Hij verte genwoordigt eene eigenschap die in een hoek der Transche litteratuur steeds is na te sporen en in een deel van het Fransche volk zit, maar niet de beminnelijkste eigenschap. Men zou haar den ironischen grijnslach kunnen noemen ; Scarron in zijn natijd, Voltaire (maar niet de Voltaire van Jean ??Calas), Courier in enkele zijner brieven, eenige anderen dïe geest hadden maar met den ouden dag hun vroolijkheid verloren, hebben in dienzelfden toon geschreven. Hun glimlachende bitterheid heeft niet de minste gelijkenis met de misschien even scherpe, maar openhartiger satire van Rabeais, van Molière, van Lesage, van Alphonse Karr. Er is iets Thersites-achtigs in ; niet jaloerseb, maar toch vermeiend, ontledend, af knagend, vernietigend; in het Engelsch verwant aan Swift, niet aan Goldsmith ; onder de nieuweren kan men zeggen dat ook Flaubert in Bouvard et Pécuchet, Pailleron, Bergerat en Becque er sporen van vertoonen. Vandaar dat Anatole Frauce's boeken, uitmun tend geschreven, in een onberispelijken stijl, vol 'vleiende fijnheden en subtiele eigenschappen, nooit populair zullen worden. De boeken die populair worden, moeten een overtuiging doen gevoelen, ?een geloof aan iets goeds of verheffends, en dit alles juist schijnt Anatole France met zorg en vlijt te ondermijnen. Deschamps in den Temps noemt hem een /,-sapeur de bases." De held of hoofdpersoon van Le Mannequin d'osier ;(ofschoon de man niets heldhaftigs heeft en door niemand als een hoofdpersoon beschouwd wordt) is de heer Lucien Bergeret, niaitre de conférences ^aan. de faculteit der letteren. Hij woont op een derde verdieping; in de droevige studeerkamer waar hij aanteekeningen op Virgilius zit te maken, heeft Lij een plaats moeten inruimen voor de ?manden pop, waarop Madame Bergeret haar japonnen ?drapeert, en waaraan het boek zijn naam ontleent. Den heelen dag staat die manden -pop daar in den weg, een hindernis, een bespotting, een noodlot; als een skelet in de cel van een boeteling ; als een vrouw zonder hoofd, een lichaam zonder ziel, een spook van de vrou*enwereld b'j welke de arme professor nooit geluk heeft gehad, een spotbeeld met heupen en boezem, een zinnebeeld van al de beslommeringen van zijn huiselijk leven. De manden pop symboliseert het gebrek aan ruimte in de burger woning, de hongerige moderniteit te midden der edele klassieken, de leelijke pretentieuze toiletten der zuinige Madame Bergeret tegenover het losse gewaad van Pallas Athene of de schoonheid van Aphrodite. Om dat beeld heen is bijna iedere persoon in het verhaal ook een type of een symbool, meest vau iets droevigs ofonedels. Bergeret vertegenwoordigt de Universiteit, niet thuis hoorend in onze maat schappij, onhandig, zwak, belachelijk rr.et al haar oude voortreffelijkheid. Als geleerde wordt hij gehin derd door de piano oefeningen zijner leelijke dochters, door het bordengewasch en de lucht van gootwater uit de naburige keuken ; a's vader wordt hij ge hoond door het wegraken van zijn schrijfpapier onder de friseerijzers, het slinsreren van bigoudis tusschen zijn boeken, van waschlijstjes tusschen zijn werk ; als man wordt hij onbeschaamd bedrogen ?UMiMmiiimmiimii 7de Jaargang. 