Historisch Archief 1877-1940
No 1081
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Maatschappij van Levensverzekering,
Gevestigd te AMSTERDAM, Keizersgracht 729.
MAATSCHAPPELIJK. KAPITAAL:
Een Half Hllllioeii «uiden.
Commissarissen : Mr. Th. HEEMSKERK, L. J. S. VAN KEMPEN, Jhr. Mr.
A. P. DE SAVOENDT LOHMAN, J. E. N. Baron SCHIMMELPENNINCK VAN
DEB OYE en H. SEBET. Directeur: H. J. VAN VULPEN.
De Maatschappij slnlt alle soorten verzekeringen van
KAPITAAL en LIJFRENTE tot elk bedrag.
De Maatschappij geeft COMBINATIE-POLISSEN af,
waarop bizonderiyfc. de aandacht wordt gevestigd.
Prospectus op aanvraag verkrijgbaar.
uit den beschaafden stand gevraagd.
5QC
lenigste Band bestand tegen
6LAS en SPIJKERS.
J. M. B O AS & Co.,
Amsterdam, N. Heerengracht 41.
Li l w XJbWUXVJUi
(Kölnische Unfall-Versicherungs Actiën Gesellschaft in Köln)
(Wilhelma in Magdeburg, Allgem.Versicberungs Actiën-Gesellschaft)
sluiten
levenslange verzekeringen legen spoorweg-ongelukken
op de mef st beknopte en vrijgevige voorwaarden, onder hoofdelijke
aansprakelykbeid van beide Maatschappijen en tegen betaling eener premie ili eens*
die ook in driemaandelyksche termijnen kan worden voldaan.
De verzekering omvat alle voor het publiek verkeer opengestelde spoorwegen
der geheel»? Wereld, alsmede tramlijnen van welke soort ook.
De verzekeringssom kan naar keuze worden vastgesteld tusschen ? 18OO
en ?120,000.
Nadere inlichtingen en prospectussen geven gaarne de Directiën en de
Generaal-Agent voor Noord-Holland en Utrecht,
A. OVEBMEIJER, Rokin 160, Amsterdam.
l De ia v i schillende modellen der Columbia-, Haniuru- t u Vedette
rijwielen bieden een groote keuze en maken het mogelijk, dat een ieder
. zijn kenzp ban doen. Catalogus verzendt franco de Naaml. Venn. Maat
schappij Velox'' voorheen Vrolijk en Timperley, Amsterdam. Pope Mfg. Co.
Fabrikanten Hartford.
Pensionaat Germania",
Konigswinter aan den Rijn.
Steeds gelegenheid tot opname van
Jonge Dames tot het grondig ieeren der
Huishouding, Handwerken en Algemeene
ontwikkeling. In alles, ook in de Muziek,
wordt onderwijs gegeven. Beste
referentiën. Penslonprijs 700 Mark.
INSTITUUT VILLA LONGCHAMP
Ouchy-Lausanna.
Bestaat sedert 20 jaar.
Internationale Handelsschool. Nieuwe
Talen: Fransch,Engelsch,Italiaansch,
S.aansoh, Russisch, enz Alle ban
delfvakken. 7 leeraren, 2 huizen, Vrije
ligging aanhetmeer. Prospectus met
vele photografiën gratis.
De Directeur.
Inslituut-Hagenbeek,
OEVENTER.
Opleiding voor alle Examens.
HANDELSSCHOOL.
ARNHEM, AMSTERDAM,
Hoek Jansstraat- n!>ir ,.
Willensplein. 633 Heerengracht.
E. PINKHOF,
Tandarts.
1)1, HAAI,S! HE BROOÜFABRIEK"
139 Bilderdijkstraat, 's-Gravenhage,
verzendt na ontvangst van postwissel,
franco door geheel Nederland:
Divers Gebak in trommeltjes en
LUXE TROMMELS waarvan Prijs
courant op aanvrage wordt verzonden.
LUXE TROMMELS inhoudende Zoute
Krakelirgen of Zoute Bollen 90 cents;
Zoutstengels 95 ctnts; Bitterkoekjes
f 1.50; Zandkoekjes (Theario) ?1.70.
SPECUL.AAS Frlesche f 1.20,
Ie soort ?1.10, 2e soort ?0.95.
N.B. 2 trommeltjes HAAGSCHE
Beschuitjes 95 cents, 2 trommeltjes
Anijsbescbuitjes ? 1.15.
J. ROETERS v. LENNEP, Directeur.
?*-Yoor
beveel ik myne uitstekende niet
walmende of druppelende
WASFAKKELS"
aan met houten staken om
l, IK, "2 of 2K uur te
branden, insgelijks
Magnesiumfakkels en
l1 Illnminatielamnjes tegen
billijke grijzen.
CARIRÜBSUUIILDA, nitsehland.'