28 November 1897. Redacteur: R u d. J. L o m a n. 15 Avenue Road, Regent's Park, London N.W. Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. No. 409 van J. Móller te Kopenhagen. Vervaardigd voor den Gn Ilalfjaarl. Internationalen probleemwedstrijd in dit blad. Mat in drie (i)) zetten. abc d e f g h Wit 9, zwart G stukken. UIT DE SCHAAKWERELD. Ons vermoeden dat Walbrodt na de 4de partij de match zonder veel moeite zoa winnen, blijkt alles behalve gegrond te zijn geweest. Daar Walbrodt slechts de 5de of 6de partij remise behoefde te maken om de match te winnen, btonden Janowski's kansen on dit oogenblik vrij wel hopeloos. Dat hij er niettemip in geslaagd is deze beide partijen, en daarna nog de vervolg-match, te winnen, bewijst opnieuw welk een door de brutale Madame Bergeret, en het helpt weinig of hij zich troost met het overlezen der verhevene gedachten van keizer Marcus-Aurelius ; als ambtenaar maakt hij een slecht figuur met zijn rossigeu jas, vuile witte dassen en paarlemoeren overhemdsknoopjes, die wegzakken uit de verwaar loosde knoopsgaten. Het leger wordt getypeerd door den amant van Madame Bergeret, een jong mensch, die een jaar dient zonder vaderlandsliefde of ambitie, ook zon der morren; hij is lui en merkt op, dat wanneer men maar kalmpjes slaperig is, zooals iedereen, zijn best doet om niets uit te voeren en niemand te hinderen, de toestand wel .dragelijk is. De prefect vertegenwoordigt de administratie, vervelend, groot. sprekerig, intrigant, liberaal en waardeloos, met de reactionaire prélète, die hem tegenwerkt; de abt Guitral, braaf, werkzaam en kuisch, die niet zal vooruitkomen, symboliseert de Kerk met den abt Lantaigne, die de kat in donker knijpt, intri geert en bisschop zal worden. De magistratuur is al niet beter; de stadsarchivaris misbruikt zijn bevoegdheid om na te pluizen hoe alle voorname families in de stad hun bloei aan schurkachtige voorvaderen te danken hebben. Dit alles zou een treurig troepje zijn, wanneer zij niet over de voosheid van hun omgeving in den volmaaktsten stijl en met de pikantste geestigheid redeneerden; als men het boek neerlegt is men ingelicht, dat de menschheid, met wetgeving, gods dienst, moraal, eerlijkheid, vaderland, heden, ver leden en toekomst, overtuiging, illusie en levensleugen, zoo iets wanhopig banaals en verachtelijks is, dat het nauwelijks de moeite waard is, er de schouders over op te halen. Le Mannequin <fosier, zegt Deschamps, is met zijn vroolijken schijn, een handboek van ontmoe diging en nihilisme. Als de hier geschetste toe stand waarheid was, dan moesten Frankrijk en de menschheid berusten in volkomen verlamming. Het boek, zoo ontmoedigend van inhoud, is in vorm een meesterstuk. De streelendste, vloeiendste stijl, telkens treffend door zijn gladde juistheid en helderheid, wordt afgewisseld met de opzettelijke ruwhedeu waaraan het lezend publiek langzamer hand gewend is geraakt; het werk is tnffend van realisme, en de tegenstelling tusschen de feiten en de antieke litteraire philosophie waarmede mijnheer Bergertt zijn eigen ongelukken en de gebeurtenissen zijner dagen beredeneert en tot allerlei averechtsche resultaten komt, is allerdolst. v. L. ETLNSCHAP Hans Bontemantel's Banieren. De, rcf/cei'inge van Amsterdam, soo in 't r.iviMe als crimineel en militair. (1.6531G72). Ontworpen door Hang Bonte mantel. Uitgegeven door Dr. G. W. Kernkamp. Twee deelen. (Werken van het Historisch Genootschap te Utrecht.) 's Gravenhage. Martinus Nijhoff, ] 8!I7. Sinds een dertigtal jaren herbergt het Amsterdamsche archief een groote verzameling geschrif ten, bij de historici vrij wel bekend als de papieren van Bontemantel. Reeds onze stadshistorieschrijver Jan Wagenaar heeft ze onder de oogen gehad, waarschijnlijk door welwillendheid van de eene of andere familie, welke deze omvangrijke collectie aanteekeningen van een voorvader als een erfstuk bewaarde. In 1817 werden zij door eene afstammelinge onovertroffen aanvalspeler Janowski is. /onder Walbrodt's bekwaamheden te willen verkleinen, verheugt ?'t ons toch dezen gunstigen uitslag voor Janowski te kunnen eonatateeren. Zooals wij van verschillende kanten vernamen, werd Walbrodt op den paa gehouden wedstrijd te Berlijn in hooge mats door 't geluk begunstigd; Janowsii daarentegen vervolgde 't nood lot. Indien in deze match 't omgekeerde 't geval is geweest, dan heeft de fortuin beide spelers slechts gelijkelijk bedeeld. 't Verloop der match was als volgt : Janowski R, O, R, O, l, 1, I, l = 4 Walbrodt K, l, R, l, , O, O, O 2 De naamloozo Vennootschap sportterrein den Haag zal op Zaterdag 11 December een voorstelling organiseeren van een schaakpartij met levende geenstumeerde iiguren en den volgenden dag een kleinen wedstrijd houden, waarvoor fraaie prijzen zijn uitge loofd ; alles onder leiding van den secretaris van den Ned. schaakbond. Zondag 21 November werd in het Leeskabinet te Rotterdam een massakamp gehouden tusschen het Rotterdamsch Sehaakgenoct.schap" en de Haagsche Vereeniging Discendo Disuimus" waaraan 13 leden deelnamen nl. voor den Haag : de heercn Mr. v. Houten, Mann, Rahuren, v. d. Pot, M. Edersheim, E Edersheim, Mr. Hartogh, v. Dam, Jhr. Ram, D'Aumerie, Mr. Patijn, Jhr. Mr. v. Doorn, Beet». Rotterdam, de heeren: v. Woelderen, Malta, Kelner, v. Roosendaal, de Koning, Har'ong, Aalhuizon, Lowia, Symons, Huinck, Sehnitzler, Frai c,ois, Dijkman. De uit^lBg was : Don Haag 1ste ronde 7 gewonnen en 2 remise is 8 ; 2de ronde 4 gewonnen en 2 remise is 5, Ie zamen 13 Rotterdam 1ste ronde 4 gewonnen en 2 remise is 5 ; 2de ronde 7 gewonnen en 2 remise is 8, te samen 13, zoodat het re-ultaat gelijk wa?. Eenige partijen, die niet op tijd eindigden, wei-den door de leiders, in overleg met den heer J. J. Speet, Breda beslist, Vele belangstellenden waren aanwezig. WEENEll PARTIJ, gespeeld in den massa-kamp tusschen Rotterdam den Haag. Wit. v. d. l'ot (den Haag), .fc » » £ V CA 3 f4 P c6 R c5 Zwart. v. Roosendaal (KottciGam). Hierdoor gaat 't spel over in een var. van 't gow. K-gambiet. ± p f3 d6 van dien voorvader, een reeds bejaarde dame, der regeering aangeboden, welke evenwel van dit aanbod geen gebruik heeft kunnen of willen maken. In 1840 kwamen z\j voor op eene auctie van Weddepohl; zij waren toen het eigendom van jhr. Beeldsnyder van Voshol, en schenen by die gelegenheid niet te zy'n verkocht Wat later zien w\j het overgroote deel der oorspronkelüke col lectie