Wasfabriek en washandel, fabriek1
van Luxe-kaarsen etc. etc.
Wederverkoopers en Agenten gezocht.
Kanaries met
Rolslag. Diepe, toonrijke, zeer
schoone zang, eigen broedsel,
van 8?25 Mark.
Garantie. Proeftijd.
Prima Broe«lt»yfjes.
Prijs-Courant Gratis.
WILH. ERNST, Mühlenstr. 194,
$t. Andreasberg i. Harz.
@,plaag 25000
JÜSTÜS VAN MAÜRIK.
I.OSSBTMEISSCIIETSEW
door JUSTUS VAN MAÜRIK.
INHOUD: Met de Amalia" van Genua naar Padang. 1. Bal en Kerk aan boord
II. Comedie-voor&telliEg en begrafenis aan boord. III. In de Rookkamer.
IV. Een vtrhaal van den kapitein. V. Aankomst te Padang. Sint
Nicolaasavond aan boord. Een Toewan en zyn Inventarisstuk.
(WARENDORF's N O VELLEN-BIBLIOTHEEK No. 97/98)
PRIJS 2O CENTS.
20 cents, ALOM VOOFtHANDEN. 2O cents.
itimimtnmmintiiitimniiniitM iiimumniiMiimmiimmniiMinniiiiiiiiii
Boefón's Floris «n BlanciieËoer.
De natnurl^ke wensch van den dichter zal wel
zijn een schoon gedicht te maken. Zooals in den
goeden ouden tijd de zwaardveger graag een
schoon zwaard, de schrijnwerker een schoonen
schrijn, de wever een schoon weefsel vervaardigde.
Maar de stof waarmee de dichter werkt is
draad, hout noch ijzer; het is er een die op
zichzelf al zooveel betrekkingen tot gevoel en
geest heeft, dat hij die haar hanteert, ook als
hq er geen schoon gedicht van maakt, het gevoel
van zijn medemenschen ermee in beweging brengt
«n hun geest ermee opensluit en bewoont.
Ieder woord wekt een begrip op in den geest
van zijn lezer; ieder saamstel van woorden een
gedachte, een beeld, een voorstelling. Die wekken
gevoelens, aandoeningen, stemmingen, heel het
zinnelijk en geestelijk genot dat de mensen.
smaakt als hy de werkelijkheid treffend vindt
waargenomen,zyn verstand oorspronkelijk getroffen
vindt.
En al dat vele en invloedrijke bewerkend en
beheerschend kan de dichter zich een taak ge
steld en die taak vervuld hebben, tot zijn eigen
innerlijke tevredenheid en tot vreugd van zijn
lezers, en toch geen schoon gedicht gemaakt
hebben of bedoeld.
Een schoon gedicht ik ben niet van zins
mij ver te verwijderen van het tastbare is
dat wat schoon is, en het is als gedicht. Niet
een aandoenlijk, of wy's, of sterk, of oorspron
kelijk, maar een schoon gedicht. En niet een
gedachte, of een beeld, of een waarneming, of
een bladzij proza, maar een gedicht, en dat
schoon.
Een gedicht is een geheel van versregels. Een
versregel is een geheel van woorden.
Wanneer zal de dichter de meeste kans hebben
iets schoons te maken? Als hij al wat tot zijn
stof behoort: gedachten, beelden, waarnemingen,
dus de heele verhouding van zijn. taal tot
menscben en dingen gedurende zijn arbeid buiten
beschouwing kan laten. Als hij ermee in 't reine
is, voor goed of tijdelijk, werkelijk of in zyn
verbeelding. Als hij al zijn aandacht besteden
kan aan het uitwerken van het ideaal van
woordschoonheid dat zich aan hem voordoet en hij al
de betrekkingen die aan zijn woorden vast en
eronder verborgen zijn, zich rustig laat ordenen
zonder de behoefte ze al dadelijk te verstaan.
Zoo zijn alle schooue gedichten geschreven,
en hun verdere geestelijke en waarnemingsinhoud
was een verrassing voor hun maker zelf.
Was er ooit een dichter, met dit al, die levens
lang bleef in die onaantastbaarheid ? Ieder beleeft
het wel dat zyn idealen verdonkeren en de
kleine werkelijkheid van denken en kijken zoo
zeer op hem aandringt dat hij aan helderheid
van overzicht niet denken kan, laat staan zich
gedragen voelen door dien onschuldsvrede waarin
hij alle werkelijkheid vergeet. Afrekenen met
die werkelijkheid wcrdt hoofdzaak. Genot, als
hij het kennen zal, moet ontleend worden aan
die werkelijkheid. De dichter als hy in zulk
een tijdperk gedichten maakt heeft voor de
schoonheid van het gedicht geen oog. Een tijd
lang zal hij er zelfs heel niet maken. Hij is
vol van dikwijls bespiegelde brokstukjes. Hij
houdt veel van elk stukje afzonderlijk. Maar
een gedicht! Eerst langzamerhand als hy in
zijn geest wat orde ziet, als hij rustig genoeg
wordt om nu eens opteruimen in die menigte,
krygt hy' lust erin. Een ideaal van
woordschoonheid? O, in lang nog niet. Een idee die van
zelf aan die onderdeelen eenheid geeft 'i Mogelijk
ook nog niet. Neen, maar hy zoekt in zyn
geheugen naar een verhaal, naar een letterkundig
samenstel waarin hy alvast wat kan saambrengen.