in handen van den bekenden Amsterdam schen verzamelaar Isaac Meulman, na wiens dood het Amsterdamsche archief door aankoop eigenaar kon worden van eene verzameling, wier waarde voor de geschiedenis van Amsterdam niet gering is. Wel valt het te betreuren dat jhr. Beeldsnijder waarschijnlijk ten behoeve van zyne autografen-verzameling veel versnipperd heeft, wat bijeen gehouden had moeten worden, o. a. een vermoedelijk zeer belangrijk dossier over de WestIndische compagnie, doch met hetgeen behouden bleef mogen wij alvast tevreden zijn. Hoevele van dergelyke aanteekeningen zijn niet, deels uit onkunde, deels uit gemakzucht naar den papiermolen verhuisd; hoeveel is er niet vernie tigd, dat vcor de geschiedenis van het meer intieme leven onzer voorvaderen van onschatbare waarde zou zijn geweest ! Dat de papieren van Hans Bontemantel menige bijzonderheid voor de geschiedenis van stad en land bevatten, deed reeds het zoo belangrijke geschrift der heeren v. Seypestein en de Bordes vermoeden, die voor hun standaardwerk over »de verdediging van Nederland in 1G72 en '73'' uit die papieren hebben geput. Daarna is het onze archivaris Scheltema geweest, die Bontemantel's aanteekeningen benutte voor zijn verhaal van Jean de Labadie's verblijf te Amsterdam, terwyl kort daarop de heer A. W. Kroon voor zijn ge schiedenis van »het Amsterdamsche stadhuis" een boekje, dat eigenlijk in geen bibliotheek van een Amsterdammer mocht ontbreken in de voo rede een kort overzicht gaf van Bonteman tel's leven. De inleiding van Kroon's «historische schets der bange dagen, Amsterdam in 1672" vulde verder dit overzicht aan, waarbij de schrij ver vermeldde, »het voornaamste gedeelte zijner mededeelingen verschuldigd te zijn aan Bonte mantel, een ooggetuige van de gebeurtenissen, waarvan deze in zijne aanteekeningen een getrouw verhaal heeft te boek gesteld, met eene waar heidsliefde, die niet genoeg kan worden geroemd. Bij de vergelijking dier aanteekeningen met de ofticieele stukken, bijvoorbeeld met de Resolitti'èn van den Haad die zij in uitvoerigheid, van de door hem gegeven verslagen der raadszittin gen, gelukkigerwijze oneindig overtreffen, ver krijgt men daarvan tallooze en de meest door slaande bewijzen. Zijn de ofticieele berichten veelal karig, die van Bontemantel mogen veelal uitvoerig worden genoemd, doen in nauwkeurig heid voor de eerstgenoemde niet onder, en zij overtreffen ze tevens verre ook in dit opzicht, dat men het hoe en waarom der zaken er uit leert kennen." 't Valt zeker te bejammeren dat de Generaal Knoop, die zoo gaarne vreemde bronnen aan haalde en daaruit geheele stukken excerpeerde, de papieren van Bontemantel weinig of geen aandacht heeft geschonken, zeer zeker tot nadeel van zijne beschouwingen over de zoo gewichtige gebeurtenissen in den zomer van 1672. De Roever daarentegen was zich ten volle van de groote waarde dier papieren bewust. Ware deze histo ricus langer voor ons archief gespaard gebleven, hij zou het zeker niet hebben gelaten bij de korte stukjes over onze oude Amstelstad, welke hij aan de nalatenschap van den oud-schepen ontleende. Van nog meer beteekenis dan de Roever's populaire schetsen was intusschen de arbeid door den heer J. F. Gebhard Jr. ondernomen, den levensschrijver van Nicolaas Witsen, die zoowel in Oud-Holland als in Fruin's bijdragen ver schillende opstellen gaf, aan de hier reeds zoo vaak genoemde papieren ontleenden, en die ten slotte ons vermoedelijk een Bontomantel-uitgave zou hebben bezorgd, ware het niet, dat hem door 5 R c4 P f6 6 d3 R g-4 Men kan hier ookRe6 7 H 1)5! spelen. Na H e 7 R eG:, fe6: 8 fo5:de5: heeft Zwart in de open d- en f-lijn meer dan vol doende vergoeding voor den geïsoleerden dubbelpion. 7 f52 Deze zet heeft alleen doel wanneer hij den zw. D H opsluit. 7 Ii61 Veel sterker was ineens P d4, met de dreiging, na afruil op f 3, vanPe4: en D h4 f. 8 h3! Wederom slecht ge speeld. Wit had met P a4 van Zwart's verzuim op den vorigen zet partij moeten trekken. 8 R f3: 9 D f3: P d4 10 D dl a6 11 P e2 P el: J Thans is dit offer on gemotiveerd. 12 del: D h4 f 13 K tl1} /eer zwak gespeeld. Wit had natuurlijk P g3 moeten spelen, waarna Zwart geen equivalent voor den geofferden ofiicier overhoudt. Bijv. 13 P g3, P f 5: 14 'ef5:, D c4: 15 D e2 enz. 13 14 g3 15 R d5 10 P f4 17 R f4: Wit geeft op. P (-_': D e4: D 15: f ef4: P e3 f SPAANSC HE PARTIJ. Consultatiepartij . gespeeld te Weenen 23 October jl. Wit. Rud. Charousek. H. Fiihndrich. l e4 e.> a P f3 P c6 a R b5 a6 4 R c6: dc6: 5 P c3 R c5 6 d:5 f6 7 R e3 DoorLasker tegen Ste;nitz gespeeld in de match te Moskou. Laskerkwam in 't voordeel, doordat Steinitz niet de juiste voortzetting koos. 7 R e3: 8 fe3: P h6! 9 d4 Zwart. (leorg Marco. K. Schlechter. Wit krijgt nu een zwak ken dnbbelpion, die m dit geval zwak is, daar Wit weinig kans heeft een aanval met succes te kunnen ondernemen. 9 10 D e2 11 0-0 12 D f2 13 P h4 14 P 15 15 D fa: 16 T adl 17 P c2 18 d5 19 P KS D e7 1)5! P f7 R b7 P d6 P f5: 0-0 T ad8 c5 c4 T d6 allerlei dagelijksche beslommeringen te veel ty'd werd ontroofd, waardoor hij niet zooveel tijd aan archief-studie kon besteden als noodig ware voor een dergelijken, veel omvattenden arbeid. En nog zoude hij wellicht z\jn opzet hebben vol voerd, hadde het toeval niet gewild dat ook Dr. Kernkamp zich tot het bewerken van een Bonte mantel-uitgave voelde getrokken, waardoor de heer Gebhard niet alleen onmiddellijk de reeds aangevangen taak aan den Utrechtschen geleerde kon overdragen, maar dezen ook de reeds afge schreven stukken geheel belangeloos ter hand stelde. Brengt thans de man uit het Sticht den Amsterdamschen geschiedvorscher een welverdiende hulde, aan Dr. G. W. Kernkamp danken wij dan nu het werk, welks titel hierboven is vermeld, en waarvan het Utrechtsche Historisch genoot schap bereidwillig de uitgave op zich nam. De historici en de beminnaars van Amsterdam's ge schiedenis mogen zich gelukwenschen met de beide kloeke deelen, wier waarde nog zoo be langrijk is vermeerderd door tal van noten en aanteekeningen aan den voet der bladzijden, alsmede door zeer uitvoerige registers aan het slot, terwijl eene inleiding van meer dan twee honderd bladzijden het geheel vooraf gaat. (Wordt vervolgd). F. A. B. Boekverkooping. Volgens een in dit blad voorkomende adver tentie, zal 9 en 10 December a.s. te Leiden bij de firma Burgersdijk & Niermans een kleine doch belangrijke