HU begint, als hij een minnaar van de
renaiss ance is, een gedicht in renaissance-stijl, als
hij minnaar is van een jeugdiger schoone een
verfa aal als Floris en Blanchefloer, en als hy dan
Bo eken is maakt hy zoo niet iets schoons dan
toch iets zeer lezenswaards.
Twee deelen onderscheidt men in dit boekje
van Boeken duidelijk: de styl en de onderdeelen.
Het is een scheiding die men anders zoo niet
maken zal. Schryft iemand alsof hy een kind
van de renaissance is, goed, maar men kan het
kind van een ander z\jn en toch zich zelf. Het
gedicht is dan een eenheid waar niemand die
e envoudig genieten kan zich bij vermeit in
wijsgeerige aftrekking. Maar hier is van Boeken's
a lledaagschen mensch de gedachte en de waar
neming. de stijl is van zyn letterkundigen.
H ij doordringt dien styl niet: hij zoekt hem
a antepassen aan zijn gegevens. Soms lukt 't hem
uitmuntend, soms noode, soms heelemaal niet.
Men maakt dus de splitsing onopzettelijk: men
kan het niet laten. Van het gedicht is die twee
heid een eigenschap. Dat wil zeggen: een fout.
Maar buiten de grenzen van dit voorbehoud
is Boeken's Floris en Blanchefloer even loffelijk
als liefelyk. Voorbeelden eruit kunnen bewijzen
dat een dichterlijk gemoed en een kunstlievende
geest het erfdeel van hun maker zyn.
Wat, in de eerste plaats, het geheel betreft,
al kan men niet van woord- en dus ook niet
van klank-schoonheid spreken, de historie van
Floris en Blanchefloer heeft ook dezen dichter
weten te inspireeren tot een vriendelijke open
welluidendheid, die zwak maar vooral by luide
lezing, zuiver is. De kunstrijke nabootsing van
den renaissance-styl is vol bekoorlijke vondsten,
wendingen waarin die lange haast te lange zin
nen bij zoo flauwe golving hun verscholen
hoekjes krijgen achter pilarenschaduw, waar
sierlijke stijl-jonkvrouwen verborgen gluren,
beeldvolle strofen als kostbare schrijnen die langs
effen wanden van stemmige verzenreeksen pron
ken, repeteerende eind- en tusschenrijmen
in slotstrofen die als met spreuken en ornamen
ten besneden deuren de gangen van kerken naar
van elkaar liggende windstreken sluiten; woor
den ook die hier en daar kleur en teekening
geven als koperen kandelabres of engelenkopjes
met vleugels boven een klankbord.
Ik zie dat ik uit dien stijl het interieur van
een kerk verbeeld heb. Er is wel reden voor.
Er klinkt iets vrooms in zulk een kunstliefde.
Geen renaissance van de gothiek zeker, maar een
gothiek van de renaissance dan.
Ten tweede de onderdeelen. Voor zoover ze
eenigszins grootere beschrijvingen inhouden kan
ik niet loochenen dat ze oppervlakkig zijn. Ver
scheiden gedeelten: hoe de moeder van Blan
chefloer geroofd wordt byv. zijn kleurloos van
soberheid; de beschrijving van het vertrek
waarin de oude oosterling met Floris schaken gaat,
is armoedig uit onkunde: zie wat Keats die in
zyn St. Agnes Eve het model van zulke verhalen
gaf van dergelijke beschrijvingen partij wist te
trekken; en op andere plaatsen weer. b.v.
daar waar Floris naar Montory ter school ge
zonden is en een beschrijving had kunnen
wegblyven, wordt een beeld van vorstelijke avond
feesten ingeleid dat in het geheel te veel en op
zichzelf toch nog te schamel is.
Maar dit zijn de gevolgen van de groote fout.
Liever citeer ik enkele fraaie plaatsen, kleine
stukjes maar, maar die de lezer zelf kan ver
meerderen en waarin hij het eigenlijk goede van
dit verhaal moet zien.
Iets heel mooi geziens is in deze strofe waarbij
Bauer een teekening gemaakt heeft:
Ter zee! en is het ook der korte dagen
Tijd nu, wat licht is in de nachten ook!
Daal' '/.ij getogen door de staege slagen
Der roeier.-, al* de /on in 't westen dook,