boekverkooping plaats hebber. Op die dagen zullen verkocht worden de biblio theken van Prof Dr. P. C. Plugge uit Groningen en Dr. L. A. J. Burgersdijk uit Deventer. De catalogus bevat slechts werken op chemisch, pharmaceutisch, physisch en natuurhistorisch ge bied, waarbij veel belangrijks over anatomie, physiologie en aanverwante vakken. Van het Willidmina-Album, uitgave firma «voorheen" E. J. Ariel te Leiden, verscheen de derde jaargang. Band en versiering, met een portret van H. M. de jonge Koningin en vier reproductien naar schilderijen van Nederlandsche meesters (Israëls, du Chatlet. Mauve en J. Maris), ziet er keurig en smaakvol uit; den inhoud vor men bijdragen van jonkvr. Anna de Savornin Lohman, H. A. van Goch, Milatz van Java, Maru Boddaert, P. Visser, Anna Koubert, Edward B. Koster, Fritz Lapidoth, Truida Kok, J. Eigenhuis, Nannie, mevr. Salverda de Gran-IIerderschee, dr. P. H. Ritter, Liane van Oosterzee en den ver zamelaar Fiore della Neve. Inhoud van Tijdschriften. Eigen Haard : OJa, door S. Hermina Croiset. II. Het gedenkteeken te Calcutta op het graf van Mr. Willem Karel Baron van Dedem, door J. T. Cremer, met afbeelding. Wie bracht ze bijeen 't naar het Engelsch van Ruth Underhill. (slot) Met open deur (bij de plaat). Middeleeuwscbe dobbelkeuren, door Mr. W. Bezemer. Met open deur, naar de schilderij van S. Kiihl. In Atjeh steeds voorwaarts (Gliëng-Selimoen) II. met afbeeldingen naarphotographieën. Penteekening: Te veel, door M. van Waldrichem. Verscheidenheid: Feuilleton. To-Morroio: l The London school board, I. by Joseph R. Diggle; II. by the Rev. Steward D. Headlam. 2 The literary drug, by Edgar Jepaon. 3 Voluntary or compulsory service, or neither: from a british aspect, by Vineulum". 4 Gaste, by Thomas Higgins. 5 The Religion of to day, by William Platt. G Two impressions of scenery, by L. Simons. 7 The training of english actors, by J. T. Grein. 8 Music: The bohemians: The Richter concerts, by Louis Grein.' c6 ging niet wegens 20 D e6 f, D e6: 21 de6:, T fe8 22 T d8:, T d8: 23 e7, T e824Pf5,Ba8! 25 T dl enz. 20 D g4 R c8 21 D e2 T fd8 22 b3 c3 23 D d3 b4 24 D c4 a5 25 D c5 K f8! Een voortreffelijke zet, die door Marco werd aan gegeven. 26 a3 27 D e7: T al ab4: T a6: T K a6 e7: 28 29 80 31 T al ab4: R a6: R b5 32 T aöT b8 33 K t-2 K d6 34 T al K có 't Eindspel is thans onherroepelijk voor Zvrart gewonnen. 35 P e2 T d8 36 T dl c6 37 d62 R e2: Of T dfi:38Pc3:, bc3: 39 b4 f, K b4: 40 T d6!, K a3 41 K el, K b2 42 K dl, R a4 enz. 38 K e2: T d6: 39 T d6: K d6: 40 K d3 K e5 41 £4 K b5 en de Witten geven op. Aanmerkingen van Schlechter. TWEEDE NAT. COURESP. WEDSTRIJD. Overwinnaarsgroep. Twaalfde zet vau Wit. Partij No. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. Dd2 fe3: P c3 P f7 : c3 ed5: P d5 P c5 K f2 b4 R g5 R &5: R b3 D, f 2 D a4f Partij No. 16. 17. 18. 19. SO. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. T el e;15: T elf D e2 ef5: P go Rb P g3 b4 D f:ï: P df5 D c3| I) (14: P d2 1 D ea: Partij No. 31. 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45. J. R ga R (15 K bl «14: RR3 D d2 0-0 fe3: P c7:t R b5f K bl P d2 R c4: D d2 D e2 J- S.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl